• No results found

Verordening op de heffing en de invordering van leges Rijssen-Holten 2018

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Verordening op de heffing en de invordering van leges Rijssen-Holten 2018"

Copied!
19
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Verordening op de heffing en de invordering van leges Rijssen-Holten 2018

De raad van de gemeente Rijssen-Holten overwegingen:

- gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders ‘belastingvoorstellen 2018 ’ en de nota kostprijzen en tarieven gemeentelijke dienstverlening 2015 van 7 november 2014;

- gelet op de artikelen 156, lid 1 en 2, aanhef en onderdeel h, en 229, lid 1, aanhef en onderdeel b, van de Gemeentewet en de artikelen 2, lid 2, en 7 van de Paspoortwet;

- gezien het positieve advies van de commissie Algemeen Bestuurlijke Zaken en Middelen van 27 november 2017;

besluit:

de verordening op de heffing en de invordering van leges 2018 (Legesverordening Rijssen-Holten 2018) vast te stellen

Artikel 1. Begripsomschrijvingen 1. Deze verordening verstaat onder:

‘dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

a.

b. ‘week’: een aaneengesloten periode van 7 dagen;

c. ‘maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

d. ‘jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

e. ‘kalenderjaar’: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2. Belastbaar feit

1. Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

a.

b. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

Artikel 3. Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst of van de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4. Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

a. diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

b. diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5. Maatstaven van heffing en tarieven

1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het

projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, lid 3, van de Crisis- en herstelwet.

Nr.

CVDR605000_2

CVDR 31 december

2018

Officiële uitgave van Rijssen-Holten.

(2)

3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6. Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur.

Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7. Termijnen van betaling

1. In afwijking van artikel 9, lid 1, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

a. mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

b. schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan binnen 14 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8. Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9. Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

a. van zuiver redactionele aard zijn;

b. een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen 3 maanden na de officiële bekendmaking van de inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

1. onderdeel 1.1.5 (akten burgerlijke stand);

2. hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

3. hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

4. onderdeel 1.4.5 (papieren verstrekkingen uit de basisregistratie personen);

5. hoofdstuk 6 (verstrekking op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

6. onderdeel 1.9.1 (verklaringen omtrent het gedrag);

7. hoofdstuk 16 (kansspelen).

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de leges.

Artikel 12 Overgangsrecht

1. De ‘Legesverordening Rijssen-Holten 2017’ van 22 december 2016, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, lid 2, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, lid 2, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 Inwerkingtreding

1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

3. De in artikel 2 genoemde tarieventabel wordt bekendgemaakt door terinzagelegging op het gemeentehuis;

4. De datum van beëindiging van de heffing van de leges bedoeld in hoofdstuk 6 van titel 1 is 25

mei 2018, met dien verstande dat die bepaling van toepassing blijft op de belastbare feiten die

zich voor die datum hebben voorgedaan.

(3)

Artikel 14 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: ‘Legesverordening Rijssen-Holten 2018’

besluit genomen in de openbare vergadering van de raad van Rijssen-Holten op 14 december 2017 drs. G.H. Veerman, A.C. Hofland

griffier, voorzitter

(4)

Bijlage 1 Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2018

Algemene dienstverlening Titel 1

Burgerlijke stand Hoofdstuk 1

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart Hoofdstuk 2

Rijbewijzen Hoofdstuk 3

Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit het Kiezersregister Hoofdstuk 5

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 6

Bestuursstukken Hoofdstuk 7

Vastgoedinformatie Hoofdstuk 8

Overige publiekszaken Hoofdstuk 9

Gemeentearchief Hoofdstuk 10

Huisvestingswet Hoofdstuk 11

Leegstandwet Hoofdstuk 12

Verordening op de verblijfsrecreatie Hoofdstuk 13

Marktstandplaatsen Hoofdstuk 14

Winkeltijdenwet Hoofdstuk 15

Kansspelen Hoofdstuk 16

Kabel- en leidingwerken Hoofdstuk 17

Verkeer en vervoer Hoofdstuk 18

Kinderopvang Hoofdstuk 19

Diversen Hoofdstuk 20

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning Titel 2

Begripsomschrijvingen Hoofdstuk 1

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag Hoofdstuk 2

Omgevingsvergunning Hoofdstuk 3

Vermindering Hoofdstuk 4

Teruggaaf Hoofdstuk 5

Intrekking omgevingsvergunning Hoodstuk 6

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 7

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten Hoofdstuk 8

Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving

Hoofdstuk 9

In deze titel niet benoemde beschikking Hoofdstuk 10

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn Titel 3

Horeca Hoofdstuk 1

Organiseren evenementen of markten en overig APV Hoofdstuk 2

Seksbedrijven Hoofdstuk 3

Huisvestingswet 2014 Hoofdstuk 4

Brandbeveiligingsverordening Hoofdstuk 5

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Hoofdstuk 6

Algemene dienstverlening Titel 1

Burgerlijke stand Hoofdstuk 1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of de

