• No results found

SPELHANDLEIDING. 21st. Century Skills Game

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "SPELHANDLEIDING. 21st. Century Skills Game"

Copied!
52
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

21st

Century Skills Game

SPELHANDLEIDING

(2)

2

(3)

INHOUD

1.

2.

3.

4.

5.

6.

(4)

4

VOORWOORD

Het 21st century skills game is ontwikkeld door Marcel Derksen van Inspiratiehuis N!KS.

Het spel is er voor jong en oud. In korte tijd geeft de game je een helder beeld wat jij als speler aan kwaliteiten en vaardigheden in huis hebt. Spelenderwijs ontdek je wie je bent, wat je kunt en wat je talenten zijn. Daarmee is het spel niet alleen een aanvulling op bijvoorbeeld de CITO-toets op school, maar ook een praktisch HR-instrument, in te zetten als onderdeel van het POP en van loopbaancoaching van medewerkers.

Voor jongeren is het spel een verlengstuk van hun ervarings- en belevingswereld; het prikkelt hen om op een luchtige en verrassende manier hun grenzen te verkennen. In de zakelijke markt heeft het spel tot doel om te komen tot een betere

teamsamenstelling, waardoor er meer consensus en duidelijkheid ontstaat over rollen en taken binnen het team.

Overall doel van het spel is om de deelnemer uit te nodigen meer te (be)leven en te werken vanuit intrinsieke motivatie, autonomie en authenticiteit. Door het spel word je je meer bewust van wat jij de wereld te bieden hebt en heb je sneller een beeld van de context waarin je actief bent. Ofwel: meer inzicht en meer overzicht.

(5)

In deze handleiding ga je stap voor stap door het spel voor het beste resultaat en het meeste plezier. De handleiding bevat een aantal speciaal geselecteerde opdrachten per skill. Tijdens het spel ervaar je hoe jij je vaardigheden inzet en wat voor effect dat heeft op anderen.

Op verzoek is er een uitbreidingsset ( Game Player) van de opdrachten te verkrijgen.

Game Player bevat 50 kaarten waarop voor elke skill extra spelopdrachten zijn uitgewerkt.

Je hoeft alleen aan te geven of je een uitbreidingsset voor VO- MBO- HBO/Bedrijfsleven wil ontvangen.

De uitbreidingsset is een welkome aanvulling voor mensen die meer uitdaging nodig hebben dan mogelijk de standaard spelkaarten hen geven.

Ik wens je veel speelplezier,

Marcel Derksen

21ST CENTURY SKILLS GAME

(6)

6

DOEL VAN HET SPEL

Het spel is ontwikkeld om je op een speelse manier inzicht te geven in jouw kwaliteiten en vaardigheden (skills) die je gaat inzetten in de nabije toekomst: de 21e eeuw. Tijdens het spel ontdek je ook wat voor jou nodig is om een leuk en zinvol leven te leiden.

WIE SPEELT HET SPEL?

Het spel is er voor jong en oud, en voor iedereen die bewust bezig wil gaan met persoonlijke ontwikkeling en persoonlijke effectiviteit. Het spel wordt gespeeld door jongeren in het voortgezet onderwijs, docenten en medewerkers en teams in het bedrijfsleven. Er zijn twee varianten: een voor het onderwijs en een voor het bedrijfsleven. Je kunt het spel alleen spelen, met twee personen of met je groep of team met maximaal zeven deelnemers.

(7)

WANNEER ZET JE HET SPEL IN?

• Bij het opstellen van een Persoonlijk Ontwikkelplan (POP)

• Als je in de klas bezig gaat met termen als skills, kwaliteiten en/

of competenties

• Als je in je organisatie bezig gaat met formuleren van rollen en functies van medewerkers

• Als je benieuwd bent naar je eigen kwaliteiten en skills

• Als je meer inzicht in jezelf wilt om een passende studie of loopbaan te kiezen

• Als je meer autonoom en authentiek in het leven wilt staan

• Als je meer resultaat en plezier in je team wilt zien

(8)

8

DE GAME BESTAAT UIT:

• 28 skills kaarten onderverdeeld in 7 categorieën ( diverse kleuren)

• 1 speelbord

• 1 handleiding

• 21st century skills game werkboek is los verkrijgbaar, digitaal of gedrukt.

• Het werkboek is speciaal op het spel afgestemd waardoor POP (ontwikkelingsplan) & PAP (actieplan) moeiteloos ingevuld kunnen worden.

VOORBEREIDING OP HET SPEL

Je gaat inzicht en overzicht krijgen van de skills die je beheerst of (verder) gaat ontwikkelen.

