• No results found

Jaarrekening 2013

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Jaarrekening 2013"

Copied!
91
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

GGD BRABANT-ZUIDOOST

JAARREKENING 2013

(2)
(3)

Jaarrekening 2013

GGD Brabant-Zuidoost

(4)
(5)

1. Managementsamenvatting Jaarrekening GGD Brabant-Zuidoost 2013

Inleiding

Deze jaarrekening bevat de inhoudelijke en financiële verantwoording van de GGD Brabant- Zuidoost. Vorig jaar is ervoor gezorgd dat de jaarrekening aan alle technische eisen voldoet, dit jaar is ervoor gezorgd dat de jaarrekening ook aan de inhoudelijke eisen voldoet.

De maatschappij is sterk in ontwikkeling. De veranderingen in de verzorgingsstaat en economische ontwikkelingen leiden tot een nieuwe visie op de samenleving. Decentralisaties in het sociaal domein hebben gevolgen voor de publieke gezondheid in het algemeen en de

jeugdgezondheidszorg in het bijzonder. Voorbereiding op deze nieuwe ontwikkelingen heeft de agenda van de GGD in 2013 mede bepaald.

Gezondheidsbevordering

Gemeenten hebben binnen de Wet Publieke Gezondheid de plicht om een plan ter bevordering van de lokale gezondheidssituatie vast te leggen in een nota Lokaal gezondheidsbeleid. De gemeente is in dit proces de regisseur. De GGD ondersteunt de gemeenten bij het voorbereiden, opstellen en implementeren van dit beleid. Per gemeente is er een lokaal team.

Dit kernteam bestaat uit adviseurs LGB (lokale gezondheidsbevordering), preventiefunctionarissen en preventie-medewerkers. Er wordt multidisciplinair samengewerkt op lokaal niveau; om

continuïteit, samenhang en verdieping in de aanpak beter mogelijk te maken.

Op scholen zijn diverse programma’s ondersteund op thema’s als voeding, bewegen, (seksuele) relatievorming en pesten.

Jeugdgezondheidszorg

De gemeenten hebben met een aantal grote ontwikkelingen te maken, zoals de invoering van de nieuwe Jeugdwet, die invloed heeft op de werkzaamheden van de Jeugdgezondheidszorg.

In het GGD bestuur is een start gemaakt met de discussie over integrale JGZ 0-19 jaar en de preventieve rol van de Jeugdgezondheidszorg in het nieuwe stelsel van Jeugdzorg. Het kabinet heeft besloten dat er een nieuw stelsel moet komen voor jeugdigen en gezinnen onder

verantwoordelijkheid van gemeenten. Doel van de stelselwijziging jeugd is: meer preventie en eerdere ondersteuning, meer uitgaan van de eigen kracht van jeugdigen en hun ouders, minder snel problemen medicaliseren, betere samenwerking rond gezinnen en integrale hulp op maat.

Voorts zijn voorbereidingen getroffen om een extra contactmoment in te voeren in leerjaar 4 van het voorgezet onderwijs.

(6)

In 2014 gaan pilots lopen en vanaf 2015 wordt dit extra contactmoment naar verwachting opgenomen in het basistakenpakket van JGZ.

Algemene Gezondheidszorg.

De GGD Brabant-Zuidoost is in september gestart met de campagne ‘China aan de Dommel’. Het doel hiervan is vroegtijdig opsporen van Hepatitis B en C onder de Chinese inwoners van 16 jaar en ouder die wonen in de stad Eindhoven. Zowel hepatitis B als C komen in China veelvuldig onder de bevolking voor en kunnen voor ernstige leverschade zorgen. Ongeveer 250 van de 680 gescreende Chinezen zijn gevaccineerd tegen hepatitis B.

Door de GGD zijn 7 casussen (5 suïcides en 2 zedenzaken) gecoördineerd die betrekking hebben op psychosociale hulpverlening bij ingrijpende gebeurtenissen (PSHI).

Bij Reizigerszorg en Seksuele hulpverlening wordt intensiever gebruik gemaakt van sociale media (Facebook, Twitter). Op het terrein van gezondheid en milieu is onder andere een

belevingsonderzoek (overlastervaring) uitgevoerd onder omwonenden van Eindhoven Airport.

Ambulancezorg (AZ)

In 2013 zijn 16.640 spoedritten (de zgn. A1 inzetten) uitgevoerd. Daarvan was gemiddeld 93,7%

van de ritten binnen de rijtijdnorm van 15 minuten (inclusief aanname en uitgifte door de meldkamer).

De gemiddelde tijdsduur van aanname en uitgifte van een melding door de meldkamer betrof 1 minuut en 52 seconden (de normgrens ligt op 2 minuten).

Het totaal aantal inzetten in 2013 was 41.178 ritten (A- en B-ritten), 332 meer dan in 2012.

Gemiddeld zijn dat ruim 112 ritten per dag (111 in 2012). Een productiestijging van 0,8%.

Voorts is gewerkt aan verbetering van de ritformulieren en aan een aantal verbeterpunten naar aanleiding van het inspectiebezoek.

Bedrijfsondersteuning

Vanaf 1 oktober 2013 zijn ook de medewerkers van P&O en Financiën verhuisd naar de Witte Dame. Hiermee is een laatste fase bereikt van de fysieke reis naar Het Nieuwe Werken. De sector Bedrijfsondersteuning is sinds kort gereorganiseerd. De nieuwe structuur bestaat uit drie teams, te weten Financiën, Informatievoorziening & Automatisering en Facilitaire Diensten.

Personeel en Organisatie

Arbeidsmobiliteit

De activiteiten in het kader van de arbeidsmobiliteit zijn flink toegenomen. In 2013 heeft het Loopbaancentrum van de GGD 98 medewerkers voor korte of langere tijd begeleid. In 2012 waren er dat 42. In aanvulling op de persoonlijke begeleiding, zijn in 2013 de loopbaansites op ons

(7)

intranet herzien en zijn er korte workshops georganiseerd met betrekking tot het opstellen van een CV en solliciteren via Social Media.

Arbeidsomstandigheden

Gedurende het jaar heeft de aandacht voor arbeidsomstandigheden een goede stimulans gekregen.

Diverse beleidsstukken zijn opgesteld/herzien: ambulant werken, agressie en geweld, psa beleid, beeldschermwerk, fysieke belasting.

Verder is gestart met de herziening van de Risico-Inventarisatie en Evaluatie (RI&E), is het arbomeldpunt ingevoerd en zijn de arbo sites op ons intranet herzien.

In 2014 verwachten we een hernieuwde actieve aanpak bij de uitvoering van de RI&E.

Verzuim

Het speerpunt met betrekking tot het begeleiden van het ziekteverzuim lag in 2013 met name bij het terugdringen van frequent ziekteverzuim. Via de workshop ‘Oplossingsgericht

verzuimmanagement’ zijn leidinggevenden in staat gesteld zich daarin verder te bekwamen. De oplossingsgerichte aanpak is binnen de sector AZ opgepakt en heeft geleid tot een duidelijke daling van het aantal frequent verzuimers (van 23,8% naar 17,2%).

Als effect van de extra aandacht voor verzuim zien we een algehele daling van het

ziekteverzuimpercentage: GGD van 5,3% naar 4,6%; Ambulancezorg van 7,4% naar 6,7%.

Arbeidsvoorwaarden

Extra vermeldingswaardig is dat wij in deze tijd van bezuinigingen onze arbeidsvoorwaarden op onderdelen hebben kunnen verbeteren zonder extra kosten. Via de Werkkosten Regeling (WKR) hebben wij ons cafetariasysteem kunnen uitbreiden met de belastingtechnisch gunstige aftrek voor lidmaatschap sportclubs, de elektrische fiets en (tijdelijke) voor de aanschaf van een laptop. Het kerstpakket is daarentegen afgeschaft en er zijn in 2013 geen bijzondere beloningen toegekend.

Overige ontwikkelingen

Reorganisatie

In voorafgaande jaren heeft de GGD de bezuinigingen en terugval in inkomsten veelal zonder frictiekosten opgevangen.

De verschillende bezuinigingsopdrachten hebben er toe geleid dat inmiddels de materiële kosten zijn teruggebracht naar een zo verantwoord mogelijk minimum niveau. Dit proces heeft nu geresulteerd in een financiële situatie waar geen ruimte meer aanwezig is.

Het schrappen van diensten en de verminderde afname van diensten/contracttaken door

gemeenten, heeft er toe geleid dat de GGD genoodzaakt is om te snijden in het personeelsbestand van de uitvoerende medewerkers. Het gevolg van dit proces is dat er, via verschillende

reorganisaties, verscheidende medewerkers boven-formatief zijn verklaard en dat zij begeleid worden naar ander werk. Inmiddels is de GGD erin geslaagd om een aantal boven-formatieve medewerkers te herplaatsen in een andere functie binnen of buiten de GGD en is er een

(8)

reorganisatieplan voor management- en ondersteunende functies vastgesteld en in uitvoering genomen.

Tarieven

In de economisch slechte tijden van nu, komt de GGD nog verder onder druk door concurrentie bij de markttaken en het feit dat de consument minder te besteden heeft.