1.1.1

registratie van een partnerschap in het gemeentehuis van Rijssen of Holten:

op maandag en woensdag tussen 9.30 en 17.00 uur en 1.1.1.1

386,00

€ op dinsdag, donderdag en vrijdag tussen 9.00 en 17.00 uur

op een andere dag, of een ander tijdstip, behoudens op 1.1.1.2

590,00

€ maandag en woensdag tussen 9.00 en 9.30 uur

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een

1.1.2

(5)

partnerschap in 1 van de overige door de gemeente aangewezen locaties

283,00

€ op maandag tot en met vrijdag tussen 10.00 en 17.00 uur 1.1.2.1

486,00

€ op een andere dag of een ander tijdstip

1.1.2.2

N.B. de huur voor de overige locaties moet op de locatie zelf worden voldaan.

De tarieven bedragen voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in

1.1.3

een huwelijk indien daarbij gebruik wordt gemaakt van de trouwzaal of een andere

door de gemeente hiertoe aangewezen ruimte, zoals die zijn opgenomen onder

de onderdelen 1.1.1 en 1.1.2

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.4

44,20

€ een trouwboekje of partnerschapsboekje in een normale uitvoering

1.1.4.1

57,50

€ een trouwboekje of partnerschapsboekje in een luxe uitvoering

1.1.4.2

voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een

1.1.5

stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals

dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart Hoofdstuk 2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.

van een nationaal paspoort:

1.2.1

65,30

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

1.2.1.1

52,00

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

1.2.1.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):

1.2.2

65,30

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

1.2.2.1

52,00

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

1.2.2.2

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet

1.2.3

betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld

(faciliteitenpaspoort):

65,30

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

1.2.3.1

52,00

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

1.2.3.2

52,00

€ van een reisdocument voor vluchtelingen of een

reisdocument voor vreemdelingen 1.2.4

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5

51,00

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

1.2.5.1

29,00

€ voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

1.2.5.2

47,50

€ voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, de in die 1.2.6

onderdelen genoemde leges vermeerderd met het bedrag van

Rijbewijzen Hoofdstuk 3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.3.1

39,40

€ tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:

1.3.2

34,10

€ bij een spoedlevering vermeerderd met

1.3.2.1

bij een aanvraag in verband met (beschadiging of) vermissing van een eerder

1.3.2.2

(6)

19,40

€ afgegeven rijbewijs vermeerderd met

De verhogingen genoemd in onderdeel 1.3.2 zijn in voorkomend geval cumulatief

1.3.3

verschuldigd

Verstrekkingen uit de basisregistratie personen Hoofdstuk 4

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en

1.4.1

1.4.4 wordt onder 1 verstrekking verstaan 1 of meer gegevens omtrent 1 persoon

waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een

1.4.2

7,40

€ aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per

verstrekking

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder 1 verstrekking verstaan 1 of

1.4.3

meer gegevens omtrent 1 persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie

personen

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een

1.4.4

7,40

€ aanvraag tot het verstrekken van gegevens, per

verstrekking

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling

1.4.5

nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens als bedoeld

7,50

€ in artikel 17, lid 2, van het Besluit basisregistratie personen

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen,

1.4.6

22,20

€ voor ieder daaraan besteed kwartier

Verstrekkingen uit het Kiezersregister Hoofdstuk 5

N.V.T.

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.6.1

tot het verkrijgen van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming

persoonsgegevens:

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

1.6.1.1

0,23

€ ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

1.6.1.1.1

5,00

€ met een maximum per bericht van

22,50

€ meer dan 100 pagina’s

1.6.1.1.2

5,00

€ bij verstrekking anders dan op papier

1.6.1.2

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking,

1.6.1.3

22,50

€ moeilijk toegankelijke registratie

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 1.6.2

meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als

1.6.3

4,50

€ bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming

persoonsgegevens

Bestuursstukken Hoofdstuk 7

N.V.T.

