RAPPORT KWALITEITSONDERZOEK NTC-VO NTC-vo LA MORALEJA
School : NTC-vo La Moraleja
Plaats : Madrid
BRIN-nummer : 28WN-C1
Datum schoolbezoek : 14 en 15 januari 2015 Datum vaststelling : 7 april 2015
2
3
Inhoud
1 Inleiding 5 2 Kwaliteitsprofiel 7 3 Beschouwing 9
4 Vervolg van het toezicht 13
conceptrapport 4
conceptrapport 5
1 Inleiding
De Inspectie van het Onderwijs bezocht NTC-VO La Moraleja te Madrid, Spanje in het kader van een kwaliteitsonderzoek (KO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de indicatoren van kwaliteitsaspecten op grond van het door de inspectie gehanteerde Toezichtkader PO/VO 2011.
Bij dit kwaliteitsonderzoek doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om indicatoren die betrekking hebben op de kwaliteitszorg, het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen.
Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alle indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest.
Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Doorgaans is dit alleen bij onafhankelijk onderzoek door derden het geval.
Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten betrekking hebben.
Het betreft :
- Toetsresultaten IB-examen - ICS resultaten ouderenquête 2014
De inspectie heeft de informatie uit deze documenten bij de oordeelsvorming betrokken.
De opzet van het onderzoek
Het kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten:
Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn;
Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie- activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd;
Schoolbezoek, waarbij in de groepen VO-G7, VO G 9, VO 10 en VO 11 de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen
Nederlandse taal;
Gesprekken met de directie van het ICS over het kwaliteitsbeleid en de kaders waarbinnen het Nederlans onderwijs in het ICS vorm krijgt;
conceptrapport 6
Gesprekken met het bestuur, leerlingen, leraren en ouders.
Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met de coördinator PO en met de voorzitter van het bestuur van het NTC-onderwijs. De coördinator VO was hierbij niet aanwezig wegens andere verplichtingen.
De inhoud van het rapport
Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 geeft de inspectie een beschouwing over de geconstateerde kwaliteit in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de
toegevoegde indicatoren betrokken. In de rapporten vanaf schooljaar 2013-2014 is hierin voor iedere bezochte NTC-school apart informatie opgenomen over de aanpak en de gevolgen van de bezuinigingen op het Nederlands onderwijs in het buitenland vanaf januari 2014.
In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
7
2 Kwaliteitsprofiel
Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan indicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. De met een * gemarkeerde indicatoren zijn bepalend voor de vaststelling van het vervolgtoezicht.
In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs:
1. draagt niet of nauwelijks bij;
2. draagt onvoldoende bij;
3. draagt voldoende bij;
4. draagt in hoge mate bij;
5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van
leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft.
Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden.
1 2 3 4 5
1.1 * De leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag worden
verwacht. . ●
1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de opleiding. ●
Kwaliteitsaspect 2: De aangeboden leerinhouden zijn gericht op de brede ontwikkeling van leerlingen en de voorbereiding op vervolgonderwijs of arbeidsmarkt en samenleving.
1 2 3 4
2.1 * De aangeboden leerinhouden Nederlandse taal in de onderbouw
voldoen aan de kerndoelen ●
2.2 * De aangeboden leerinhouden Nederlandse taal in de bovenbouw
zijn dekkend voor de examenprogramma's. ●
2.3 De school met taalzwakke leerlingen heeft een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze
leerlingen. ●
Kwaliteitsaspect 3: De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken.
1 2 3 4
3.1 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. ●
3.2 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. ●
3.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. ● Kwaliteitsaspect 4: Het schoolklimaat wordt gekenmerkt door veiligheid en respectvolle omgangsvormen.
1 2 3 4
4.1 Ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de
school daartoe onderneemt. ●
4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op een
respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. ●
8
Kwaliteitsaspect 5: De leraren leggen duidelijk uit, organiseren de onderwijsactiviteiten efficiënt en houden de leerlingen taakbetrokken
1 2 3 4
5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. ● 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. ● 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. ●
Kwaliteitsaspect 6: De leraren stemmen aanbod, instructie, verwerking en onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
1 2 3 4
6.1 De aangeboden leerinhouden maken afstemming mogelijk op de
onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. ●
6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling
tussen de leerlingen. ●
6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in
ontwikkeling tussen de leerlingen. ●
Kwaliteitsaspect 7: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen.
