THEOD ORUS yjlr
DER, GILOE'ruD. rrL.sM.truD.rn.Ceb te Zrrarnnrerd"nn AÊ ryog. Predikarrttenfumzaterwoude lf,qSote
I0alingená9.r74o. cn aldaarin den HEERJU ordÍIapcn dmz4[ury q84.
9a
/àíàca$t"sarg
tftu4"ton
faa,r4fr,zantcrz, 4bVaAng ongn
9cz/&nn-rtb./u22. uty gJC€2gOO&,,tfuatíoffinl\' {, ru g"
.ê)rv/"gvn, rvon*ast'yftp g*/y,ácoa'7V .zán
€,*gy eG>ar,ài(mvil, rrlït.
Die des nachts Zrjnhuis
bewaakt
THEODORUS VAN DER GROE
rn zrJn
LEVEN EN
\ryERKENA. W. C. VAN DrJK
1972
J. P. VAN DEN TOL
DORDRECHT,,Ziedaat een Kerkjuweel, een Letterschat voor women;
Een Boetbazuin
voor 't
land,dat
onder schuldenzinkt;
Een schelle noodkreet, die
in hart
en orenklinkt;
Eer
ons de vloed van weê begintte
overstroomen;Een diamant in goud van waarheid ingenet,
Door Jezus' voedsterzoon
voor
Jezus'kroon
geslepen;En,
daar zijn mond nu zwijgt, thansuit zijn
asch gegrepen'En
Zionskerkbruid ter
gedagt'nis bijgezet.Wie
is
d.ie Waarmond, wie die trouwe Bijbeltolk?'Waar
rust zijn
overschot?\['at
oordenmogt hij
stigten?En
Jezus'kerk
door woord en pen zoo duur verpUgten?'t Is
Vander
Groe, die Held, om wien des Heeren volk Te Kralingen en Rijnsaterwoudebitter
treuren,Smaak, Lezer,
van
dien oogst de rdpste b$,belgeuren!"(Dichter
onbekend)INLEIDEND
WOORDWij
hopendat
een levensverhaalvan
Theodorusvan der
Groein
de boze en zielverleidende dagen welkewij nu
helaas grote-l{ks
beleven,niet
als iets ontijdigs geacht zal worden.Wij
hebbengetracht
,,Neêrlands laatste ziener"te
beschrijvenin
zijn leven en werken.Daartoe hebben we
het
verhaal verdeeldin
eenhistorisch
ge- deelte en een theologisch gedeelte.Het historisch
gedeelte be-staat uit drie
perioden:A.
De Voorgeschiedenisof
de periocle Zwammerdam;B.
De periode Rhijnsaterwoucie; C. De periocle Kralingen.Het
theologisch gedeelte bevathet hart van
de theologie van Theodorusvan
der Groe.W{j zouden de ziener van Kralingen willen beschouwen zoals
hij
door een tijdgenootvan
hemin
eenkerkelijke kroniek uit
dietlJd, de ,,Boekzaal" geheten, werd gezien: ,,De
schrijver (-
Vander
Groe,schr.) schijnt voor te
geven, een buitengewoon Ge- zantvan
Godte zijn,
en onmiddellijke openbaringenvan
God to hcbben.Als
zoclanig waarschulvthij
tegen de heersende zon- donvan zijn tijd en vermaant tot
bekering,vooral
sprekend ovrrr de oordelen, d.ie God over Nederland zal doen komen; over rlo aanhouding van's volks
gruwelijke atheïsterij en onbekeer- l{tkhetden
omdatnu
allerwegenin
onze Gereformeerdekerk rln bcvindelijke en
geestelijkeleer van de
rechtvaardigheid(krdr,
en v&n's
mensen waarachtige onmacht en verdoemelijk- Irt,kl, ncvens die van het oprecht gelovig vertrouwen op Christusln
rlc genade alleen, als warenhet
zielverderfelijke en Godont- lr(,nrlu dwalingen, alzo verworpen enbitterliik
gelasterd en be-xl rorlcn worden."
Mrxrlrt dczc levensschets de
liefde van
velentot
de vele nage-lnlln
gcschrlften van Van der Groe opwekkenof
aanwakkeren.Mocht
het
bovenal'Hem behagen,Die
alleenalle
eer toekomt, nog blintle zielsogente
openen, bedrogene zielente
ontdekken, huichelarente
verschrikken doorhet
ZwaardZijns
monds, en tenslotte een ellendig en duister kind des Heeren, dochin
Chris- tus, te verkwikken met Christus en Zijn gerechtigheid.Dat
dan onze naam dienietig
eniidel is
mag vergaanen
dat Zijn Naam moge bloeien en Zijn deugden verkondigtl worden de volken diege
oren worden.DE
SCHRIJVER.L Historisch gedeelte
A.
VOORGESCHIEDENISUit het
verleden van Zwammerdamvoor
de Hervorming Omstreeks hetjaar
1000 waser
een landstreek gelegen tussen de huidige plaatsen Alphenen
Zwammerdamwelke de
naam ,,Stekede" droeg.In de uiterste
oosthoekvan dat
,,Stekede"verhief zich op
genoemdtijdstip
eenzwaar en sterk
kasteel.Leng voordien,
in
de eerste christentijd, moet daar een Romein-rc
legerplaats,althans
eensterkte
geweestzijn. Het
hierbo- vcn genoemde kasteelwordt in
de oude oorkonden van 's lands geschiedenisvoor
de eerste maal vermeldin het jaar
960, alswanneer
het tot
de goederender St.
Maartenskerkte Utrecht
bchoorde. Misschienwas het
eenvan die kastelen door
delandzaat tegen de
invallen der
woeste Noormannen opgerichtcn
diendehet later
de Hollandsegraaf als
grenskasteel. Hoedlt zii: het
droegin het
gemeldejaar
cle naamvan
Suattinga-burch; later duidelijker:
Zwadenburg, waa^rvan de volksmond Zwancnburgheeft
gemaakt.Om
dc
ondragel$kelast van het water te keren,
deed graaflflorle III van Hollantl de Rijn b[i het
tegenwoordige Zwam- mcrdam-
toen de uiterste grens vanÍIolland
-
dammen enl,rrslaan.
Daar die
damvlak in
de nabijheidvan
de Zwaden- Irurg lag, kreeghij
de naam van de Zwadenburgerdam. Zwade,rwot bctckent:
drassig, waterachtig.Omstrccks
het
middenvan
de dertiende eeuw had zich om ennab[ de
Zwadenburgerdameen
gemeenschap gevorrnd, oor-rlrronkolijk
ontstaanuit de sterke
bezettingvan het
kasteel, rllo dc dam moest verdedigen.Iu
dazotfd
werdhier
eenkerk
gebouwd. De parochiewaaruit
rlnrr
krrrk was voortgekomen kreeglater
de naamvan
Zwam- nrerrlnm.Nadat hct jonge dorp tot
enigebloei was
geraakt, lrreclrlrrndc
Hockseen
Kabeljauwsetwisten het weer op
deI\'e"leer
it rtnolqto (lo:ioc*tf
i-e:r,Iledi.
Zï'amrrre:ilium zeer vce..[Yarr
3r
anil. err Mo or il. z'l t. r'lrt rno el.er r l1'.rl"trt : .\'ciwoe*1"oo' r'a-s zYrrit.ei.. \
Tltrane
ïlo"i,ï I..t .S'í"t
f"lru orr,{ir}.1* een. ;o a.tr:rÍ. aan d"e.n iYcil erlrnÍ.s cJre
}toon.
rand van de ondergang.
\ile
ziendat
aanhet
dorpje Zwammer- dam een hele geschiedenisis
verbonden, waarmeeïIe
nog welettelijke bladzijden
zoudenkunnen vullen. We moeten
ons evenweltot
de hoofdlijnen beperken.Zwammerdam
moet, althans in de
eerstehelft van de
zes- tiende eeuw, wel een lijdensweg hebben doorgemaakt.En juist toen het dorp zich in rustiger tijden
enigszinsvan zijn
diep verval begonte
herstellen, begon detachtigjarige
oorlog.8
De
ReformatieEen
nieuwtijdperk brak er
&anvoor
Zwammerdamtoen
degezegende Reformatie
kwam.
