• No results found

COLLOQUIUM Kastelen Landgoederen Landhuizen. 05 november 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "COLLOQUIUM Kastelen Landgoederen Landhuizen. 05 november 2020"

Copied!
25
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

COLLOQUIUM Kastelen

Landgoederen Landhuizen

05 november 2020

(2)

Dit verslag is een synthese van het digitaal colloquium

‘kastelen, landgoederen en landhuizen’ dat op 5 november 2020 werd georganiseerd door HOGENT-KASK, het agentschap Onroerend Erfgoed en de provincie West-Vlaanderen.

Voor meer informatie:

bert.deroo@hogent.be en dries.claeys@vlaanderen.be

(3)

Programma

kastelen, landgoederen en landhuizen

Plenaire sessie 13:45 – 14:45 Welkom door Sonja Vanblaere

Administrateur-generaal agentschap Onroerend Erfgoed Historische landgoederen als drivers voor

landschapsontwikkeling

Sylvie Van Damme, lector en onderzoeker HOGENT-KASK

Een onroerenderfgoedrichtplan voor historische landgoederen Marc De Bie, directeur onderzoek landschap, agentschap

Onroerend Erfgoed

Slotwoord door Ine Soenen in naam van Jurgen Vanlerberghe Gedeputeerde provincie West-Vlaanderen

Break-out sessies 15:00 – 16:00

De break-out sessies nemen de vorm aan van een virtueel rondetafelgesprek.

Iedereen krijgt de kans om gedurende enkele minuten in beperkte groep te reflecteren over het plenaire gedeelte en de eigen verwachtingen rond het voorgestelde traject van een onroerenderfgoedrichtplan.

(4)

1

Inspiratie bieden

pagina 3-7

Door de resultaten van het Europese interregproject Innocastle te delen en enthousiasme te wekken voor het nieuwe onroerenderfgoedrichtplan historische landgoederen

willen we inspireren.

3

Verwachtingen peilen

pagina 13-17

Welke verwachtingen hebben de verschillende participanten?

Wat moet gebeuren om historische landgoederen voor de toekomst te vrijwaren? Welke richting dient het

onroerenderfgoedrichtplan uit te gaan?

2

Uitdagingen scherpstellen

pagina 8-12

Samen met alle deelnemers van het colloquium wensen we de hedendaagse uitdagingen voor landgoederen scherp te stellen.

Waar hebben eigenaren mee te kampen? Maar ook: op welke moeilijkheden stoten overheden over beleidsniveaus en -

domeinen heen?

4

Samenbrengen

pagina 18-22

In dit traject willen we mensen samenbrengen rond een gemeenschappelijk verhaal. In de verschillende break-out sessies wisselen we van gedachten. We zoeken naar de gemene

delers en gezamenlijke uitdagingen.

Dit verslag is gestructureerd volgens de vier doelstellingen die we voor het colloquium hadden gesteld en probeert een correcte weergave te zijn van de veelheid aan meningen die aan bod kwamen.

(5)

1.

(6)

Inspiratie bieden Innocastle

Het Europese interregproject Innocastle wordt in Vlaanderen getrokken door HOGENT-KASK. Innocastle bekijkt landgoederen als drivers voor landschapsontwikkeling en formuleert

beleidsaanbevelingen voor een duurzame ontwikkeling ervan.

Binnen Vlaanderen wordt de regio Bulskampveld, tussen Brugge en Gent, als casus gebruikt.

Er wordt bewust gewerkt met de term ‘landgoederen’ in plaats van ‘kastelen’. Een landgoed is “een economische, ecologische, ruimtelijke en cultuurhistorische eenheid. Deze wordt voor de langere termijn en vanuit één regiepunt beheerd, volgens een systeem van geïntegreerde duurzaamheid” (van Hövell en Teng 2012). Landgoederen omvatten dus naast het kasteel ook parken, bos- en landbouwgronden, landschappen… Dit maakt een landgoed tot een multifunctioneel geheel met verschillende schaalniveaus.

De voorbije twee jaar werd aan de hand van concrete casussen gewerkt rond de specifieke uitdagingen die de landgoederen kenmerken. De resultaten van de verschillende studiebezoeken, thematische seminaries en living labs, met zowel lokale als internationale partners, zijn samengevat in een baseline survey (2020). Op basis van het (veld)onderzoek wordt de volgende twee jaar gewerkt aan een local action plan. Het

Onroerenderfgoedrichtplan maakt hier deel van uit.

(7)

Onroerenderfgoedrichtplan historische landgoederen

Sinds het onroerenderfgoeddecreet van 2013 kan het

agentschap Onroerend Erfgoed onroerenderfgoedrichtplannen (OERP) inzetten om erfgoed te behouden én verder te

ontwikkelen. Een OERP kan zowel thematisch (bv.

hoogstamboomgaarden) of gebiedsgericht (bv. de mergelgroeves van Riemst) zijn.

