• No results found

Vraag nr.90van 24 januari 2003van de heer JAN LOONES

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr.90van 24 januari 2003van de heer JAN LOONES"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 90 van 24 januari 2003

van de heer JAN LOONES Visserijbeleid – Vlerick-onderzoek

Destijds heeft de laatste federale minister van Landbouw en Middenstand, Jaak Gabriels, aan de Vlerick Leuven Gent Management School de op-dracht gegeven voor het opstellen van een aanzet tot een Strategisch Plan voor de Belgische Zeevis-serij.

Deze opdracht, gegeven vanuit de bekommernis van de toenmalige federale minister voor het ge-zond voortbestaan van de visserijsector, heeft gere-sulteerd in het document "Een toekomst voor de Belgische visserij", van de hand van prof. H a n s C r i j n s, Vlerick Leuven Gent Management School, van maart 2001.

1. Heeft de minister kennis genomen van deze stu-die ?

2. Zo ja, in welke mate wordt met deze studie re-kening gehouden bij het visserijbeleid ?

Antwoord

1. Ik heb inderdaad kennis genomen van de studie "Een toekomst voor de Belgische visserij" van professor H. Crijns van de Vlerick Leuven Gent Management School.

2. Bij de totstandkoming van de Beleidsnota "Vi s-serij 2003" werd bijzondere aandacht besteed aan deze studie. Een aantal beleidsopties corre-sponderen met de beleidsvoorstellen uit de stu-die van professor Crijns (defensieve maatrege-len ten voordele van het groot segment, u i t-bouw van het klein vlootsegment, a a n p a s s e n van de visserijtechniek, s t e u n m a a t r e g e l e n , b e-houden en verscherpen van de economische b a n d , invoeren van een milieu-index per vaar-tuig ...).

Uiteraard zijn er nog andere factoren die de in-houd van de beleidsbrief mede bepaald hebben. Het is immers duidelijk dat er een onderscheid dient gemaakt te worden tussen enerzijds een studie van wetenschappelijke en theoretische aard en anderzijds een beleidsnota.

Bij het bepalen van het beleid heeft de overheid als taak het maatschappelijk belang te beharti-g e n . Daarbij wordt rekeninbeharti-g beharti-gehouden met

di-verse aspecten die de studie van professor Crijns overschrijden. Concreet houdt dit in dat in de beleidsbrief ook bijkomende ecologische, s o c i a l e, maatschappelijke en politieke (Europe-se Unie) factoren aangebracht werden. Dit be-leid is terug te vinden in de Bebe-leidsbrief Vi s s e r i j 2 0 0 3 , die ik heb voorgesteld aan het V l a a m s Parlement.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De omzendbrief BA 98/10 van 24 november 1998 met betrekking tot de invoering van een tewerk- stellingsparagraaf bij overheidsopdrachten defi- nieert een langdurig werkzoekende als

De vraag rijst dan ook of het in de toekomst nog wel wenselijk is afvalkokers te installeren in appar- tementsgebouwen en meergezinswoningen, en of het gebruik van de reeds

Daarnaast moet deze studie ook de noodzake- lijke input leveren voor de plannings- en ver- gunningsprocessen die nodig zijn om het alter- natief dat vanuit het beleid de

Door de Vereniging van Vlaamse Steden en Ge- meenten (VVSG) – afdeling OCMW's – werd de noodzaak vastgesteld van een hechtere samenwer- king tussen de domeinen "wonen"

Mede op vraag van de "werkgroep perinatale mortaliteit" (die interuniversitair is samenge- s t e l d , samen met Kind en Gezin) werd in 2001 een wetsvoorstel

Het ligt in de bedoeling om aan de gemeen- ten die in toepassing van de wet van 12 juli 1976 betreffende natuurrampen erkend worden, v i a deze thesaurielijn voorschotten te

Ik kan dus momenteel tot mijn spijt nog geen in- houdelijk standpunt in dit dossier innemen, t e n e i n- de later niet van vooringenomenheid bij de behan- deling ervan te

Bovendien weten ze ook niet waar ze terechtkun- nen met hun klachten, waardoor ze zich tot ver- keerde instanties richten, met het risico dat hun meldingen ook niet worden