Enige zelfkennis heb je hier wel bij nodig. Wees eerlijk, het heeft geen zin jezelf skills toe te delen die je niet of in onvoldoende mate hebt. Je kunt ook klasgenoten, vrienden of je studieloopbaanbegeleider | mentor om hun mening vragen.

Kies in dit geval mensen waarvan je eerlijke antwoorden kunt verwachten.

(9)

HET 7 STAPPENPLAN

Stap 1: Overzicht krijgen

De 21st century skills zijn opgebouwd uit 7 categorieën.

Sociale - en culturele vaardigheden Communiceren

Kritisch denken Creativiteit ICT geletterdheid

Probleem oplossend vermogen Samenwerken

Elke categorie heeft 4 levels waarin je jezelf kunt ontwikkelen.

Starter = Level 1 = starter

Worker = Level 2 = vakman | vakvrouw Professional = Level 3 = professional Master = Level 4 = Master

Bekijk de skills-kaartjes en pak uit alle categorieën maximaal 1 kaart uit de stapel.

Ga vervolgens met elkaar in gesprek over wat de betekenis is van communiceren | kritisch denken | ICT geletterdheid | creativiteit, etc. “Nou dat kan ik wel hoor….”

Check tijdens dit gesprek of dit daadwerkelijk zo is.

(10)

10

Stap 2: Kleur bekennen

Je legt de kaarten in het vak met dezelfde kleur en je geeft daarmee aan hoe goed je bent.

Speel je het spel in een grote groep? Gebruik dan de volgende variatie: schrijf je naam op een post-it en plak jouw keuze in het juiste vlakje.

Starter = Deze kwaliteit of vaardigheid zet ik regelmatig dagelijks in en beheers ik voldoende omdat……….

Worker = In deze kwaliteit of vaardigheid onderscheid ik mij van andere spelers omdat……..

Professional = Dit is waarvoor ik speciaal wordt gevraagd door de mensen om mij heen omdat……….

Master = Deze vaardigheid en kwaliteit beheers ik zo goed dat ik nooit erbij na hoef te denken hoe ik het doe. Ik ben in staat om anderen uitleg hierover te geven.

Check tijdens dit gesprek of dit daadwerkelijk zo is.

(11)

Stap 3: Wat wil ik ontwikkelen?

Je bent er nu achter gekomen dat je bepaalde vaardigheden hebt waarvan je niet wist dat je ze had. En misschien weet je nu ook dat je wat minder vaardig bent op bepaalde terreinen dan je voorheen dacht.

Kies nu skills die je (verder) zou willen ontwikkelen. Leg deze skills bij de kaart verlanglijst.

Stap 4: Wat wil ik etaleren?

Mogelijk dat jouw verlanglijst nu erg vol ligt.

Geen probleem.

Stel jezelf nu de volgende vraag:

Welke skills vind ik belangrijk om mee te beginnen en welke kan ik later doen? Denk goed na of je ook een bepaalde volgorde wil aanbrengen. Misschien handig om dit samen met de andere deelnemers te bespreken. Werkt meestal heel verhelderend!

Leg deze skills bij de kaart etalage.

(12)

12

Stap 5: Complimenten geven en ontvangen

Vraag de andere deelnemers of zij één of meerdere skills willen selecteren waarvan zij vinden dat jij die hebt laten zien sinds jullie elkaar kennen. Dit lijkt moeilijker voor hen dan het daadwerkelijk is. Tip: vertrouw op je gevoel. Als je een ingeving krijgt pak dan die kaart….. Leg deze bij de kaart Complimenten.

Stap 5: Ik heb de meeste aansluiting bij...

Vergelijk jouw skills kaartenkeuze met de skills kaartenkeuze van de anderen.

In welke keuze herken jij jezelf het meest?

Leg de kaarten apart waarin jij jezelf het meest herkend.

(13)

Stap 7: Afronding

Maak een foto van het resultaat.

Vul jouw conclusies in op het formulier Conclusie.

Vragen die je kunnen helpen zijn:

• Waardoor laat jij je motiveren?

• Waardoor wordt je tegengehouden of geblokkeerd?

• Hoe zijn de skills verdeeld op het speeldoek?

• Vind je van jezelf dat je minder of juist heel goed presteert?

• Waarom heb je hiervoor gekozen? Wat wil je betekenen voor

jezelf en de mensen om je heen?

De volgende stap is om met deze gegevens een start te maken met je Persoonlijk Ontwikkel Plan ( POP).

Meer daarover in het 21st - werkboek, een meerwaarde voor je ontwikkeling.