Ondanks de reeds getroffen maatregelen, blijven gemeenten onze integrale tarieven te hoog vinden en is er een dwingende noodzaak om deze tarieven te verlagen door de overhead kosten verder terug te dringen. Met ingang van 2014 zijn enkele tarieven verlaagd.

Verkoop pand De Callenburgh

Het Algemeen Bestuur is akkoord gegaan met de condities voor de verkoop van De Callenburgh.

Op basis van de condities zal de eenmalige bijdrage in het boekwaardeverlies door de gemeenten ongewijzigd blijven. De definitieve ten uitvoerbrenging van de verkoop vindt, onder voorbehoud van enkele ontbindende voorwaarden, in de loop van 2014 plaats.

HKZ-certificering

De GGD is in najaar 2013 ge-audit volgens het nieuwe kwaliteitsschema in het kader van de HKZ- certificering. De organisatie voldoet aan de norm Publieke Gezondheid 2011.

Financieel resultaat

De jaarrekening sloot in 2013 met een positief resultaat van € 65.333,-.

De toename van de salariskosten boven de geraamde 1,5% indexering (ca. € 150.000,- o.a. als gevolg van de gestegen ABP- en ZVW-premie) en de nog resterende frictiekosten logopedie (ca. € 125.000,- bestaande uit € 75.000,- loonkosten 2013 en een eenmalige storing in de voorziening ad € 50.000,-) worden per saldo gecompenseerd met besparingen, enkele positieve inkomsten-afrekeningen en de vrijval van de post onvoorzien.

(9)

Inhoudsopgave

1. Managementsamenvatting Jaarrekening GGD Brabant-Zuidoost 2013 5

2. Inleiding 11

2.1 Besluit Accountantscontrole Decentrale Overheden 11

2.2 Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten 11

2.3 Opzet jaarstukken 11

2.4 Code Goed Openbaar Bestuur 12

2.5 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector 13

3. Programmaverantwoording 16

3.1 Programma Publieke Gezondheid (PG) 16

3.1.1 Gezondheidsbevordering (GB) 17

3.1.2 Jeugdgezondheidszorg (JGZ) 21

3.1.3 Algemene Gezondheidszorg (AGZ) 28

3.2 Ambulancezorg 34

3.2.1 Ambulancevervoer 34

3.3 Bijdrage gemeenten 36

4. Paragrafen 37

4.1 Weerstandsvermogen 37

4.1.1 Weerstandscapaciteit 38

4.1.2 Risicomanagement 39

4.2 Onderhoud kapitaalgoederen 41

4.2.1 Beleidskader 41

4.2.1.1 Gebouwen 41

4.2.1.2 Machines, apparaten en installaties 41

4.2.1.3 Hard- en software 41

4.2.1.4 Vervoermiddelen 42

4.3 Financiering 42

4.3.1 Beleidskader 42

4.3.2 Rentebeleid 43

4.3.3 Financieel Risicobeheer 43

4.3.4 Kasgeldlimiet 43

4.3.5 Renterisiconorm 44

4.3.6 Financieringsbehoefte 44

(10)

4.3.7 Leningenportefeuille 45

4.4 Bedrijfsvoering 46

4.4.1 Organisatie 46

4.4.2 Personeel 47

4.4.3 Het Nieuwe Werken 48

4.4.4 Huisvesting 49

4.4.5 Kwaliteit 49

4.4.6 Inkoop 50

4.5 Rechtmatigheid 51

4.6 Verbonden partijen 52

4.6.1 Stichting Care 4 Mobility 53

4.6.2 Stichting Projecten GGD 54

5. Programmarekening over begrotingsjaar 56

5.1 Grondslagen voor resultaatbepaling 56

5.2 Grondslagen voor waardering 56

6. Balans 58

6.1 Balans 31-12-2013 58

6.2 Toelichting balans 31-12-2013 60

6.2.1 Vaste activa 60

6.2.2 Vlottende activa 61

6.2.3 Vaste passiva 65

6.2.4 Vlottende passiva 72

6.3 Kasstroomoverzicht 2013 74

7. Exploitatierekening 2013 75

7.1 Exploitatierekening totaal 75

7.1.1 Rechtmatigheid begrotingsafwijking per programma 76

7.1.2 Baten en lasten Publieke Gezondheid 77

7.1.3 Baten en lasten Ambulancezorg 79

Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.

Bijlage 1: Gemeentelijke bijdrage en bijzondere bijdragen per gemeente 84

Bijlage 2: BTW-compensatie 85

Bijlage 3: Begrippenlijst 86

(11)

2. Inleiding

Voor u liggen de jaarstukken 2013 van de Gemeenschappelijke Regeling GGD Brabant-Zuidoost (GGD). In deze jaarstukken wordt verantwoording afgelegd over het gevoerde beleid en beheer in 2013. De jaarstukken zijn opgesteld conform de eisen van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) provincies en gemeenten. De jaarstukken bestaan uit het jaarverslag en de jaarrekening.

Onderdelen van het jaarverslag zijn de programmaverantwoording en de paragrafen. De

jaarrekening bestaat uit de programmarekening met toelichting en de balans met toelichting. De jaarstukken worden vastgesteld door het Algemeen Bestuur van de GGD. Om de controlerende taak te kunnen vervullen, heeft het Algemeen Bestuur een externe accountant benoemd.

Begin 2012 heeft het Algemeen Bestuur van de GGD Brabant-Zuidoost ingestemd met het controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarrekening voor de periode 2011-2013.

2.1 Besluit Accountantscontrole Decentrale Overheden

Ten behoeve van zijn oordeelsvorming hanteert de accountant de bepalingen die zijn opgenomen in het in 2003 van kracht geworden ‘Besluit Accountantscontrole Provincie en Gemeenten’ (BAPG), later hernoemd als ‘Besluit Accountantscontrole decentrale overheden’ (BADO).

Dit besluit houdt in dat de controlerende accountant bij de jaarstukken een accountantsverklaring over de getrouwheid en rechtmatigheid dient te verstrekken. Voor de uitvoering van het onderzoek naar de rechtmatigheid van de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties is een toetsbaar normenkader noodzakelijk. Door middel van het normenkader geeft het Algemeen Bestuur aan wat zij aan regelgeving heeft vastgelegd, voor zover deze directe financiële

beheershandelingen betreffen.

2.2 Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten

De gemeentewet schrijft voor dat decentrale overheden jaarlijks een begroting en jaarstukken moeten opstellen. De uitwerking van die bepaling is geregeld in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV). De jaarstukken 2013 zijn opgesteld in overeenstemming met de voorschriften van het BBV.

2.3 Opzet jaarstukken

Met het oog op toepassing van het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten is de opzet van de jaarstukken 2013 een afspiegeling van de begroting 2013.

De jaarstukken zijn als volgt opgebouwd:

• Jaarverslag

- Programma verantwoording - Paragrafen

• Jaarrekening

- Programmarekening

(12)

- Balans

In het jaarverslag staat de programmaverantwoording van de sectoren Jeugdgezondheidszorg, Gezondheidsbevordering, Algemene Gezondheidsdienst en Ambulancezorg. Daarnaast worden in het hoofdstuk paragrafen de onderwerpen behandeld, die van belang zijn voor het inzicht in de financiële positie van de GGD.

De jaarrekening bestaat uit een programmarekening en een balans. In de programmarekening worden de grondslagen voor resultaatbepaling en waardering gegeven. Daarnaast wordt de programmarekening, een overzicht van de incidentele baten en lasten en analyse

begrotingsafwijkingen behandeld. De balans van het boekjaar 2013 wordt gegeven met een uitgebreide toelichting van de balansposten.

2.4 Code Goed Openbaar Bestuur

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken heeft in 2009 de beginselen van deugdelijk

overheidsbestuur uitgewerkt in de Nederlandse code voor goed openbaar bestuur. In deze code zijn de beginselen uitgewerkt voor een goed functionerende overheid die recht doet aan de democratische legitimatie. De code is niet juridisch afdwingbaar. Het is een uitnodiging voor bestuurders van publieke organisaties maar ook voor alle werknemers in overheidsdienst conform de geest van de code te handelen.

In de code zijn de volgende zeven beginselen vastgelegd:

1. Openheid en integriteit

Het bestuur is open en integer en maakt duidelijk wat het daar onder verstaat. Het bestuur geeft in zijn gedrag een goed voorbeeld, zowel binnen als buiten de organisatie.

2. Participatie

Het bestuur weet wat er leeft in de maatschappij en laat zien wat het daar mee doet.

3. Behoorlijke contacten met burgers.

Het bestuur zorgt ervoor dat hijzelf en de organisatie zich behoorlijk gedragen in contacten met burgers.

4. Doelgericht en doelmatig

Het bestuur maakt de doelen van de organisatie bekend en neemt de beslissingen en maatregelen die nodig zijn om de gestelde doelen te behalen.

5. Legitimiteit

Het bestuur neemt de beslissing en maatregelen die het mag nemen en die in overstemming zijn met geldende wet- en regelgeving. De beslissingen zijn te rechtvaardigen.

6. Lerend en zelfreinigend vermogen

Het bestuur verbetert zijn prestaties en die van de organisatie en richt de organisatie hier op in.

7. Verantwoording

Het bestuur is bereid zich regelmatig en ruimhartig jegens de omgeving te verantwoorden.

