• No results found

Evaluatie minimabeleid Gemeente Cranendonck

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Evaluatie minimabeleid Gemeente Cranendonck"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Evaluatie minimabeleid Gemeente Cranendonck 1. Inleiding

Bij de heroverweging minimabeleid is afgesproken een evaluatie van het minimabeleid te houden in het najaar.

Dit is op basis van de halfjaarcijfers 2015. Op diverse onderdelen, zoals genoemd in de heroverweging minimabeleid geven we aan waar we staan. Zowel wat betreft kosten als bereik.

U vindt een vergelijking van gerealiseerde aantallen eerste half jaar 2015 ten opzichte van:

- 2014

- prognose en/of ambitie in de heroverweging

Per onderdeel van het minimabeleid staan een toelichting op cijfers en bijbehorende ontwikkelingen.

2. Evaluatie

Kosten minimabeleid

Kosten 2014

Begroting voorafgaand heroverweging

minimabeleid

Prognose heroverweging

minimabeleid

Kosten 1e halfjaar 2015

Prognose 2015*

Bijzondere bijstand € 172.156 € 168.807 € 170.000 € 62.657 € 140.000

Toename bijzondere bijstand € 17.000

Ruime interpretatie

noodzakelijkheid bijz bijstand

€ 17.000 Individuele inkomenstoeslag Langd.toeslag:

€ 39.509

€ 29.174 € 30.000 € 20.050 € 28.000

Kinderparticipatie € 8.461 € 19.278 € 27.900 € 11.700** € 15.000

Stimapa € 69.135 € 61.200 -- € 1.495*** --

Regeling maatschappelijke participatie volwassenen

€ 13.800 € 1.500 € 6.000

Totaal € 289.261 € 278.459 € 275.700 € 97.402 € 189.000

*schatting op basis van kosten 1e halfjaar 2015 en ervaringsgegevens over verloop gedurende het jaar

** Toegekend bedrag aan Kinderparticipatie: 52 x 225. Het daadwerkelijk besteed bedrag is 1.603.

*** Bedrag dat nog is uitgekeerd voor Stimapa 2014. Per 2015 is deze regeling vervallen.

De boven vermelde bedragen begroting voor bijzondere bijstand en individuele inkomenstoeslag wijken af van de vermelde bedragen bij de heroverweging minimabeleid (€168.807 → €170.000 en €29.174 → €30.000). Reden hiervan is een correctie op de jaarlijkse indexering (nullijn). Deze was nog niet verwerkt bij de heroverweging minimabeleid.

Bereik minimabeleid

Aantal aanvragen 2014

Geschat/ambitie aantal aanvragen

Aantal aanvragen 1e halfjaar 2015

Aantal aanvragen op jaarbasis*

Bijzondere bijstand 261 -- 158 316

Individuele inkomenstoeslag 112 -- 53 74

Kinderparticipatie 22 124 kinderen 52 kinderen 104 kinderen

Regeling maatschappelijke participatie volwassenen

Ambsthalve toekenning

138 15** 60

*schatting op basis van aantal aanvragen 1e halfjaar 2015

**15 aanvragen zijn binnengekomen, regeling is nog niet van start gegaan in eerste half jaar 2015.

(2)

Bijzondere bijstand

In de heroverweging minimabeleid is rekening gehouden met toename van lasten van 10% in Cranendonck ten opzichte van voorgaande jaren. Cijfers over het eerste half jaar van 2015 laten deze geraamde toename niet zien.

Sterker nog, als deze cijfers representatief zijn voor het hele jaar, komen kosten lager uit dan in 2014.

Het aantal aanvragen bijzondere bijstand is in het eerste half jaar 2015 wel 9% hoger dan in dezelfde periode van 2014. Doordat er minder kostbare voorzieningen zijn aangevraagd in 2015 (bijv. vergoeding voor

tandartskosten) en er minder inrichtingskosten voor statushouders verstrekt zijn, zijn de lasten (nog) niet toegenomen. Dit lijkt incidenteel te zijn.

De lasten voor bijzondere bijstand voor bewindvoeringskosten nemen wel toe. Het gaat om € 39.573 voor het eerste half jaar 2015. Een verhoging van 85% ten opzichte van 2014. De oorzaken zijn dat steeds meer bewoners met een laag inkomen zich onder bewind laten stellen en de vergoeding voor bewindvoering vanaf 2015 fors door het Rijk verhoogd is. De sterke toename van bijzondere bijstand voor bewindvoeringskosten wordt al enige tijd besproken tussen de VNG en het ministerie van SZW. De gemeenten hebben nauwelijks mogelijkheden om deze kostenstijging in te dammen. Het ministerie van SWZ onderzoekt op dit moment de oorzaken van de toegenomen kosten voor beschermingsbewind en de mogelijkheden voor de gemeenten op de kosten te beperken. SZW heeft toegezegd medio 2015 met de resultaten van haar onderzoek naar buiten te komen.

