• No results found

ZIMMERMANNS ZWANENZANG

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "ZIMMERMANNS ZWANENZANG"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nicola Porpora Carlo il Cal Drama per musicavo première R

ome, Teatro delle Dame, 1 738

60

20 FEBRUARI 2021 14.15 UUR

ZIMMERMANNS ZWANENZANG

Radio Filharmonisch Orkest

Ingo Metzmacher dirigent Tabea Zimmermann altviool Georg Nigl bariton

Stephan Rehm spreekstem 1 (Prediker) Jakob Diehl spreekstem 2 (Grootinquisiteur)

Johann Sebastian Bach 1685-1750 | arr. Anton Webern 1883-1945 Ricercare uit Musikalisches Opfer BWV 1079 1747|1935

York Höller 1944

Concert voor altviool en orkest 2016-2017 - Nederlandse première opgedragen aan Tabea Zimmermann

Andante con moto – Tempo fluido

Chaconne. Molto lento e espressivo – Furioso Molto vivace e risoluto – Lento assai

pauze

Bernd Alois Zimmermann 1918-1970

‘Ich wandte mich um und sah an alles Unrecht das geschah unter der Sonne’ 1970

Ekklesiastische Aktion für 2 Sprecher, Bass-Solo und Orchester

Evert-Jan de Groot repetitor

(2)

2 3

BENT U AL VRIEND?

vriendenvandematinee.nlwww.

60e seizoen 20 februari 2021

Alles begint en eindigt met Bach. Vijf dagen voor zijn vrijwillige dood in 1970 voltooide Bernd Alois Zimmermann zijn Ekklesias- tische Aktion, die eindigt met een citaat uit het Bachkoraal Ich habe genug. York Höller componeerde zijn Altvioolconcert ter gelegenheid van de honderdste geboortedag van Zimmermann, de leermeester die hem de weg uit het serialisme wees. Twaalf- toonscomponist Anton Webern maakte in 1935 een instrumen- tatie van het zesstemmige ricercare uit het Musikalisches Opfer, die al net zo transparant is als de partituur van Höller.

Bach/Webern – Ricercare uit Musikalisches Opfer

Het verhaal is bekend. Bachs zoon Carl Philipp Emanuel was in dienst van Frederik II van Pruisen, die een verzameling nieu- werwetse fortepiano’s had aangeschaft. De vorst nodigde de

‘oude Bach’ in 1747 uit deze te komen keuren in zijn paleis in Potsdam. Voor de gelegenheid gaf hij Bach een lastig thema op dat deze al improviserend uitwerkte tot een driestemmige fuga.

Frederik was geïmponeerd en eenmaal thuis in Leipzig werkte Bach het ‘koninklijke thema’ verder uit.

Op eigen kosten publiceerde hij nog datzelfde jaar zijn Musikali- sches Opfer, dat hij opdroeg aan de koning (‘Opfer’ gebruikt in de zin van ‘geschenk’). Het ambitieuze werk omvat een drie- en een zesstemmig ricercare voor klavier solo, een triosonate voor fluit, viool en basso continuo en tien canons; een integrale uitvoering neemt ongeveer een uur in beslag. Het doorwrochte contrapunt is kenmerkend voor Bach, hoewel de triosonate met zijn lichtere toon lijkt aan te haken bij de modernere smaak van de koning, een uitstekend amateurfluitist.

Dat de twaalftoonscomponist Anton Webern zich aangetrokken zou voelen tot Bachs muziek lag voor de hand. Hij behaalde in 1906 zijn doktersgraad muziekgeschiedenis aan de Universiteit

ZIMMERMANNS ZWANENZANG

De ZaterdagMatinee op social media

Via Facebook, Twitter en Insta gram houdt de Matinee u op de hoogte van het laatste nieuws rond de concerten.

Volg ons, en praat mee!

Uitzending NPO Radio 4

Dit concert – wegens de huidige corona-omstan- digheden zonder publiek – wordt live uit gezonden via NPO Radio 4. U kunt het ook beluisteren via

ZATERDAGMATINEE.NL Het concert, zonder voor- en/of pauze programma, kunt u na enkele dagen terugvinden op

NPORADIO4.NL/CONCERTEN

Podium Witteman 21 februari 2021 18.15u

Paul Witteman ontvangt deze week onder anderen tekstdichter en presentator Ivo de Wijs. Bariton Martijn Cornet en het Ragazze Quartet brengen een van zijn geliefde Schubertliederen. Het Nymphéas Trombone Quartet speelt Gabrieli, en Floris Kortie en pianist Boris Giltburg duiken in de etude.

ZONDAG 21 FEBRUARI LIVE OP NPO 2 PODIUMWITTEMAN.NL

Zestigste seizoen

De Matinee viert haar zestigste seizoen! Op de speciale webpagina vindt u elke week een opname uit de roem- ruchte Matineegeschiedenis. En elke twee weken ver- schijnt een podcast waarin een dirigent centraal staat.