(13)

Aangezien de GGD Brabant-Zuidoost een gemeenschappelijke regeling van gemeenten is, is de code voor goed openbaar bestuur van toepassing. Veel zaken zijn formeel in wet- en regelgeving vastgelegd. Voor de bestuurders van de GGD Brabant-Zuidoost is in de gemeenschappelijke regeling vastgelegd wat hun taken en bevoegdheden zijn.

Binnen het bestuur is niet expliciet aandacht geweest voor het toepassen van de code voor goed openbaar bestuur. Dit betekent niet dat er niet naar de geest van de code is gehandeld.

In het strategisch plan van de GGD zijn de doelstellingen die nagestreefd worden vastgelegd.

Periodiek wordt gerapporteerd over de realisatie van deze doelen. De deelactiviteiten die de GGD uitvoert, dragen allen bij tot het realiseren van de doelstellingen, waarbij de financiële kaders continue bewaakt worden.

Alle beslissingen van het bestuur worden genomen binnen de wet- en regeling die er gelden. Bij alle bestuurlijke besluiten is steeds aangegeven welke wetten en regels van toepassing zijn.

De organisatie van de GGD Brabant-Zuidoost is er onder meer op gericht om continu te streven naar verbeteringen door middel van een kwaliteitssysteem.

Het bestuur legt periodiek verantwoording af aan de opdrachtgevers (gemeenten, instellingen, burgers). Op basis van het bovenstaande kan geconcludeerd worden dat het bestuur van GGD Brabant-Zuidoost handelt naar de geest van code voor goed openbaar bestuur.

2.5 Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector Met ingang van 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. De WNT verplicht tot openbaarmaking van de

bezoldiging van de zogenaamde “topfunctionarissen”. Met de nieuwe wet (WNT) is de Wet Openbaarmaking Uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) vervallen.

“Topfunctionarissen” zijn diegenen die leiding geven aan de gehele organisatie en in de WNT als zodanig zijn aangemerkt.

Conform de WNT wordt in dit jaarverslag de beloning van de topfunctionaris binnen de GGD openbaar gemaakt. Deze verplichting tot openbaarmaking geldt ook voor de beloning van andere werknemers, indien die bezoldiging meer bedraagt dan het voor topfunctionarissen geldende bezoldigingsmaximum (norm 2013 : € 228.599 op jaarbasis). Dit is bij de GGD Brabant-Zuidoost niet aan de orde. Bij de GGD ontvangt de directeur de hoogste beloning. Deze beloning valt ruimschoots onder het genoemde bezoldigingsmaximum. Ook de leden van het Dagelijks Bestuur en Algemeen Bestuur van de GGD behoren tot topfunctionarissen, ook al is de vergoeding nihil. Op de volgende pagina worden topfunctionarissen van de GGD volgens de WNT richtlijnen

gepresenteerd.

(14)

Naam Functie Duur dienstverband in 2013

Omvang dienst- verband

Beloning Door werkgever vrijwillig betaalde SV-Premie

Belastbare kosten- vergoeding

Voor- zieningen betaalbaar op termijn

Beëin- digings- uitkering

Jaar beëin- diging

Moti- vering

Mw A Stevens-Ruiters Directeur Publieke Gezondheid

1-1 t/m 31-12-2013 1,0 fte 123.211 0 574 22.014 n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. J.C.M. Huijsmans Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. J.M.M. Tils Algemeen Bestuur/

Dagelijks Bestuur

1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. T.J.C. Reijnders Algemeen Bestuur/

Dagelijks Bestuur

1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. J. Veldhuizen Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. F.W.P. Strik Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. J.P. Ragetlie Algemeen Bestuur/

Dagelijks Bestuur

1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. M.T.L. van der Hamsvoord-Huybers

Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. H.T.M. Scholten Algemeen Bestuur/

Dagelijks Bestuur

1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. J.M.A. Bevers Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. A.D.M. Steenbakkers Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. P.W.J. Heunen Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. M.M. de Leeuw- Jongejans

Algemeen Bestuur/

Dagelijks Bestuur

1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. J.H.C.M. Briels Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. P.C.F. de Witte Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-5-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. J.M. Ebberink Algemeen Bestuur 1-6 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. W.T.H. Evers Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. F.A.J.M. Wouters Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. T.C.W Maas Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. J.P. Frenken Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. M.T.G.M. Wijnen Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. C.E.P. van der Weijden – van Brakel

Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Dhr. P.A. van Dalen Algemeen Bestuur 1-1 t/m 31-5-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

Mw. A.C.P. Balk Algemeen Bestuur 1-6 t/m 31-12-2013 n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t. n.v.t.

(15)

Jaarverslag

(16)

3. Programmaverantwoording

De programmaverantwoording heeft betrekking op de programma’s Publieke Gezondheid (PG) en Ambulancezorg (AZ). De dekking van het programma PG vindt plaats door met name bijdragen van de gemeenten Asten, Bergeijk, Best, Bladel, Cranendonck, Deurne, Eersel, Eindhoven, Geldrop- Mierlo, Gemert-Bakel, Heeze-Leende, Helmond, Laarbeek, Nuenen, Oirschot, Reusel-De Mierden, Someren, Son en Breugel, Valkenswaard, Veldhoven en Waalre.

Ambulancezorg wordt voornamelijk door de zorgverzekeraars betaald.

De programma’s worden in de onderstaande paragrafen toegelicht.

3.1 Programma Publieke Gezondheid (PG)

Het programma PG bestaat uit basistaken en aanvullende diensten en is onderverdeeld in drie groepen hoofdactiviteiten:

• Gezondheidsbevordering (paragraaf 3.1.1)

• Jeugdgezondheidszorg (paragraaf 3.1.2)

• Algemene Gezondheidszorg (paragraaf 3.1.3)

Het basispakket van de GGD wordt vastgesteld door het Algemeen Bestuur. De basistaken bevatten de diensten/producten die de GGD levert aan alle deelnemende gemeenten. Het basispakket dat door de gemeenten is vastgesteld bestaat minimaal uit de wettelijk verplichte taken die zijn vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid (WPG). Gemeenten kunnen er

gezamenlijk voor kiezen om het basispakket van de GGD uitgebreider te maken dan de minimaal wettelijke vereisten.

Binnen het basispakket wordt onderscheid gemaakt tussen uniforme taken en maatwerktaken.

De uniforme taken worden op basis van protocollen en richtlijnen in alle deelnemende gemeenten uitgevoerd. Bij de maatwerktaken wordt rekening gehouden met de gemeentelijke wensen o.a. in gezondheidsbeleidsnota’s. Bij de uitvoering van de maatwerktaken wordt rekening gehouden met de lokale problematiek en de prioriteit. Het basispakket wordt aan de gemeente doorbelast op basis van een bijdrage per inwoner. De aanvullende diensten worden onder andere op verzoek van één of een aantal gemeente(n) uitgevoerd. De financiering vindt plaats op basis van; bijdrage per verrichting, uurtarief, een aanvullende gemeentelijke bijdrage of een tarief per cliënt.

In de volgende paragrafen gaan wij verder in op de doelstellingen en ontwikkelingen in 2013 die mede van invloed zijn geweest op de maatschappelijke effecten, de mate van realisatie van de maatschappelijke effecten, de status van de activiteiten en/of projecten die zijn verricht om de maatschappelijke effecten te bereiken en de middelen die daarvoor zijn ingezet. De baten en lasten die worden benoemd in de paragrafen ‘wat heeft het gekost’ zijn exclusief bestuurskosten.

(17)

Bovengenoemde effecten worden per sector uitgewerkt.

3.1.1 Gezondheidsbevordering (GB)

Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet Publieke Gezondheid. Daarvoor stelt de gemeente elke vier jaar een nota gemeentelijke gezondheidsbeleid vast. De GGD Brabant- Zuidoost adviseert en ondersteunt gemeenten bij het opzetten en uitvoeren van hun

gezondheidsbeleid, onder meer door de regionale Volksgezondheid Toekomst Verkenningen (rVTV).

Aan gemeenten worden basisgegevens geleverd over gezondheid, jeugd, welzijn, wonen en zorg met daarbij ondersteuning om deze gegevens te interpreteren. Ook wordt er aansluiting gezocht bij de speerpunten in het gemeentelijk en regionale beleid door gezamenlijk projecten te ontwikkelen of voorlichtingsmaterialen ter beschikking te stellen.

Naast het beschikbaar stellen van expertise is er op lokaal niveau een kernteam werkzaam, die dichtbij een gemeente ondersteuning kan bieden bij het proces van beleidsvorming en de realisatie van het beleid. Het lokale team maakt in overleg met de gemeente een jaar activiteitenplan, waarin wordt vastgelegd welke zaken opgepakt gaan worden.

Procesbegeleiding en implementatie Lokaal Gezondheidsbeleid WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Bijdrage leveren aan voorbereiden, opstellen, implementeren en uitvoeren van lokaal gezondheidsbeleid (LGB) van gemeenten.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Procesbegeleiding en implementatie Lokaal Gezondheidsbeleid

- De tevredenheid over het algemeen over de beleidsadvisering door de GGD is gewaardeerd met het gemiddelde cijfer 7,4.

- De tevredenheid over het algemeen over de (medewerkers van) het lokale team is ook gewaardeerd met het gemiddelde cijfer 7,4.