Vastgoedinformatie Hoofdstuk 8

Het tarief bedraagt voor:

1.8.1

44,20

€ het verstrekken van informatie aan makelaars met betrekking tot bodemverontreiniging

1.8.1.1

(7)

Overige publiekszaken Hoofdstuk 9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9

41,35

€ tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag 1.9.1

7,40

€ tot het verstrekken van een bewijs van in leven zijn 1.9.2

7,40

€ tot het legaliseren van een handtekening

1.9.3

Gemeentearchief Hoofdstuk 10

Het tarief bedraagt voor het voor het op verzoek doen van nasporing in het

1.10.1

22,20

€ gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

Huisvestingswet Hoofdstuk 11

N.V.T.

Leegstandwet Hoofdstuk 12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte

1.12.1

176,00

€ als bedoeld in artikel 15, lid 1, van de Leegstandwet tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld

1.12.2

88,00

€ in artikel 15, lid 9, van de Leegstandwet

Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig

1.12.2

worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een

kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal

geheven. (Dit geldt ook als het gaat om een geheel van huurwoningen bestemd voor

sloop of renovatie waarvoor gelijktijdig aanvragen worden ingediend.)

Verordening op de verblijfsrecreatie Hoofdstuk 13

N.V.T.

Marktstandplaatsen Hoofdstuk 14

N.V.T

Winkeltijdenwet Hoofdstuk 15

N.V.T.

Kansspelen Hoofdstuk 16

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.16.1

tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel

30b van de Wet op de kansspelen:

56,50

€ voor een periode van 12 maanden voor 1

kansspelautomaat 1.16.1.1

voor een periode van 12 maanden voor 2 of meer kansspelautomaten, voor de

1.16.1.2

56,50

€ 1e kansspelautomaat

34,00

€ en voor iedere volgende kansspelautomaat

voor 1 kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan 4 jaar

1.16.1.3

226,50

€ of voor onbepaalde tijd

voor 2 of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer

1.16.1.4

226,50

€ dan 4 jaar of voor onbepaalde tijd, voor de 1e

kansspelautomaat

136,00

€ en voor iedere volgende kansspelautomaat

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen

1.16.2

(8)

van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen

44,20

€ (loterijvergunning)

Kabel- en leidingwerken Hoofdstuk 17

Het tarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag

1.17.1

in verband met het verkrijgen van instemmingsbesluit of vergunning voor de uitvoering

van werkzaamheden als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, van de Algemene Verordening

331,00

€ Ondergrondse Infrastructuren gemeente Rijssen-Holten 2016

In verband met het herstel van tegel-, klinker- en sierbestratingen alsmede gesloten

1.17.1.1

verhardingen en bermen en gazons, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden

in of op openbare gemeentegrond, wordt een vergoeding berekend en in rekening

gebracht:

overeenkomstig de actuele tarieventabel behorend bij de Richtlijn Tarieven (graaf-)

werkzaamheden Telecom van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.

Bij werkzaamheden in groenvoorzieningen zal de groenvoorziening in overleg met de

1.17.1.2

gemeente door een erkend groenbedrijf, op kosten van de aanvrager, hersteld worden.

Indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel

1.17.1.3

plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling

nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een

begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.17.1.3 is uitgebracht, wordt een

1.17.2

melding in behandeling genomen op de 5e werkdag na de dag waarop de begroting

aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze 5e werkdag

schriftelijk is ingetrokken.

Verkeer en vervoer Hoofdstuk 18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement

1.18.1

44,20

€ verkeersregels en verkeerstekens 1990

44,20

€ tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van het Voertuigreglement

1.18.2

tot het verkrijgen van een Gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel

1.18.3

49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer

(BABW)

40,40

€ als geen medische keuring noodzakelijk is

1.18.3.1

121,00

€ als wel een medische keuring noodzakelijk is

1.18.3.2

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 149, lid 1, sub d

1.18.4

29,50

€ van de Wegenverkeerswet 1994

tot het wijzigen van een verleende ontheffing als bedoeld in artikel 149, lid 1,

1.18.5

14,70

€ sub d van de Wegenverkeerswet 1994

tot het onttrekken van een weg of weggedeelte aan het openbaar verkeer als

1.18.6

1.143,00

€ bedoeld in artikel 11 van de Wegenwet

1.850,00

€ tot wijziging/herziening van de Wegenlegger

1.18.7

(9)