Nieuwste opname: Death in Venice

Inmiddels verschenen opnamen uit de periode 1963- 2001 van Magda Olivero, Elly Ameling, Jean Fournet, Herman Krebbers, Rafael Kubelík, Sergiu Celibidache, Montserrat Caballé, Youri Egorov, Michael Tilson Tho- mas, Carlo Bergonzi, Cristina Deutekom, Henry Lewis (met Puccini’s Turandot), het eerste Matinee-optreden van Maria João Pires, een optreden van Robert Holl en Rudolf Jansen (Russische liederen) en het Groot Om- roepkoor (Rachmaninov), Jevgeni Svetlanov, Dmitri Hvo- rostovsky in Schoppenvrouw (Tsjaikovski), Edo de Waart, Günter Wand, Renata Scotto, Marc Minkowski (Händels Ariodante met Lynne Dawson, Anne Sofie von Otter en Ewa Podles), Reinbert de Leeuw (Saint-François d’Assise), Simon Rattle (Die Jahreszeiten) en Kenneth Montgomery (de Nederlandse première van Brittens Death in Venice).

Podcasts: van Fournet tot Stockhausen

De eerste podcasts in de reeks Markante Maestro’s:

Jean Fournet dirigeert het openingsconcert van de Matinee op de Vrije Zaterdag (1961), Ernest Bour en Severino Gazzeloni (1968), Hans Vonk (1980), Kirill Kon- drashin (1981), Jordi Savall (1986), Valeri Gergiev (1991), Frans Brüggen (1996), Reinbert de Leeuw (1998), Pierre Boulez (1998) en Edo de Waart (1998), Philippe Herre- weghe (2000) en Karlheinz Stockhausen (2002).

NPORADIO4.NL/MATINEE60

Anton Webern

(3)

4 inclusief de gangbare permutaties als omkering, kreeftgang en 5 dergelijke. Maar toen Höller een jaar later de première bijwoon-

de van de baanbrekende opera Die Soldaten van Bernd Alois Zimmermann, besloot hij ter plekke het roer om te gooien.

“Ik kan de indrukken die mij overvielen onmogelijk in woorden beschrijven”, zei hij hierover. “Beginnend met dat enorm complexe voorspel, waarin een pauk onophoudelijk zijn (bijna) constante slagen dreunt […] tot aan het inmiddels legendari- sche einde, toen de hele verlichtingsmachinerie naar beneden zakte en de zaal één ogenblik overspoelde met meer dan 100.000 watt. Dit was opwindend theater, geweldige muziek […].

Bij deze man wilde en moest ik in de leer.”

Drie jaar lang studeerde hij inderdaad bij Zimmermann, wiens

‘analytische bespiegelingen’ hem stimuleerden nieuwe wegen te gaan verkennen. Hij raakte ervan overtuigd dat een kunst- werk een levend organisme is, waarvan “de componenten functioneel met elkaar verbonden zijn dankzij een ontwikke- lingsproces, niet als resultaat van een willekeurige instelling”.

Höller zei het strenge serialisme vaarwel en ging elektronische muziek studeren bij Herbert Eimert. Tevens werkte hij in de elektronische studio van WDR3 in Keulen en het IRCAM in Parijs. De inzichten die hij zo verwierf, vertaalde hij ook naar akoestische instrumenten en gaandeweg ontwikkelde hij het fijnzinnige gevoel voor klankkleur waar hij bekend mee werd.

Zijn werk heeft bovendien een sterke communicatieve zeggings- kracht.

Dat geldt ook voor het Concert voor altviool en orkest dat hij in 2016-2017 componeerde. Het was een opdracht van het Keulse Acht Brücken Festival voor de herdenking van de honderdste geboortedag van Zimmermann in 2018. Het concert werd in première gebracht door het Gürzenich-Orchester en altvioliste Tabea Zimmermann (geen familie) aan wie het is opgedragen en die het ook vandaag uitvoert.

Grosso modo volgt het concert weliswaar de klassieke indeling van snel-langzaam-snel, maar daarmee houdt de relatie met de traditie op. Höller schept in ruim twintig minuten een delicaat stemmenweefsel waarin de altviool alle ruimte krijgt. Geregeld splitst hij het orkest op in kleinere eenheden die steeds van samenstelling en kleur verschieten, zodat het geheel transpa- rant blijft en de solist nooit wordt overstemd.

van Wenen met het proefschrift Choralis Constantinus, waarin hij de polyfonie van Heinrich Isaac analyseerde. In zijn eigen werk wemelt het van de contrapuntische technieken. De twaalftoons- reeksen verschijnen in omkering, kreeftgang, vergroting, verkleining en combinaties daarvan, vaak ook nog eens in canon.

Het uiterst chromatische thema van het Musikalisches Opfer moet Webern hebben doen watertanden. Het opent conventioneel genoeg, met een opwaarts arpeggio op de tonen c-es-g-as, waarmee de toonsoort c-klein bevestigd wordt. Hierop volgt onmiddellijk een dalende sprong naar de b, de (verhoogde) leidtoon. Na een korte rust veert het thema alweer omhoog naar de g, om vervolgens na acht (!) dalende halve secundes terug te keren naar veiliger, tonaler water en de grondtoon c.

Deze secundencascade sluit aan bij Weberns liefde voor dit interval en geeft het thema een stevige spanning. Webern verdeelt de zes stemmen van Bachs origineel over vijf houtbla- zers, drie koperblazers, pauk, harp en strijkkwartet. Kenmer- kend voor zijn orkestratie is dat hij de frasen uitsmeert over verschillende instrumenten, net als in zijn eigen werken. Zo ontstaat een soort klankkleurenmelodiek.