Een onroerenderfgoedrichtplan bestaat uit twee luiken. Een eerste luik is visievorming, waarbij participatie door de betrokken stakeholders centraal staat. Een tweede luik is het actieprogramma: de uitvoering van de visie in concrete acties.

De Vlaamse Regering verbindt zich tot de realisatie van het actieprogramma.

Het onroerenderfgoedrichtplan past in een ‘nieuwe stijl’ van erfgoedbeleid en erfgoedzorg. Het klassieke top-down beleid wordt vervangen door een participatief traject, waarbij

gezamenlijk wordt bepaald, beslist en betaald. Het OERP is ook expliciet geïntegreerd, wil de grenzen van beleidsdomeinen en - niveaus overschrijden.

Het onroerenderfgoedrichtplan historische landgoederen komt er op vraag van de minister, die in zijn beleidsnota zowel belang hecht aan oplossingen voor het beheer van landgoederen als aan publiek-private samenwerking.

(8)

Vraag & antwoord

Dynamische landschappen betekenen ook levende historische landgoederen. Hoe zorgt men ervoor dat een volgende generatie beheerders opstaat om met motivatie, vrijwilligheid, veel persoonlijk werk en investering de continuïteit van land(erf)goedondernemingen te

garanderen? Aandacht voor familiale, technische, financiële, sociale en psychologische motivatieredenen lijkt hierbij essentieel.

Het onroerenderfgoedrichtplan vertrekt vanuit de filosofie dat het behoud van erfgoedwaarden enkel kan door ontwikkeling toe te laten. Daarom wordt in een eerste fase gepeild naar de noden en verwachtingen. Op basis daarvan worden dan een aantal gezamenlijke doelstellingen geformuleerd. In een volgende fase wordt gezocht naar concrete middelen om de vooropgestelde doelen te bereiken. Een aantal obstakels

wegnemen die het ondernemerschap dwarsbomen, kan een van die doelen zijn.

Wat is de timeline voor de opmaak en uitvoering van het onroerenderfgoedrichtplan?

Voor het onroerenderfgoedrichtplan is participatie en vertrouwen tussen partners cruciaal. Dat vertrouwen laten groeien, heeft tijd nodig. De doorlooptijd bedraagt dus een paar jaar. We verwachten met de visie te landen eind 2022. Deze visie

dient als basis om aansluitend – en opnieuw participatief – een actieprogramma op te maken.

Wordt het onroerenderfgoedrichtplan historische

landgoederen opgemaakt voor heel Vlaanderen of beperkt het zich tot een deelregio van Vlaanderen?

Dit is een thematisch onroerenderfgoedrichtplan. Dit betekent per definitie dat de visie die we gezamenlijk creëren relevant moet zijn voor alle landgoederen in Vlaanderen. Toch opteren we om in eerste instantie rond de ruime regio Bulskampveld te werken. Dit om het participatieproces enigszins behapbaar te houden. De bredere relevantie blijft echter een constant waakpunt en waar mogelijk wordt een ruimere reeds

opgebouwde expertise en good practices reeds meegenomen.

Wordt er een onderscheid gemaakt tussen landgoederen die beschermd zijn en landgoederen die enkel opgenomen zijn in de inventaris?

Een onroerenderfgoedrichtplan zoomt in op de totaliteit van een bepaalde erfgoeduitdaging. Dit betekent dat er geen onderscheid wordt gemaakt aan de hand van het huidige statuut van een site.

In het project zal wel een afbakening moeten gebeuren wat wordt begrepen onder de term ‘historisch landgoed’ om zo de sites te bepalen die in de scope van het project vallen.

(9)

Worden er in het kader van de participatie tijdens het onroerenderfgoedrichtplan financieel-organisatorische voorzieningen voor groepen voorzien?

Binnen het agentschap Onroerend Erfgoed worden middelen vrijgemaakt om het participatieve traject van het

onroerenderfgoedrichtplan uit te voeren. De middelen die nodig zijn om het actieprogramma uit te voeren worden na onderlinge afspraken ingebracht door de partners die deelnemen aan het actieprogramma (niet steeds dezelfde als diegene die

meewerken aan de visievorming).

Zijn er rechtsgevolgen gekoppeld aan een

onroerenderfgoedrichtplan? Zo niet: is procedureel gezien een RUP noodzakelijk?

Een onroerenderfgoedrichtplan kan in een ruimtelijk

uitvoeringsplan opgenomen worden als een erfgoedlandschap.

De maatregelen voor het behoud van de erfgoedwaarden in dit gebied worden dan ingeschreven in de stedenbouwkundige voorschriften. Dit sluit niet uit dat het richtplan de opmaak van een RUP als een aangewezen actie formuleert. Dit gebeurt steeds vanuit een gezamenlijk opgebouwde, geïntegreerde visie.

Het is mooi dat iedereen mee in het bad getrokken wordt tijdens het onroerenderfgoedrichtplan. Maar worden de belangrijkste instanties dan niet rechter en partij tegelijk –

in die zin dat ze de visietekst helpen schrijven om die dan vervolgens zelf te gaan goedkeuren en uitvoeren?