De skills die je verder wilt ontwikkelen ga je nu concreet uitwerken;

daarmee maak je de kans van slagen flink groter :-) Misschien vind je het prettig om hierbij wat hulp van buitenaf te krijgen.

Het concreet formuleren van een doel is namelijk best moeilijk, Iemand die wat verder van je af staat, heeft vaak –letterlijk- meer overzicht en kan je helpen om te komen tot een werkend en actief geformuleerd doel.

(14)

14

Naam:

Datum:

Conclusie

Als je kijkt naar bovenstaande, wat is dan je conclusie?

Wie ben ik?

Wat kan ik?

Wat wil ik?

(15)

DE OPDRACHTEN

Per skill kun je ervoor kiezen om als groep of alleen de opdrachten uit te voeren. Je gaat ervaren of je de skills nog verder kunt

ontwikkelen en je krijgt inzicht hoe je dat kunt

aanpakken. Het is belangrijk om te weten dat er geen goed of fout is als je de opdrachten uitvoert. Ofwel: het gaat vooral om bewustwording en om input te krijgen voor een goede dialoog met de andere deelnemers.

(16)

16

COMMUNICEREN

Uitleg: het effectief en efficiënt overbrengen en ontvangen van een boodschap

Starter: Je spreekt duidelijk en verstaanbaar.

Worker: Je spreekt in begrijpelijke taal. Je formuleert helder en duidelijk.

Professional: Je zet intonatie en lichaamshouding bewust in bij wat je wilt zeggen. Je toetst ook of de ander

het begrepen heeft.

Master: Je past je taalgebruik aan op je toehoorders.

Mogelijke opdracht om erachter te komen waar de speler staat.

Begin met een energizer en maak dan de tekenopdracht.

(17)

De speler mag zich tot de categorie starter rekenen als anderen hem goed kunnen verstaan, omdat hij duidelijk spreekt.

De speler is een echte worker als hij duidelijke en heldere taal gebruikt. Anderen kunnen hem begrijpen en volgen.

Een professional gebruikt zijn lichaam effectief bij het duidelijk maken van de boodschap. Hij checkt ook of de ander de boodschap heeft begrepen en ontvangen.

De master ‘levelt’ automatisch met anderen; hij past taalgebruik en niveau aan op zijn publiek.

(18)

18

Energizer: wat is communicatie?

Papier scheuren

Een goede inleiding op communicatieonderwerpen.

Duurt ongeveer 5 minuten.

Benodigdheden: A4 per deelnemer.

1. Vertel het volgende: We gaan een spel spelen om het belang van communicatie aan te tonen. Pak het velletje papier en hou het voor je. Doe nu je ogen dicht en volg de instructies exact. Niet stiekem kijken, en geen vragen stellen.

2. Geef nu de volgende aanwijzingen, doe hetzelfde met je eigen papier en geef ruimte na elke aanwijzing om de instructie goed uit te voeren:

“Eerst wil ik dat je het papier dubbel vouwt.

Vouw het nog een keer dubbel en scheur de linker bovenhoek van het papier af.

Vouw het nogmaals dubbel en scheur nu de rechter onderhoek van het papier af.”

3. Na het scheuren vraag je iedereen om de ogen open te doen en het papier uit te vouwen. En kijk wat het resultaat is. Zeg: “Als ik goed gecommuniceerd heb en jullie hebben goed geluisterd, dan zou het resultaat vergelijkbaar moeten zijn.” Hou het vel papier omhoog. Weinig kans dat iemand hetzelfde resultaat heeft.

4. Bekijk de verschillen. Er zal waarschijnlijk gelachen worden of het eerste gemor is hoorbaar.

(19)

5. Vraag de groep waarom de papieren anders zijn dat van jou. Je krijgt waarschijnlijk reacties zoals “maar we mochten geen vragen stellen” of “je aanwijzingen klopten niet”.

De opracht

Laat de deelnemers rug aan rug zitten, de ene helft van de koppels richt het gezicht naar voor, naar de plaats waar de tekening zal getoond worden, zodat zij de tekening goed kunnen zien.

De andere helft gaat met de rug tegen de rug van de partner zitten met pen en papier, zodanig dat die de tekening op geen enkele manier kan zien. Laat de tekening zien. De deelnemers die de tekening kunnen zien, geven nu instructies aan de partner die tekent. De tekenaar mag geen vragen stellen.

Doe dezelfde oefening opnieuw, maar met een andere tekening.

