Isaac Beeckman, Journal tenu par Isaac Beeckman de 1604 à 1634. Tome 2: 1619-1627 · dbnl
Hele tekst
GERELATEERDE DOCUMENTEN
Al fchol ic k i n twey doogen nich eeten, ef t ick na in 't rechte hoes gheweft bin dat weet ick nicht, Don offe my fchelm s bedroogen hebben , altoos mijn. goe
Ick fel wel een wijf krijgen, fchafjyjoumaereentnan , Dat fen hel leveegh, neen moer, ick en jy menkacr niet, Ick mach men wat ruften, op dat ick men wat bedaer, fiet Hoe fe
Het zuiver schrijven der werkwoordsvormen vormt het hoofdprobleem van de spellingdidactiek der L.S. Vanaf het IIIe tot en met het VIe leerjaar is het, in toenemende mate, voorwerp
Dan, tot alle versekerhejt, so mocht ghy de buyse brenghen c) onder in den openen back, recht boven den dichten back; dan salt al beginnen te gaen als het water noch hooght, gelyck
+ Men soude de intermittente koortsen moghen gelycken by een bleyne of puystken in ons vleesch of vel, hetwelcke, als men uytgesteken heeft sodatter het water of de gemaeckte
ende M ICHAEL B ALDEN , ouderlingen, gelyck de Synodus deselve committeert mits desen om haer te vervougen binnen de stadt van Rotterdam ende uut den name deses Synodi, als van
Ook over zich zelf; hij had zich bij Albertus vergeleken, maar toen zij hem wilde opbeuren door hem te wijzen op zijn werk, dat toch allerwegen als goed en mooi werd erkend, was
Haec ipsa, quae vides, Momenta sunt, & quidem Desultoria.. Momenta, quia pleraque nullo molimine, sed impetus scripta sunt, non conatu, sed nutu, non ad lentas clepsydrae moras,