Kinderopvang Hoofdstuk 19

Het tarief bedraagt terzake van het in behandeling nemen van een aanvraag om registratie in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP):

1.19

129,00

€ voor een gastouder

1.19.1.1

761,00

€ voor een gastouderbureau, kinderdagverblijf,

buitenschoolse opvang of peuterspeelzaal 1.19.1.2

Diversen Hoofdstuk 20

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag

1.20.1

tot het verstrekken van:

afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in

1.20.1.1

0,50

€ een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

kaarten en tekeningen dan wel kopieën of lichtdrukken daarvan per kaart,

1.20.1.2

tekening, lichtdruk of kopie:

1,80

€ per pagina op papier van A4-formaat

1.20.1.2.1

3,60

€ per pagina op papier van A3-formaat

1.20.1.2.2

kaarten en tekeningen dan wel kopieën daarvan, al dan niet behorend bij de in de

1.20.2

subonderdelen 1.20.1.1 en 1.20.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders

in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart,

12,80

€ tekening of kopie

kaarten en tekeningen dan wel kopieën daarvan per kaart, tekening of kopie, voor elke extra afdruk

1.20.3

0,40

€ per pagina op papier van A4-formaat

1.20.3.1

0,80

€ per pagina op papier van A3-formaat

1.20.3.2

3,05

€ Kaarten of tekeningen, dan wel kopieën daarvan, al dan niet behorend bij de in onderdeel 1.20.3 genoemde 1.20.4

stukken voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of kopie

Als de informatieverstrekking in de onderdelen 1.20.1 tot en met 1.20.4 plaatsvindt in digitale vorm zijn dezelfde 1.20.5

tarieven van toepassing voor zover handelingen moeten worden verricht zoals het scannen of bewerken van documenten.

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning Titel 2

Begripsomschrijvingen Hoofdstuk 1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1

aanlegkosten:

2.1.1.1

de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische

installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien de werken of

werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door

zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

bouwkosten:

2.1.1.2

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme

administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke

(10)

realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op 2.1.3

activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Vooroverleg/beoordeling conceptaanvraag Hoofdstuk 2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

2.2

250,00

€ tot beoordeling van een principeverzoek/schetsplan 2.2.1

verhoogd met de kosten van het voor de aanvraag uitgebrachte advies omtrent welstand.

2.2.2

Omgevingsvergunning Hoofdstuk 3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een 2.3

project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

Bouwactiviteiten 2.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in 2.3.1.1

artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2,40%

indien de bouwkosten niet meer dan € 200.000 bedragen:

2.3.1.1.1

190,00

€ van de bouwkosten, met een minimum van:

1,85%

vermeerderd met 2.3.1.1.2

van het deel van de bouwkosten van € 200.000,- tot en met € 500.000,-;

1,60%

en

van het bedrag waarmee die bouwkosten de € 500.000,- te boven gaan.

109,00

€ indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 1.000,- 2.3.1.1.3

Welstandstoets 2.3.1.2

De verschuldigde leges op grond van onderdeel 2.3.1 worden, indien toetsing aan welstandscriteria moet 2.3.1.2.1

plaatsvinden, verhoogd met de kosten van het voor de omgevingsvergunning uitgebrachte advies omtrent welstand.

‰ van de Deze kosten bedragen voor het

bouwkosten deel van de bouwkosten dat ligt

3 tussen € 0,00 tot en met € 230.000,00

1/2 tussen € 230.000,00 tot en met € 455.000,00

1/4 tussen € 455.000,00 tot € 680.000,00

1/8 boven € 680.000,00

De kosten, berekend overeenkomstig dit onderdeel, worden op gehele

euro’s naar boven afgerond.