Hoe dekerk van
Zwammerdamtot Reformatie is
gekomenis thans in
b{jzonderheden niet meer na te gaan.Niet
aJleendat
men toen allesniet
zote
boek steldeals thans
de gewoonteis, maar
reeds t$denshet
belegvan Leiden zijn hier
onderscheidene oude papieren verbrandof
verloren geraakt,terwijl
het nog overige voor een groot deelin
de Remonstrantsetijd
is zoekgeraakt.Gelegen aan
de grote weg en aan
eengroot vaarwater,
kanhet niet
andersof
de gemeentemoet al
vroegmet
de Refor-matie
kennis hebben gemaakt,op
z6 welsprekende wijze ver- kondigd door reizende predikers en vreemde kooplieden. Maar menbleef aan de
oude godsdienstuit traditie getrouw,
of- schoon menhet
oogniet sloot voor
de grove misbruiken, diebij
de roomsekerk waren
ingeslopenen
men gruwdevan
de vresel$kemartelingen en
brandstapels, waarmeede kerk
dezogenaamde
ketterij trachtte te
bezqreren.Toen kwam de
tachtigjarige
oorlog.Vreselijk werden
de
dorpendoor de
Spaanse krijgslieden, dierchler
dagelijks strooptochten hielden, bezocht. Zomder onder- acheid werden èn roomsen èn protestanten uitgeplunderd, beest- achtig behandeld en velenin
koelen bloede vermoord. Men was tocn niet langer genegen hoog tegen de roomsekerk
op te zien, dle dergelijke gruwelenniet
alleen toestond, maar zelfs begun- etlgde. Men zochtblj het aftrekken der
gevreesde krijgslieden moor en meerhulp
entroost bij
de protestantse zaak.(lcschledenis van de Hervormde gemeente
Zo ln ook
in
Zwammerdam een hervormde gemeente ontstaan, wt'lkoin
1587 haar eerste predikant kreeg, Cornelis Maertenszof
OornclisMartini
geheten(1587-1619). Daar hrj in
latere Jcron sympathiseerdemet
de remonstrantserichting werd hij
lrr Jull 1619voor
de Synode geroepen, van wiehij
verzocht vanr{ltr dlcnst afstand te
mogen doen,hetwelk hem werd
toege-ptnnn, Zijn opvolger rvas Abraham Flertoch of de
Hartoch(
tlllÍl-1621),
wclkein
een grote melancholie verviel, waardoorhij
zich genoodzaakt zagzijn ambt tijdelijk
neerte
leggen enzich ten huize van zijn
ouderste
begeven.Hij stond bij
deSynode goed aangeschreven, die hem voorthielp
met
eenjaar- lijkse
toelag:evan f 200,-.
Van 1621-165?
diende Meijnert Huijbertsz vanBree
(Meinar- dusHuberti Bredius)
de gemeente.Tijdelijke welvaart
Maatschappelijk was Zwammerdam ondertussen
tot
grote bloei gekomen.De
welvaart schijnt
omstreekshet jaar
1656ten top
gestegen te zijn.Niet
alleen wedijverdende
huizenin
schoonheidmet die
der steden,maar
men vonder
toen lijnbanen en weefstoelen, vele magazijnenvoor
kaas enrijke
koopwarenen
mensprak
toen algemeen over ,,hetrijke
Zwammerdam".Aan deze welvaart kwam echter onverwacht een einde.
Het rampjaar
Het rampjaar
L672 kwam.Dit jaar, voor het
gehele vaderland zo droevig,bracht
ook Zwammerdam vooral een vreselijke slag toe,daar het
geheledorp, met
uitzonderingvan
één woning, door de moedwilder I'ransen in
de aswerd
gelegd.Hier deden zich toen (28 december 1672) tonelen voor, \ryaarvan het verhaal alleen de haren
te
berge doen rijzen.Welk
een ge- weldigeindruk
deze wandadenvan
de soldaten ,,ZijnerAller- christelijkste Majesteit" (Lodewijk XIV) maakten, kan
o.a.daaruit
blijken,dat
meerdan
anderhalve eeuwhet
leesboekje ,,de FranscheTiranniê", op
de scholenin
Hollandl, Zeeland en Utrecht, de bijkans enige lectuur uitmaakte.De predikant die deze gruwelen meemaakte was de toenmalige Zwammerdamse
leraar Anthonie van Houten (1657-1674).
Hij
wist te vluchten naar Gouda, \ryaar hij voorlopig bleef wonen.Verdere predikanten
Nadat van 7674-1682
Jacobus Vasseur de gemeentehad
ge-diend,
wordt op 6 januari
1683 beroopen de Leidse proponent Abraham Hellenbroek, welke op 3 december 1658in
Amsterdam werd geboren.Op 28
februari
1683wordt
Ds. Hellenbroek bevestigd door Ds.J.
van Cralinghen, predikantte Rhijnsaterloude,
met 1 Petrus 5 vers 2.Zelf
deedhij
intredemet
Jesaja 40vers
6a.Het was
een geweldigeintrede. Vol van de autoriteit en
de majesteit van een dienaar Gods.Op deze 28e
februari
spreekt deze dienstknecht des Heeren o.a.de volgende ontzaglijke
woorden: ,,Ik zal trachten
bliksemenvan
Gods bedreiginguit te
schieten,opdat niet de
Heere dedonderbuien
van Zijn wraak op het hoofd der
goddelozenstorte.
Menmoet
derode
bloedvlag,de zwarte
doodsvaan al trcnsuitsteken wil men de
zondaarmet
Benhadads knechten zakkenom haar
lendenenen koorden om haar hoofd
doenItrggen.
De
bazuinmoet in de stad
geblazen worden,zal
h.etvolk
sidderen. Men moetbrullen als
een leeuw, zullen Adams klnderen vrezen.Ik
wens de zondaren geen kussens onder de okselste
naaien en vrede, vredete
roepen,als er het
uiterste gov&ervan
eeuwige verdoemenisvoor
ogenis.
Ofschoon dewcrcld er mij om haten zal,
ofschoon dezeof die mij
mocht vlocken,het is mij weinig van
mensen geoordeeldte
worden.Dc crc van God zal mijn hoogste eer z[jn."
(iolukkige
gemeentenwaar de profeten niet
ontbreken. Waar zullcn wenu
nog een dergelijke getrouwheid vinden?l0n
toch,
een dienstknecht Godskan
een dergelijke bediening Itrrbbcn enzelf
een genadeloze wezen.Àbraham Hellenbroek, hoe
heerlijk
enkrachtig zijn
bedieningook
was,zelf was hij toen nog
een vreemdelingvan
God en(lhrlstus en ontbloot van ware
genade.Zijn
gehele bed.ieningrrtxttc in
de beschouwingvan
de geestelijke waarheden enhij
rwr,r.fdc gehcel op zijn grote gaven.l0nrxt ln het
zevendejaar ziiner
bedieningwerd hij als
een gorldr,krzc gerechtvaardigd omniet
enals
eenvijand met
God vFr'[oond, doorhct
Bloed des Lams.l,ntott wo
hicruit
leren,dat
ccn mens geroepen kan wezen metlntt (lotldcliike
rocpingtot het
leraarsambt,dat hlj kan
predi-ken als
eenApostel,
biddenals
eenEngel en toch het hart van
een duivel hebben (Meade).Op27 mei 1691, nam Abraham Hellenbroek afscheid van Zwam- merdam met
Fil.