Het schrijven van het onroerenderfgoedrichtplan gebeurt gezamenlijk. Alle belanghebbenden hebben dus inspraak en keuren de visie op het einde van het traject ook goed. Deze visie wordt nadien ook goedgekeurd door de minister bevoegd voor onroerend erfgoed. De acties uit het actieprogramma worden eveneens participatief opgesteld. Nadien verbindt de minister zich tot de uitvoering ervan.

Wordt er ook naar het buitenland gekeken om oplossingen (bv. met betrekking tot waterhuishouding) te vinden?

Ja, goede voorbeelden uit het buitenland worden meegenomen.

Enerzijds bouwt het onroerenderfgoedrichtplan voort op de resultaten (en de contacten) van Innocastle. Anderzijds wordt via benchmarking bekeken welke stappen we in Vlaanderen kunnen ondernemen om landgoederen voor toekomstige generaties te vrijwaren.

Wat is het verschil tussen een beheersplan en een onroerenderfgoedrichtplan?

Een onroerenderfgoedrichtplan is een instrument om erfgoed te behouden en te ontwikkelen voor de toekomst en vertrekt uit een bepaalde thematiek of nood. Een beheersplan daarentegen gaat steeds over het beheer van beschermd erfgoed en heeft bijgevolg betrekking op een specifieke (beschermde) site.

(10)

2.

(11)

Uitdagingen scherpstellen Welke noden leven er?

Met welke uitdagingen krijgen landgoedeigenaren te maken? De recente baseline survey van Innocastle inventariseerde reeds de meeste noden die op (binnen- en buitenlandse) landgoederen leven. Samen met de ervaringen die tijdens de break-out sessies te horen waren, kunnen we vijf grote uitdagingen aflijnen.

1. Economische waarde

Een landgoed is in de eerste plaats een economische entiteit.

Landgoederen zijn historisch altijd zelfbedruipend geweest: de inkomsten uit de landbouw en bosbouw werden gebruikt om het domein te onderhouden. Nu deze inkomsten minstens

gedeeltelijk weggevallen zijn, moet gezocht worden naar nieuwe economische verdienmodellen om landgoederen in stand te houden.

De multifunctionaliteit van landgoederen, die het mogelijk maakt om inkomsten te halen uit een brede waaier aan economische activiteiten, wordt echter niet volledig erkend door de huidige regelgeving. Dit bemoeilijkt de economische heroriëntatie van deze sites. Tijdens de break-out sessies vroegen verschillende actoren expliciet naar een grotere erkenning en ondersteuning van de multifunctionaliteit en het economische belang.

“Voor mij is een belangrijk verhaal dat een landgoed eigenlijk een economisch gegeven is. Uit al mijn gesprekken die ik in het verleden gehad heb met grote en kleine eigenaren, komt het neer op de vraag: ‘hoe kan ik in godsnaam een rendabel economisch model van dit landgoed maken, zodanig dat het in eenheid van beheer kan blijven?’”

Wim Van Isacker – Vlaamse Landmaatschappij

“Ik ben al een aantal jaar bezig met het zoeken naar oplossingen, het zoeken naar economische antwoorden op de vraag ‘hoe kunnen we het domein in de familie behouden en hoe kunnen we daar een economische activiteit inbrengen?’.”

Winnewald Dejonckheere – eigenaar

“Er wordt veel gesproken over subsidies en premies. Ik denk dat dat voor de landgoedbeheerder belangrijk is, maar nog steeds marginaal tegenover de economische rendabiliteit. Men moet niet te veel focussen op bijkomende subsidies. Die zijn altijd welkom, maar de hamvraag is: ‘hoe ga je structureel die economische functies kunnen waarmaken in het kader van gericht beheer?’.”

Philippe Casier – Landelijk Vlaanderen

(12)

2. Maatschappelijke waarde

Naast een economische waarde voor de eigenaar hebben landgoederen een bredere maatschappelijke waarde.

Landgoederen leveren tal van ecosysteemdiensten. Ze dragen bij aan meer biodiversiteit, klimaatmitigatie, zorgen voor buffers bij waterschaarste of -overvloed en leveren noodzakelijke

producten zoals voedsel en hout. Minstens even belangrijk is hun rol als bron voor ontspanning en recreatie. Omwonenden, ondernemers en recreanten profiteren mee van de attractieve omgeving die landgoederen (helpen) creëren. Daarnaast hebben landgoederen een hoge erfgoedwaarde die we voor toekomstige generaties willen bewaren. Ze zijn ook een plek waar kunst en cultuur een plaats kan hebben.

Door deze veelheid aan waarden wordt er vanuit de

maatschappij medezeggenschap verwacht op deze plekken.

Terzelfdertijd erkent iedereen het belang van privaat

eigenaarschap. De overheid kan niet op eenzelfde manier zorg dragen voor deze plekken of ze ontwikkelen. Individueel

ondernemerschap op deze plekken was en is nog steeds cruciaal.