De trombone speelt de eerste vijf tonen, de rest is in brokjes verdeeld over hoorn, trompet, trombone, harp en strijkers. De fluit tekent voor de tweede inzet en gaandeweg ontspint zich een fascinerend weefsel van door elkaar krioelende lijnen, waarbij de afzonderlijke instrumenten met hun korte motieven lijken te wedijveren om de aandacht van de luisteraar. Maar aan het slot plaatsen zij in eendrachtig fortissimo een welhaast romantisch tonaal uitroepteken.

Höller – Concert voor altviool en orkest

York Höller werd in 1944 in Leverkusen geboren en studeerde schoolmuziek aan het Conservatorium van Keulen, met als hoofdvak piano en als bijvakken compositie, viool en zang.

Tegelijkertijd volgde hij colleges musicologie aan de Universi- teit van Keulen en kreeg hij compositieonderricht van Joachim Blume.

In 1964 bracht hij zelf zijn officiële ‘opus 1’ in première, de Fünf Stücke für Klavier. Geheel volgens de dan heersende mores zijn de vijf karakterstukken gebaseerd op een twaalftoonreeks,

York Höller

(4)

6 len; zijn vader was boer en spoorwegambtenaar. Op zijn elfde 7 ging hij naar een kloosterpensionaat, maar toen de nazi’s in

1936 alle privéscholen sloten, voltooide hij noodgedwongen het gymnasium aan een openbare school in Keulen.

Na een verplichte inzet voor de Reichsarbeitsdienst ging Zim- mermann muziekwetenschap en compositie studeren, maar in 1940 werd hij alweer opgeroepen voor de Wehrmacht. Twee jaar later kreeg hij vanwege een ernstige huidziekte oneervol ontslag; vanwege de oorlog kon hij zijn studie pas in 1947 afronden. Hij werkte als freelance componist voor de radio en bezocht de zojuist ingestelde Ferienkurse für neue Musik in Darmstadt. Daar kreeg hij les van modernisten als Wolfgang Fortner en René Leibowitz, maar hij was te antidogmatisch om radicaal te breken met de muziektraditie. Puttend uit alle denkbare perioden en stijlen ontwikkelde hij de pluralistische Klangkomposition die zijn handelskenmerk werd.

In 1970 componeerde hij zijn zwartgallige Ekklesiastische Aktion voor bas, twee sprekers en orkest. De titel verwijst naar de azione sacra, een mengvorm tussen opera en oratorium. De teksten haalde Zimmermann uit het Bijbelboek Prediker en de legende van de Grootinquisiteur uit Dostojevski’s roman De Het opent met een pianissimo aangehouden, licht dissonant

akkoord van het tutti-orkest. Uit dit diffuse klankweefsel stijgt de altviool als het ware op en spint ragfijne draden in het hoge register. Maar al snel speelt zij allengs sneller wordende figura- ties, soms samen optrekkend met de xylorimba. Het orkest blijft beschaafd op de achtergrond, afgezien van enkele sfeer- volle korte tussenwerpingen van het slagwerk.

Een chaconne vormt het model voor het tweede deel, dat ontstond in 2016 als klaagzang voor de zojuist overleden Pierre Boulez. De altviool zet het weemoedig dalende thema in, na enkele maten gevolgd door de basklarinet, die haar cantilenen als een schaduw omspeelt. Traag deinend orkestgewoel in de laagte onderstreept de elegische sfeer.

Een korte, luide aanzet van strijkers en lage blazers ‘lanceert’

de solist het derde deel in. Haar razendsnelle motieven worden aangevuurd door vurige interpuncties van het slagwerk. Het concert eindigt in serene verstilling, met trage, berustende zuchten van de solist die worden afgesloten met een nauw hoorbaar pizzicato van de contrabassen.

Zimmermann - ‘Ich wandte mich um und sah an alles Unrecht das geschah unter der Sonne’

Bernd Alois Zimmermann is vooral bekend om zijn baanbre- kende opera Die Soldaten uit 1965, een multimediaspektakel avant la lettre. Simultaanscènes in verschillende tijden en op meerdere podia worden nog gelaagder door de toevoeging van film- en geluidsfragmenten van band. Tegendraads was boven- dien de collagetechniek. Zimmermann kruidde een expressio- nistisch atonaal idioom met flinke scheuten jazz, pop en citaten uit de klassieke muziek. Ook het libretto, geïnspireerd op het gelijknamige boek van Jakob Lenz, presenteert geen lichte kost. Het schetst een inktzwart wereldbeeld: overal heerst onrecht en de mens staat hier weerloos tegenover.

Deze fatalistische boodschap sluit naadloos aan bij de kort voor zijn dood in 1970 gecomponeerde Ekklesiastische Aktion. Zimmer- manns levenshouding is getekend door zijn achtergrond. Acht maanden voor het einde van de Eerste Wereldoorlog geboren, ervoer hij als kind de repressie door de nazi’s, die in 1939 de Tweede Wereldoorlog ontketenden. Hij groeide op in een

katholieke plattelandsgemeenschap in de omgeving van Keu- Bernd Alois Zimmermann

(5)

9 8

Prediger 4,1

BARITON, ERSTER SPRECHER

Ich wandte mich und sah an alles Unrecht, Das geschah unter der Sonne; und siehe, Da waren Tränen derer, so Unrecht litten Und hatten keinen Tröster mehr;

Und die ihnen Unrecht getan hatten, Waren zu mächtig, dass sie

Keinen Tröster haben konnten.

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

Da öffnet sich plötzlich im tiefen Dunkel Die eiserne Tür des Kerkers,

Und herein kommt langsam, Eine Leuchte in der Hand, Der greise Großinquisitor selbst.

