In dit rapport worden politiestatistieken en resultaten van een peiling van het Veiligheidspanel getoond over de eerste viermaandelijkse periode van 2016 (2016/VM1, januari tot en met april). We tonen de belangrijkste resultaten voor het jaarplan veiligheidsbeleid en onderwerpen met opvallende ontwikkelingen. De cijfers zijn aangevuld met bevindingen uit interviews met professionals.
Politiecijfers: Incidenten en misdrijven
De cijfers van de politie betreffen geregistreerde misdrijven en incidenten. De statistieken over de eerste viermaandelijkse periode van 2016 zijn vergeleken met dezelfde periode in de twee voorgaande jaren.
De woningcriminaliteit is in de eerste viermaande- lijkse periode van het jaar licht gestegen ten opzichte van vorig jaar. Dat jaar was er echter een aanzienlijke daling in vergelijking met 2014. De toe- name in 2016 zit hem in meer diefstal uit en inbraak in bijgebouwen als garages, schuren en tuinhuizen.
Fietsendiefstal is in januari-april in 2016 ten opzich- te van 2015 toegenomen, terwijl er in 2015 een duidelijke daling was. Het aantal incidenten komt nu op hetzelfde niveau uit als in 2014.
Voor diefstal uit/vanaf motorvoertuigen zien we juist een tegengestelde beweging: Het aantal is in 2015 VM1 gestegen maar vertoont in 2016 weer een daling. Het totaal aantal voertuigcriminiliteit (bovenstaande plus fietsendiefstal, diefstal van mo- torvoertuigen en overige voertuigen) is opmerkelijk genoeg over de drie jaren onveranderd gebleven.
Het aantal geweldsdelicten is na een daling in 2015 VM1 gelijk gebleven in 2016. De daling van het aan- tal geweldsdelicten in 2015 VM1 kwam met name door een daling van het aantal mishandelingen.
Het totaal aantal incidenten van drugshandel is relatief laag. In 2016 VM1 lag dit aanzienlijk lager dan in 2015. In totaal zijn er in deze periode 57 incidenten geregistreerd.
Het aantal incidenten van overlast in het algemeen is toegenomen. Vooral verkeersoverlast is in 2016 VM1 toegenomen ten opzichte van 2015. Ook burengerucht (relatieproblemen) en niet te catego- riseren overlast zijn duidelijk gestegen. In de eerste viermaandelijkse periode van 2016 waren er met 2.410 incidenten 30% meer incidenten dan in de- zelfde periode in 2014.
In de bedrijfscriminaliteit zien we een scherpe af- name in de eerste periode van 2016 in vergelijking met vorig jaar. In 2015 was er nog een stijging ge- weest ten opzichte van het jaar ervoor. De daling geldt voor zowel voor diefstal en inbraak bij bedrij- ven en instellingen als voor winkeldiefstal.
0 500 1000
2014/1 2015/1 2016/1 Woningcriminaliteit
800 1000 1200 1400
2014/1 2015/1 2016/1 Fietsendiefstal
0 200 400 600
2014/1 2015/1 2016/1 Diefstal uit/vanaf
motorvoertuig
400 500 600
2014/1 2015/1 2016/1 Geweldsdelicten
0 50 100
2014/1 2015/1 2016/1 Drugshandel
1000 2000 3000
2014/1 2015/1 2016/1 Overlast
400 500 600
2014/1 2015/1 2016/1 Bedrijfscriminaliteit
2
B A S I S V O O R B E L E I D
Veiligheidspanel
De hieronder getoonde informatie is afkomstig uit een enquête onder het Veilig- heidspanel Groningen. Voor het Veiligheidspanel hebben tijdens eerdere Stadspanelenquêtes en via een online aanmelding 2.351 inwoners van de gemeen- te Groningen zich aangemeld. In totaal hebben 1.468 personen de enquête ingevuld (62%). De resultaten van het panel zijn gewogen voor de stadsdelen, zodat ze zo representatief mogelijk zijn voor alle delen van de gemeente. Dezelfde vragen zijn tweemaal eerder aan leden van het Stadspanel voorgelegd, zodat nu de ontwikkeling over de afgelopen 12 maanden kan worden geschetst.
Rapportcijfer
De respondenten van de enquête hebben een rapportcijfer gegeven voor hoe veilig zij zich voelen in hun eigen wijk. Net als voorgaande metingen scoort Gro- ningen hier goed, met afgerond een 8 voor de veiligheid.