Laat de koppels van taak wisselen en laat de deelnemers nu met hun gezichten naar elkaar toe zitten. De instructeur legt uit hoe de tekening getekend moet worden, de tekenaar mag opnieuw niet praten.

Als beide oefeningen voltooid zijn, bekijk je alle tekeningen en vergelijk je ze onderling.

Houd een korte nabespreking.

(20)

20

CREATIVITEIT

Uitleg: het vermogen om nieuwe ideeën en benaderingen, oplossingsstrategieën en inzichten buiten de gebaande paden te creëren en te optimaliseren.

Starter: Je toont belangstelling voor andere invalshoeken en uitgangspunten.

Worker: Je probeert andere benaderingswijzen uit.

Professional: Je komt met meerdere niet voor de hand liggende oplossingen, voor problemen. Je hebt een nieuwsgierige houding en zegt niet snel “dat kan niet”.

Master: Je doorbreekt bestaande normen en waarden, procedures of praktische beperkingen. Je komt met originele oplossingen en ideeën.

Mogelijke opdracht om erachter te komen waar de speler staat.

Speel het spel Black stories.

(21)

Aan de hand van de nieuwsgierige houding van de speler, kun je als begeleider zien of de speler een starter is. De speler denkt actief mee, ook al stelt hij zelf geen vragen.

De speler stelt zelf vragen. Dit zijn voor de handliggende vragen.

De speler stelt zelf vragen. Dit zijn niet voor de handliggende vragen. Hij geeft niet snel op. Hij wil doorgaan totdat het raadsel is opgelost.

De speler is actief betrokken bij het spel. Nodigt andere

klasgenoten uit om creatief te denken, met hem mee te denken.

De meest gekke vragen worden gesteld die ogenschijnlijk niets met het raadsel te maken hebben. Hij toont zich een waar creatief denker door met originele vragen te komen.

(22)

22

Black story

Het doel is om de misdaad op te lossen door het stellen van (nieuwsgierige) vragen. De spelleider mag alleen ja of nee antwoorden. De spelers moeten dus gesloten vragen stellen.

Casus 1: De spiegel. Toen Herman ’ s ochtends in de spiegel keek, maakte hij zijn testament op.

Casus 2: Simpele moord. Romeo en Julia lagen dood op de vloer, naast hen een plas water en glasscherven. Het raam stond op een kier en de wind huilde.

Casus 3: Dank u wel. Een vrouw liep een café binnen, en bestelde een glas water. De man achter de bar pakte een jachtgeweer en richtte dat op haar. De vrouw bedankte hem en ging weer weg.

(23)

Oplossing

1. In de disco leerde Herman een vrouw kennen, met wie hij dezelfde nacht nog seks had.

Toen hij de volgende ochtend wakker werd was ze al vertrokken.

Op de badkamerspiegel had ze geschreven ‘ welkom bij de aidsclub’.

2. Romeo en Julia waren twee vissen die zich tot voor kort in een aquarium op de vensterbank bevonden. Een kat die zich door het open raam wrong, bracht de vissenkom ten val, hiermee ontnam hij beide vissen alle het leven.

3. De vrouw had de hik en wilde daar vanaf komen door het drinken van een glas water. De man achter de bar begreep het direct en wilde haar helpen door haar flink te laten schrikken. Dat is ‘ m gelukt!

(24)

24

ICT GELETTERDHEID

Uitleg: vaardigheden voor het efficiënt en effectief gebruik van technologie. Daarbij komen technologische geletterdheid en informatievaardigheden samen.

Starter: je hebt begrip voor de invloed van de media in onze wereld.

Worker: je oriënteert je binnen mediaomgeving. Je gebruikt software, apparaten en toepassingen.

Professional: je kunt informatie vinden en verwerken. Je kunt deelnemen in sociale netwerken.

Master: je kunt jouw doelen realiseren met media en erop reflecteren.

Mogelijke opdracht om erachter te komen waar de speler staat.

Voor elk niveau is er een andere opdracht!

(25)

Je begrijpt wat voor invloed de media in onze wereld heeft. Je bent in staat om dit met behulp van een digitale beeldende boodschap uit te leggen aan kinderen van groep 7 van de basisschool.

Je kunt minimaal 10 standaard features van word, excel en powerpoint toepassen.

Je bent in staat om met behulp van digitale media een boodschap te brengen die duidelijk overkomt. Je gebruikt hiervoor

bijvoorbeeld het storyboard fenomeen.

Je past media actief toe waarbij je ook je doelen opstelt en realiseert en je bent in staat om erop te reflecteren. Als je bijvoorbeeld bij een vereniging bent aangesloten, weet je de media hiervoor in te zetten.