Hoewel de aanwezige actoren zowel de private als

maatschappelijke belangen erkennen blijft het spanningsveld tussen de twee een belangrijke uitdaging. De antwoorden op volgende vragen werken bijvoorbeeld in op deze balans. Hoe verzeker je zorgzaam ondernemerschap op deze kwetsbare plekken? Hoe ga je om met openstelling van deze plekken? Hoe breng je de kosten en baten voor de verschillende partijen in balans?

“Veel erfgoed is ontstaan vanuit particulier initiatief, met een bijhorend economisch model. Nu zien we dat dat erfgoed vanuit individueel standpunt economisch niet zo interessant meer is maar ondertussen op maatschappelijk vlak wel heel wat baten heeft gecreëerd. Je ziet dus in feite een verschuiving van de individuele baten naar de maatschappelijke baten.”

Christine Vanhoutte - Onroerend Erfgoed

“Op mijn bosdomein spelen verschillende problematieken. Naast het onderhoud van de gebouwen, is er ook de ommezwaai van economisch productief en rendabel bosbeheer naar duurzaam natuur- en bosbeheer met bestrijding van de exoten in een context van klimaatopwarming.”

André Bosmans – eigenaar

“Als we niet de kiemgrond maken waarbij mensen goesting hebben om te ondernemen… Het is een illusie om te denken dat de overheid de zorg voor alle kasteeldomeinen zal overnemen.”

Peter De Wilde – Toerisme Vlaanderen

“Mijn ouders waren steeds bereid om het parkdomein open te stellen voor wandelaars, fietsers en dergelijke meer. Ook de duivenmelkers komen er iedere zondag samen. Het is maar een bewijs dat het recreatieve inderdaad een heel belangrijk aspect kan vormen, vooral in een kleinere dorpsgemeenschap.”

Claude van Pottelsberghe – eigenaar

(13)

3. Ruimtelijke eenheid

Een van de basiskenmerken van landgoederen is dat het een ruimtelijke eenheid betreft. Het centrale beheer van

landgoederen zorgde ervoor dat gebouwen, tuinen en parken, landbouwterreinen en bossen een onderlinge samenhang vertoonden. In het landschapspark Bulskampveld zijn de

drevenpatronen, waarvan de oorsprong gezocht moet worden in de heideontginningen die in opdracht van landgoedeigenaren gebeurden, nog steeds kenmerkend voor het landschap.

De ruimtelijke eenheid van landgoederen staat vandaag onder druk. Verstedelijking en nieuwe infrastructuur (spoorlijnen, autosnelwegen, waterbuffers) leidden tot herhaaldelijke onteigeningen ten koste van landgoederen. Verkoop van

gronden en erfopvolging zorgden voor een verdere desintegratie van sommige landgoederen en bemoeilijkten ook de

leefbaarheid ervan.

Versnippering bedreigt de historische homogeniteit van landgoederen en daarmee ook een aantal van hun cruciale erfgoedkenmerken. Bovendien is het verlies aan ruimtelijke eenheid nefast voor de landschapsbeleving en de leesbaarheid van het landschap. Hoe kunnen we de ruimtelijke versnippering van landgoederen tegengaan?

“Wat voor mij heel belangrijk is, is de link tussen domeinen en het landschap. Enerzijds hebben alle landhuizen invloed op het landschap, bijvoorbeeld door ontginningen of parkaanleg.

Anderzijds zijn domeinen ook wat ze zijn door hun ligging. Die link met het landschap is heel belangrijk, en het is goed dat daar aandacht aan besteed wordt.”

Siska Van de Steene – Vlaamse Landmaatschappij

“Veel landgoederen zijn door opeenvolgende overervingen sterk versnipperd geraakt, zeker in Vlaanderen. Je kan dikwijls niet echt meer spreken van landgoederen maar van landhuizen, met daarrond een park en een tuin.”

Ghislain d’Ursel – Historische Woonsteden en Tuinen

“Je hoort het vaak: de bewoners kunnen het beheer niet meer bekostigen en het domein versnippert. Daar krijgt iedereen later spijt van; gemeente en provincie vaak als eerste. Hoe kun je dat voorkomen?”

Joep De Roo – Eurodite en Innocastle

(14)

4. Administratieve vereenvoudiging

Eigenaren krijgen bij het beheer van hun landgoed te maken met veel verschillende overheidsinstanties. De multifunctionaliteit van landgoederen zorgt ervoor dat de regelgeving van

verschillende beleidsdomeinen van toepassing is. Bovendien hebben zowel de gemeentelijke, provinciale als Vlaamse

overheid hun eigen bevoegdheden. Iedereen erkent dat dit voor heel wat administratief werk zorgt en soms zelfs tot

tegengestelde beslissingen, wat verwarring en frustraties bij alle betrokken partijen veroorzaakt. Niet alleen eigenaren, maar ook overheidsinstanties zelf halen de verdeling van bevoegdheden als uitdagend aan. Een betere afstemming tussen

beleidsdomeinen en -niveaus is volgens een deel van de aanwezigen wenselijk, zowel verticaal (over de

bevoegdheidsniveaus heen) als horizontaal (over de verschillende bevoegdheden heen).