2 verc 12.Na
hem diendeAlewijn
deRoy
de gemeentevan
1691-1701, welkein
het laatstgenoemdejaar
naar Stryen vertrok.Afkomst van
Theodorusvan der
GroeNadat Ds. Alewijn de Roy was vertrokken liet de
gemeentehaar
oog vallen op de jonge kandidaat, Lodew$kof
Ludovicus van der Groe.Hoewel de naam
Van
der Groeuit
Zeeland aÍkomstig is, bege- ven vre ons omstreekshet jaar
1667 naar Amsterdam.Op 23
juli
van d.itjaar
gaanhier in
ondeÉrouw:Dirk van
der Groe enEva
deKeijser
(ook wel geschreven alsKaiser). Dirk
wastoen 2ó jaar, Eva
28 jaar.De ouders
van Dirk
waren overleden, zodathij bij
deze pleeh-tigheid
geassisteerdwerd door
een zeketeAdriaan Lock,
wo- nendein de Beursstraat. Eva werd
geassisteerddoor
haar vaderHuijbeÉ
de Keijser,welke op
de Binnenamstel woonde.Uit het huwelijk van Dirk en Eva
werdenin
Amsterclam de volgende kinderen gedoopt:Jacob Machteld
Gerrit,
welke evenalszijn
vadernotaris
werd.Laurens Louijs
Lodewijk
of
Ludovicus.De laatste, Lodewijk
geheten,welke in het jaar
1672 werd geboren,werd
bestemdom predikant te worden. Met
dezestudie kwam
hij
omstreekshet jaat \702
gereed,juist
toen de gemeente van Zwammerdam herderloos was.We
hebbenreeds gezien dat de
Zwammerdamse gemeentehaar
keusop
Ludovicusliet
vallen. Ongetwijfeldzal
de naarn dieer van
de Amsterdamse kanclidaatuitging, haar
keus heb- ben bepaald.Ludovicus nam
het
op hem uitgebrachte beroep aan.L2
De periode van Ludovicus v&n der Groe
Op
2 april
1702wordt hij in
de nieuwe gemeente bevestigd.De gemeente was verblijd met haar nieuwe herder en leraar.
Dat zijn
bediening slechtsvan korte duur
zou z$n,wist
men toen evenwel nog niet.Toch zou
hij niet té kort in
Zwammerdamblijven.
Ludovicus moestin
Zwantmerdam de Raad Gods uitdienen.In
het Boek des Levens stonden drie namen opgetekend, welkeuit de
lendenenvan
Ludovicus zouden voortkomen. Daartoewerd
Ludovicusverwekt en
daartoe leiddehem de
Heerein
Zijn Y oorzienigheidtot
een huwelijk.Want toen Ludovicus van der Groe
in
Zwammerdam kwam washij
ongehuwd. De Heeresprak
evenwel: ,,Hetis niet
goed dat de mens alleenzij".
De
nieuwe Zwammerdamseleraar krijgt
vriendschapsbanden met Ds. Cornelis Laats, predikant te \{'addinxveen, wiens vader predikantte
Budel was.Hier, in
de pastorie van CornelisLaats,
waar Ludovicus meer- malenklam,
ontmoethij
de jongedochter diezijn vrouw
zouworden:
JohannaLaats, zuster van
Cornelis.De twee
jonge mensenkrijgen
een hechte band aan elkander. De Heere neigthun harten, want Zijn
Raadzal
bestaan.Ongeveer 15 maanden
na zijn intrede in
Zwammerdam wordt Ludovicusin
Waddinxveenin de huwel[jke staat
bevestigd.Johanna zal
vanaf
deze dag een hulpezijn, die als
tegenover hcm is.Dc gemeente wenst het jeugdige echtpaar de zegen des Heeren toc op hun huwelijk.
Dcze wens
is
venruld geworden,al
zal de gemeentehet
zo wel trlct bedoeld hebben.lll[Jdschap
en
droefheidO1r
0 februari
1705staat er
eenjonge
moedervoor de
pre-rllkxtrxrl
in
Zwammerdam.In haar
arÍnen houdt zehaat
eerste-lltrg, ccn
dochter.Naar haar
grootmoederzal ze Eva
heten..lohnnna
hoort haar
man,nu in zijn ambt,
de vragenvan
het rfuxrpnfclrmulier voorlezen.Ook haar Eva,
doodin de
zonden 13en de
misdaden, verdoemelijkvoor God van het uur
harer ontvangenis af.En
toch, dezeEva,
ondankshaar
schrikkel$keafval van
eenheilig God,...
een moederaller
levenden.Van
eeuwigheid stondzij
geschrevenin het
Boek des Levens.Nogmaals,
in
het zelfde jaar, zal Johanna de doopvragenho
en voorlezen.Op 3
september 1705wordt haar gezin
uitgebreiclmet
eenzoon.
Dirk zalhij
heten,naar
zijn grootvader. DezeDirk is
delatere
Theodorusvan der
Groe,welke onder die
naam GodsKerk met
mond en pen zou stichten en nogsticht,
reeds lang nadathlj
gestorven is.Dit kind zou
een blijdschap wordenvoor
eenkind van
Godin Christus, maar ook
eenschrik voor
huichelaren,die
met minder als Gods Woordvoorschrijfl,
zalíg wilden worden.Nogmaals, voor de derde maal, zotl er blijdschap
in
de pastorie zijn.Op 11
december 1707wordt
Simonvan der Groe
gedoopt,welke
aan Ludovicuswordt
geborenals hij 35 jaren is.
Zijn naamontving hij naar
z{jn grootvadervan
moeders zljde, de Budelsepredikant
Simon de Laats.Simon
werd
evenalszijn
broeder Theodorus pretlikant.Drie
kinderen lvarennu uit
de lendenen van Ludovicus voort- gekomen.Drie
uitverkorenen warenin
detijd
gebracht.Nu
was detijd
gekomendat
de Heere hemvan ziin post
zou wegnemen.Het
behaagde de Heere hem op een smartelijk ziekbed ternederte
werpen en hem na een langdurige en uitterende ziekte, door de dood van zijn postaf te
roepen,in
deleeftijd
van bijna veer'tig
jaren.Johanna was weduwe,
haar drie
kleine kinderen vaderloos en de gemeente herderloos.Welk
een slagen.Hoe
groot
desmart
en droefheid van Johanna ook was, ze ge- voelde dat ze verder moestin
het leven,dat
nog een taak haar wachtte.Ze
keeknaar haar drie
kleine kinderen,welke zij nu als
een vader en moeder moest verzorgen.Ze
dacht aanhaar
doopbe-lofte.
Zetlacht
aanhaar
overleden man. Ze $taser
zeker vandat het zijn
wil
geweest was de kinderen een zo goed mogelijke opvoeding te geven.En dit heeft
ze ookgetracht te
doen,naar het
vermogen dat ze hiertoe gekregen had.Johanna droeg een tedere
zorg voor haar
kinderen.Eva
schrijft
daarlater van:
,,Wij hebben dan ook vele en grote redenen, om Gods goedheid en zegen, reeds van onze kindsheidaf
aan ons bewezen, gelovig en dankbaarte
erkennen, en Hem zonder ophoudente
bidden,om
onze waarde Moeder nog met een zalige en spoedige bekeringin haar
hoge ouderdomte
be- gunstigen, opdatzij in
die wonderlljke en vreselijke opstanding der doden,tot
Zijns Naams eer en heerlijkheid zou kunnen en mogen zeggen: Ziet hier m{i, o Heere, en de kinderen die GU mij gcgeven hebt. O,wat
zoudat
zalig zijn."B. DE PERIODE
RHIJNSATERWOUDE (1730-1740)Opleiding
tot het
predikambtWe hebben gezien
dat
Johanna haar kinderen enin het
b$zon-der haar
zonen, eenzo
goed mogelijke opvoedingtrachtte
te geven.Theodorus zou
predikant
worden.Wat
Johannatot
deze keusheeft
gebracht,ligt voor de hand.
Getrouwd geweest zijndèmet
een predikant, ïyas zezelf uit
een predikantenfamilie af- komstig,waarbij
de ernst van de knaap haarin haar
keus zal hebben bevestigd.Achteraf
mogen we zeggen dat de HeereZelf
Johannatot
deze keus heeft gebracht.De weg
tot het
predikambt was evenwelniet kort.