75,00

€ Het minimumtarief bedraagt

2.3.1.2.2

(11)

75,00

€ Voor ieder volgend advies voor dezelfde

omgevingsvergunning geldt 2.3.1.2.3

Achteraf ingediende aanvraag

150%

Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel 2.3.1.4

bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:

van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

Aanlegactiviteiten 2.3.2

380,00

€ Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanleg- activiteit als bedoeld in 2.3.2.1

artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

44,20

€ Indien de aanvraag om een aanlegvergunning uitsluitend betrekking heeft op het verwijderen van houtopstand 2.3.2.2

bedragen de leges voor het in behandeling nemen van het verzoek, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit/aanlegactiviteit

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.3.3

2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit/aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

2.3.3.1

186,00

€ wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1

verschuldigde bedrag verhoogd met:

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):

2.3.3.2

377,00

€ wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1

verschuldigde bedrag verhoogd met:

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

2.3.3.3

wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 of 2.3.2.1 verschuldigde bedrag verhoogd

3.371,00

€ met:

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

2.3.3.4

1.685,00

€ wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1

verschuldigde bedrag verhoogd met:

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn 2.3.3.5

gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

377,00

€ wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1

verschuldigde bedrag verhoogd met:

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn 2.3.3.6

gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

377,00

€ wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1

verschuldigde bedrag verhoogd met:

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

2.3.3.7

377,00

€ wordt het op grond van subonderdeel 2.3.1.1

verschuldigde bedrag verhoogd met:

(12)

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

2.3.4

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

186,00

€ indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

2.3.4.1

377,00

€ indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of 2.3.4.2

tijdelijke afwijking) voor zover dit geen evenementen betreft:

3.371,00

€ indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

2.3.4.3

1.685,00

€ indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

2.3.4.4

377,00

€ indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn 2.3.4.5

gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

377,00

€ indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn 2.3.4.6

gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

377,00

€ indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

2.3.4.7

In gebruik nemen of gebruiken van bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

2.3.5

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.3.5.1

2.1, lid 1, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte:

645,00

€ van 0 t/m 500 m²

939,00

€ groter dan 500 m² met maximaal 3 bouwlagen

1.101,00

€ groter dan 500 m² met meer dan 3 bouwlagen

een aanvraag van een verklaring van overdracht van omgevingsvergunning

2.3.5.2

88,00

€ aan de nieuwe gebruiker

Indien een aanvraag om ontheffing of vergunning tijdens de behandeling

2.3.5.3

door de aanvrager wordt ingetrokken of wordt geweigerd, worden de

volgens subonderdeel 2.3.5.1 berekende leges met 50%

verminderd.

Indien voor een aanvraag voor het verstrekken van een omgevingsvergunning

2.3.5.4

met betrekking tot het brandveilig gebruik van een bouwwerk extern advies

ingewonnen dient te worden, worden de verschuldigde leges verhoogd met

deze advieskosten. De meer verschuldigde leges worden door middel van

een door of namens burgemeester en wethouders op te stellen begroting

van kosten ter kennis gebracht aan de aanvrager. Voor de toepassing van

dit artikel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de 5e werkdag

na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis

is gebracht.

(13)

Sloopactiviteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

2.3.6

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een 2.3.6.1

rijks-, provindiaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of de gemeentelijke erfgoedverordening 2014, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

2.3.6.1.1

indien de inhoud van het te slopen pand (of gedeelte daarvan):

225,00

€ minder is dan 50 m³ en/of de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op het verwijderen van asbest

380,00

€ 50 m³ of meer bedraagt, met sloopveiligheidsplan

268,00

€ 50 m³ of meer bedraagt, zonder sloopveiligheidsplan

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

2.3.7

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in 2.3.7.1

gevallen waarin dat een bestemmingsplan,

beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

indien de inhoud van het te slopen pand (of gedeelte daarvan):

225,00

€ minder is dan 50 m³ en/of de aanvraag uitsluitend betrekking heeft op het verwijderen van asbest 2.3.7.1.1

380,00

€ 50m3 of meer bedraagt, met sloopveiligheidsplan 2.3.7.1.2

268,00

€ 50m3 of meer bedraagt, zonder sloopveiligheidsplan 2.3.7.1.3

Kappen 2.3.10

44,20

€ Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, lid 1, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de 'Kapverordening gemeente Rijssen-Holten 2017', bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

Natura 2000-activiteiten 2.3.12

353,00

€ Indien de aanvraag tot het verlenen van een

omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijk ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoeld activiteiten:

Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten) 2.3.13

353,00

€ Indien de aanvraag tot het verlenen van een

omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

Andere activiteiten 2.3.14

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:

353,00

€ behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen 2.3.14.1

zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief,

(14)

onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

353,00

€ behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen 2.3.14.2

categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

353,00

€ als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende 2.3.14.2.1

vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning.

Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:

als het een provinciale of waterschapsverordening betreft:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling 2.3.14.2.2

nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Omgevingsvergunning in twee fasen 2.3.15

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het 2.3.15.1

bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het 2.3.15.2

bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

Beoordeling bodemrapport 2.3.16

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld, verhoogd met:

77,00

€ voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport 2.3.16.1

77,00

€ voor de beoordeling van een archeologisch

bodemrapport 2.3.16.2

Advies 2.3.17

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe 2.3.17.1

bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling 2.3.17.2

genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Verklaring van geen bedenkingen 2.3.18

(15)

Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe 2.3.18.1

bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

indien een ander bestuursorgaan dan de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het 2.3.18.1.1

bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.18.1.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in 2.3.18.2

behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

Vermindering Hoofdstuk 4

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om beoordeling 2.4.1

principeverzoek/schetsplan als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het principeverzoek/schetsplan of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning, als bedoeld in hoofdstuk 3. Dit met uitzondering van de welstandsleges, bedoeld in onderdeel 2.2.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat 2.4.2

aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of

verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:

2%

bij 5 tot 10 activiteiten:

2.4.2.1

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

3%

bij 10 tot 15 activiteiten:

2.4.2.2

van de voor die activiteiten verschuldigde leges;

5%

bij 15 of meer activiteiten:

2.4.2.3

van de voor die activiteiten verschuldigde leges.

50%

Als de aanvraag als bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 (bouwactiviteiten) en 2.3.1.2 (welstandstoets) van een 2.4.3

partiuliere woningeigenaar voldoet aan de voorwaarden gesteld in de regeling Vergroenen van de leges, wordt het legesbedrag per bouwplan verminderd met:

5.000,00

€ met een maximum van:

voor zover die het in de programmabegroting vastgestelde budget niet overschrijdt.

Teruggaaf Hoofdstuk 5

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.1

Als een aanvrager zijn aanvraag om een

omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

75%

indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 1 maand na het in behandeling nemen ervan maar voor het verlenen van de vergunning

2.5.1.1

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

50%

indien de aanvraag wordt ingetrokken na een termijn van 1 maand na het in behandeling nemen ervan maar voor het verlenen van de vergunning

2.5.1.2

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;

(16)

Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.2

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel

of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onder-

delen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder,

bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is

ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning

50%

geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.3

50%

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, 2.5.3.1

aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking 2.5.3.2

waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

Minimumbedrag voor teruggaaf 2.5.4

190,00

€ Een bedrag minder dan € 190,00 wordt niet teruggegeven.

2.5.4.1

De welstandsleges als bedoeld in onderdeel 2.3.1.2 worden niet teruggegeven.

2.5.4.2

Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen

2.5.5

Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Teruggaaf als gevolg van buiten behandeling laten van een aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.6

75%

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, 2.5.6.1

aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 buiten behandeling stelt, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges

190,00

€ met dien verstande dat ten minste een bedrag van € 190,00 is verschuldigd.

Intrekking omgevingsvergunning Hoofdstuk 6

N.V.T.

Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 7

190,00

€ Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning 2.7

als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:

Verrekening als gevolg van afwijking eerder ingediend bouwplan

2.7.1

Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning betrekking

heeft op het bouwen in afwijking van een eerder ingediend bouwplan,

waarvoor al een vergunning is verleend, maar waarvan nog geen gebruik

(17)

is gemaakt, worden de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges

verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief

als vermeld in onderdeel 2.3.1.1, met dien verstande dat zij niet minder

190,00

€ zullen bedragen dan

Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat

naar de omstandigheden beoordeeld van een nieuw bouwplan sprake is.

Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten Hoofdstuk 8

3.933,00

€ Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een

2.8.1

bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

2.810,00

€ Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan 2.8.2

als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening

Bouwvergunning eerste of tweede fase op grond van oude wetgeving

Hoofdstuk 9

N.V.T.