“Ik hoop dat er voldoende aandacht zal zijn voor het op elkaar afstemmen van complexe regelgeving. Landgoederen beslaan dikwijls een uitgebreid gebied, en het is ongelofelijk welke regels er allemaal op van toepassing kunnen zijn. Soms zijn die regels zelfs elkaars tegengestelde, bijvoorbeeld wat betreft omgang met exoten. En zo zijn er tal van complexe elementen die moeten afgestemd worden.”

Edith Vermeiren – Erfgoed & Visie

“Het onderhoud van het park is een hele grote bezorgdheid. We stoten daar op heel wat administraties, onder andere voor het opmaken van plannen en premieaanvragen.”

Sandra Soetaert – Buro Bossaert

“Er is eigenlijk nood aan een soort van ‘estate office’, een loket voor landgoederen, waar alle problemen rond landgoedbeheer samen komen en oplossingen worden gevonden.”

Serge Defresne – Onroerend Erfgoed

“Als ikzelf een wens mag formuleren naar de toekomst dan is het vooral hoe we er kunnen voor zorgen dat dit soort domeinen een bijdrage leveren aan zaken zoals toerisme, klimaat, voedsel- en energieproductie en hoe we deze duurzamer kunnen gaan integreren met elkaar.”

Bert De Roo – HOGENT-KASK en Innocastle

(15)

3.

(16)

Verwachtingen peilen

Waar willen we werk van maken?

Waar willen we met zijn allen werk van maken om de

historische landgoederen een toekomst te geven? Hoe kunnen we inspelen op de noden en potenties van landgoederen? In de zes break-out sessies peilden we naar de verwachtingen die leven rond het onroerenderfgoedrichtplan. Hieronder bundelen we de bevindingen in enkele terugkerende thema’s.

1. Kennis delen

Het delen van nieuwe en bestaande kennis is een nood die

herhaaldelijk aan bod kwam. Lokaal is heel wat kennis aanwezig.

Overheids- en onderzoeksinstellingen publiceerden de afgelopen jaren en decennia verschillende studies over het thema.

Het samenbrengen van bestaande kennis en expertise, het wegwerken van lacunes in het onderzoek naar landgoederen en – niet in het minst - het delen ervan worden gezien als een opdracht voor het onroerenderfgoedrichtplan historische landgoederen. Kennisdeling kan overheden en eigenaren inspireren tot oplossingen voor specifieke cases.

“Als er acties ingericht worden in het kader van het onroerenderfgoedrichtplan: hoe kunnen we dat verder

vastleggen in een vorm van samenwerkingsverband en een soort van lerend netwerk opzetten tussen alle landgoederen?”

Boris Dewolf – Toerisme Oost-Vlaanderen

“Ik denk dat wij de lokale context vrij goed kennen. Het gaat dan over welke mogelijke partners er kunnen zijn naar gebruik of waar er nood aan is op lokaal vlak. Volgens mij kunnen we daar wel iets betekenen.”

Conny Lambert – gemeente Beernem

“Vanuit onze expertise die we de voorbije 2 jaar ontwikkeld hebben met het kasteel van Laarne, zullen we behoorlijk wat input kunnen geven. Ik verwacht natuurlijk ook veel return van wat er uit de andere mensen die er aan deelnemen zal komen.”

Veronique Lambert – Historische Woonsteden en Tuinen

“Het grootste voordeel van het richtplan is dat men met verschillende partijen rond tafel gaat zitten en ook echt gaat luisteren naar de bekommernissen die leven. Dat zal hopelijk toelaten om tot een aantal gezamenlijke belangen te komen en geleidelijk aan oplossingen te voorzien.”

Halewijn Missiaen – Onroerend Erfgoed

(17)

2. Visie vormen

Hoewel geen enkel landgoed helemaal hetzelfde is, worden de verschillende betrokkenen geconfronteerd met steeds

terugkerende uitdagingen én potenties. Het verlangen naar algemene kaders of een gecoördineerde en afgewogen set aan maatregelen is dan ook sterk aanwezig.

Het onroerenderfgoedrichtplan heeft expliciet de bedoeling hierop een antwoord te bieden door een visie te vormen die perspectief biedt voor alle landgoederen in Vlaanderen.

Een gebiedsgerichte focus wordt aangewend om het proces dat tot deze visievorming leidt te voeden en behapbaar te maken.

Via een focus op Bulskampveld, ten zuidoosten van Brugge, is het mogelijk om concrete noden op het terrein te inventariseren en kennis te verwerven via enkele specifieke casussen. In het gebied zijn 110 historische landgoederen aanwezig, waarvan er 24 gelegen zijn binnen het landschapspark Bulskampveld.