- Waardering belang Focuspunten en mate waarin door de lokale teams hier aan gewerkt werd:

Heel belangrijk/belangrijk Volledig/ meer wel dan niet

Risicogericht werken 95% 84%

Participatie eigen kracht 95% 89%

Integrale aanpak 100% 79%

Versterking

preventiekracht anderen

100% 79%

(18)

- Waardering lokale inbedding van het lokale team:

Zeer goed/goed Het lokale team weet wat er speelt in de gemeente 95%

Het lokale team weet wat er speelt bij maatschappelijke instellingen

71%

Het lokale team maakt verbinding met andere instellingen 76%

Het lokale team levert een bijdrage aan de maatschappelijke doelstellingen van de gemeente

90%

Om efficiënt specifieke deskundigheid beschikbaar te houden voor de gehele regio, zonder veel inwerk en extra overdracht e.d., zijn op een aantal onderdelen de medewerkers ook regionaal inzetbaar. Verder is er naar gestreefd om op lokaal niveau aan te sluiten bij nieuwe inzichten en ontwikkelingen op het preventieve gezondheidsterrein, namelijk:

1. Expertise Preventie thema’s 2. Expertise Onderzoek 3. Expertise Uitvoering

Expertise Preventie thema’s WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het beschikbaar hebben en houden van specifieke deskundigheid voor de regio op het gebied van belangrijke thema’s. Bijdragen aan het optimaliseren van het preventieaanbod in de regio op het gebied van preventie en gezondheidsbevordering.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Digitaal overzicht interventie activiteiten, als onderdeel van Het Regionale Kompas is up to date gehouden.

Expertise Onderzoek WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het doel van deze taak is het verschaffen van inzicht in de gezondheidssituatie van de bevolking en de factoren die van invloed zijn op de gezondheid op basis waarvan periodiek het

gezondheidsbeleid kan worden vastgesteld. Er worden gegevens verzameld die bijdragen aan de ontwikkeling en monitoring van gemeentelijk beleid op het gebied van gezondheid, jeugd, welzijn, wonen en zorg. De verzamelde gegevens worden beschikbaar gesteld aan wethouders en

ambtenaren van gemeenten en aan partners.

(19)

WAT HEBBEN WE BEREIKT? Expertise Onderzoek

Monitors Realisatie In 2013 hebben de onderzoekers van de GGD de nieuwe gegevens van de Volwassenen- en Ouderenmonitor geanalyseerd en aan alle gemeenten beschikbaar gesteld.

Kenniscentrum Onderzoek

ondersteuning van gemeentelijk beleid

Realisatie Bij het Kenniscentrum Onderzoek

beantwoorden wij dagelijks kennisvragen van gemeenten. De inhoud van deze vragen varieert van aanvullende analyses van monitorcijfers tot behoeftenonderzoek en onderbouwing van gemeentelijke nota’s.

Hiermee ontvangen gemeenten relevante gegevens voor bijvoorbeeld lokale werkgroepen of ter ondersteuning van beleid en transities.

Het Kenniscentrum Onderzoek van de GGD heeft in 2013 zo’n 70 verschillende

verzoeken voor ondersteuning van gemeenten ontvangen.

Expertise Uitvoering

WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het doel van deze taak is het bijdragen aan het optimaliseren van het preventieaanbod in de regio op diverse gebieden.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Expertise Uitvoering

Uitvoering van

programma Lentekriebels

Doelstelling Ondersteuning van 32 (nieuwe) basisscholen door middel van het verzorgen van training en nazorg van leerkrachten en indien gewenst het verzorgen van ouderavonden op de reeds deelnemende scholen.

Realisatie 18 nieuwe scholen (bijna 3700 leerlingen en meer dan 240 leerkrachten) en 33 ‘oude” scholen.

Organisatie van regionaal symposium ‘Verpest op school’. Met de deelname van 112 leerkrachten uit de regio was het symposium ook deze keer weer druk bezocht.

(20)

Voorlichting senioren Doelstelling Realisatie

Verzorgen van 50 voorlichtingen.

39 voorlichtingen voor en door 55+

Regionaal Project Laat je niet flessen

Doelstelling Deelnemen aan project Laat je niet flessen.

20 uur lokale ondersteuning bieden (Helmond en Eindhoven 30 uur).

Realisatie Deelname aan lokale werkgroepen/lokale activiteiten.

Pilot Werken aan een gezonde school

Pilot

gezondheidsvaardigheden versterken

Doelstelling Er zijn 11 scholen gestart met de Gezonde School Methodiek.

Er is advies op welke wijze deze methodiek verder ontwikkeld en geïmplementeerd kan worden in de regio.

Realisatie

Doelstelling

Met ruim 20 scholen is het traject Gezonde School/Jeugdimpuls ingegaan. Een kleine 20 heeft project Onwijs Fit opgepakt.

Er is een overzicht van de uitvoering, waardering, hoeveel bereik, welke doelgroep.

Er is advies op welke wijze deze methodiek verder ontwikkeld en geïmplementeerd kan worden in de regio.

Realisatie In 2013 hebben we ervaring opgedaan met modules voor het werken met verschillende doelgroepen rond de thema’s voeding, beweging, ontspanning, naar de dokter.

Voor het ROC Ter AA is een module ontwikkeld voor groepen met minder gezondheidsvaardigheden. Deze module is uitgevoerd met mensen, die geactiveerd worden om vrijwilligerswerk te doen. Dezelfde module is ook gebruikt in een training van vrijwillige begeleiders van een vrouwengroep.

Tijdens een zorgmarkt voor inwoners van de gemeente Heeze-Leende spraken GGD medewerkers de bezoekers aan op de mate waarin ze zelf invloed hadden op hun eigen gezondheid. Dit gebeurde onder andere via een zelf test. Daarna kregen zij een workshop aangeboden om meer te leren en bespreken over

gezondheidsvaardig zijn en de verschillende aspecten van zelfzorg.

Het product voor de praktijkschool in Bladel is in een vergevorderd stadium. Er is een implementatie-plan. De voorgenomen stappen m.b.t. ‘Kijk! Mijn leve’ worden uitgevoerd.

Dit soort producten zijn nu klaar om, na op maat

(21)

aangepast te zijn voor de specifieke situatie, overgedragen te worden aan de lokale teams.

Contracttaken GB

WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Een groot gedeelte van de contracten wordt uitgevoerd voor de gemeente Eindhoven. Deze gemeente heeft behoefte aan een nadere uitdieping van de uniforme taken. De contracttaken liggen sterk in het verlengde van de gemeenschappelijke taken.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Deze contracttaken zijn conform de afspraken met de opdrachtgevers uitgevoerd. Over de taken wordt bij de opdrachtgevers verantwoording afgelegd middels een uitgebreide rapportage.

In 2013 zijn de volgende contracttaken uitgevoerd:

• Steunpunt Mantelzorg (gemeente Eindhoven)

• Lokale gezondheidswijzer plus (gemeente Eindhoven)

• Monitoring wijk- en buurtprofielen (gemeente Eindhoven)

• Allochtone zorgconsulent (gemeente Eindhoven)

• Eet- en Beweegweek (gemeente Someren)

• Project meisjesbesnijdenis (GGD landelijk)

• Onderzoeksopdrachten (Tranzo/Zonmw)

WAT HEEFT DE SECTOR GB GEKOST?

Baten en Lasten sector GB Werkelijk 2013

Lasten 2.228.000

Baten (excl. bijdrage gezamenlijk takenpakket) 752.000

Saldo sector GB 1.476.000

3.1.2 Jeugdgezondheidszorg (JGZ)

De sector Jeugdgezondheidszorg (JGZ) schept samen met andere partijen voor jeugdigen condities om kinderen gezond te laten opgroeien. De JGZ ondersteunt niet alleen de jongere zelf, maar ook ouders en verzorgers bij het opgroeien en opvoeden van hun kinderen. Verder heeft de JGZ een beleidsadviserende taak naar gemeenten.

Taken van de Jeugdgezondheidszorg zijn o.a.:

• Monitoring van de ontwikkeling van kinderen

• Signaleren van problemen en behoeften

• Informeren en adviseren van jongeren en ouders

• Bieden van kortdurende lichte (opvoed) ondersteuning

• Toeleiding naar extra zorg, zoals maatschappelijk werk, jeugdzorg, medisch specialist

(22)

• Vaccineren van 4 tot 19-jarigen volgens het rijksvaccinatieprogramma

• Adviseren van scholen en buitenschoolse opvang

JGZ is een basisvoorziening voor publieke gezondheid, waarbij het accent ligt op preventie (individueel en collectief), normaliseren, vroegsignalering en toeleiding naar zorg. Steeds staan daarbij de belangen van de kinderen centraal.

De bevindingen van de JGZ worden vastgelegd in het Digitale Dossier JGZ. Op 31 december 2013 hadden 113.030 kinderen in de leeftijd van 4-19 jaar (88%) in de regio Zuidoost Brabant een digitaal dossier.

De gemeenten staan voor een zware opgave met de drie decentralisaties. De decentralisatie van de jeugdzorg is meer dan een decentralisatie. Het is een transitie waarbij er nieuwe bakens moeten worden gezet in het regionale/lokale stelsel. Dit vergt een omslag in organisatie en werkwijze naar meer preventie en een cultuuromslag die uitgaat van eigen kracht van jeugdigen, ouders en hun omgeving. Een belangrijke inhoudelijke uitdaging hierin is om de preventie zo te organiseren dat de vraag naar gespecialiseerde zorg afneemt.