Zoals gebruikelijk moest
Theodoruseerst de lagere
school doorlopen.Hier werd hij
onderwezenin de ,,sleutel der kennis"
door Meester Christiaen Veenebos, welke van1701-1718
de Zwam- merdamse jeugcl onderwees.Toen
Theodorusbii Mr.
Veeneboswas
uitgeleerd,werd hij naar
deLatijnse
school gezonden. Deze school kunnen we het best vergelijhenmet
ons g5rmnasium.De
opleiding aan deLatijnse
school duurde ongeveervijf tot
zes
jaar. Hier
werd Theodorus voorbereidvoor
zijn studie aan LeidensUniversiteit, waar h,j op bijna
negentienjarige leef- t$d, op2
augustus L724,in het
,,Album Studiosonrm" werd in- geschreven.Vanwege deze studie koos Johanna Leiden
tot
haar woonplaats.Dit kon zij
gemakkelijk doen,daar zij
aan geenvaste
woon- plaats verbonden was. Zo vinden we Johanna methaar
kinde- ren godurende de studietijd van Theodorus enlater
ook van Si- mon op de ,,Lange Brugge" in Leiden, naast Professor Burmann, welke aan Leidens universiteit het reeht doceerde.Op het
tijdstip
dat Theoclorus van der Groe de collegezalen van Leidensuniversiteit
binnentrad, onderwezen o.a.Prof.
Johan- 16Ï[ct ]La:^i[ '+ \rEIk eer.\fils '\Íoen4porrt-wat
,
f,)aar' f,!.et ee,la :puim.e '\nrater;olas
;
$llh'ilkr onsïlhms
Gr.am.cu-dnveul"nin* ihonst vaua\ËrrÀb:o,nfen reoent ilus Laar 4pJ",S""r}-"it
,o-tt{Ë.trl-."* }ien toon Naïun: verftneiÀ.
.--
I'lcns
te'i[ de
'watersraooil;Iit ÁrrnbÀÀt Aroev{,$zu"}rten
.tu,s à Marck
in
de kerkgeschiedenis, Johannes Wessel (\{'esse-llus) en
TacoHajo van den Honert in de
dogmatiek,terwijl
Thcodorus nog een
paar jaar
onderwijsin het
Hebreeuws vanl'rof.
Schultens heeft genoten.'l'hr:odorus heeft zijn studietijd aan de
universiteit niet in
ledig- lrr,id doorgebracht.Hij
doorkneeddezich hier in
de theologie, Itr,t Cricrks enhet Latijn, terwijl hij
een behoorlijke kennis van L7het
ïIebreeuws opdeed.In zijn latere
leven studeertlehij
let-teren, terwljl hij thuis raakte in het kerkrecht en de
wetten en besluiten der oudekerk.
Deze laatste waren zelfstudies, wel-ke hij naast zijn toch al drukke
ambtsbediening moest ver- richten.Theodorus van der Groe bezat een grote mate van geleerdheid.
\{'e
mogen hemgerust
beschouwenals
een theoloogvan for-
maat.
Zijn
beroepnaar
RhijnsaterwoudeDe
tijd is
aangebrokendat Van
der Groe een proeve moet ge- ven van zijn kennis en bekwaamheid.Op 31
januari
1729vindt in
Leidenhet preparatoire
(voorbe- reidentle) examen plaats.Het wordt
afgenomen door Ds. Gijs- bertusvan
der Kars, predikantte
Leiden.De proefpredikatie die ïtreodorus
bij
deze gelegenheid hield was over do woorden die we vindenin
Deut.18 : 15:
,,Een Profeetuit
het midden van u,uit uw
broederen, als m{j, zalu
de Heereuw
God verwekken;naar
Hemzult gij
horen."Het
examen haclvoor
Ttreod,orusvan der
Groedit
gevolg, dathij door
de Classis Leidentot
de openbare predikclienst werd toegelaten.Nu was
hij
proponent (kanclidaat) geworden en dus beroepbaar.Na ongeveer een
half jaar
ledig op demarkt
gestaan te hebbenwerd op hem
een beroepuitgebracht door de
gemeente van Rh$nsaterwoude.Dit
beroep vond plaats op 14 augustus L729 en moest naar hetgebruik van
dietijd
goedgekeurd wordendoor de
Ambachts- vrouwevan
Rhijnsaterwoude.Nadat de approbatie
(goedkeuring)van het
beroepwas
ont- vangenkon
de gemeente verdere stappen ondernemen.Eerst
moest Theodorus evenwelnog
eenz.g. peremtoir
(be-slissend) examen afleggen.
Hij
werd daarvoor met goed gevolg geëxamineerdte
Alphen door Ds. Luriovikus Suggeraat Grom- né, predikant te Rhewijk. De proefpredikatie van de jonge kan- didaat was over de woorden: ,,Zie hetLam
Gods".In
de eerste plaatswordt
door deze proefpredikatie afgebeeld dc bediening welke Van der Groe eenmaal zou hebben, namelijk tle mensaf
te dr{jven van alle valse leunsels en steunsels buiten Christus en hemuit te drijven tot
Christus enZijn
Gerechtig- Itcid. Zijn bediening zou word,en: Alles schade en drek te achten om de uitnemendheid van de kennisse Christi.In
de tweede plaats kunnen we wederom ziendat
knechtschapen
kindschaptwee
afzonderlijke zakenzijn. Toen
Theodorus vander
Groewerd
toegelatentot
de pred.ikdienst washij
eenvrucmdeling van God en zijn
hart. En
ondanksdit
verkondigde It[J hotLam
Gods,Dat
de zonde der wereld wegneemt.Nn
dcze onderbreking gaa,nwe terug tot
ons verhaal.'Ihr,odorus van der Groe werd op 19
maart
1730te
Rhijnsater- wuudc bevestigd door de gewezen predikant van deze gemeente Jncobus Oosterland,lvelke toentertijd predikant te Katwijk
Êan dc R[jn was.Ale tckst nam
de bevestigerhet
zevendeen
achtstevers uit
Itat lwcede hoofdstuk van Paulus' Zendbrief aan
Titus:
,,Betoonttrnlvon
in
alles een voorbeeldvan
goede urerken, betoonin
delcer
onvervalstheid,deftigheid, oprechtheid; het Woord
ge-rcRd on onverwerpelijk, opclat
degenedie
daartegenis
be-roheamd worde, en niets kwaads van ulieden hebbe
te
zeggen."l)e
nlouwepredikant
deedzijn intrede met l
Thess,11 :
8:,,Alto w[j, tot u
zeer genegen zijnde, he;bbenu
gaarne wi]len tnorlt-.dclcnniet
alleenhet
Evangelievan
God,maar ook
onze elgorr zk,len, d&aromdat
gU onslief
geworden lryaart."Itt
rln Dlonxt dcs Heerentle,loon rrzclvcn
in
alles een voorbeeldvan
goede werken, be- trxntltr dc lccr
onvervalstheid.Dit
schenen profetische' woor- rlpttln
nlln wclkc Theodorusvan der
Groe als eenlast
werden rrlrgelngrl.Wnrrl lr[ zori ucn
voorbeeldvan
goedewerken worden. fl[j
ftrtl etrtt vrxrrstnndcr en
beschermerworden van de
onver-vghlp
leertk'r
wnnrheid, dc leer der Reformatie.Kerk en schoolhuis te Rhíjnsaterusoude
Bijzonder later wanneer hij in de kracht zijner
bediening zov zijn.De gemeente van Rhijnsaterwoude was verblijd met haar nieuwe leraar.