Bovendien staat het ons toe verder te bouwen op het netwerk dat binnen Innocastle is opgebouwd.

“Een richtplan is voor verschillende zaken nuttig, bijvoorbeeld voor ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) op gewestelijk, provinciaal en gemeentelijk niveau. Op al die niveaus kunnen landgoederen voorkomen in het plangebied en het is belangrijk dat die multifunctionele realiteit op de goede wijze opgenomen wordt, zodat een gezonde ontwikkeling ervan verzekerd kan worden. Een richtplan kan een soort van standaard aangeven voor wat een landgoed is en welke ruimtelijke functies het nodig heeft en hoe die best uitgewerkt moeten worden.”

Alec Van Havre – Landelijk Vlaanderen

“In onze visie moet de ontwikkeling van een domein passen bij het DNA van de plaats. Dat is misschien ook een nuttige piste voor het onroerenderfgoedrichtplan: wat is de ziel van het Bulskampveld, van de daar aanwezige kastelen? Is er daar een gevoelsmatig of te omschrijven identiteit? En hoe kunnen we toekomstige ontwikkelingen daarbij laten aansluiten?”

Bruno Paternoster – Toerisme Vlaanderen

Ik denk dat we heel goed moeten opletten dat we dergelijke zaken gebiedsgericht bekijken. Bulskampveld als omgeving is heel goed ontsloten. Maar er zijn eveneens locaties waar je landgoederen hebt die niet goed ontsloten zijn. Je kan dus niet voor eender welk landgoed eenzelfde pakket aan mogelijkheden bieden.

Stijn Vanderheiden – departement Omgeving

(18)

3. Actie ondernemen

De break-out sessies maakten duidelijk dat de verwachtingen voor het onroerenderfgoedrichtplan hoog zijn.

Verschillende belanghebbenden deelden hun bezorgdheden en concrete problemen die op landgoederen voorkomen. De uitdagingen zijn divers: van de zoektocht naar een geschikt businessmodel over de hoge administratieve last tot de klimaatproblematiek.

Voor een deel van de landgoederen zijn deze uitdagingen acuut en er wordt dan ook gevraagd de concrete actie niet uit het oog te verliezen.

Er leeft dus een vraag naar snelle actie en er werden quick wins geformuleerd waarin gedurende het proces reeds veranderingen in gerealiseerd kunnen worden.

Zonder te streven naar ad hoc oplossingen voor concrete cases, wil het onroerenderfgoedrichtplan werken aan grote en kleine oplossingen die een duurzame ontwikkeling van historische landgoederen in Vlaanderen verzekeren.

“Op basis van concrete cases krijg je anderen (terug) in beweging. Zolang je bij je theoretisch kader blijft, wordt dat moeilijker. Ik pleit voor realistische praktijkvoorbeelden om mensen tot inzicht te brengen hoe het kan of moet veranderen.”

Philippe De Backer – Kempens Landschap

“De elementen die in een visie op landgoederen moeten zitten, zijn zeer divers. Er zijn er waarbij het gebouw veel aandacht vraagt. Er zijn er waar het enkel gaat over een deel bos of natuur.

Je moet proberen om eenheden te creëren rond een bepaalde site en zijn omgeving en dan te gaan luisteren naar iedereen.”

André Bosmans – eigenaar

“Algemeen pleit ik ervoor om in te zetten op quick wins. Wat zijn mogelijkheden in die periode van zoveel jaren? Zijn er een aantal quick wins die we in de tussentijd kunnen voorstellen om een aantal van die kleinere problemen op te lossen?”

Philippe Casier – Landelijk Vlaanderen

“Een onroerenderfgoedrichtplan is geen beheersplan. Dit gaat niet over één domein waar je heel concrete, snelle oplossingen moet vinden voor concrete problematieken. We moeten

realistische verwachtingen stellen.”

Marc De Bie – Onroerend Erfgoed

(19)

4. Durf tonen

Tijdens de verschillende break-out sessies merkten we veel enthousiasme bij de deelnemers. Van overheidsdiensten tot eigenaren, van belangenorganisaties tot gemeenten: de wil om samen oplossingen te zoeken voor de diverse problemen waar landgoederen mee te maken krijgen, is aanwezig.

Het belang van ‘durf tonen’ kwam in de verschillende sessies terug omdat het veel gemakkelijker is om vast te houden aan de huidige posities en werkmethodieken.

Er is durf nodig om de eigen standpunten in een open debat in vraag te stellen. om synergiën aan te gaan buiten de eigen expertise, om te ondernemen en ook om dat ondernemerschap toe te laten.

Het richtplan kan een klimaat van vertrouwen scheppen dat nodig is om gezamenlijk deze durf aan de dag te leggen. Hiervoor is het belangrijk op zoek te gaan naar belanghebbenden die nog geen stem kregen tijdens deze kick-off zodat alle betrokkenen mee aan tafel zitten.