Er ist allein, hinter ihm Schließt sich sofort die Tür.

Er bleibt am Eingang stehen und blickt lange, Eine Minute oder zwei, ihm ins Gesicht.

Endlich tritt er leise näher, stellt die Leuchte Auf den Tisch und sagt zu ihm:

»Bist du es? Du?«

Doch bevor er noch eine Antwort erhält, Fügt er rasch hinzu:

»Antworte nicht, schweige. Was könntest du Auch sagen? Ich weiß nur zu gut,

Was du sagen würdest. Auch hast du Gar kein Recht, dem etwas hinzuzufügen, Was du schon früher gesagt hast.

Warum bist du gekommen, uns zu stören?

Denn du bist gekommen, uns zu stören, Und du weißt das selbst. Weißt du aber, Was morgen geschehen wird?

Ich weiß nicht, wer du bist, gebroeders Karamazov. De gekozen verzen van Salomo beschrij-

ven kortweg de onmogelijkheid van menselijk geluk: er is enkel onrecht, haat en nijd, de dood is te prefereren boven het leven.

Dostojevski beschrijft hoe de Grootinquisiteur de op aarde teruggekeerde Christus verwijt dat hij de mensen vrijheid aanbiedt, daar zijn ze immers veel te zwak voor. Hij had beter kunnen luisteren naar Satan, die de inquisiteur zelf ‘in naam van Jezus’ dient.

De ene spreker declameert de teksten van Salomo, de ander die van Dostojevski; de zanger put uit beide. Voorafgaand zitten sprekers en dirigent ‘in meditatieve houding’ op het toneel terwijl de zanger staat; de dirigent heeft zijn handen voor zijn gezicht geslagen. De sprekers mogen willekeurig teksten voor- dragen tot de dirigent opstaat en het stuk inzet.

Een klaroenstoot van drie trombones introduceert de eerste spreker: ‘Ich wandte mich um und sah an alles Unrecht das geschah unter der Sonne’. Dan klinkt dezelfde tekst in de bas, die veel interpretatievrijheid krijgt. Hij moet weliswaar de voorgeschreven toonhoogtes raken, maar mag die naar eigen goeddunken fraseren en inkleuren en daarbij alle mogelijke stemtechnieken gebruiken. Mits hij gevoelens uitdraagt van

‘weeklagen, doodsangst, bedrukking, schrik en verlatenheid’.

Eenzame gongslagen onderstrepen de rituele sfeer en in een kleine veertig minuten schetst Zimmermann een bloedstollend drama. De geëxalteerd-declamatorische teksten van de sprekers vinden hun evenknie in het gekwelde Sprechgesang van de bas, die zelden een navolgbare melodie te zingen krijgt. Het orkest houdt zich veelal stil, maar schreeuwt op gezette tijden zijn onmacht en woede uit in schrille, fortissimo gespeelde disso- nante samenklanken die door merg en been gaan. Zoals wan- neer de Grootinquisiteur Christus toebijt: ‘Morgen zal ik je terechtstellen!’

Opvallend is het korte citaat uit het Bachkoraal Es ist genug tegen het slot: ‘Het is genoeg, Heer, als het u behaagt, geeft mij dan rust.’ Het koraal wordt weliswaar instrumentaal uitge- voerd, maar zegt veel over de gemoedstoestand van Zimmer- mann tijdens het componeren. Vijf dagen na voltooiing beroof- de hij zich van het leven.

Thea Derks

BERND ALOIS ZIMMERMANN

»Ich wandte mich und sah an alles Unrecht, das geschah unter der Sonne«

tekst: Prediker; Fjodor Dostojevski, 1821-1881)

TEKSTEN

(6)

10 Sie sich fürchten und das sie beängstigt. 11 Siehst du die Steine in dieser nackten

Und glühenden Wüste? Verwandle sie In Brote und die Menschheit wird Dir nachlaufen wie eine Herde, Dankbar und gehorsam...«

Prediger 4,3

BARITON, ERSTER SPRECHER Und besser denn alle beide ist, Der des Bösen nicht innewird, Das unter der Sonne geschieht.

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

Doch du wolltest den Menschen Nicht der Freiheit berauben Und lehntest den Vorschlag ab…

Prediger 4,4-5 BARITON

Ich sah an Arbeit und Geschicklichkeit In allen Sachen;

Da neidet einer den andern.

Das ist auch eitel

Und Haschen nach dem Wind.

Ein Narr schlägt die Finger ineinander Und verzehrt sich selbst.

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

»Ich schwöre dir, der Mensch ist schwächer Und niedriger als du gedacht hast! Vermag er Denn zu vollbringen, was du vollbracht hast?

In deiner hohen Achtung vor ihm hast du So gehandelt, als hättest du

Kein Mitleid mehr mit ihm,

Denn du verlangtest zu viel von ihm.

Du, der du ihn mehr liebst als dich selbst.

Hättest du ihn weniger geachtet, Und will auch gar nicht wissen, ob du es

Wirklich bist oder nur sein Ebenbild, Doch morgen noch werde ich dich richten Und als den schlimmsten aller Ketzer.«

Prediger 4,2

BARITON, ERSTER SPRECHER Da lobte ich die Toten, Die schon gestorben waren, Mehr denn die Lebendigen, Die noch das Leben hatten.

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

Und der Gefangene schweigt.

Er sieht ihn lang an und sagt kein Wort.