Iedere week hoorde zij de
welsprekendeVan der Groe
het Woord Gods zuiver uitleggen en toepassen opde
gemoederenzijner
hoorders.Het was niet de
eerstemaal dat in de
,,Woud"seDom"
eenschriftuurlijke
prediking klonk.Het
eeuwenoudekerkje, waaÍvan de
geschiedenis teruggaattot het jaar
1063, was reedsin het jaar
1573 eenhuis
cles ge- beds voor de Gereformeerden.Vanaf
dietijd
heeft de gemeente verscheidene ernstigeleraren
gehad.20
Verschillende sterren hadden
hier
geschitterd, maar Theodorusvan der
Groewas
eenster, die hen allen in glans te
boven ging.Dit
kwam orndat de Heere hemin zijn
bediening deed schitte- ren en flonkeren, meer dan zijn voorgangers.De kosten welke de gemeente gemaakt had voor het beroep van haar leraar waren dan ook dubbel en dwars waard gemaakt te worden.
In totaal
bedroegen de gemaakte kostenruím
272 gulden, eenniet
gering bedragvoor
dietijd. Maar
we zeiden reedsdat
dekosten goed besteed
waren, want in elk opzicht had de
ge-mcente een
voortreffelijk leraar
gekregen.Niet
alleen beschiktehij over grote
predikgaven,maar
ooktlc
zakelijkeen
organisatorischekant van het
gemeentewerk wosbij
hemin
goede handen.Zelf
hieldhlj
de kerkelijke admi- nistratiebij. In
zijnvast
en duidelijkhandschrift
schreef,hij
de diaconale rekeningen,die voor de
tegenwoordige beschouwer nog eenlust
voorhet
oog zijn.Ilcn
ervaren boekhouder zoutrots
mogen rilezenop zijn
wijze vnn verantwoording, dieuitmunt
door overzichtelijkheid. Nauw-kcurig tot in
depuntjes als hij
was,heeft Van der
Groe als 6óndcr
eerste inkomsten over 1731 een legaat kunnen boeken,tlnt
de gemeente was nagelaten door de voormalige predikant, l)x. J. van Cralinghen, welk legaat/
661: 3 :
(661 gulden en 3xtuivcrs)
bedroeg.llcn
anderstaaltje van zijn
eerlijkheid en nauwgezetheid was Itr.l, bctalenvan f 6:6:
door Ds.van der
Groezelf
,,voor ge- lrrtkthout
endeturf
door Dom. Oosterdijkbij zijn vertrek
aan rlo l)iuconijc geschonken."Z(Jtt voorganger had dus blijkbaar
wat
brandstof achtergelaten, wt,lko nnn de'diaconie was gegeven,maar
dieter
beschikking vnn DB.van der
Groe was gesteltl.Z[rr
r.r,rlijkheid en betrouwbaarheidbleek toen duidelijk
door hnl, zr.ll' wcrer a&n de diaconie terugbetalenvan de
geschattewnrrrrk..
lft'l
glrrg gocd mct de diaconiein
die dagen.Vnrr rlr.r
(iroc
hicld telkens zoveel over,dat hij tot
driemaal toellrr
olrllgntie kon kopen, resp. van/ 1300,- in
1731;I 700,-
2t
in
t732 enf t200,- in
1736. De verschillende beleggingen wer- den door hem naar volgorde vangrootte
geordend envan
een nummer voorzien.De reden
van
de bloei der diaconie wasniet dat er karig
methet
geldder
armen werd omgesprongen. Neen,Van der
Groewist wat in
dezen deplicht
derkerk
was.Er
werd echter veel gegeven,elk naar zijn
vermogen.Niet
slechtstot
Rh{jnsaterwoude, maar zelfstot
over de gren- zenstrekte
de milddadigheidvan Van der
Groe.Zo
gaf.hij
in 1732I 29,-
,,voor dekerk in
Pensylvanien".De kerk
kende evenwelook
een onkostenrekening.Zo treffen
ïÍ/e eenuitgave
aanvan / 6
:10
,,aande
School-meester
Willem
deWaal voor vier en licht in
de wintercate-chisatie". De
opvolgervan
meesterde WaaI was
een zekere IsaacBol,
die behalve dezojuist
gemelde vergoedingin
1736ook eens
/
16:6 :2 ontving ,,olr
een vierdevan
de onkostente
dekkenvoor het
makenvan
een nieuwe schuervoor turf
van de Schoolkinderen".
Niet
alleen evenwelvoor
destoffelijke
belangender
gemeente zorgdeVan der
Groe.Want in
1731kocht hij voor f 2 :6
eennieuw ,,Kercke-Boeek".
fn
1735 voorf
27 z 10,,vijf
stuks Kerck- bijbelsvoor de Kerckeraat".
Dezekocht
hUblj
een oude be- kendeuit zijn
studententijd, de boekhand.elaar Abraham Kalle- rvier,,,Boeckverkoopertot
Leiden".Zijn
geestelijke bedieningJa, de gemeente van Rhijnsaterwoude mocht zich verheugen in een
ijverig
leraar.Zij
had.in Van der
Groe een ernstige en getrouweleraar
ont- vangen, die naarhet licht
dathij
had,zijn
dienst ophet
aller- ernstigste zocht waarte
nemen, de zonden openlijk bestraffend zonder aanzien des persoonsen het
oordeel Godsover
alle onbekeerlijken uitroepend.Z{jn
bekeringEchter
ondankszijn grote
getrouwheid, stonder op
de preek- stoelvan het
oudekerkje in
Rhijnsaterwoude een dode weg-wijzer. Anderen predikte hij Christus en
weeshij de
enigeWeg
aan.Zelf
evenwel kendeh$ Christus niet en was
blindin
de weg d.ie de Heeremet Zijn
uitverkorenen houdt.Welk
een onderzoektoch voor
allen die een ambtin
de Kerke Gods bekleden!De ganse bediening van Theodorus
van der
Groe vloeidevoort uit
de gemene werkingen des Geestes.Hij wist het
zelf niet, evenmin zijn gemeente.De
gemeentewas
tevredenmet haar leraar en
hoonde hem g&arne het Woord. Gods verkondigen.Zijn
vermaningen konden zewel
verdragen.En met dit
alles blevenzij gerust in
hun zonden voortleven. De satan had deze gerustente
Sionin
zgn macht en daarom was allesin
de gemeentoin
vrede.De gemeente
liet
haarleraar
op zijn dodelijke weg gaan.Gelukkig
evenwel,dat het lot van
Theodorusvan der
Groe nietin
do handvan
zijn gemeente lag.De
Heerehad
evenwelZijn
oog geslagenop
dezeleraar. Hij
Zclf. zou deze grotevis
Theodorusvan
der Groe vangenin
hetnct van
Zijn Evangelie en daartoeZijn
eigen aanbiddelljke we- gen gebruiken, dwars tegen vlees en bloedin,
dwars tegen alle gcdachten der mensen in.Wie
wèl
opmerktedat
deleraar van
Rh[jnsaterwoude zich be- droogvoor
de eeuwigheid, \ry'as een vroulvuit
een naburige ge- mecntedie af
entoe bij Van der
Groeter kerk ging
en hem ook aan huis bezocht.'/,o bezocht hem na de predikatie aa.n de pastorie,
niet
om met haar bekeringte
koopte
lopen,of
om een gezellig avondje te Ittrbben. Nietsvan dit
alles.Nccn, ze arbeidde met al haar vermogen, om de blinde leraar te ontdekken,
tegelijkertijd
biddendeof
de Heerehaar
pogingen nog geliefdete
zegenen.'ll.lkcns
als ze hem bezocht toonde ze hem ctathij met aI
zijnl{tv(}n, ernst en licht, toch nog niets wist van
hetgeen men rroodzrkclijktot
zaligheidmoet
kennen.Wnt. ccn ccrlijkheid
in
deze Godzalige woulv.lrlrr
hct
behaagde de Heere haar pogingente
zegenen.'l'lrcortlrus van der Groe kwam als een arrne en blinde, als een vr,r'vkrcktc
cn
verdoemelijke zondaar,aan de
voetenvan
eenvertoornd Rechter te liggen, Hem billijkende en rechtvaardigen- de
in Zijn
Recht, stervende aan alleswat
geen Godin
Christus was.En langs
deze weg,in
de omhelzingvan dat
Goddelijke Recht,werd hij
als een goddeloze gerechtvaardigden als
eenvijand met
God verzoend.Nu
leerdehil' waarlijk Christus
kennen, geschonkendoor
de Vader,uit het
Godclelijk Recht.Uit
één zijner preken zouden we kunnen opmakendat hij
voor zijn bekering, door de gemeneverlichting
des Heiligen Geestes een gezicht had ontvangen van zijn doemwaardigestaat
en een gezichtop de
algenoegzaamheidvan
Jezus.En op zíjn
wíjzehad hij
een zekergeloof en met dit geloof had hij de
HeereJezus
aangenomenvoor zljn Zaligmaker, vastelijk
menendedat hij waarlijk een
bekeerdein Christus geworden
was.\['elk
een lessen liggenhier
toch op weg naar de eeuwigheid.Welk
een bakenin
zeeis
Theodorusvan der
Gr,oe!Zelf schrijft hij
aangaandezijn eerste staat op
een zekereplaats:
,,Wetendeuit
eigen bevinding, hoeverre men in
het Christendombrj
gemeenlicht
des Geestesmet zijn
verstand en door allerlei hulpmiddelen kan komen; zodatik
zelfs bij velenal
de naam droeg,ja bij verre
de meeste luiden vanhet
Chris- tendom,daar ik in
dientijd
medesprak, dat ik waarl[jk
eenChristen was, toen ik nogtans
geheelen van
rondommein
een dodelijke wegvan
bedrog wandelde, werkendenog
alleenmet een
denkbeeldigeChristus in mijn verstand,
zonder deHeere
Jezuszelfs minst of meest te
kennen.En ik
hadde voorsekerin
die rampzalige wegvoor
eeuwig moeten vergaan, zoniet gelijk ik
vertrouwe, de Heere Zelf. door oneindigevrije
genade enmet Z[jn
almachtige Handmij daaruit
had believente
redden."De
krachtdadigebekering van
Theodorusvan der Groe
konniet
onopgemerkt bl$ven.ïIet
wasin
geen hoek geschied.Ook
uiterlijk was er bij Van der
Groe een verandering opge- treden, verband houdendemet zijn
bekering.Van
der Groe beminde de studie.Hij
koos daartoe de nachtelijke urenuit.