“De wisselwerking tussen oude elementen en hedendaagse noden zou een doel moeten zijn. De durf om nieuwe

landschappen te creëren die wel de stoffelijke neerslag zijn van de plek die er al is, zonder noodzakelijke ontwikkelingen in de weg te staan.”

Chris Vermander – OMGEVING

“Het is een betrachting van het onroerenderfgoedrichtplan om de systemen die al bestaan beter gevaloriseerd te krijgen. Vaak is er wel iets mogelijk, maar ontbreekt het besturen aan durf.

Vaak is voor een stuk ‘het niet zien zitten’ het probleem. We hopen dat we met het onroerenderfgoedrichtplan een aantal zaken geactiveerd krijgen.”

Dries Van Den Broucke – Onroerend Erfgoed

“Laat ons iets ruimer denken dan de strikte regelgeving. En dan praat ik niet enkel over lokale besturen. Ik hoop dat dit plan ook andere, Vlaamse overheden kan bewegen om verder na te denken binnen de stedenbouwkundige richtlijnen.”

Herlinde Trenson – gemeente Aalter

(20)

4.

(21)

Samenbrengen

Het onroerenderfgoedrichtplan wil alle betrokken actoren samenbrengen. De inschrijvingen voor het colloquium toonden alvast een grote interesse in het onderwerp en proces. We

bereikten een grote variëteit aan actoren, zowel qua achtergrond als qua type.

We zetten de komende tijd verder in op het samenbrengen van alle actoren en breiden ons netwerk verder uit. Zo trachten we bij toekomstige activiteiten ook mensen te bereiken vanuit de landbouwsector, natuursector en culturele sector.

Wij mikken erop dat het gemeenschappelijke engagement om historische landgoederen voor de toekomst te vrijwaren in de eerste helft van 2021 zal uitmonden in een intentieverklaring, die politiek bekrachtigd wordt. De intentieverklaring is een eerste stap in de richting van een geïntegreerd beleid en bevat de gezamenlijke doelstellingen waarrond we de komende jaren zullen werken.

Deelnemers plenaire gedeelte

Verdeling volgens achtergrond

Verdeling volgens type

(22)

Deelnemerslijst break-out sessies

Borms, Jozefien – HOGENT-KASK – break-out 3 jozefien.borms@hogent.be

Bosmans, André – Eigenaar – break-out 4 Bossaert, Geert – Buro Bossaert – break-out 5 geert@burobossaert.be

Casier, Philippe – Landelijk Vlaanderen - break-out 3 philippe.casier@landelijk.vlaanderen

Claeys, Dries – Onroerend Erfgoed – break-out 1 dries.claeys@vlaanderen.be

David, Koert – Onroerend Erfgoed – break-out 4 koert.david@vlaanderen.be

De Backer, Philippe – Kempens Landschap – break-out 1 philippe.debacker@kempenslandschap.be

De Bie, Marc – Onroerend Erfgoed – break-out 6 marc.debie@vlaanderen.be

De Busschere, Albert – Bosgroep Houtland - break-out 6 acdrivingtrees@gmail.com

Defresne, Serge – Onroerend Erfgoed – break-out 1 serge.defresne@vlaanderen.be

Dejonckheere, Winnewald – Eigenaar – break-out 3 De Haan, Aukje – Onroerend Erfgoed – break-out 6 aukje.dehaan@vlaanderen.be

Deliège, Glenn – HOGENT-KASK – break-out 5 glenn.deliege@hogent.be

De Roo, Bert – HOGENT-KASK – break-out 5 bert.deroo@hogent.be

De Roo, Joep – Eurodite – break-out 3 deroo@eurodite.eu

De Vlieger, Koen – kasteel d’Ursel – break-out 2 koen.devlieger@kasteeldursel.be

De Wilde, Peter – Toerisme Vlaanderen – break-out 1 veerle.fauville@toerismevlaanderen.be

Dewint, Tineke – stad Brugge – break-out 6 tineke.dewint@brugge.be

Dewolf, Boris – Toerisme Oost-Vlaanderen – break-out 1 boris.dewolf@oost-vlaanderen.be

Dockx, Yari – Herita – break-out 5 yari.dockx@herita.be

d’Ursel, Etienne – Eigenaar – break-out 2

d’Ursel Ghislain – Hist. Woonsteden & Tuinen – break-out 4 ghislain.dursel@hex.be

d’Ydewalle, Françoise – Eigenaar – break-out 5

(23)

d’Ydewalle, Géry – Eigenaar – break-out 5 Franck, Karlijn – HOGENT-KASK – break-out 2 karlijn.franck@hogent.be

Himpe, Koen – Onroerend Erfgoed – break-out 4 koen.himpe@vlaanderen.be

Lambert, Conny – Gemeente Beernem – break-out 2 conny.lambert@beernem.be

Lambert, Veronique – Hist. Woonsteden & Tuinen – break-out 2 veronique@kasteelvanlaarne.be

Lambrechts, Paul – Heerlijkheid Heers – break-out 6 paul.lambrechts@maastricht.nl