Geïnitieerd door de transitie jeugdzorg werken Brabantse gemeenten samen met de

jeugdgezondheidszorg en een groot aantal andere partners om de gezonde ontwikkeling van kinderen te ondersteunen. Deze gezamenlijke ambitie is voor meer kinderen een gezonde en veilige ontwikkeling, optimale maatschappelijke participatie en minder kinderen in (zware) zorg.

Daarvoor zijn onder meer Centra Jeugd en Gezin of Centra voor Maatschappelijke Deelname ontwikkeld en worden integrale wijkteams opgericht.

Jeugdgezondheidszorg van de GGD Brabant-Zuidoost heeft als één van de eerste organisaties in Nederland sinds het schooljaar 2008-2009 de uitvoering van de contactmomenten geflexibiliseerd.

In deze werkwijze werkt ze nauw samen met scholen. Gekozen is voor triage, waarin JGZ- functionarissen vooraf een inschatting maken van de zorgbehoefte van kinderen, zodat alle kinderen passende en tijdige zorg op maat krijgen.

JGZ wil optimaal toegankelijk zijn voor de jeugd en hun ouders. De inzet van social media speelt hierbij een belangrijke rol. Veel informatie is te vinden op de website, die in 2013 grondig werd herzien. Verder bestaat de mogelijkheid om via Facebook en Twitter in gesprek te komen met jongeren.

Signaleren van problemen en advies op maat (individueel) WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

In de preventieve individuele contactmomenten wordt de groei en ontwikkeling (lichamelijk, psychisch, sociaal en cognitief) gemonitord, gezondheidsonderzoek gedaan en screenings

uitgevoerd. Tijdens deze contacten staat de vraag, behoefte en mogelijkheden van het kind en zijn ouders centraal. In de ondersteuning door JGZ sluiten we aan bij de natuurlijke variatie in de ontwikkeling van het kind. Elk kind heeft zijn eigen talenten en mag zijn wie hij of zij is.

(23)

Aan elke school voor basis-, voortgezet- en speciaal onderwijs is een jeugdgezondheidszorgteam verbonden.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Doelstelling is dat de GGD 95% van de kinderen bereikt. De GGD ziet gemiddeld meer dan 90%

van de kinderen uit een groep, wat betekent dat tenminste 90% van de kinderen daadwerkelijk wordt gezien bij de onderzoeken. Kinderen die niet zijn gezien, zijn wel in beeld bij

jeugdgezondheidszorg en zij heeft zich ervan gewist of er zorgen zijn over de ontwikkeling of veiligheid van een kind. Wanneer er zorgen zijn gaat jeugdgezondheidszorg over tot actie.

Ieder kind krijgt vanaf 4 jaar standaard een uitnodiging voor tenminste drie contactmomenten.

Aandachtspunt blijven de afzeggingen zonder bericht (NVZB). Deze hebben we in 2013 iets teruggebracht. Het is nog niet mogelijk om de tijd die daarbij vrijkomt te benutten voor andere relevante werkzaamheden. We werken er aan dat dit de komende jaren beschikbare tijd wordt.

Vanaf 2013 heeft het ministerie van VWS middelen beschikbaar gesteld voor een extra

contactmoment met pubers. Het is een kans om vanuit de jeugdgezondheidszorg structureel een extra keer met adolescenten in aanraking te komen. In de regio Zuidoost-Brabant heeft een ruime meerderheid van de gemeenten besloten het contactmoment ook daadwerkelijk uit te voeren. De invulling van het contactmoment is in nauw overleg met de gemeenten gebeurd, zij worden ook betrokken bij de tussentijdse evaluaties via de pilots. Begin 2014 start de uitvoering van de pilots.

De uitvoering vindt plaats in zeer nauwe samenwerking en afstemming met de scholen in het voortgezet onderwijs en het MBO. Dit extra contactmoment vindt plaats in klas 4.

De nadruk van dit extra contactmoment komt te liggen op de leefstijl van pubers.

De werkwijze op het speciaal onderwijs is met instemming van de inspectie structureel aangepast.

Gedurende de schoolloopbaan van het kind wordt het kind vanaf 4 jaar in totaal minstens 3x uitgenodigd voor een contactmoment.

De JGZ onderzoekt kinderen op het basisonderwijs in groep 2, 7 en op het voortgezet onderwijs in klas 2. Hierover wordt aan iedere gemeente afzonderlijk schriftelijk gerapporteerd. De cijfers van kinderen uit uw gemeente zijn te vinden op www.regionaalkompas.nl/brabant-zuidoost/gemeente.

Het bereik van kinderen in het schooljaar 2012/2013 op 6 januari 2014 staat in onderstaand overzicht.

Hieronder zijn verder de gegevens van de resultaten van de uitgevoerde werkzaamheden in het kalenderjaar 2013 weergegeven, het betreft dus twee schooljaren en in deze rapportage zijn ook de kinderen opgenomen die in Zuidoost-Brabant op school zitten, maar niet in deze regio wonen.

(24)

Signaleren van problemen en advies op maat (individueel) Preventief gezondheidsonderzoek groep 2 van

het basisonderwijs

Gezien 7.683 kinderen Geen onderzoek

NVZB1

Bereik ‘12-‘132

213 kinderen 985 kinderen 84%

Preventief gezondheidsonderzoek groep 7 van het basisonderwijs

Gezien 7.350 kinderen Geen onderzoek

NVZB

Bereik ‘12-‘13

188 kinderen 736 kinderen 89%

Preventief gezondheidsonderzoek klas 2 van het voortgezet onderwijs

Gezien

Geen onderzoek

7.544 kinderen 228 kinderen NVZB

Bereik ‘12-‘13

799 kinderen 88%

Preventief gezondheidsonderzoek van

leerlingen van het speciaal onderwijs (kinderen worden conform vastgesteld beleid door arts op betreffende school uitgenodigd

Gezien 1.343 kinderen Geen onderzoek

NVZB

Bereikt ’12-‘13

67 kinderen 180 kinderen

Extra zorg (individueel) WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Een onderdeel van de extra zorg is het maken van een risico-inventarisatie. In de risicotaxatie wordt gekeken naar het kind in het gezin waar het opgroeit, de straat waar het woont en de omgeving waar het speelt of sport. Gekeken wordt naar lichamelijke, psychische, sociale en ontwikkelingsaspecten. We maken hierbij gebruik van de kennis van de omgeving en de gegevens over de ontwikkeling van het kind en de familieanamnese die in het digitaal dossier is vastgelegd.

Het normaliseren in plaats van problematiseren, met andere woorden het maken van een onderscheid wat afwijkend is en wat tot de normale variatie in de ontwikkeling van een kind behoort, is leidend. Op basis van de bevindingen wordt een kind doorverwezen naar hulpverlening of geeft de GGD licht pedagogische hulp.

1 NVZB zijn kinderen die niet verschijnen bij een onderzoek en dit niet van te voren laten weten. Een deel van de kinderen krijgt uiteindelijk wel een onderzoek.

2 Een aantal kinderen uit schooljaar 2012- 2013 wordt bij de onderzoeken voor het schooljaar 2013-2014 meegenomen. Het bereik wordt daarmee uiteindelijk nog hoger.

(25)

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Bij doorverwijzing naar hulpverlening wordt 80% van de kinderen daadwerkelijk geholpen.

Extra zorg (individueel) Beoordelen, bieden van licht

pedagogische hulp en toeleiding naar zorg

Doelstelling Zorgen dat kind en ouders passende ondersteuning krijgen naar aanleiding van gesignaleerde problemen. Totaal aantal kinderen tot 19 jaar in de regio: 138.819.

Aantal vervolgcontacten: 10.160.

Realisatie Uitvoering vindt plaats binnen budget.

Participatie in zorgstructuur WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

De GGD neemt deel aan een aantal zorgstructuren waarin met andere professionals de

risicokinderen worden besproken. Voorbeelden zijn zorgteams op scholen, netwerken 12- en 12+, casuïstiekbesprekingen en participatie in beleidsnetwerken.

WAT HEBBEN WE BEREIKT? Extra zorg (individueel)

Basisonderwijs Doelstelling Goede analyse van problematiek van kind. Eenduidige afspraken, wie, wat, wanneer, doet – één kind, één gezin, één plan. Totaal aantal basisscholen: 267.

Realisatie Op alle scholen met een zorg- structuur sluit JGZ aan.

Voortgezet onderwijs Doelstelling Goede analyse van problematiek van kind. Eenduidige afspraken, wie, wat, wanneer, doet – één kind, één gezin, één plan. Totaal scholen voor VO: 443. Realisatie Op alle scholen participeert JGZ in de

zorgstructuur.

Speciaal onderwijs Doelstelling Goede analyse van problematiek van kind. Eenduidige afspraken, wie, wat, wanneer, doet – één kind, één gezin, één plan. Totaal aantal scholen voor SO: 51.

Realisatie Op alle scholen participeert JGZ in de zorgstructuur.