»Hast du das Recht, uns auch nur Ein einziges Geheimnis aus jener Welt Zu verkünden, aus der du gekommen bist?...

Der furchtbare und kluge Geist, der Geist Der Selbstvernichtung und des Nichtseins«, Fährt der Greis fort: »Der große Geist Hat mit dir in der Wüste gesprochen, Und es ist uns in der Schrift überliefert, Er habe dich dort versucht. Trifft das zu?

Und hätte man etwas Wahreres Sagen können als das,

Was er dir in den drei Fragen verkündete Und was du von dir wiesest

Und was in der Schrift

›Versuchung‹ genannt wird?

Entscheide nun selbst, wer recht hatte:

Du oder jener, der dich damals fragte?

Erinnere dich der ersten Frage!

Du willst in die Welt gehen Und gehst mit leeren Händen,

Mit dem vagen Versprechen einer Freiheit, Das sie in ihrer Einfalt

Und angeborenen Zuchtlosigkeit Nicht einmal begreifen können, vor dem

(7)

12 »Der Großinquisitor« 13 ZWEITER SPRECHER

Ihre Wissenschaft und Menschenfresserei herrschen werden…

Prediger 4,8 ERSTER SPRECHER

Es ist ein einzelner, und nicht selbander…

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

Denn sie, die ihren babylonischen Turm Ohne uns zu bauen begannen,

Werden bei der Menschenfresserei enden…

Prediger 4,8 ERSTER SPRECHER

Und hat weder Kind noch Bruder;

Doch ist seines Arbeitens kein Ende

Und seine Augen werden Reichtums nicht satt.

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER Die Freiheit, der freie Geist Und die Wissenschaft werden sie In solche Wirrnisse führen...

Sich selbst vernichten, gegenseitig ausrotten, Das Geheimnis, die große Hure.

Prediger 4,8

BARITON, ERSTER SPRECHER

Wem arbeite ich doch und breche meiner Seele ab? Das ist auch eitel und eine böse Mühe.

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

Du musst wissen, dass auch ich in der Wüste Gewesen bin, dass auch ich mich

Von Heuschrecken und Wurzeln ernährt habe, Dass auch ich die Freiheit gesegnet habe, So hättest du auch weniger von ihm verlangt,

Und das wäre der Liebe näher gekommen, Denn seine Bürde wäre dann leichter gewesen.

Er ist schwach und gemein.

Was hat es schon zu besagen, wenn er jetzt Allerorten gegen unsere Herrschaft rebelliert Und darauf auch noch stolz ist?

Das ist nur der Stolz eines Kindes,

Eines Schuljungen. Sie sind wie kleine Kinder, Die sich im Klassenzimmer empört

Und ihren Lehrer hinausgejagt haben ...

Sie werden die Kirchen niederreißen Und die Erde mit Blut überschwemmen.

Aber bei all ihrer Torheit werden sie

Schließlich einsehen, dass sie zwar Aufrührer, Aber nur schwache Aufrührer sind,

Die ihren eigenen Aufruhr nicht ertragen...

Unruhe, Verwirrung und Unglück, Das ist das Los nach alledem,

Was du für ihre Freiheit erduldet hast...

Vielleicht willst du es gerade Aus meinem Munde vernehmen.

So höre denn:

Wir sind nicht mit dir, sondern mit ihm!

Das ist unser Geheimnis!

Wir sind schon längst nicht mehr mit dir, Sondern mit ihm!!!«

»Der Großinquisitor«

ZWEITER SPRECHER

»Oh, es werden noch Jahrhunderte vergehen, In denen der Unfug des freien Verstandes…

Prediger 4,7 ERSTER SPRECHER Ich wandte mich und sah Die Eitelkeit unter der Sonne.

(8)

15 14

van Nono, Zimmermann, Birtwistle en Rihm bij de Salzburger Festspiele. De productie van Nono’s Intolleranza 1960 werd wegens coronamaatregelen naar 2021 verplaatst. Hij gaf concerten met de Berliner en de Wiener Philharmoni- ker, het Koninklijk Concertgebouw- orkest, het Chicago Symphony Orches- tra, de Tsjechische Philharmonie, het Nationaal Orkest van Rusland, de Philharmonie van St. Petersburg, het Orchestre de Paris en het BBC Sym- phony Orchestra. Van 2007 tot 2010 was hij chef-dirigent en artistiek leider van het Deutsches Symphonie-Orchester Berlin, van 1997 tot 2005 Generalmusik- direktor van de Staatsoper Hamburg en aansluitend chef-dirigent bij de Natio- nale Opera in Amsterdam. Als pianist begeleidt hij Christine Schäfer, Mat- thias Goerne en Christian Gerhaher bij het Aspen Music Festival, in Wigmore Hall in Londen, bij de Schubertiade Schwarzenberg en de Salzburger Festspiele. Hij is de auteur van boeken als Vorhang auf! Oper entdecken und erleben

Ingo Metzmacher

Ingo Metzmacher richt zich sinds het begin van zijn carrière op de muziek uit de twintigste en eenentwintigste eeuw. Zo dirigeerde hij recentelijk de wereldpremière van Die Weiden van Johannes Maria Staud in Wenen, Sjostakovitsj’ Lady Macbeth van het district Mtsensk in Parijs, de Franse première van Rihms Jakob Lenz bij het Festival d’Aix-en-Provence en Œdipe van Enescu met de Wiener Philharmoniker bij de Salzburger Festspiele. Hij was te gast bij het Cleveland Orchestra, het Orchestre Philharmonique de Radio France, het Deutsches Symphonie-Orchester Berlin, het NDR Elbphilharmonie Orchester en Ensemble Modern. Hij is de artistiek leider van de KunstFestSpiele Herren- hausen. Ingo Metzmacher is regelmatig te gast bij de Berliner en de Wiener Staatsoper, het Royal Opera House Covent Garden, La Scala in Milaan, het Teatro Real in Madrid, de Opéra de Paris en Opernhaus Zürich. De laatste jaren dirigeerde hij muziektheaterwerken Mit der du die Menschheit gesegnet hast.