1 2 3 4
7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de
ontwikkeling van de leerlingen. ●
7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de
ontwikkeling van leerlingen ●
7.3 De school gebruikt informatie van scholen en instellingen waar de
leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen. ● Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg.
1 2 3 4
8.1 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de
school tijdig de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. ●
8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. ●
8.3 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. ● Kwaliteitsaspect 9: De school zorgt systematisch voor behoud of verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs.
1 2 3 4
9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar
leerlingenpopulatie. ●
9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. ● 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. ● 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. ● 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. ● 9.6 De school waarborgt de kwaliteit van de examens en van andere
toetsinstrumenten. ●
9.7 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de
gerealiseerde onderwijskwaliteit. ●
Naleving
ja nee N1b In de schoolgids is informatie opgenomen over standaard gecontroleerde
onderdelen. ●
N2b In het schoolplan is informatie opgenomen over standaard gecontroleerde
onderdelen. ●
N4a Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de
daarvoor gestelde minima. ●
9
3 Beschouwing
Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het voortgezet onderwijs op NTC-vo La Moraleja, Madrid en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de
verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant - tussen de indicatoren en de schoolcontext, de specifieke doelstellingen van de school en eerdere inspectieonderzoeken. Hierbij wordt ook aandacht geschonken aan de aanpak en de gevolgen van de verminderde subsidie vanuit Nederland.
Voor een goed begrip wordt eerst de uitgangssituatie beschreven.
Uitgangssituatie
Het NTC-onderwijs dat als geïntegreerd onderdeel binnen ICS bestaat is een kleine stroom binnen het ICS. Voor het voortgezet onderwijs betreft het op dit moment 17 leerlingen. Het aantal leerlingen is de afgelopen jaren gedaald. Dit heeft vooral te maken met het gegeven dat er minder expatfamilies dan voorheen zijn. De leerlingen zijn vrijwel uitsluitend Richting 1-leerlingen, die enige jaren in Spanje verblijven en dan weer naar een ander land verhuizen. De leerlingen volgen het Middle Years Program en vervolgens merendeels het IB-Diploma Programme (IB- DP), waarbij ze Dutch-A (Language and Literature) of Dutch-B volgen.
Het Nederlandse voortgezet onderwijs wordt door één leerkracht verzorgd, die sinds zes jaar aan de school verbonden is. Naast de lessen Nederlands verzorgt hij een aantal andere lessen voor het ICS.
Het ICS is regelmatig onderwerp van uitgebreide accreditaties, waarbij in het kader van het MYP en in het kader van de IB-programma's ook de Nederlandse lessen in ogenschouw worden genomen. Via de coördinator PO vindt aansturing plaats wat betreft toetsen, leermiddelen en lesplanningen. Dit is des te belangrijker omdat de groep 8- leerlingen van de NTC in het eerste jaar van het MYP zitten en daarmee onder de verantwoordelijkheid van het VO vallen.
Het bestuur van het NTC bestaat uit vier personen, die sinds twee jaar zitting hebben in het bestuur. Er is een formele relatie met het ICS, dat is vastgelegd in een letter of intent. Er wordt minimaal twee maal per jaar overlegd met beide besturen. Het NTC-bestuur is tevens verantwoordelijk voor het naschoolse NTC.
(over dit NTC-deel is een apart rapport geschreven).
Het ICS staat heel welwillend tegenover het Nederlands onderwijs. Zij zien dit als een aantrekkelijke optie voor de Nederlandse gemeenschap in Madrid en daarmee als een belangrijk onderdeel van hun school. Zij profileren zich ook als een school die moedertaalonderwijs aanbiedt.
Het Nederlandse onderwijs wordt gegeven binnen het goed geoutilleerde ICS- gebouw. Dit is een gebouw dat oorspronkelijk uitsluitend een landhuis omvatte, maar in de loop van haar geschiedenis een flink aantal uitbreidingen heeft meegemaakt. Het gebouw omvat inmiddels alle mogelijke faciliteiten, zoals bijvoorbeeld een lunchkantine. Ook zijn er op het terrein sportfaciliteiten. Voor de vo-lessen heeft de leerkracht de beschikking over een klein leslokaal, met een grote hoeveelheid leesboeken/literatuur. Er is een computer in het lokaal aanwezig.