3 School op twee adressen wordt als één geteld.

(26)

Buurt- of jeugdnetwerken, casusoverleg Zorg voor Jeugd

Doelstelling Goede analyse van problematiek van kind. Eenduidige afspraken, wie, wat, wanneer, doet – één kind, één gezin, één plan.

Realisatie JGZ sluit aan bij de lokale overleggen.

Participatie in beleidsnetwerken Doelstelling Inbreng van JGZ in gemeentelijke en regionale beleidsnetwerken op het gebied van gezondheid- en jeugdbeleid.

Realisatie JGZ sluit aan bij de lokale overleggen.

Elke gemeente heeft flyer met rapportage JGZ schooljaar 2012-2013 ontvangen.

Vaccinaties

WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het bieden van bescherming tegen (kinder)ziekten. De JGZ is verantwoordelijke voor de uitvoering van het wettelijke vastgestelde rijksvaccinatieprogramma.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

De kinderen krijgen op 9-jarige leeftijd een vaccinatie tegen DKTP en BMR. Alle 12-jarige meisjes krijgen een uitnodiging voor de HPV-vaccinatie en zo nodig een herhalingsoproep.

Vaccinaties

9-jarigen: aantal 8.624, 2 vaccinaties; tenminste 90% gevaccineerd.

Doelstelling 15.520 vaccinaties Realisatie 16.274 vaccinaties 12-jarigen: aantal 4.309, 3 vaccinaties; tenminste

60% gevaccineerd (in Helmond 70%).

Doelstelling 7.760 vaccinaties Realisatie 9.546 vaccinaties

Overige vaccinaties Realisatie 376 vaccinaties

De vaccinatiegraad van de 9- en 12-jarigen uit het cohort 2013 wordt begin 2015 door het RIVM bekend gemaakt.

Contracttaken JGZ

WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Op verzoek van gemeenten voert JGZ nog een groot aantal aanvullende contracttaken uit. Het gaat hierbij onder meer om opvoedondersteuning, sociale vaardigheidstrainingen,

ziekteverzuimbegeleiding, participatie in het zorgloket of de permanente commissie leerlingbegeleiding.

(27)

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Contracttaken JGZ

Alcohol (gemeente Deurne en Gemert- Bakel)

Doelstelling In twee gemeenten alcoholinterventie groep 7 uitvoeren.

Realisatie In Gemert uitgevoerd, Deurne is gestopt met deze contracttaak.

Kindermishandeling: voorlichting (gemeenten via RAAK)

Doelstelling Voorlichting aan intermediairs als leerkrachten, leidsters

peuterspeelzalen over het signaleren van en het handelen bij

kindermishandeling.

Realisatie Gerealiseerd.

Leerplichtontheffing (diverse gemeenten)

Doelstelling Afwerken van aanvragen leerplichtontheffing.

Realisatie Aanvragen afgewerkt.

Centrum voor Jeugd en gezin (alle gemeenten in Zuidoost-Brabant)

Doelstelling Uitvoering van extra werkzaamheden op maat in afspraak met gemeente.

Realisatie Uitvoering conform afspraak.

Psychosociale problematiek signaleren in klas 3 en 4 van het VO (gemeente Eindhoven)

Doelstelling Contactmoment leerlingen klas 3 VMBO en klas 4 HAVO/VWO Realisatie De werkzaamheden op de

Eindhovense scholen is conform afspraak uitgevoerd.

Sociale vaardigheidstraining -

speelpraatgroep (gemeente Eindhoven)

Doelstelling Uitvoering training voor kinderen op de basisschool in samenwerking met Lumens.

Realisatie 7 trainingen.

Sociale vaardigheidstraining -

zomercursus 'met plezier naar school (gemeente Eindhoven en Helmond)

Doelstelling Uitvoering trainingen in samenwerking met Lumens, GGzE, GGZ Oost-Brabant en OCGH-advies.

Realisatie 7 trainingen.

Specifieke doelgroepen extra inzet (gemeente Asten, Son en Breugel en Veldhoven)

Doelstelling Inzet voor specifieke groeperingen.

Realisatie In 3 gemeenten.

Ziekteverzuimbegeleiding (gemeente Eindhoven en Veldhoven)

Doelstelling Jeugdarts of –verpleegkundige ingezet bij frequent of langdurig ziekteverzuim om hiermee ‘geoorloofd’ verzuim terug te brengen en voortijdig

schoolverlaten te voorkomen.

Realisatie Uitvoering conform afspraak.

(28)

Zorgloket (gemeente Geldrop-Mierlo en Veldhoven)

Doelstelling Extra inzet van jeugdarts of verpleegkundige in zorgoverleg.

Realisatie Uitvoering in Veldhoven.

Contractactiviteiten gefinancierd door derden zoals: deelname aan

permanente Commissie leerlingenzorg, hoofdluiscontrole, promotieonderzoek voortijdig schoolverlaten, zorgteam inzet psycholoog

Doelstelling Uitvoering van extra werkzaamheden.

Realisatie Uitvoering conform afspraak.

WAT HEEFT DE SECTOR JGZ GEKOST?

Baten en Lasten sector JGZ Werkelijk 2013

Lasten 7.431.000

Baten (excl. bijdrage gezamenlijk takenpakket) 1.377.000

Saldo sector JGZ 6.054.000

3.1.3 Algemene Gezondheidszorg (AGZ)

De afdeling AGZ bevordert en beschermt de gezondheid van de bevolking door het voorkomen en bestrijden van infectieziekten, zoals griep, seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA) en tuberculose. Deze taken zijn vastgelegd in de Wet Publieke Gezondheid (WPG). Andere taken die genoemd worden in de WPG zijn de Medische Milieukundige Zorg (MMZ) en Technische Hygiëne zorg (THZ). De Wet kinderopvang noemt de GGD als toezichthoudend orgaan van gemeenten.

Reizigers kunnen bij de afdeling AGZ terecht voor vaccinaties en advies. De GGD is ook verantwoordelijk voor het registeren en melden van infectieziekten, surveillance,

(beleids)advisering, preventie (onder meer vaccineren), outbreak-management, bron- en

contactopsporing en vangnettaken. Ook doet de GGD in de regio de forensische zorg. Deze bestaat uit een wettelijk deel (lijkschouw conform de wet op lijkbezorging) en een niet wettelijk deel (arrestantenzorg, bloedproeven en euthanasieverklaring).

Daarnaast heeft de GGD heeft een taak in de rampenbestrijding en crisisbeheersing. Deze taak komt voort uit de Wet Publieke Gezondheid, de Wet op de Veiligheidsregio’s en de Wet Toelating Zorginstellingen. De GGD moet een rampenplan hebben en een crisisteam in stand houden, zodat in geval van calamiteiten direct opgetreden kan worden. Bij grootschalige calamiteiten wordt er samengewerkt met de GHOR en andere zorgpartners. Ook bij rampenoefeningen werken GHOR en GGD samen. In 2013 is een convenant overeengekomen tussen de GGD en de GHOR waarin de samenwerking en de verdeling van taken en verantwoordelijkheden is geregeld.

De verantwoordelijkheid van de directeur Publieke Gezondheid ten aanzien van de GHOR is geregeld in de Wet Publieke Gezondheid.

(29)

Infectieziekte bestrijding (IZB) WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het doel van de infectieziektebestrijding is het voorkomen of bestrijden van infectieziekten en de overdracht van infectieziekten van mens op mens of van dier op mens. Onder de

infectieziektebestrijding valt de algemene infectieziekten en specifiek de tuberculosebestrijding en seksueel overdraagbare aandoeningen (SOA). De taken zijn onder meer:

• Afhandelen van meldingen van infectieziekten

• Surveillance

• Preventie

• Bron- en contactopsporing

• Outbreak-management

• 24-uurs bereikbaarheid

• Voorbereiden op grootschalige calamiteiten

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

De uitvoering van de taken van de infectieziektebestrijding wordt sterk beïnvloed door wat er in de omgeving gebeurd. De bereikbaarheid moet goed geborgd zijn, zodat het mogelijk is te reageren.

De teams zijn 24/7 bereikbaar. Er wordt wel vooraf een schatting gemaakt van het aantal activiteiten.

Het team infectieziektebestrijding heeft een groot preventieproject ‘China aan de Dommel’

succesvol afgerond. Het doel van dit project was het vroegtijdig opsporen van Hepatitis B en C onder de Chinese inwoners van 16 jaar en ouder die wonen in de stad Eindhoven. In een kerk, gemeenschapshuis, school en theehuis zijn 680 chinezen gescreend.

In samenwerking met de GHOR is er één outbreak-oefening gedraaid en is het generiek draaiboek infectieziekten geactualiseerd.

Infectieziektebestrijding Algemene infectieziekte- bestrijding

Doelstelling GGD heeft overzicht van:

• Aantal meldingen.

• Aantal adviezen en beantwoorde vragen.

• Directe informatievoorziening naar gemeenten bij calamiteiten.

• Aantal oefeningen outbreaks.

• Aantal preventieprojecten.

Realisatie • 723 meldingen.

• 628 adviezen/beantwoorde vragen.

• 1 oefening outbreak.

• 1 groot preventieproject.

TBC bestrijding Doelstelling GGD heeft overzicht van:

(30)

• Aantal thoraxfoto’s.

• Aantal BCG-vaccinaties.

• Aantal mantouxtesten.