(26)

26

Opdracht starter:

je kunt een pitch van 1 minuut maken om te vertellen hoe jij media herkent in jouw omgeving.

Opdracht worker:

je kunt laten zien dat je met redelijk eenvoudige

softwareprogramma’s op de computer/telefoon/tablet om kunt gaan. Je maakt een werkstuk in word met een automatische inhoudsopgave, voorblad, voettekst en paginanummering en gebruikt een vast lettertype, je kunt rekenformules in Excel invoeren en een volledig

rekenblad opstellen waarin vermenigvuldigd, gedeeld, opgeteld en afgetrokken wordt.

Opdracht professional:

Je bent in staat om een boodschap in woorden om te zetten in een digitale beeldpresentatie die helder en duidelijk overkomt

Opdracht master:

Je bent in staat om voor de vereniging waarvan je lid bent, actief media te gebruiken voor het promoten van

de vereniging. Je bouwt hiervoor een eenvoudige website, beheert een social media account, en stelt een nieuwsbrief op die via mail automatisch verstuurd wordt aan alle leden.

(27)

KRITISCH DENKEN

Uitleg: het vermogen om onafhankelijk van anderen een eigen visie of onderbouwde mening te formuleren.

Starter: je bent je bewust dat (ir)relevante informatie voor het nemen van beslissingen van belang zijn.

Worker: je onderzoekt de informatie, legt argumenten uit en komt met een beoordeling op starter van

feitelijke informatie

Professional: je geeft een juist oordeel en mogelijke oplossingen aan.

Master: je concentreert je op hoofdlijnen van processen, handelswijzen en oplossingen.

Mogelijke opdracht om erachter te komen waar de speler staat.

Voor elk niveau is er een andere opdracht.

(28)

28

Je weet dat het nodig is om je ergens in te verdiepen voordat je een beslissing kunt nemen.

Je kunt informatie onderzoeken en dan jouw beslissingen met argumenten weerleggen.

Je bent in staat om naast een juist oordeel ook mogelijke oplossingen aan te dragen. Je denkt verder dan je neus lang is.

Je richt je op je eigen onderdeel en kunt de hoofdlijnen van processen/ handelswijzen en oplossingen herkennen en toepassen.

(29)

Oefening

in verkiezingstijd zegt een politicus dat we minder vreemdelingen in onze samenleving moeten toelaten, omdat er anders

problemen ontstaan in de grote steden. Welke waarnemingen, feiten, logische gevolgtrekkingen, aannames, opinies en

argumenten zouden ten grondslag kunnen liggen aan dit standpunt? Maak hiervan een visueel schema. Welke andere standpunten zijn mogelijk met betrekking tot de instroom van vreemdelingen? Hoe analyseer je die? Tot welk standpunt voel je je het meest aangetrokken? Waarom? Hoe verwerk je de uitkomsten? Naast een visueel schema, kun je ook het volgende laten zien:

Starter: Woordspin over denken

Worker: Schrijf een verhaaltje, essay of een gedicht over het belang van jouw gedachten tijdens de opdracht over de verkiezing.

Professional: Zoek in kranten, tijdschriften of andere publicaties (Internet, boeken, tijdschriften, posters, foto’s) artikelen over (kritisch) de politieke standpunten rondom vreemdelingenbeleid.

Verzamel deze artikelen en breng ze in rubrieken onder.

Presenteer de resultaten van je onderzoek.

(30)

30

Master: Je kunt een filosofisch gesprek aangaan over:

• Wat is denken? Wat betekent denken voor jou?

• Wat is kritisch denken?

• Wat heeft kritisch denken met wijsheid te maken?

• Wanneer is het belangrijk om kritisch te zijn?

• Welke denksoorten kunnen we van elkaar onderscheiden?

• Hoe kan je zien of merken dat iemand (n)iets om kritisch denken geeft?

• Hoe zou het zijn als iedereen kritisch kon denken?

• Wat heeft je karakter met kritisch denken te maken? En je verstand?

• Wat heeft levenskunst met kritisch denken te maken?

• Wat heeft je gezondheid met kritisch denken te maken?

• Wat heeft geluk of ‘het goede leven’ met kritisch denken te maken?

• Wat heeft liefde met kritisch denken te maken?

• Wat heeft spiritualiteit met kritisch denken te maken? En religie?

• Binnen welke schoolvakken zouden we met kritisch denken aan de slag kunnen?

Drama: Bedenk een uitvoering waarin het duidelijk gaat om wijsheid (& uitvoeren).