Aanpak en gevolgen bezuinigingen
Het vo-deel van de NTC-school La Moraleja heeft weinig gemerkt van bezuinigingen.
De terugloop van leerlingen baart de school wel zorgen, omdat daarmee de bestaansgrond van het Nederlands onderwijs binnen het ICS wordt bedreigd. Het NTC-bestuur zag zich daarnaast geconfronteerd met de stopzetting van de NOB- subsidie. Zij kon daardoor niet langer bijdragen aan het salaris van de NTC-docent.
Het ICS heeft zich toen bereid verklaard vooralsnog het volledige salaris van de vo-
10
leerkracht voor hun rekening te nemen. Hierdoor hoefde het NTC-bestuur geen bezuinigingsmaatregelen te nemen die direct van invloed zouden zijn op de ontwikkeling van het onderwijs.
Toen duidelijk werd dat de subsidie vooralsnog in bescheidener vorm zou worden voortgezet heeft het NTC-bestuur haar aandeel in het salaris van de PO-
leerkracht/coördinator weer kunnen opnemen, maar de VO-leerkracht blijft ook op dit moment volledig voor rekening van het ICS vallen. Mede hierdoor ziet de vo- leerkracht zich vooral als een leerkracht van het ICS, en in mindere mate als leerkracht die deels voor de NTC-school La Moraleja werkt.
Over het geheel genomen is sprake van een stabiele situatie. Het ICS draait goed, en daarmee zijn de bestaansmogelijkheden van het NTC-onderwijs binnen het ICS zeker aanwezig. De school is uiteraard wel afhankelijk van de sturing en de beleidsbeslissingen van het ICS, maar vooralsnog zijn de verhoudingen tussen La Moraleja en het ICS positief en ondersteunend. Het dalende leerlingenaantal voor de lessen Nederlandse taal en cultuur binnen de context van het ICS is echter wel een risicofactor. Dit valt gezien het gegeven dat het voornamelijk expatkinderen betreft moeilijk te beïnvloeden door de school.
Algemeen beeld
Het vo-deel van het geïntegreerde NTC-onderwijs dat La Moraleja op het ICS uitvoert is over het geheel genomen van voldoende kwaliteit, maar kent ook enige risico's. Die risico's liggen onder meer in de afstemming van het NTC-onderwijs op het overige ICS-onderwijs, en in de wijze waarop in het onderwijs wordt omgegaan met de verschillende taalvaardigheden van de leerlingen.
De leraar weet een prettige sfeer in de lessen te scheppen, en leerlingen verbazen zich over zijn eruditie. De lessen zijn van een hoog academisch niveau; een deel van de leerlingen wordt hierdoor uitgedaagd, maar het is niet geschikt voor alle
leerlingen, en past ook niet zonder meer op de kerndoelen voor Nederlandse taal.
Daarnaast (of hiermee samenhangend) ligt er ook een risico in de wijze waarop met verschillen tussen leerlingen wat betreft taalbasis en taalvaardigheden wordt omgegaan.
De zorg en begeleiding die leerlingen nodig hebben, wordt verzorgd onder de paraplu van het ICS en dit gebeurt op zorgvuldige en deskundige wijze. Ook de kwaliteitszorg, tot uiting komend in zaken als audits, lesbezoeken,
tevredenheidsonderzoeken, vindt grotendeels plaats onder de noemer van het ICS.
Het onderwijsleerproces binnen de lessen Nederlands, zowel wat betreft het evalueren van de kwaliteit ervan als wat betreft het handhaven en verbeteren van de kwaliteit ervan, verdient echter meer aandacht dan het nu krijgt: feitelijk bewaakt de docent zijn eigen kwaliteit.
De inspectie geeft een basisarrangement aan de NTC-vo-school La Moraleja, die onderdeel vormt van het ICS, omdat de basale kwaliteit wel voldoende is, maar signaleert wel een aantal ontwikkelingspunten. Die moeten aangepakt worden om het onderwijs kwalitatief beter te laten worden. Feitelijk gaat het er vooral om dat het onderwijs zich meer dan nu het geval is goed richt op de Nederlandse
kerndoelen en referentieniveaus, en gebruik maakt van actuele didactische en inhoudelijke ontwikkelingen in het Nederlandse voortgezet onderwijs. Het NTC-vo onderwijs zou daardoor zeker aan kracht kunnen winnen. Om dit proces te kunnen monitoren wil de inspectie daarom jaarlijks een voortgangsnotitie ontvangen over de ontwikkelingen in het NTC-vo La Moraleja. Deze voortgangsnotitie zal dan leiden tot nadere beslissingen over het verdere toezicht op de school.