• Aantal behandelde Tbc-patiënten.

• Directe informatievoorziening naar gemeenten bij calamiteiten.

• Percentage Tbc-patiënten dat de behandeling met succes voltooit.

• Aantal DOT consulten.

Realisatie • 3.113 röntgenfoto’s.

• 1.578 mantoux.

• 268 BCG-vaccinaties.

• 190 IGRA testen.

• 66 DOT’s.

• 37 patiënten behandeld.

• 58 patiënten met latente TBC.

Preventie van seksueel overdraagbare

aandoeningen (SOA)

Doelstelling Inzicht in incidentie SOA/HIV in regio

Mate waarin GGD risicogroepen (jongeren, prostituees, mannen die seks hebben met mannen) bereikt.

Aantal en bereik voorlichtingsactiviteiten.

Realisatie 80 preventie activiteiten (incl. gastlessen en Sense- voorlichting).

Bereik per activiteit varieert van enkele personen tot vele honderden (evenementen).

Medische milieukundige zorg WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

De medische milieukundige zorg (MMZ) moet voorkomen dat er ziekten en gezondheidsklachten zijn als gevolg van risicovolle (interne en externe) milieuomstandigheden. Deze specialistische taak wordt door GGD Brabant-Zuidoost in samenwerking met de andere GGD’en in Brabant en Zeeland uitgevoerd. De MMZ heeft een reactieve taak (afhandelingen vragen en klachten) en een

proactieve taak (onderzoek, signaleren van ongewenste situaties, preventie en advisering).

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

De GGD heeft samen met de gemeente Oirschot, Reusel-de Mierden en Gemert-Bakel een toetsingsinstrument ontwikkeld waarmee, met verschillende gezondheidskundige criteria, bedrijfsuitbreidingen van veehouderijen beoordeeld kunnen worden op hun risico’s.

In samenwerking met de Omgevingsdienst Zuidoost-Brabant is een infokaart milieubeleving gemaakt. Deze kaart gaat in op de ervaren hinder van geur en geluid en geeft suggesties voor lokaal beleid.

(31)

In het kader van de Academische Werkplaats is een instrument voor gemeenten ontwikkeld waarmee zij bij openbare, groene plekken kunnen nagaan, of de plek nog voldoet aan het gebruik.

Dit instrument is in de gemeente Eindhoven getest.

Medische Milieukundige Zorg

Milieu-gerelateerde vragen Doelstelling Aantal beantwoorde milieu- gerelateerde vragen van burgers en instellingen.

Realisatie 182 vragen.

Beleidsadviezen Doelstelling Aantal (pro-actieve) beleids- adviezen voor regio/gemeenten.

Realisatie 63 adviezen.

Voorlichtingsactiviteiten Doelstelling Aantal voorlichtingsactiviteiten in regio.

Realisatie 6 voorlichtingsactiviteiten.

Adviezen geneeskundig adviseurs gevaarlijke stoffen

Doelstelling Aantal adviezen bij incidentmeldingen.

Realisatie 22 adviezen.

Technische hygiënezorg WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het doel is het bevorderen van hygiënisch handelen ter voorkoming van ziekten. De taken die uitgevoerd worden zijn onder meer:

• Verzamelen en analyseren van gegevens

• Onderzoek- en beleidsadvisering

• Bijhouden van een lijst van risicovolle objecten/instellingen

• Preventie activiteiten

• Inspecties van geprioriteerde risicovolle objecten

De inspecties kinderopvang, gastouders en peuterspeelzalen én inspecties tattoo en piercingshops zijn aparte taakvelden. Tattoo en piercingshops worden geïnspecteerd in het kader van de

vergunningverlening.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

De gemeenten geven aan wat voor soorten instellingen worden onderzocht.

Technische Hygiënezorg Algemeen

Inspectie adviezen Doelstelling • GGD beschikt over actuele lijst met risicolocaties in de regio.

• Aantal risicolocaties dat door GGD

(32)

is bezocht.

• Aantal preventie activiteiten.

Realisatie • 105 inspecties risico-locaties.

• 59 adviezen evenementen.

• 134 vragen beantwoord (incl.

vragen over kinderopvang).

Forensische Zorg Lijkschouwingen WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

De GGD wordt ingeschakeld als er twijfels zijn over de doodsoorzaak. De arts van de GGD bepaalt of er sprake is van een natuurlijke of niet-natuurlijke doodsoorzaak. Andere forensische taken (onder meer arrestantenzorg) zijn geen onderdeel van het gezamenlijk pakket en vallen onder de contracttaken.

De GGD is 24 uur bereikbaar en beschikbaar om te reageren op oproepen van Politie en Justitie.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Forensische geneeskunde

Lijkschouwingen Doelstelling 310 lijkschouwingen.

140 euthanasie–verklaringen.

Realisatie 292 lijkschouwingen.

188 euthanasie–verklaringen.

GGD Rampenopvang Plan (GROP) WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

Het rampenopvangplan is een verplichting voor de GGD en de taken die daaruit voortvloeien zijn gericht om gezondheidsschade als gevolg van een ramp te voorkomen of zoveel mogelijk te beperken.

Hiertoe dient de GGD te beschikken over een goed opgeleid en beoefend crisisteam dat in tijde van een crisis of ramp de continuïteit van de volgend processen kan garanderen:

• Optreden bij een grootschalige uitbraak van infectieziekten.

• Medisch milieukundige zorg bij milieu gerelateerde rampen.

• Psychosociale hulpverlening bij een ramp.

• Gezondheidsonderzoek na een ramp.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

De GGD is voorbereid op een crisis of een ramp. De gezamenlijke pool is operationeel. Het

crisisteam heeft twee keer getraind/geoefend en één alarmeringsoefening gedraaid. Het crisisteam is in 2012 niet in actie hoeven komen bij een echte ramp c.q. incident.

(33)

GGD Rampen Opvangplan (GROP)

GROP Doelstelling Acuut en adequaat kunnen reageren op een ramp of incident.

De mate waarin de GGD is voorbereid op een ramp of incident, af te meten aan:

• Beschikbaarheid van een actueel rampenopvangplan.

• Opgeleid crisisteam.

• Paraatheid en beschikbaarheid van crisisteam.

Realisatie Het crisisteam heeft meerdere keren geoefend.

Het crisisplan is geactualiseerd. Er heeft een eerste zelfevaluatie plaatsgevonden a.d.h.v. het landelijke kwaliteitskader crisisbeheersing.

Psychosociale hulpverlening bij ingrijpende gebeurtenissen

Doelstelling Slachtoffers zijn tevreden over de geboden hulp. Ketenpartners zijn tevreden over de wijze van coördinatie.

Realisatie Crisisteam beschikbaar en beoefend.

Coördinatie van psychosociale hulpverlening bij 7 casussen (5 suïcides en 2 zedenzaken).

Contracttaken AGZ

WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

De afdeling AGZ voert een grote diversiteit aan contacttaken uit voor verschillende opdrachtgevers.

Een aantal taken ligt in het verlengde van de gemeenschappelijke taken, andere zijn specifiek.

Deels worden de taken betaald middels een vast bedrag (subsidie), maar het merendeel van de taken worden door de opdrachtgevers vergoed middels een tarief per verrichting.

WAT HEBBEN WE BEREIKT?

Contracttaken AGZ

SOA curatie/seksuele

hulpverlening (Ministerie van VWS)

Doelstelling 3.000 SOA consulten,100 Sense consulten.

360 SOA gevonden.

Realisatie 3.894 SOA consulten incl. Sense.

474 SOA gevonden.

Toezicht kinderopvang (gemeenten in ZO-Brabant)

Doelstelling Jaarlijks risico-gestuurd toezicht op hygiëne, gezondheid, veiligheid, ouderenparticipatie, pedagogische situatie bij kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang, gastouderbureaus,

(34)

gastouders en peuterspeelzalen.

Realisatie 976 inspecties kdv/bso/gob.

644 inspecties gastouders.

106 inspecties peuterspeelzalen.

Inspecties tattoo- &

piercingsshops (Min. van VWS)

Doelstelling Realisatie

20 inspecties.

35 inspecties (waarvan 30 nieuwe locaties).

Forensische geneeskundige diensten (Politie en Justitie)

Doelstelling 1.100 consulten arrestantenzorg.

Realisatie 1.109 consulten.

Doelstelling 300 overige verrichtingen.

Realisatie 296 overige verrichtingen.

Reizigerszorg (individuele klanten)

Doelstelling 16.000 consulten.

Realisatie 16.735 consulten.

Register kinderopvang en peuterspeelzalen (gemeente Eindhoven)

Doelstelling Register is compleet en actueel.

Realisatie Register is actueel en compleet.

WAT HEEFT DE SECTOR AGZ GEKOST?

Baten en Lasten sector AGZ Werkelijk 2013

Lasten 6.635.000

Baten (excl. bijdrage gezamenlijk takenpakket) 3.989.000

Saldo sector AGZ 2.646.000

3.2 Ambulancezorg

Sinds 2006 is de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost de vergunninghouder voor de ambulancezorg.

De vergunning is op 1-1-2013 weer voor 5 jaar aan de Veiligheidsregio Brabant-Zuidoost verleend.