(31)

Mogelijke vervolgopdrachten n.a.v. filosofische gesprekken over kritisch denken:

• Tekenopdracht:

Laat in een tekening of schilderij een situatie zien waarin het belangrijk is om kritisch te denken.

• Beeldende vorming:

Maak een collage waarin het begrip denken duidelijk wordt weergegeven.

• Schrijfopdracht (aanvullend):

Beschrijf jouw mooiste/beste leerervaring met betrekking tot kritisch denken. Je mag ook een ervaring beschrijven wanneer jij jezelf erg wijs vond.

• Drama:

Bedenk een uitvoering waarin het duidelijk gaat om wijsheid (&

uitvoeren).

(32)

32

PROBLEEMOPLOSSEND VERMOGEN

Uitleg: het (h)erkennen dat problemen bestaan en tot een plan van actie kunnen komen om deze op te lossen.

Starter: Je herkent (ir)relevante informatie voor het nemen van beslissingen.

Worker: Je kunt irrelevante en relevante informatie van elkaar onderscheiden.

Professional: Je kunt consequenties van verschillende handelswijzen en acties benoemen op korte termijn.

Master: Je kunt consequenties van verschillende handelswijzen en acties benoemen op korte termijn. Je denkt in win/win.

Diverse opdrachten om erachter te komen waar de speler staat.

(33)

Als de speler bereid is om actief informatie op te sporen en door te nemen, dan is hij in ieder geval een starter.

De speler kan zelf (ir)relevante informatie van elkaar

onderscheiden. Wat de gevolgen daarvan zijn, overziet hij nog niet.

De speler weet wat de consequenties zijn van verschillende manieren van handelen. Maar dan wel op korte termijn.

De speler is actief en denkt voortdurend in win/win. De speler weet wat de consequenties zijn van verschillende manieren van handelen op middellange termijn.

(34)

34

Opdracht 1:

Probeer al wandelend de volgende hersenkraker op te lossen:

Raadsel 1:

Er is ergens een afgesloten vertrek met drie gloeilampen erin. Aan de buitenkant zitten drie lichtschakelaars. Je mag maar één keer naar binnen om te kijken wat er is gebeurd. Hoe komt je erachter welke schakelaar bij welke gloeilamp hoort?

Raadsel 2:

Het probleem: Op tafel liggen een doosje punaises, een boekje lucifers en een kaars. Hoe maak je de kaars zo aan de muur vast dat hij niet op tafel of de grond druipt terwijl hij brandt?

(35)

*Oplossing 1: doe de 1e schakelaar 30 sec. Aan/uit, de 2e 5 sec.

Aan/uit en de 3e laat je ongemoeid. De hete lamp hoort dan bij schakelaar 1, de warme bij 2 en de koude bij 3.

*Oplossing 2:

(36)

36

Opdracht 2:

Verbind deze negen punten door vier rechte lijnen te trekken zonder je pen van het papier te halen en zonder een punt meer dan één keer te raken.

Oplossing: Think outside the box. Letterlijk buiten de kaders denken; je hebt nog genoeg ruimte over buiten deze paar stipjes!

Opdracht 3:

Dit is een raadseltje: Een vader en zijn zoon zijn betrokken bij een ongeluk. De vader is op slag dood en de zoon belandt in het ziekenhuis. In de operatiekamer aangekomen roept de chirurg: “Ik kan deze jongen niet opereren, hij is mijn zoon!”. Hoe kan dat?

Oplossing: de chirurg is zijn moeder. Mensen die dit raadsel voor het eerst horen, verzinnen de meest bizarre familierelaties om de uitspraak van de chirurg te kunnen verklaren. Had de jongen een adoptie- en een biologische vader? Een stiefvader? Of gewoon een homostel als ouders?

(37)

Opdracht 4:

Waar bevindt zich de 7e dwerg?

* Oplossing: de zevende dwerg staat linksbovenin.

Let op. Voor alle opdrachten geldt: beschrijf wat je denkt als je op zoek bent naar de oplossing. Zo kan de docent samen met jou bekijken of je een starter, worker,

professional of master bent.

(38)

38

SAMENWERKEN

Uitleg: Gezamenlijk een doel halen, elkaar aanvullen, inspireren en ondersteunen.

Starter: Je helpt je medemens op verzoek.

Worker: Je ondersteunt teamleden op eigen initiatief.

Professional: Je levert een actieve bijdrage aan het groepsbelang.

Master: Je stelt het groepsbelang boven je eigen belang.

Mogelijke opdracht om erachter te komen waar de speler staat.

Speel het spel Jungle Survival.