Auch ich hatte vor,

Einer von deinen Auserwählten zu werden ...

Einer von deinen Auserwählten!«

ERSTER SPRECHER, ZWEITER SPRECHER Er aber nähert sich schweigend dem Greis Und küsst ihn still auf seine blutleeren Neunzigjährigen Lippen. Das ist seine ganze Antwort. Der Greis fährt zusammen.

Seine Mundwinkel zucken; er geht zur Tür, Öffnet sie und sagt zu ihm:

»Geh und komm nicht wieder... Komme nie, Nie mehr wieder... niemals, niemals!«

BARITON, ZWEITER SPRECHER

Der Gefangene geht, und er lässt ihn hinaus.

Auf die dunklen Straßen und Plätze der Stadt.

Prediger 4,9-10

BARITON, ERSTER SPRECHER So ist’s ja besser zwei denn eins;

Denn sie genießen doch ihrer Arbeit wohl.

Fällt ihrer einer, so hilft ihm sein Gesell auf.

BARITON

Weh dem, der allein ist!

UITV OERENDEN

ANJA FRERS

(9)

16 17

en Kirill Petrenko. Hij bracht veel composities in première, en componis- ten als Friedrich Cerha, Pascal Dusapin, Georg Friedrich Haas, Wolfgang Mitte- rer, Olga Neuwirth en Wolfgang Rihm schreven werk voor hem. Zijn kamer- muziekrepertoire reikt van de barok, via de Weense klassieken tot de nieuw- ste muziek. Zo zong hij Mozarts Papa- geno, maar ook de wereldpremière van Dusapins opera Macbeth Underworld in het Théâtre de la Monnaie in Brussel, de titelrol in Monteverdi’s Orfeo en de wereldpremière van Beat Furrers Violetter Schnee bij de Staatsoper Unter den Linden in Berlijn, de titelrol in Manfred Trojahns Orest bij de Wiener Staatsoper, Figaro in Mozarts Le nozze di met de piano. Zij kreeg les van Ulrich

Koch aan de Musikhochschule Freiburg en Sándor Végh aan het Mozarteum Salzburg. Zij won diverse concoursen, en na het winnen van het Le Concours International d’Alto Maurice Vieux in 1983 kreeg zij een altviool van de bouwer Etienne Vatelot. Sinds 2019 bespeelt zij een instrument dat Patrick Robin voor haar bouwde. Van 1987 tot zijn dood in 2000 gaf zij veel concerten met haar man David Shallon. Tabea Zimmermann woont in Berlijn en doceert sinds oktober 2002 aan de Hochschule für Musik Hanns Eisler in Berlijn.

Eerder in de Matinee: Berio Naturale (2004), Schnittke Monolog & Britten La- chrymae (2012), Bartók Altvioolconcert (2019)

Georg Nigl

De Oostenrijkse bariton Georg Nigl, die Wozzeck zong in La Scala in Milaan, Rihms Lenz in Brussel en Berlijn, en Bach-cantates met Luca Pianca, begon zijn loopbaan als sopraansolist bij de Wiener Sängerknaben. Hij trad op in het Bolsjoj Theater in Moskou, de Staatsoper Berlin, de Bayerische Staats- oper, het Théâtre des Champs-Elysées, De Nationale Opera in Amsterdam en het Théâtre de La Monnaie in Brussel, bij de Salzburger Festspiele, het Festival d’Aix-en-Provence, de Ruhrtriennale en de Wiener Festwochen. Hij werkte samen met dirigenten als Daniel Barenboim, Teodor Currentzis, Valery Gergiev, Daniel Harding, Nikolaus Harnoncourt, René Jacobs, Kent Nagano voor haar, onder wie György Ligeti

(Sonate voor altviool solo), Heinz Holliger (Recitanto voor altviool en orkest), Wolfgang Rihm (het altvioolconcert Über die Linie IV en Stabat Mater), George Lentz (Monh), Frank Michael Beyer (Notte di Pasqua), Bruno Mantovani (Dubbelcon- cert, met Antoine Tamestit), Enno Poppe (Filz) en Michael Jarrell (Altvioolconcert).

Zij werd geëerd met ondermeer het Bundesverdienstkreuz, de Frankfurter Musikpreis, de Hessische Kulturpreis, de Rheingau Musikpreis, de Internatio- nale Prijs van de Accademia Musicale Chigiana (Sienna) en de Paul-Hinde- mith-Preis der Stadt Hanau. Tabea Zimmermann studeerde altviool vanaf haar derde, en twee jaar later begon zij en Keine Angst vor neuen Tönen. Ingo

Metzmacher studeerde piano, muziek- theorie en directie in zijn geboortestad Hannover, en vervolgens in Salzburg en Keulen. Zijn eerste artistieke stand- plaats werd Frankfurt, waar hij het Ensemble Modern leidde, en dirigeerde in de Frankfurter Oper onder leiding van Michael Gielen. Zijn internationale loopbaan begon in de Brusselse Munt, waar Gerard Mortier hem in 1988 voor Franz Schrekers Der Ferne Klang uitno- digde.