Zo was hrj op
zekerenacht
daarmede werkzaam,toen
zijn 24ogen bezwaard werden door de slaap,
terwijl hij
bezig was zijn pente
vermaken.Met
het
pennemesin
de hand knippen de ogen toe,het
hoofdknikkebolt en het
scherpe mes doorsteekt hemhet
oog. Water
gedurende de daaropvolgende dagenvan
hevigesmart
aan het gekwetste deel, inwendig heeft plaatsgehad, wetenwij
niet;dit
is echter bekend, dat toen de wond hersteld was en h{j voor de eerste maal met één oog de kansel beklom, hetniet
dezelfdeVan
der Groe was van weleer. Zoatswij
hierboven hebben ge- zienwaren zijn
zielsogen geopenden daartoe moest hij
éénnatuurlijk
oog missen.Theodorus van der Groe maakte de Godsdaad aan hem geschied bekend,
naar
aanleidingvan de
gewichtige woordenvan
deHeere Jezus, Matth.
Y :
29;,,fndien dan uw rechteroog u ergerttrekt het uit
enwerpt het
vanu; want het is u nut, dat
éénuwer leden verga en
niet
uw gehele lichaamin
de hel geworpen worde."Wanneer
wij het portret
van Van der Groe bezien, dan kunnen we inderdaad opmerkendat
zijn rechter,oog gekwetst is.Welk
een slagzal die
eerste preekna
zíjn bekeringvoor zin
gemeente
zijn
geweest.Door de bekering
van
Theodorusvan
der Groe kwamtoch
de onbekeerdheidvan de
gemeenteaan het licht. De
gemeentehad gebouwd op een blinde leraar en
nu
deze zelfuit
zijn blinde staat was getrokken, zakle deze grond onder haar voeten weg.De vijandschap was op komst.
Op zo'n krachtdadige bekering
komt
dehel
af.Na
zijn bekeringNa zijn
bekeringgaat de leraar van
Rhljnsaterwoudede
ge- mccnte anders behandelen.[n
plaats vante
werkenmet
een denkbeeldige Christusin
zijnverstand had hij nu bevindelijk de Christus der
SchriftenL,ron kennen.
l)nt
deze omkeerin zijn leven ook van
invloedwas op
zijn lrrediking spreekt vanzelf.I lrxrwel
hij voor zijn
bekering een zeer rechtzinnig predikant 26was,
toch
bleef de gemeentein
een dodelijke gerustheid onder deze prediking.Na z|jn bekering gaat Van der Groe zijn prediking echter anders inrichten.
Hij
gaatnu
diep afdalenin
de doodstaatvan
de mens.Hij
ver-klaaÉ nu
de dodelijkeval in het
Paradljs.Hri gaat iets
peilenvan
de arglistigheidvan het
verdorvenhart.
Tegen een dergelijke prediking b'ehoeft nog
niet
zoveel v$and- schap te komen.De vljandschap komt echter door de toepassing.
O, die toepassing op de blinde gemeente
van
Rhijnsaterwoude.In
plaatsvan
een dode wegwijzer,staat er nu in
de WoudseDom een leraar, die de gronden van het
bijna-christendomgaat
aantasten.Telkens
maar
weerte
moeten horen,dat er buiten
de kennisvan het
Bloedvan Christus,
geen andere grondslagvoor
de zaligheid is, dat moet wel vijandschapbij
velen vervvekken.De ganse bediening van Theodorus van der Groe zou van
nu
af aan worden: ,,Alles schade en drekte
achten om de uitnemend- heid van de kennisvan
Christus."In
navolgingvan
de heilige Apostel Pauluswilde hij
nergensanders
in
roemendan in het Kruis van
JezusChristus.
Zelf zegthij hiervan:
,,Gelukkige leraars voorÍffaar' die op het voor- beelcl des Apostels medein
waarheid kunnen getuigen,dat
ziiin
hun ganse dienst en prediking ook niets anders voorgenomen hebben, dan Jezus Christus en Dien gekruisigd. Alleswat
zich tegendie
kennisvan
dengekruisten
JezusChristus
aankant enverheft,
moethier
zonder onderscheid worden omvergewor- pen; het moet Jezus alleen blijven.Hij
alles en de mens niets."Is het
wonderdat Van der
Groe dié predikanten de beste oor- deelt, diehet
meestvan Christus
prediken?Om echter zulk
eengekruiste Christus te kunnen
predikenis het
noodzakelijkdat
menzelf
Christus kent.Laten we
Vander
Groe hieroverzelf
aanhet
woordlaten:
,,Dochtot
zo eenprediking van
degekruiste
JezusChristus, enig en
alleen, isniemand recht
bekwaamdan een
begenadigdpredikant of
Ieraar, diezelf
een bekeerde en verloste discipel van Jezus is, wiens ogen de'Heere Zelf heeft geopend; diewat
meer danin
deaardse scholen, academie
en
boeken geleerdheeft.