De GGD voert onder verantwoordelijkheid van de vergunninghouder de rijdienst uit. De afspraken met betrekking tot de samenwerking tussen de beide organisaties zijn vastgelegd in een

dienstverleningsovereenkomst. De GGD is verantwoordelijk voor de kwaliteit en opleiding van de medewerkers.

3.2.1 Ambulancevervoer WAT ZIJN DE DOELSTELLINGEN?

In opdracht van de Meldkamer Ambulancezorg (MKA) wordt door de rijdienst ambulancezorg geleverd. De ambulance wordt ingezet naar aanleiding van een concrete zorgvraag, onderverdeeld in drie urgentiecategorieën: A1, A2 en B(besteld).

Naast deze drie ritsoorten is er een ‘voorwaardenscheppende’ rit. Deze rit is ter bewaking van de beschikbaarheid. Hierbij gaat het ambulanceteam naar een bepaalde plaats om daar de

beschikbaarheid van de ambulancezorg te waarborgen.

De taken van de sector Ambulancezorg zijn onder meer:

(35)

• Op aanwijzing van de Meldkamer Ambulancezorg naar de patiënt rijden.

• Het verlenen van zorg aan de patiënt.

• Indien nodig de patiënt naar het ziekenhuis vervoeren en de begeleiding en behandeling van de patiënten tijdens het vervoer in de ambulance.

• De overdracht van de patiënt aan de volgende schakel binnen de keten.

WAT HEBBEN WIJ BEREIKT?

Spoedeisende en niet-spoedeisende ambulancezorg

Niet alle inzetten van de ambulancedienst vragen evenveel spoed. Er wordt daarom onderscheid gemaakt in drie urgenties, namelijk:

• A1, acute bedreiging van de vitale functies van de patiënt, of wanneer dit pas na beoordeling door het ambulanceteam kan worden uitgesloten. De ambulance gaat zo snel mogelijk naar de patiënt. Er wordt gestreefd naar een maximale responstijd van vijftien minuten. In 2013 is dit in 93,7 % van de ritten gerealiseerd, door inzet van de First Responders ligt dit op 94,1% en hiermee is het gemiddelde percentage ten opzichte van 2012 een fractie verbeterd met 0,2% . Door VWS-posten worden de aanrijtijden verkort en de ambulances komen nog sneller ter plaatse.

• A2, geen direct levensgevaar, maar wel risico op (ernstige) gezondheidsschade. De ambulance gaat zo snel mogelijk naar de patiënt. Er wordt gestreefd naar een maximale responstijd van dertig minuten. In 2013 is dit voor 96% van de A2-ritten binnen deze maximale responstijd gerealiseerd.

• B, geen spoedeisende ambulancezorg, maar ambulancezorg op afspraak.

Verlenen van zorg aan een zieke of slachtoffer in het kader van zijn aandoening en waar nodig adequaat vervoeren.

Geleverde paraatheid (zowel spoedeisend als niet spoedeisend)

Doelstelling 253 diensten per week.

Realisatie 252 diensten per week.

Aantal declarabele en eerste hulp ritten (zowel spoedeisend als niet spoedeisend)

Doelstelling 40.000 ritten.

Realisatie 41.178 ritten.

Gemiddelde opkomsttijd uitruk Doelstelling Minder dan 15 minuten.

Realisatie 100% 15 minuten en 39 seconden.

Rapid Responder

Een Rapid Responder is een compacte personenauto bemand door een ervaren

ambulanceverpleegkundige en uitgerust met alle benodigde apparatuur om acute spoedeisende hulp te verlenen. De Rapid Responder kan in sommige situaties sneller op de plaats van

bestemming zijn dan een ambulance. Deze snellere inzet hebben een gunstig effect op de

(36)

efficiency van de ambulancedienst als geheel. Uiteraard wordt de Rapid Responder alleen ingezet wanneer dit voor de patiënt verantwoord is.

In 2013 zijn er 300 Rapid Responder inzetten geweest in de regio Brabant-Zuidoost.

Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen

De GHOR is verantwoordelijk voor en belast met de afstemming van de hulpverlening binnen de mono- en multidisciplinaire keten. De GGD is inhoudelijk verantwoordelijk voor de publieke gezondheid. De GHOR staat onder leiding van de Directeur Publieke Gezondheid.

WAT HEEFT DE SECTOR AZ GEKOST?

Baten en Lasten Werkelijk 2013

Exploitatiekosten 17.872.385

Beschikbaar budget zorgverzekeraars 15.363.547

Bijdrage Rijk betreffende FLO 1.292.512

Bijdrage sanering (incidenteel) 1.643.042

Overige baten 291.680

Saldo: toevoeging aan RAK[1] 718.396

De mutatie RAK betreft:

Operationeel resultaat 2013 -213.722

Incidenteel resultaat sanering 2013 932.118

Saldo: toevoeging aan RAK 718.396

3.3 Bijdrage gemeenten

In 2013 heeft er geen begrotingswijziging plaatsgevonden op de gemeentelijke bijdrage per inwoner. De gemeentelijke bijdrage per inwoner is € 14,78.

Bijdrage per inwoner Begroting 2013 Werkelijk 2013

Gezondheidsbevordering 1,99 1,99

Jeugdgezondheidszorg 8,16 8,16

Algemene gezondheidzorg 3,56 3,56

Bestuurskosten 1,07 1,07

Bijdrage per inwoner 14,78 (*) 14,78

* Inclusief incidentele opbrengsten en exploitatie saldo

[1] Reserve Aanvaardbare Kosten (RAK)= algemene reserve van de Ambulancezorg

(37)

4. Paragrafen

In het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is voorgeschreven dat in het jaarverslag een aantal verplichte paragrafen moet worden opgenomen. Dit betreft:

1. Weerstandsvermogen 2. Onderhoud kapitaalgoederen 3. Financiering

4. Bedrijfsvoering 5. Verbonden partijen 6. Lokale heffingen 7. Grondbeleid

De verplichte paragrafen worden in dit hoofdstuk verder uitgewerkt, met uitzondering van lokale heffingen en grondbeleid. Deze paragrafen zijn voor de GGD niet van toepassing.

Op 13 december 2013 is een besluit tot wijziging van het BBV gepubliceerd. In een

overgangsbepaling is opgenomen dat bij de verantwoording 2013 nog geen rekening hoeft te worden gehouden met deze wijzigingen van het BBV (de invoering van verplicht

schatkistbankieren, de totstandkoming van de Wet houdbare overheidsfinanciën en enkele andere wijzigingen). Het is de bedoeling dat deze wijzigingen op onderdelen met ingang van jaar 2014 worden toegepast.

4.1 Weerstandsvermogen4

Volgens artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) bestaat het weerstandsvermogen uit de relatie tussen:

• De weerstandscapaciteit, zijnde de middelen en de mogelijkheden waarover kan worden beschikt om niet begrote kosten te dekken.

• Alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie.

Het weerstandsvermogen kan worden omschreven als de mate waarin de GGD in staat is om niet structurele financiële tegenvallers op te vangen zonder dat dit gevolgen heeft voor het bestaande takenpakket.

4 Op 25 juni 2013 is in het Staatsblad 2013 nr. 267 de wijziging van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) gepubliceerd. Uit het besluit tot wijziging van het BBV blijkt dat de wijziging tot doel heeft de deugdelijkheid en transparantie te versterken van de begroting en de meerjarenraming van provincies, gemeenten en gemeenschappelijke regelingen en het versterken van de horizontale controle daarop. Met deze wijziging wordt de weerstandsparagraaf uitgebreid met risicobeheersing. De wijziging geldt echter voor provincies en gemeenten vanaf het begrotingsjaar 2014 en voor gemeenschappelijke regelingen vanaf het begrotingsjaar 2015.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het normenkader bevat de relevante wet- en regelgeving waarin handelingen zijn geregeld waaruit financiële gevolgen voortkomen, die als baten, lasten en/of balansmutaties in

Regeling commissie bezwaarschriften gemeente GooiseMeren 2016 Verordening op de rekenkamercommissie 2016 gemeente Gooise Meren. Inspraakverordening Gooise

 Verordening leerlingenvervoer Naarden, Muiden, Bussum 2015 Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs gemeente Naarden 2011.  Gemeenschappelijke regeling leerplicht Gooi en

Indien een deelnemende overheid taken uit artikel 4 van de Gemeenschappelijke Rege- ling, welke uitgevoerd kunnen worden door de Omgevingsdienst, wenst uit te besteden aan derden

Beleidsregels kostendelersnorm en verlagingen 2015 gemeente Bergen Beleidsregels compensatie alleenstaande ouderkop 2015 gemeente Bergen Verordening loonkostensubsidie

Leerplicht Wet op de Leerplicht Instructie leerplichtambtenaar gemeente Bergen 2006 Leerlingenvervoer Gemeentewet Verordening leerlingenvervoer Bergen 2012. Peuterspeelzalen

Leerplicht Wet op de Leerplicht Instructie leerplichtambtenaar gemeente Bergen 2006 Leerlingenvervoer Gemeentewet Verordening leerlingenvervoer Bergen 2012. Peuterspeelzalen

Leerplicht Wet op de Leerplicht Instructie leerplichtambtenaar gemeente Bergen 2006 Leerlingenvervoer Gemeentewet Verordening leerlingenvervoer Bergen 2003. Peuterspeelzalen