Lataire, Kristof – Kapittel – break-out 2 kristof@kapittel.eu

Mahieu, Frederik – Onroerend Erfgoed – break-out 5 frederik.mahieu@vlaanderen.be

Meijering, Stefan – Onroerend Erfgoed – break-out 5 stefan.meijering@vlaanderen.be

Missiaen, Halewijn – Onroerend Erfgoed – break-out 2 halewijn.missiaen@vlaanderen.be

Paternoster, Bruno – Toerisme Vlaanderen – break-out 4 bruno.paternoster@toerismevlaanderen.be

Peeters, Virginie – Onroerend Erfgoed – break-out 6 virginie.peeters@vlaanderen.be

Raes, Kristoffel – RL Schelde-Durme – break-out 4 kristoffel@rlsd.be

Rutgeerts, Julie – Toerisme Vlaanderen – break-out 3 julie.rutgeerts@toerismevlaanderen.be

Sabbe, Jan – Eigenaar – break-out 1 Sap, Gustaaf – Eigenaar – break-out 6

Soenen, Ine – Gebiedswerking West-Vlaanderen – break-out 3 ine.soenen@west-vlaanderen.be

Soetaert, Sandra – Buro Bossaert – break-out 5 sandra@burobossaert.be

Soulliaert, Christophe – Erfgoedstudio – break-out 2 christophe@erfgoedstudio.be

Stragier, Claire – HOGENT-KASK – break-out 6 claire.stragier@hogent.be

Tomescu, Alina – Eurodite – break-out 2 tomescu@eurodite.eu

Trenson, Herlinde – Gemeente Aalter – break-out 3 herlinde.trenson@aalter.be

Van Damme, Sylvie – HOGENT-KASK – break-out 2 sylvie.vandamme@hogent.be

Van den Broeck, Tine – Kempens Landschap – break-out 5 tine.vandenbroeck@kempenslanschap.be

(24)

Van Den Broucke, Dries – Onroerend Erfgoed – break-out 3 dries.vandenbroucke@vlaanderen.be

Van den Bussche, Liesbeth – Dienst erfgoed W-Vl. – break-out 6 liesbeth.vandenbussche@west-vlaanderen.be

Vanderheiden, Stijn – Departement Omgeving – break-out 1 stijn.vanderheiden@vlaanderen.be

Van de Steene, Siska – Vlaamse Landmaatschappij – break-out 4 siska.vandesteene@vlm.be

Van Havre, Alec – Landelijk Vlaanderen – break-out 6 alec.van.havre@landelijk.vlaanderen

Vanhoutte, Christine – Onroerend Erfgoed – break-out 3 christine.vanhoutte@vlaanderen.be

Van Isacker, Wim – Vlaamse Landmaatschappij – break-out 1 wim.vanisacker@vlm.be

Vanneste, Pol – Onroerend Erfgoed – break-out 4 pol.vanneste@vlaanderen.be

Van Pottelsberghe, Claude – Eigenaar – break-out 2 Van Schoorisse, Evy – Westtoer – break-out 5 evy.vanschoorisse@westtoer.be

Vermander, Chris – OMGEVING – break-out 6 chris.vermander@omgeving.be

Vermeiren, Edith – Erfgoed & Visie – break-out 4 edith@erfgoed-en-visie.be

Vynckier, Geert – Onroerend Erfgoed – break-out 2 geert.vynckier@vlaanderen.be

(25)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De leerkracht neemt kort alle opdrachten in het werkboek door en geeft uitleg bij de overige taken die de kinderen gaan doen tijdens het zelfstandig werken..    

De leerkracht neemt kort alle opdrachten in het werkboek door en geeft uitleg bij de overige taken die de kinderen gaan doen tijdens het zelfstandig werken2.    

Natura 2000 gebiedendocument – werkdocument Natura 2000 aanwijzingsbesluit 3 Toelichting Het habitattype eiken-haagbeukenbossen, hogere zandgronden (subtype A) komt in. goede

Gemeente Ommen geeft in haar nieuwe Gemeentelijk Omgevingsplan expliciet meer ruimte aan landgoederen, opdat landgoederen gemakkelijker hun plannen kunnen realiseren.. Lees meer

Van den Berg, Landschapsarchitect: De ontwikkeling van landgoederen hangt af van de conjunctuur, langdurige perioden van welvaart. de gouden eeuw en de periode na WOII tot de

In deze paragraaf worden daarom gebieden genoemd die van ecologische waarde zijn en waar de inzet van landgoederen niet mogelijk en nodig is2. • Bestaand natuur-

De heer Berg merkt op dat de notitie zonder meer perspectieven biedt voor de ontwikkeling van landgoederen binnen de gemeente Tynaarlo. De notitie straalt volgens de schrijver een

Dit onderzoek vraagt de respondenten naar hun mening over hun attitude, betrokkenheid, beoordeling van de effectiviteit van en sympathie voor de acties, de afhankelijke