(39)

Aan de hand van de helpende houding van de speler, kun je als begeleider zien of de speler een starter is. De speler helpt mee als hem dat wordt gevraagd.

De speler toont zelf initiatief om de teamleden te ondersteunen.

Hij laat de teamleden zelf nadenken en helpt ze bij het vinden van de juiste keuze.

De speler doet actief mee om tot een oplossing te komen wat van belang is voor de groep.

De speler is actief betrokken bij het spel. Nodigt andere

klasgenoten uit om creatief te denken, met hem mee te denken.

Hij stelt het groepsbelang boven zijn eigen belang.

(40)

40

Jungle Survival

Het doel van deze activiteit is elkaar overtuigen van het groepsbelang.

De spelers crashen met hun vliegtuig in Chili en moeten samen de juiste keuzes maken om te overleven…

Wat is er gebeurd?

Je team gaat in de meivakantie op excursie in de binnenlanden van Chili in Zuid-Amerika. Helaas crasht het kleine vliegtuig. Jullie komen terecht in het bergachtige regenwoud van Chili, ergens tussen de 100 en 500 km verwijderd van de bewoonde wereld.

Radiocontact is verloren gegaan 1 uur vóór de crash, dus de reddingsdiensten weten niet precies waar ze jullie moeten zoeken.

Het is nog winter op het zuidelijk halfrond (sneeuw, temperaturen rond het vriespunt), maar jullie dragen alleen vrijetijdskleding.

Gelukkig is, behalve wat snijwonden, schaaf- en blauwe plekken en wat gebroken armen en benen, niemand zwaar gewond geraakt.

Het vliegtuigje staat in brand en jullie hebben slechts kort de tijd om wat spullen uit het vliegtuig te halen.

Behalve de kleding die je nu draagt, heb je niets anders bij je, dus ook geen jas. Het is mogelijk dat je bereik hebt met je mobiele telefoon, echter zeer onwaarschijnlijk.

(41)

Doel

Jullie doel is om als team te overleven totdat jullie gered worden.

Kies van onderstaande lijst maximaal 10 voorwerpen die je uit het vliegtuig wilt halen. Daarna zal alles en iedereen die nog in het vliegtuig is verbranden.

Opdrachten

Eerst heb je 10 minuten de tijd om voor jezelf, dat wil zeggen:

zonder overleg met anderen, jouw eigen lijst te maken wat het team mee zou moeten nemen uit het vliegtuig.

Vertel na deze 10 minuten kort aan de groep wat er op de lijst staat.

Daarna heb je 30 minuten de tijd om als groep tot

overeenstemming te komen over de lijst met voorwerpen. Wijs een woordvoerder aan en licht de teamlijst toe.

(42)

42

De lijst

Kies 10 voorwerpen van onderstaande lijst.

Delen of gedeeltes van onderdelen meenemen is niet toegestaan.

• 6 doosjes met lucifers

• rol plastic zeil: 3m x 2m

• 1 krat cola light (12 liter totaal)

• 1 fles Bacardi

• 1 krat met bronwater (12 liter totaal)

• kleine gereedschapskist met hamer, schroevendraaier-set, zaag en spijkers

• kist met noodsignaal lichtkogels

• kleine EHBO-koffer: pleisters, bandage, ontsmettingsmiddel, schaartje, pijnstillers.

• Tri-band mobiele telefoon met infrarood zender en een half opgeladen batterij

• transistor radio

• tank met vers water (50 liter)

• doos met 36 x 50 g chocoladerepen

• schep

• een kleine handbijl

• handwapen met een magazijn met 20 kogels

• 20 m nylon touw

• doos met 24 x 20 g zakjes pinda’s

• tas met 10 kranten en 25 tijdschriften

• doos met zakdoekjes

• zak met 20 appelen

• elektronische rekenmachine

• laptop met modem en onbekende software, en accu (onbekend hoe vol)

• opblaasbaar 4-persoons reddingboot

(43)

• tas met 5 volleyballen

• kompas

• grote spuitbus met insectenkiller

• notitieboek en pen

• doos met 5 roze, warme truien van het merk Barbie

• kerstpakket met fles champagne, doos met luxe biscuits, doos met gehakt taartjes, een blikje kaviaar zonder ringopening, en een kerstmispudding

• spelletjesdoos met schaak, backgammon en een kaartspel

• naaidoos

• fluitje

• zaklamp

• doos met 50 nachtkaarsen (brandduur 6 uur)

• zak met 6 grote dekens

Belangrijk: er is niet één goede lijst, er zijn geen foute of goede keuzes. Neem mee wat jij belangrijk vindt.