JezusZelf
moethem
aan Zijne voetenen door Zijn
Goddelijk en hemels onderwijs geleerd hebben. Godmoet
Zijnen Zoonin zijn hart
geopenbaard hebben
en dus moet hij het
Evangeliedan
met Paulus,niet van
een mens ontvangen hebben,maar doo
deopenbaring
van
JezusChristus
Zelven; anderszinsis
enblijft
het waarachtig,
dat
een leraar,of
die het ambt door menselijkeinstelling bedient, onmogelijk enig en
alleen Jezus Christus en Dien gekruisigdkan
pred.iken; neen,hij zal altijd
Christus en de Wette
zamen paren, en dus gedurig zijn eigen prediking omverwerpen, halendetelkens met de
enehand omver,
wathij met
de andereschijnt te
bouwen, omdatal zijn
doen maar is met lozekalk
te pleisteren, volgens hetgeen de Heere van de valse profeten en leraars getuigt".Van der Groe beklaagt de gemeenten die door wettische leraren worden
geleid:
,,Ongelukkige gemeenten, dievan
zulke blinde herders geleerd en geleid worden;zij
zijn blinde leidslieden der blinden, en waar de ene blinde de andereleidt,
daar moeten zij immerste
zamen volgens des Heilancls getuigenisin
de gracht, dat is,in het
eeuwigverderf
storten."Van der Groe verstaat
hier
onder wettische leraarsniet
dezul- kcn,die
alle grondenbuiten
deware
Grond, de Gerechtigheid van Christus, veroordelen en afbreken.Neen,
wettische leraars noemt hij
diegenen,die openlijk of hcimelijk
enige waardevoor de
eeuwigheid toeschrijven aan gcstalten, bevindingen, tranen, zuchtenen
smekingen.Dit
zljnwaarlijk
wettischeleraars, omdat zij de
mens afhouden van Christus en hem opbouwen op zandgronden.Van der
Groe bedoeltook dit:
,,Ongelukkig Rhljnsaterwoude, tocngij
doormij in
mijn blinde natuurstaat geleid werd."Maar
Van
der Groe mocht ook roemenin
de genade Gods die rrnn hem was geschied: ,,Doch gij moet evenwel weten, geliefden, nrrngaande onze dienst en prediking onder u,dat
de Heere doorZiirt grote en
genadige goedertierenheid,Zich
daaromtrent trh,t ganselijk onbetuigd aan onsheeft
gelaten. Neen,Hij,
Die trrt lrrijs Z$nervrije
genade der blinden ogen opent en verlicht, Itr,r'l't onsdit
ene gelievete leren en
openbaren,och, dat Hij
het
ons nogmaar
meer enverder
leerde,dat
eenleraar
niet anders rnoet voornemente
wetenof te
prediken, dan enigl{jk JezusChristus, den
Gekruisten,en dat alles wat
daarbovenbij
gedaanwordt, ten
enenmaleafwijkt van
deleer der
zalíg' heid, enten
hoogsten zielverderfelijkis,
ofschoonhet van
de blinde wereldwljzenniet
gewetenof
gezienwordt."
De
blinde wereldwijzenin
Rhijnsaterwoude kwamenop
tegen de leer en prediking van Vander
Gtoe.Zij
konden het niet ver- dragenaltijd
maar weer die ene grondslagte
horen prediken.Zii
;begonnen zichte
roeren. Ze begonnen deleraar te
smaden ente
lasteren en daarmee tegelijkertijd zijn leer.Op allerlei
manieren probeerdenze de leraar in
een kwaad daglichtte
stellen.Van der
Groe voeldewel dat
de vijandschap tegenzijn
predi-king
steecls meer en meer openbaar begonte
komen.Het
kon echterniet
anders.Toch doet
hij al het
mogeldkeom
de gemoederentot
bedarente
brengen, ook een kenmerli van een goetl predikant.Tevens
bestraft hij
echter openlijk van de preekstoel de vijand- schapvan zijn
gemeente.Hij
zegthun dan:
,,Ach, mensen, gij dieu
tegenwoordig over onzeleer
en precliking zoontrust
en er somtijds zokwalijk
en liefdeloos van oordeelt en spreekt. O,kondet
gij
eens zien en gelovendat gij
uzelvenniet
tegen ons' maar tegen den gekruisten JezusChristus
Zelven aankant en tegenZijn
Evangelie,dat w{i u alleenlijk
begerente
verkon- digen."Ondanks de
grote
vijandschapis Van der
Groe nochtans met mededogen over zijn vijanden vervuld.Het is niet voor
zichzelfdat hij strijdt. O,
neen, integendeel:,,Aan ons
is
niets gelegen,o
nee, haat,lastert,
smaadt enver'
acht onsvrij;
als de Heere genade geeft zullenwd dit
alles ge-makkelijk
kunnen dragen, enniet
ophoudenvoor uw aller
be- kering en eeuwige behoudenisvurigl$k te
bidden".Hoe
tracht hij hier het
voorbeeldvan zljn
Meesterte
volgen en Zijn voetstappente
drukken.De
vijandschaphier in
Rhijnsaterwoude vraseveilvel
slechts een voorproef van de grote haat enstr[jd
diehij
straksin Kra-
lingen zou ondervinden.28
We zeiden reeds
dat Van der
Groe de tegensprekers voor zichtrachtte te
winnen.Tot
hen zegthij:
,,Zeggen sommigen,wij
hebbenhet
tegen uweleer en prediking niet, maar gij
pred-ikt onste streng en
te hard,het komt
onste
aanstotelljk voor. Wel,dat
moet zo zijn,want dat is
de aardvan
de Evangelie-leervan
den gekruisten Jezus Christus. Die zoekt de mensen van al zijn natuurlijke gron- den af te drijven, geheel te ontwortelen, en zo, als een arm, naakt, goddeloosen
doemwaardig zondaartot Christus te
brengen, orn van Hem zalig gemaaktte
worden.En dat
moet,dat
kanniet
anders,dan hard en
onaangenaamvoor het vlees
zijn.Gij zoudt r,vel gaarne
in
diestille
gerustheid als tevoren willen blijven zitten, maardat
kan nietzljn;
datis
de wegtot
het ver-derf, dat strijdt
tegen de aard vanhet
Evangelie.Want
Chris-tus leert
ZeLf, datHij niet
gekomenis
omhier
op aarde wedete
brengen, maarvuur,
verdeeldheid enhet
zwààtd."Van der Groe antwoordt de tegensprekers dat hun vijandschap mede
voortkomt uit
onkunde.Zlj
verstaanzijn prediking
eerstrecht
wanneerzij in Christus verlichte ogen des
verstands hebben ontvangen.Hij geeft hun
een goederaad: ,,gij
moetuzelven, orndat
gij
onze predikingniet
verstaat,in stilheid
en nederigheid van ons laten horen, en veel gebruik tijd.ig en ontij-dig van
ons en onze dienst maken,of het
de Heere behaagde, ulieden te enigertijd
de leer van de gekruiste Christuste
doenverstaan."
Van der
Groeis altljd
bereid ommet
eenieder over zijn
leerte
handelen.: ,,En zo iemand uweriets
tegen onze leer en pre-diking
mocht hebben,hij
komemet
Gods Woord.bij
ons.Wij
wensen en hopendoor
de genade Gods bekwaamte zljn
met hcmuit
en over dat Woord te handelen, rryantniet
alleen dat grj nllenhet móógt
doen,maar wij
biddenen
smekener u
toe,dat
gij
allen,wat wij immer
lerenof
prediken, aanhet
Godde-lijke
Woordwilt
beproevenen
onderzoekenof
de dingen alzoz[n,
en daarmedeis het dan ook uit, en
eenieder moet
zieh rlnnrmedeten
enenmalestil
en gerust houden,of hij kant
zich rrrrdtrrs doende,tegen de
levendigeGod Zelf en Ziin
Woord rntxrdwillig aan en verzwaart daardoor zijn tampzalig oordeel".l)t.