Eerder in de Matinee: werken van Bartók, Mozart en Stravinsky (1990), werken van Ives, Milhaud, Van Norden (Two worlds) en Thomson (1994), werken van Carter en Ives (1995), werken van Debussy, Lachenmann, Sibelius en Varèse (1997), Henze Ariosi & Fraternité & Mahler Vierde symfonie (2002), werken van Brahms, Rihm en Verdi (2003), werken van Beetho- ven, Hartmann, Hindemith en Weill (2004), werken van Bartók, Hartmann, Mahler en Webern (2005), Wagner Parsifal (tweede akte) & Birtwistle The Shadow of Night (2006), werken van Beethoven en Henze (2007), Hartmann Achtste symfonie &

Bruckner Negende symfonie (2013)

Tabea Zimmermann

De altvioliste Tabea Zimmermann won de internationale Ernst von Siemens Musikpreis 2020. Zij was artist in residence van het Koninklijk Concertge- bouworkest in seizoen 2019/2020, is dat in het huidige seizoen bij de Berliner Philharmoniker, en was het eerder bij onder andere Ensemble Resonanz.

Talloze componisten schreven werk

MARCO BORGGREVE ANITA SCHMID

(10)

18

Radio Filharmonisch Orkest

19 Het Radio Filharmonisch Orkest,

opgericht in 1945, is een onmisbare schakel in het Nederlandse muziekle- ven. Behalve het grote symfonische repertoire speelt het 75-jarige orkest, meer dan welk ander Nederlands symfonie orkest, muziek van dit mo- ment. Het betreft vaak premières van werk dat in opdracht van de omroep- series NTR ZaterdagMatinee en AVRO- TROS Vrijdagconcert wordt geschreven.

Vernieuwende concertformats als Pieces of Tomorrow en Out of the Blue bereiken een opvallend jong publiek.

Vrijwel alle concerten worden recht- streeks uitgezonden op NPO Radio 4.

Dat betekent vanzelf dat het Radio Filharmonisch Orkest optreedt voor een live-publiek dat vele tientallen malen groter is dan een concertzaal ooit zou kunnen herbergen.

Het orkest wordt sinds 1 september 2019 geleid door de Amerikaanse chef-dirigent Karina Canellakis. Zij is daarmee de eerste vrouwelijke chef- dirigent van een Nederlands symfonie- orkest. Canellakis heeft illustere voor- gangers als Bernard Haitink

(beschermheer), Jean Fournet, Hans Vonk, Edo de Waart (eredirigent), Jaap van Zweden (honorary chief conductor) en Markus Stenz. In juni 2019 dirigeer- de Stenz zijn laatste concerten als chef.

Het Radio Filharmonisch Orkest werkte samen met gastdirigenten als Pablo Heras-Casado, Vladimir Jurowski, Vasily Petrenko, Christoph Eschenbach, John Adams, Peter Eötvös, Charles Dutoit, Gennady Rozhdestvensky, Michael met ensembles als Klangforum Wien,

Ensemble Mosaik, het Ensemble voor Eigentijdse Muziek (Moskou), de Junge Deutsche Philharmonie en het Rund- funk-Sinfonieorchester Berlin. Hij componeert muziek van solo- tot orkestbezetting, maar schrijft ook voor hoorspel, theater en film. Met slagwer- ker Sven Pollkötter staat hij sinds 2016 als zanger en instrumentalist op het podium met de band Taumel. Als acteur treedt hij op in internationale filmproducties, in het theater en hoorspelen, Hij was te zien als ‘The Unknown’ in de Netflix-serie Dark en heeft een rol in de nog te verschijnen Nederlandse film De slag om de Schelde.

klassieke basrepertoire, maar vertolkte ook operette en musical, stond in opera- theaters en concertzalen in Japan, Brussel, Frankfurt, Los Angeles, Salz- burg (Mozartwoche en Salzburger Festspiele), Leipzig (Gewandhaus), Dortmund en Wenen (Neue Oper), en trad op bij de Kassler Musiktage, Wien Modern en de Pelerinages in Weimar.

Hij werkte samen met dirigenten als Sylvain Cambreling, Nikolaus Harnon- court, Ingo Metzmacher, Helmut Rilling en Markus Stenz. Naast zijn zangcar- rière werkte Rehm als spreker/presenta- tor voor radio en televisie, vele jaren al bij de ORF in Wenen. In die stad doceert hij en spraak en tekstpresentatie aan de MDW Universität für Musik und Dar- stellende Kunst en de Musik und Kunst Privatuniversität. Sinds 1990 is hij bovendien taalcoach Duits bij onder andere de operahuizen in Brussel en Amsterdam en bij de Weense Volksoper.