Het hoogste rapportcijfer wordt ge- geven in stadsdeel Zuid, gevolgd door Oost. Stadsdelen Centrum, West en Oude Wijken scoren beneden het gemiddelde van de stad.
Veiligheid en overlast
Voor het bekijken van de ontwikkeling van veiligheid en overlast gebruiken we drie samengestelde indicatoren. Deze indicatoren zijn gebaseerd op vragen die gesteld zijn over de beleving van de respondenten.
Dreiging is een schaalscore die is samengesteld uit vragen over dreigende situaties (bedreigd worden, drugshandel, lastig gevallen worden op straat). De schaal gaat van 0 (geen drei- ging) tot 10 (zeer veel dreiging).
De score voor dreiging in de
eerste periode van 2016 is 1,3. Dit is een stijging ten opzichte van de score in de vorige periode.
Verloedering meten we met vragen over onder andere vandalisme, bekladding en zwerfvuil. Gemiddeld scoort de stad op verloedering 4,2 op de schaal van 0 tot 10.
Dit is een aanzienlijk hogere score dan in de vorige periodes. Tijdens de meting in januari over 2015 VM3 bedroeg de score nog 3,7. Bij de onderliggende indicato- ren valt op dat de stijging vooral komt doordat meer respondenten aangeven rommel op straat te ervaren (37% tegenover 26% de vorige meting). Mogelijk dat seizoensinvloeden van invloed zijn op deze ontwikkeling.
Overlast is samengesteld uit indicatoren over verschillende vormen van overlast (geluidsoverlast, overlast door omwonenden, overlast door jongeren). Ook deze indicator kent een score van 0 tot 10. De score over 2016 VM1 is 3,1. Dit is duide- lijk hoger dan in 2015 VM3, toen de score nog 2,8 was. In vergelijking met 2015 VM2 is er daarentegen geen verschil.
7 7,5 8 8,5
Centrum Oost Oude Wijken West Zuid Stad
Overlast
Centrum Oost Oude Wijken West Zuid Stad
Dreiging
Centrum Oost Oude Wijken West Zuid Stad Verloedering
1 2 3 4
2015/2 2015/3 2016/1
dreiging verloedering overlast
Kijken we naar de verdeling over de stadsdelen dan zien we dat dreiging vooral wordt ervaren in stadsdelen Oude Wijken en Centrum. Verloedering is meer ge- lijkmatig verdeeld over de stad, maar scoort vooral in Oude Wijken boven gemiddeld. Overlast zien we ook vooral terug in Centrum en Oude Wijken.
Onveiligheidsgevoelens
We hebben de respondenten de vraag voorgelegd hoe vaak zij zich onveilig voe- len in de stad Groningen en in hun eigen wijk. Over de gehele stad voelt slechts één procent zich vaak onveilig. Zestien procent voelt zich soms onveilig.
Opvallend is de ontwikkeling van het aantal respondenten dat aangeeft zich ‘vaak’
of ‘soms’ onveilig te voelen in de stad Groningen. Waar het aandeel personen dat zegt zich wel eens onveilig te voelen (vaak, soms of zelden) weinig verandert, is er een duidelijke daling te zien van de personen die vaak of soms zich onveilig voe- len in de stad Groningen. Dit is van 21% in 2015 VM2 gedaald naar 17% tijdens de laatste peiling.
Kaart: Percentage respondenten dat zich onveilig voelt in de eigen wijk. Subbuurten met minder dan 10 respondenten zijn grijs gelaten
Met betrekking tot de onveiligheidsgevoelens in de eigen wijk (vaak, soms of zelden onvei- lig) dan zien we dat men zich met name onveilig voelt in stadsdelen West en Centrum.
Oude Wijken scoort ongeveer gemiddeld en stadsdelen Zuid en Oost scoren erg goed. Op de kaart is het percentage respondenten te zien dat zegt zich onveilig te voelen per sub- buurt van de stad.
0% 20% 40% 60% 80% 100%
2015/2 2015/3 2016/1
vaak soms zelden nooit
% 10% 20% 30%
Centrum Oost Oude Wijken West Zuid Stad
% onveilig in eigen wijk
4
B A S I S V O O R B E L E I D
Slachtofferschap en aangiftes
De panelleden is van een drietal misdrijven gevraagd of zij daar in de afgelopen vier maanden slachtoffer van zijn geweest. Omdat de aantallen laag zijn, is de representativiteit beperkt. Zeven procent van de respondenten geeft aan dat zij slachtoffer zijn geweest van één van de drie genoemde misdrijven. Van deze slachtoffers geeft slechts 28% aan dat zij aangifte hebben gedaan van het misdrijf.