11
Hieronder worden de verschillende onderdelen nader toegelicht.
Toelichting Opbrengsten
De opbrengsten van de NTC-vo La Moraleja zijn als voldoende beoordeeld.
De inspectie beoordeelt deze opbrengsten in de eerste plaats door te kijken naar de diplomagerichte resultaten. Bij deze school gaat het om het (naast het reguliere ICS-examen) om het IB-Diploma Program. Alle leerlingen slagen voor de IB-
examens op het niveau dat verwacht kan worden: R-1 leerlingen met Nederlands als language A, R-2-leerlingen met Nederlands als language B.
Daarnaast kijkt de inspectie bij de beoordeling van de opbrengsten naar het rendement. Ook dit is voldoende: leerlingen lopen geen vertraging op en zitten in het leerjaar dat past bij hun leeftijd en achtergrond.
Onderwijsproces
Het leslokaal voor de lessen Nederlands beschikt op zich over een ruime hoeveelheid lesmateriaal, waaronder ook actuele lesmethoden en verdiepend en verbredend materiaal. Ook is er veel Nederlandse literatuur voorhanden, maar die is nogal gedateerd en er is een ondervertegenwoordiging van hedendaagse Nederlandse literatuur en van jeugdliteratuur. Of het leerstofaanbod voldoet aan de kerndoelen Nederlands is niet goed te bepalen. De vo-leerlingen volgen het MYP en een aantal van hen volgt het IB-Diploma Programme. Het MYP is anders van inhoud dan het Nederlandse programma en voor het IB-DP programma geldt dit nog meer. De afstemming van MYP-doelen en de voorafschaduwing van de IB-eisen op de
kerndoelen/referentieniveaus Nederlandse taal zijn niet inzichtelijk gemaakt door de school, waardoor niet kan niet gegarandeerd worden dat het aanbod dekkend is voor de kerndoelen Nederlands. Dit is dan ook als onvoldoende beoordeeld.
Het kwaliteitsaspect 'tijd' is als goed beoordeeld. Het vak Nederlands heeft een ruim aantal uren toebedeeld gekregen: vijf uur per week, en de IB-DP-leerlingen zelfs zes uur per week. Er is geen sprake van lesuitval, mocht de docent ziek zijn dan kunnen leerlingen zelfstandig verder werken met behulp van werkplanners. Het verzuim van leerlingen en de uitval van lessen wordt door het ICS bijgehouden en zo nodig wordt actie ondernomen. Uit de gegevens hierover blijkt dat dit in de afgelopen jaren geen enkel probleem is geweest.
Het schoolklimaat wordt uiteraard grotendeels bepaald door het schoolklimaat binnen ICS. Deze school investeert veel in prettige omgangsvormen, coöperatieve werkvormen, en dergelijke. Deels komt dit voort uit het PYP/MYP-programma. De vraag of de MYP-karakteristieken op dit terrein in voldoende mate naar voren komen in de lessen Nederlands is de verantwoordelijkheid van het ICS. Ouders worden door de ICS goed geïnformeerd over de gang van zaken van de ICS en de 'Dutch
Stream'.
De sfeer in de lessen is zoals hiervoor gezegd prettig; leerlingen vinden de leraar aardig en hij vindt de leerlingen aardig.
De lessen worden gegeven in een informele, nogal academische setting, waarbij op hoog intellectueel niveau veel aandacht wordt gegeven aan literatuur en cultuur, en in mindere mate aan andere taalelementen. Hierbij wordt weinig rekening gehouden met het gegeven dat niet alle leerlingen dit hoge niveau kunnen en willen
waarmaken, waardoor de actieve betrokkenheid soms verdwijnt. Met name voor de R2-leerlingen geldt dit, zeker als zij later zijn ingestroomd en zich het basisniveau van Nederlandse taal nog niet eigen hebben kunnen maken. Het is dan ook nodig meer gerichte aandacht aan de taalverschillen tussen leerlingen te schenken en daar het onderwijs op af te stemmen. De Diataaltoetsen die de school sinds dit schooljaar gebruikt om de taalvorderingen van leerlingen in kaart te brengen kunnen hierbij goede diensten verlenen. De voortgang van leerlingen wordt nu vooral via methodegebonden toetsen gevolgd en via de essayopdrachten, maar dit zou systematischer kunnen. Dit punt, 7.2 is dan ook als onvoldoende aangemerkt.