Eerder in de Matinee: Beethoven Fidelio (2008, spreekstem)

Jakob Diehl

De componist en acteur Jakob Diehl werkt als spreker en stemartiest op het kruispunt van muziek en tekst. Zo trad hij in Keulen in 2013 en in dezelfde stad bij het Festival Acht Brücken op in Requiem für einen jungen Dichter en de Ekklesiastische Aktion van Bernd Alois Zimmermann. Wereldpremières van Sergej Newski, Martin Schüttler en Sarah Nemtsov brachten hem naar de Donaueschinger Musiktage, MaerzMu- sik (Berlijn) en Wien Modern, en naar St. Petersburg en Moskou. Hij trad op Figaro bij de Hamburgische Staatsoper,

Don Alfonso in Così fan tutte (Tchernia- kov/Hengelbrock) bij het Festival d’Aix- en-Provence en Pilatus in Bachs Johan- nes-Passion onder Sir Simon Rattle, met de Berliner Philharmoniker, geënsce- neerd door Peter Sellars en op tournee met het Orchestra of the Age of Enligh- tenment.

Stephan Rehm

Stephan Rehm (Kassel, 1956) studeerde zang aan de Musikhochschule in München en werd daarnaast opgeleid als presentator bij de Bayerische Rund- funk. Hij was drie jaar verbonden aan het Stadttheater Würzburg, en werkte daarna als freelancer. Hij zong het

MATHIAS BOTHOR

(11)

20 het Nederlandse muziekleven, in 2017 de Concertgebouw Prijs (samen met het Groot Omroepkoor).

RADIOFILHARMONISCHORKEST.NL Wordt u ook vriend van het Radio Filharmonisch Orkest? Zie

RADIOFILHARMONISCHORKEST.NL/

VRIENDEN-VAN-HET-RFO Tilson Thomas, Mariss Jansons, Valery

Gergiev, Antal Doráti, Kirill Kondrashin en Leopold Stokowski. De Amerikaan James Gaffigan, vaste gastdirigent sinds 2011, tekende bij tot en met seizoen 2022-2023.

In 2014 kreeg het Radio Filharmonisch Orkest een Edison Klassiek Oeuvreprijs toegekend voor zijn verdiensten voor

BESCHERMHEER Bernard Haitink

CHEF-DIRIGENT Karina Canellakis

HONORARY CHIEF CONDUCTOR Jaap van Zweden

ERE-DIRIGENT Edo de Waart

VASTE GASTDIRIGENT James Gaffigan

ASSISTENT-DIRIGENT Sander Teepen

EERSTE VIOOL Elisabeth Perry Alexander Baev Roswitha Devrient Alberto Facanha Johnson Mariska Godwaldt Masha Iakovleva Kerstin Kendler Pamela Kubik Pedja Milosavljevic Gerrie Rodenhuis

TWEEDE VIOOL Casper Bleumers Wouter Groesz Josje ter Haar Julija Hartig

Annemarie van Helderen Dana Mihailescu Alexander van den Tol Frits Wagenvoorde Leonie Kleiss

ALTVIOOL Francien Schatborn Arjan Wildschut Sabine Duch Annemijn den Herder Annemarie Konijnenburg Lotte de Vries

Sophie van der Schalie Jose Moura Nunes

CELLO Michael Müller Harm Bakker Winnyfred Beldman Crit Coenegracht Anneke Janssen Arjen Uittenbogaard

CONTRABAS Rien Wisse Walter van Egeraat Annika Pigorsch Sjeng Schupp Larissa Klipp Bastiaan Vliegenthart

FLUIT Barbara Deleu Carla Meijers Maike Grobbenhaar Hans WoltersHOBO Marjolein Koning Yvonne Wolters

KLARINET Frank van den Brink Esther Misbeek Sergio Hamerslag

FAGOT Hajime Konoe Jos Lammerse Birgit Strahl

HOORN

Petra Botma-Zijlstra Annelies van Nuffelen Toine Martens Fréderick Franssen Rebecca Grannetia

TROMPET Floris Onstwedder Hans Verheij Mechtild Drop

TROMBONE Herman Nass Victor Belmonte Albert Rommert Groenhof Dominique Capello Sebastiaan Kemner Marijn Migchielsen Bernard BeniersTUBA

PAUKEN Paul Jussen

SLAGWERK Hans Zonderop Mark Haeldermans Vincent Cox Esther Doornink Jennifer Heins Arjan Roos Ellen VersneyHARP

PIANO Stephan Kiefer

ELEKTRISCHE GITAAR Jeroen Kimman

RADIO FILHARMONISCH ORKEST

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

adviseren u twee weken na de operatie te starten met deze medicijnen, op voorwaarde dat de urine helder

Sinds 1 augustus wonen wij op de Johan de Wittstraat 23. En ook leuk dat het een kant van Leiden is die hij eigenlijk nauwelijks kende. Hij heeft eerder o.a. ruim 10 jaar in

Verwoestijning heeft twee oorzaken: de aarde wordt warmer door versterking van het broeikaseffect en er komen steeds meer mensen die de grond intensief gebruiken.. Daardoor wordt

Zoals hiervoor aangegeven zullen deze doelstellingen worden vastgelegd in de landelijke en regionale convenanten die de ministers van BZK en van Justitie afsluiten met de politie en

Laten we eens uitproberen wat er gebeurt als we over privacy nadenken met behulp van 

Heel recente cijfers over de omgekeerde braindrain zijn er niet, maar een studie van het Oak Ridge Institute voor wetenschappen en onderwijs in Tennessee heeft aangetoond dat, van

2 Ziekenhuis Oost-Limburg l Brochure: BR0926 - Terug naar huis na corona..

De aannemer heeft dezelfde dag een controle uitgevoerd, waaruit bleek dat de dakpannen op vijf woningen niet waren gelegd.. De daken zijn direct afgedekt met zeil om verdere