(44)

44

SOCIALE & CULTURELE VAARDIGHEDEN

Uitleg: In staat zijn om met mensen met etnische , sociale,

organisatorische en politieke achtergrond effectief samen te leren, te leven en te werken.

Starter: Je accepteert opgedragen veranderingen in jouw omgeving.

Worker: Je gebruikt zo nodig verschillende communicatiestijlen.

Professional: Je houdt rekening met de persoonlijke achtergrond van medemensen. Je leeft je in in jouw omgeving.

Master: Je staat open voor gevoelens en behoeften van anderen.

Mogelijke opdracht om erachter te komen waar de speler staat.

Maak individueel een mindmap en in groepjes een placemat.

(45)

Je accepteert als de dingen soms anders gaan dan jij gewend bent.

Je bent in staat om verschillende communicatiestijlen te

gebruiken. Zoals bijvoorbeeld toegeven, samenwerken, forceren of ontwijken.

Je bent je bewust van de achtergrond van andere mensen. Je verdiept je in hun wereld en houdt er rekening mee.

Je kunt je verplaatsen in de ander en daar ook naar handelen.

(46)

46

Energizer

laat de spelers ervaren hoe het is om blind te zijn of slechtziend.

Laat de spelers een hindernis lopen met bijv. een blinddoek.

Opdracht

Gewoonten in de klas. Tussen de spelers zijn veel verschillen in de gewoontes die ze van thuis meekrijgen. Laat elke speler een mindmap maken over hun gewoontes en laat ze er daarna over vertellen.

Tot slot laat je de kleine groepen een placemat invullen, waarbij ze eerst hun eigen gewoonten opschrijven in de hoek van het vel en vervolgens in het midden de overeenkomsten van elkaar opschrijven.

Vb. Mindmap

(47)

Vb. Mindmap

(48)

48

BLIJF OP DE HOOGTE

Extra informatie rondom het spel is te vinden op de website www.21stcenturyskillsgame.nl

Dit spel is constant in ontwikkeling en wordt veranderd en verbeterd op basis van ervaringen.

We staan open voor nieuwe ideeën en suggesties om het spel nog beter te laten aansluiten bij de doelgroep. Neem dan contact op met info@21stcenturyskillsgame.nl

Wil je meehelpen en meepraten over het spel, laat ons dat weten en we voegen je toe aan de Facebookgroep 21st century skills game, zodat we van elkaar kunnen leren en met elkaar kunnen optrekken.

We zijn ervan overtuigd dat online samenwerken niet meer weg te denken is uit deze eeuw.

Ben jij klaar voor de 21e eeuw?

(49)

21ST GAME EXPERIENCE

Op zoek naar een alternatief voor de jaarlijkse schoolreis?

Een dag lang met je klas, team of organisatie spelen - leren - ontdekken - bouwen en ervaren dat je veel meer kunt als je samenwerkt en als je doet wat je echt leuk vindt. Theoretische vaardigheden praktisch toepassen in concrete opdrachten. Lees in ons gratis digitale magazine de ervaringsverhalen over de Game Experience.

(50)

50

(51)
(52)

52

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Tijdens deze les gaan de leerlingen ervaren wat het verschil is tussen poëziealbums en vriendenboekjes enerzijds en informatie delen via internet zoals Snapchat en Facebook

Voor alle opties: Leg uit waarom je deze foto, dit plaatje, dit citaat of deze eigenschappen hebt gekozen.. Bijvoorbeeld: Wat maakt die foto zo

Hans Heerkens (2003), een onderzoeker aan de Universiteit Twente, heeft in zijn proefschrift onderzoek gedaan naar het verband tussen het aantal argumenten voor en het gewicht

The subgroup in this study consisted of experts, which (a) had knowledge of 21 st Century Skills, (b) were familiar with Bloom’s taxonomy and visions of learning, and (c)

Concluderend uit de resultaten van dit onderzoek is er een zeer zwak, maar wel significant, positief verband tussen het aantal positieve argumenten gegeven voor een attribuut en het

© lokaal bestuur Koksijde, 2020 samenstelling: Joeri Stekelorum, algemeen directeur versie 23-08-2020.. Wie zelf meer informatie heeft over deze straatnaam kan contact nemen met

Nou, dan konden ze niet anders dan erkennen dat Christus in Paulus had gesproken, want door hem hadden ze het evan- gelie gehoord en het ook aangenomen.. Ze moesten zichzelf maar

In tegenstelling tot wat Gastmans en Van den Heuvel beweren, neemt geen van