In deze titel niet benoemde beschikking Hoofdstuk 10

Advies derden 2.10.1

Indien bij de beoordeling van aanvragen om vergunning als bedoeld in dit hoofdstuk adviezen worden ingewonnen van externe adviseurs, waaronder een ruimtelijke onderbouwing wordt opgesteld door een extern adviseur, wordt het verschuldigde legesbedrag verhoogd met een bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van aanvragen om vergunning van de aanvrager of melder meegedeelde externe advieskosten. Het extra recht dat wordt geheven is gelijk aan het - uit een begroting blijkend - bedrag dat de adviserende organisatie de gemeente in rekening zal brengen. De aanvraag wordt niet eerder in behandeling genomen dan de vijfde dag nadat de begroting ter kennis is gebracht van de aanvrager.

Als in verband met de wijziging van het bestemmingsplan een verzoek om hogere grenswaarde als bedoeld in de 2.10.2

Wet geluidhinder moet worden ingediend dan worden de leges verhoogd met:

2.860,00

€ - indien de aanvraag betrekking heeft op een project

1.431,00

€ - indien de aanvraag betrekking heeft op 1 woning

190,00

€ Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

2.10.3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn Titel 3

Drank- en Horecawet Hoofdstuk 1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:

3.1

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning ingevolge artikel 3 van de

3.1.1

222,00

€ Drank- en Horecawet

een aanvraag tot het verlenen van een vergunning tot het exploiteren van een openbare

3.1.2

inrichting als bedoeld in artikel 2:28 van de Algemene plaatselijke Verordening

44,20

€ gemeente Rijssen-Holten 2010

In afwijking van het bepaalde in onderdeel 3.1.1 bedraagt het tarief, wanneer

3.1.3

de aanvraag betrekking heeft op een paracommerciële instelling zoals bedoeld

265,00

€ verder van de Drank- en Horecawet

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, lid 4

3.1.4

(18)

44,20

€ van de Drank- en Horecawet

133,00

€ een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

3.1.5

een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, lid 2

3.1.6

44,20

€ van de Drank- en Horecawet

een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35

3.1.7

44,20

€ van de Drank- en Horecawet

In afwijking van het in artikel 3.1.1, 3.1.3 en 3.1.5 bepaalde wordt het tarief, indien

3.1.8

het pand waarop de aanvraag betrekking heeft niet behoeft te worden getoetst aan het

88,00

€ Besluit inrichtingseisen Drank- en Horecawet, verlaagd met

Organiseren van evenementen of markten en overig APV Hoofdstuk 2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren 3.2.1

van een evenement als bedoeld in artikel 2:25, lid 1 van de Algemene plaatselijke verordening

(evenementenvergunning), indien het betreft:

een vergunning voor het organiseren van een grootschalig evenement of een evenement 3.2.1.1

met een verhoogd risicoprofiel, zijnde een elke voor het publiek toegankelijke

145,00

€ verrichting van vermaak (C-evenement)

een vergunning voor het organiseren van een klein evenement, zijnde een elke

3.2.1.2

57,00

€ voor het publiek toegankelijke verrichting van vermaak (B-evenement)

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen

3.2.2

van een vergunning voor de verkoop van vuurwerk als bedoeld in artikel 2.72

29,50

€ van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Rijssen-Holten 2010

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen

3.2.3

van een vergunning voor het innemen van een standplaats als bedoeld in

44,20

€ artikel 5.18 van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Rijssen-Holten 2010

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen

3.2.4

7,40

€ van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, lid 3 van de Zondagswet

Seksbedrijven Hoofdstuk 3

N.V.T.

Huisvestingswet 2014 Hoofdstuk 4

N.V.T.

Brandbeveiligingsverordening Hoofdstuk 5

Indien de aanvraag om een vergunning als bedoeld in artikel 2.1.1, lid 1, van

3.5.1

de Brandbeveiligingsverordening betrekking heeft op het tijdelijke gebruik

van een inrichting ten behoeve van evenementen en dergelijke (gebruik

10%

maximaal 30 dagen) bedragen de leges 10% van het volgens onderdeel

2.3.5 berekende bedrag.

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Hoofdstuk 6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ter

3.6.1

(19)

verkrijging van een vergunning op grond van de

"Kapverordening gemeente

44,20

€ Rijssen-Holten 2017"

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere,

3.6.2

in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

44,20

€ voor ieder daaraan besteed half uur

Behoort bij raadsbesluit van 14 december 2017 De griffier van de gemeente Rijssen-Holten.

G.H. Veerman griffier

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Als de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of het veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in

€ Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en al dan niet tevens sprake is van

2.3.6.1 Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermdmonument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van