12
Als leerlingen tussentijds de school verlaten wordt door de zorgcoördinator van het ICS in overleg met de leerkracht vo een overdrachtsrapport opgesteld ten behoeve van de nieuwe school. Komen leerlingen juist tussentijds de school in dan wordt er door de zorgcoördinator een intake gemaakt waarbij gebruik wordt gemaakt van de gegevens van de afleverende school.
De extra zorg die sommige leerlingen nodig hebben wordt eveneens in nauwe samenspraak met de zorgcoördinator van het ICS opgevangen. Als er echt wat aan de hand is dan maakt de zorgcoördinator samen met de leerkracht een
handelingsplan, waarbij in een enkel geval externe hulp wordt ingeschakeld. De indicatoren 8.1 t/m 8.3 die betrekking hebben op zorg zijn dan ook allemaal als voldoende beoordeeld.
Kwaliteitszorg
De kwaliteitszorg vindt grotendeels plaats binnen het kader van de ICS. Die heeft allerlei kwaliteitsmetingen ondergaan, met gunstig resultaat. Omdat het NTC- bestuur desondanks een eigen verantwoordelijkheid overeind houdt wat betreft de Nederlandse stroom binnen de ICS heeft de inspectie toch elementen van de kwaliteitszorg beoordeeld. Ook vanuit de Nederlandse blik is de kwaliteitszorg merendeels van voldoende kwaliteit, met uitzondering van de kwaliteitszorg met betrekking tot het onderwijsproces. De sectie Nederlands bestaat maar uit één docent, die tevens coördinator is. Door het ICS worden wel lesbezoeken uitgevoerd, maar die richten zich alleen op algemene uitgangspunten, niet op de Nederlandse vakinhoudelijke en didactische uitgangspunten. Om de kwaliteit hoog te houden en vergelijkbaar met Nederlands vo-onderwijs zouden hier wegen voor gezocht moeten worden: bijvoorbeeld via video-opnames van lessen die bekeken worden door een Nederlandse docent. Ook het volgen van inhoudelijke bijscholingen Nederlands of van de NTC-vo-bijscholingen van het NOB zou kunnen bijdragen aan van de docent.
Dit kan dan tot verdere invulling en ontwikkeling van de lessen Nederlands leiden, waardoor de kwaliteit van het onderwijs meer gewaarborgd kan worden dan nu het geval is.
13
4 Vervolg van het toezicht
Bij dit kwaliteitsonderzoek heeft de inspectie ook de naleving van een aantal wettelijke voorschriften over de door het bestuur vastgestelde schoolgids en het schoolplan onderzocht, zoals die voor scholen in Nederland gelden. Op basis hiervan concludeert de inspectie dat de school aan deze wettelijke bepalingen voldoet.
De bevindingen van dit kwaliteitsonderzoek leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement):
De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school vraagt geen aanpassing van de reguliere onderzoeksplanning van de inspectie. In beginsel volgt over vier jaar opnieuw een kwaliteitsonderzoek. De inspectie zal in de komende tijd wel de ontwikkeling van de school volgen. Hiertoe wil zij jaarlijks aan het begin van het nieuwe schooljaar op de hoogte gesteld worden van de vorderingen die het Nederlandse NTC-vo-onderwijs maakt wat betreft de zaken die in dit rapport als onvoldoende zijn aangemerkt. Dit betreft dus onder meer het in kaart brengen van de afstemming van het MYP op het NTC-programma, de resultaten van de
Diataaltoetsen en de vervolgacties hierbij, en de wijze waarop de kwaliteit van het onderwijsleerproces gevolgd en geborgd wordt. Mocht dit aanleiding geven tot een vervolgonderzoek, dan zal de inspectie hiertoe overgaan.