mensen spreken overVan der
Groe enzijn
leer.29
Evenwel wilde
hij
die leer getoetst hebben aanhet
enige Richt- snoer: het Woord Gods. Alleswat
met dat\['oord in strljd
was, moest verworpen lvorden.Het was
derhalveniet de leer
van Theodorus van der Groe, maar de leer van de Apostelen en Pro- feten, dieVan
der Groe wilde brengen.Het
verval was echter zo diepin
de dagen vanVan der
Groe,dat men zelfs verstandelijk
dezeleer niet meer kon
onder- scheidenvan alle
valse leringen.Zoa het in
onze dagen dan veel beter geworden zijn en zou men nu meerlicht
hebben?Eerlijk
en getrouwtrachtte Van der
Groe de gemeentete
be- handelen.Vriendelijk en
bescheidenwas hij,
doch onverzettelijkals
eenrots,
als het over de gronden der waarheict ging.Met liefde trachtte hlj
de tegensprekerste
winnen.Maar zoals
bijna altljd:
De bljna-christenen zag,en zichin
hun gronden aangetast,en
daarom bleven ze zich tegenhem
aan- kanten.Een rechte Boetgezant
Als
een boetgezant heeftVan
der Groe de dondervan
de Wet doen horen.ïÍij
heeftgetracht
de stenen hartente
vermorzelen, de huiche-laren te
verschrikken,maar'ook
eenarm kind
des Heeren,in
Christus, te verkwikken. En hoe konhij
die anders verkwikken, dan dooraltijd
maar weer de Gerechtigheidvan
Christus voorte
stellen?De
goddelozewerd
aangezegddat het hem kwalijk za)
gaan.De
rechtvaardigedat het hem wel zal
gaan.Van der
Groe\ryas een tederhartig herder
voor
de zuigeling enhet
gekrookteriet in
Christus,die met
een verzoende schuld, hongerden en dorsttennaar
de gerechtigheidvan
Christus.Welk
een heerlijke bedieninghad nu
de gemeentevan
Rhtin- saterwoude.Met welk
een getrouwheid spreektVan der
Groe de openbare goddelozen aan :,,Dronkaards, hoereerders, overspelers, ontuch-tigen,
dieven, vloekers, zweerders, dobbelaars, lasteraars, leu-genaars, mensen die
nooit of
zeldenin
dekerk
komen."Hoe ernstig spreekt hij de lauwe en geruste
Sionieten aan:,,God belast
u
datgij
wakkerzult
worden,uw
dwaze inbeeldin- gen en schijngerechtigheid zien;'Hoe
dreigt hij
de huichelaren: ,,Godlaat u
verkondigendat Hij
uwe vervloektehuichelarij
en geveinsdheid weet,dat g{j
Hem niet zult bedriegen.Dat Hij
u eens naakt zal uitschudden'..Ook
de
overtuigdenen
ontwaakten onderzijn
gehoor spreekthij
aan.Dit
waren mensen die misschien wel met hete tranen onder zijnprediking
hadden gezeten. Mensen diein hun
ongeluk liepen, met de dood dagelijksvoor
ogen. Mensen diehartel{jk
met zijn ontdekkendeprediking
instemden. Deze mensenzullen
toch wel doorVan
der Groezijn
getroost? Zulken hebbentoch
ver- troosting van node?fn
onze dagen zouden zulke mensen zeker als ,,de bekommerdekerk" zijn
aangesproken ,enals
zndanlg een plaats hebben ge- kregenop
de ,,gezelschappenvan
Godsvolk".
Hoort hoe Van der Groe deze mensen aanspreekt: ,,Gij overtuig- den, die
in
een gezichtvan
zondenleeft en
nochtansvan
dezonde
niet afstaat
entot Christus gaat, maar
de hemel met rrw zuchtenen tranen
meentte
verdienenen het
leven uwer handte
vinden. Godlaat u
ernstigtot
gelove en bekering roe-pcn en biedt u nog
genadeen
verzoeningin Christus
aan.Maar zo
gij
langer weigerenwilt
zete
ontvangen, zo bedreigt u dc Heere,dat Hij Zijn
Hand vanu
zal aftrekken enu
aan de vr.rstoktheid uwer harten zal overgeven,u
verwerpende als een kock die niet omgekeerdis."
Mct
alleswat
deze mensen aan genadens hadden ontvangen, wrrren zetoch
nogbuiten
Christus en z$ zoudenhet
zwaarste oordecl ontvangen als ze door hun vervloekt ongeloof nog langer(llrristus
bleven verwerpenen Zijn
Bloedonrein
achten.Zo
bchandeldeVan der
Groe ,,zoekende zielen,'!Wlutnccr Van der Groe over de bevindel$ke kennis van Christus B1rrt,r.kt,
waarschuwt hij voor
zelfbedrog.Hij w$st zijn
ge-sslr't'nto
crop dat
een zondaardoor
de werkingen des Geestes n{lrr dtxrmwaardigestaat
enigszins kan zien en inleven,waaruit
rrrrlxtnnt een gezichtbuiten
zichzelfop de
algenoegzaamheidvan Christus,
gepaard gaandemet
eentoevlucht
nementot Hem
enin
zekerenzin
een aannermenvan
Hem.Echter,
metdit
alles gaat een mens voor eeuwig verloren.Altijd trachtte Van der
Groehet
kostelijkevan het
snode enhet
snodevan het
kostelskete
scheiden.Hij wist wel dat
er onder de meest ontdekkende prediking de grootste huichelaars verkeren.Op
dezewijze heeft
Theodorusvan der Groe in zijn
eerste gemeente mogen arbeiden.Hij zou hier echter
geen blijvende standplaats hebben. Een andere gemeente had hem alshaar
herder enleraar
verkoren enriep
hemtot haar
overte
komen.We wensen de arbeidsperiode
van
Theodorusvan der
Groein
Rhijnsaterwoudete
besluitenmet de
profetische woorden die we in één zijner predikaties tegenkomen: ,,Wij mogen en moetenook met de
ZaIígmaker getuigenvan verre
de meesten onder ons,ja van het gros
dezer gemeente,dat zii tot nog toe
met de oren zwaarlijk hebben gehoord.Daar
zijn geen ongelukkiger zondaars dan die vele bekwame bekeringsmiddelen hebben ge- had en dezelveniet in
acht genomen hebben, maar moedwilligveracht en
versmaad hebben.Heidenen, Joden, Turken en andere verworpen ongelovigen, die het Evangelie
niet
gehoord hebben, zaL h&'in
de Dag des Oor- deelsverdragelijker zijn dan
dezen.O, weet dat gti met
een heilig en rechtvaardig Godte
doen hebt, Die Zichniet
zal laten bespotten; weetdat
God ons alzoniet
zal verschonen, evenmin alsHij
de Joodse steden verschoondheeft..."
32 33
C. DE
PERIODEKRALINGEN
L74A-L784In
het voorgaande hebben we iets trachtente
schrijven over de bedieningvan
Theodorusvan der Groe in
Rhi'jnsaterwoude.Een belangrijk voorval tijdens deze periode was de bevestiging
van zijn
broeder SimonLodewijk in
de dienst des Heeren.Simon
Lodewijk van der
GroeEvenals
Theodoruswerd ook
SimonLodewijk
bestemd ompredikant te
worden.Nadat
Simonzijn studie in
Leiden met goed gevolg had beëindigd,werd hij
op5
september 1732 be- roepen te Soeterwoude, na geëxamineerd te zijn door Dom. Band,predikant te
Voorschoten.Zijn proeftekst
was Jesaja55 :
1.Op 31
mei
1733wordt hij
aan de gemeentevan
Soeterwoude verbondendoor zljn
broeder Theodorusmet de
woordenuit
Handelingen
20 : 28:
,,Zohebt
danacht
op uzelven, en op de gehele kudde,over
dewelkeu de Heilige
Geesttot
opzieners gesteltl heeft, om de Gemeente Godste
weiden, welketlij
ver-kregen
heeft
doorZqn
eigen bloed".Simon predikte intrede
uit
Psalm57 :
74,het
laatste gedeeltecn vers 15. Tot zljn
doodop 17
december 1779heeft
Simon van der Groe de gemeentevan
Soeterwoude mogen dienen. Na ccn langdurige verzwakkingen
eenziekte van ruim
veertien dogen overleedhlj in
de ouderdom vanrrim
72 jaren, nalatende r,cn weduwe en twee kinderen.Naar het
getuigenisvan zijn
zusterEva had hij
genade ont-vÍrngen
in
de ogen des Heeren, zodatzijn
sterven slechts een rkxrrgang wastot het
eeuwige leven.Itlcn bijzonderheid