Slachtoffer misdrijf Aantal % aangifte
Iets gestolen uit woning/inbraak 38 58%
Bedreigd met geweld 74 14%
Slachtoffer geweest van mishandeling 10 20%
Een geïnterviewde professional signaleert dat slachtoffers steeds minder vaak melding doen, omdat ze geen effect zien van hun vorige meldingen. Ook signa- leert hij dat de politie op bepaalde terreinen mensen ontmoedigt om aangifte te doen.
Problemen in de buurt
We leggen de respondenten in de enquête elke meting een aantal problemen voor die zij mogelijk in de buurt ervaren. De respondenten kunnen drie problemen aankruisen die zij mogelijk ervaren.
Opvallend is dat tijdens de eerste meting (2015 VM2) 25% van de respondenten aangaf geen problemen te ervaren. Dit is gedaald via 23% in 2015 VM3 naar 19%
in de laatste meting. De meest genoemde problemen zijn de verkeerssituatie en geluidsoverlast. Eenzaamheid en sociaal isolement wordt door 20% van de res- pondenten als probleem genoemd. Ook professionals noemen dit. De WIJ-teams hebben hier aandacht voor in de wijken.
Aandeel respondenten dat betreffende probleem genoemd heeft (2016 VM1)
In de ontwikkeling van de genoemde problemen zijn met name de verkeerssituatie en geluidsoverlast veel vaker genoemd in vergelijking met de vorige meting. Dit kan mogelijk te maken hebben met seizoensinvloeden.
Top 3 toename genoemde problemen tussen 2015 VM3 en 2016 VM1
0% 1% 2% 3% 4% 5% 6%
Te weinig toezicht Geluidsoverlast Verkeerssituatie
0% 10% 20% 30% 40%
Leegstand/sloop/bouwvallen Drugsoverlast Schuldenproblematiek Hangjongeren Criminaliteit/vandalisme Psychische problematiek/verslaving Gedrag van buurtgenoten Te weinig toezicht Eenzaamheid/sociaal isolement Geluidsoverlast Verkeerssituatie
Bezoekadres
Kreupelstraat 1 9712 HW Groningen Postadres
Postbus 30026 9700 RM Groningen
T (050) 367 5630 E info@os.groningen.nl I www.os-groningen.nl Aandachtspunten veiligheidsbeleid
Om verdieping bij de verzamelde gegevens te bieden hebben we een aantal inter- views gedaan onder professionals in het veld. Enkele van de door hun aangekaarte aandachtspunten noemen we hier kort:
• De overlast door groepen jongeren en bepaalde bevolkingsgroepen lijkt toe te nemen in een aantal wijken (Beijum, Selwerd, Paddepoel). Deels gaat deze overlast samen met criminaliteit: drugshandel en daaraan verbonden afper- sing en mishandeling.
• Hulpverleners doen lang niet altijd aangifte van verbaal of fysiek geweld. Met name als het gaat om contact met personen met psychiatrische problematiek wordt het snel beschouwd als een onderdeel van het werk.
• Eén van de geïnterviewde professionals ontvangt vaak signalen van mishande- ling en huiselijk geweld. Zijn ervaring is dat slachtoffers het moeilijk vinden om aangifte te doen. De bekende cijfers geven volgens hem een beperkt beeld van de feitelijke problematiek.
• Technologische ontwikkelingen brengen nieuwe vormen van criminaliteit met zich mee. Bedrijven krijgen te maken met skimming van betaalautomaten, waar contact geld weer een risico vorm voor overvallen. Hiervoor worden in- formatiebijeenkomsten voor ondernemers georganiseerd.
• Ondernemers zijn bezig hun onderlinge contact te versterken en willen ter preventie van winkeldiefstal en bedrijfsinbraken een app ontwikkelen die hen hierbij helpt.
• Een terugkomend probleem dat gesignaleerd wordt door professionals is het afbouwen van intramurale voorzieningen voor mensen met psychische pro- blemen. Dit kan risico’s opleveren met betrekking tot overlast en veiligheid (ook bijvoorbeeld de brandveiligheid).
• Samenwerking wordt door meerdere professionals genoemd als iets wat goed gaat, maar wat alsnog beter zou kunnen. De communicatie en samenwerking op het domein van veiligheid zou kan beter, vooral in de keten van het sociale domein.