Ruime interpretatie noodzakelijkheid

In de nota van wijziging is er 17.000 gereserveerd voor ruime interpretatie noodzakelijkheid. Er is een onderzoek geweest naar toepassing van een ruime interpretatie noodzakelijkheid. Hieruit blijkt dat de noodzaak breder in te zetten in de uitvoering niet altijd helder bleek. Dit heeft geleid tot het besluit om een pilot te starten om samenwerking lokaal te intensiveren. Concreet betekent dit dat een aantal klantmanagers van Werk & Inkomen in het sociaal team Cranendonck gepositioneerd worden. Dit leidt tot meer aanwezigheid in Cranendonck, versterking van het sociaal team en nog kortere lijnen. Het is de bedoeling dat de pilot op 1 januari van start gaat voor de duur van een jaar.

Individuele inkomenstoeslag

2015 is het eerste jaar dat de individuele inkomenstoeslag bestaat. Voorgaande jaren was dit de

langdurigheidstoeslag, die ambtshalve werd verstrekt. De toegekende bedragen zijn nagenoeg gelijk gebleven.

Het verschil zit in de individuele afweging of de aanvrager aan alle voorwaarden voldoet. Vandaar dat in de heroverweging de kosten voor 2015 lager zijn ingeschat dan de kosten in 2014. De kosten voor 2015 lijken iets onder het niveau van deze prognose uit te komen.

Kinderparticipatie

In 2015 zijn er aanvragen binnengekomen, waarbij 52 kinderen gebruik kunnen maken van de regeling. Er is per kind een bedrag beschikbaar van € 225, waarbij het totaal van toegekende kinderparticipatie € 11.700 bedraagt.

Het daadwerkelijk besteed bedrag is € 1.603. Uitgaande van het toegekende bedrag kinderparticipatie in het eerste half jaar, bedragen de kosten voor 2015 € 23.400. Met name het daadwerkelijk besteed bedrag van

€1.603 valt veel lager uit dan begroot. De verwachting is dat net voor het nieuwe sportseizoen een piek aan bestedingen zal komen in verband met betalingen van contributie. Op basis van deze gegevens, verwachten we

€ 15.000 aan kosten kinderparticipatie in 2015.

Meerjarendoelstelling is een bereik van 50%. Dit komt neer op participatie van 124 kinderen. In het eerste half jaar hebben 35 gezinnen een aanvraag toegekend gekregen. Dit betekent dat er 52 kinderen bereikt zijn. Dit is een deelnamegraad van 42%.

Het eerste half jaar 2015 is ingezet op de keuze voor en voorbereiding van de webshop voor kinderparticipatie.

In deze periode heeft de stichting Leergeld aangegeven dat zij een prominentere rol kan spelen voor de

participatie van kinderen. Ondanks de aanstaande introductie van de webshop, was dit een interessant initiatief.

De mogelijkheden zijn nader onderzocht en de keuze is gemaakt om te onderzoeken of stichting Leergeld een centrale rol kan krijgen. Voordelen zijn: maatwerk en goede vraagverheldering, 1 duidelijk aanspreekpunt, meer regelvrijheid, persoonlijke aanpak en het inzetten van netwerken en fondsen. Daarbij kunnen zij door hun persoonlijke aanpak gezinnen stimuleren tot daadwerkelijke besteding van het bedrag.

(3)

Omdat Leergeld-vrijwilligers achter de voordeur komen bij mensen, kunnen zij ook signalen van problemen binnen een gezin doorleiden naar het sociaal team/lot. Hierdoor wordt kinderparticipatie beter ingebed in de totale leefsituatie van en ondersteuning aan gezinnen.

Daarbij is een constructie van stichting Leergeld samen met Jeugdsportfonds en Jeugdcultuurfonds interessant.

Zij kunnen alle drie hun landelijk, regionaal en lokaal netwerk inzetten om extra middelen te werven. Stichting Leergeld kan als intermediair optreden. Leergeld vormt de toegang en behandelt de aanvragen voor de drie stichtingen. We gaan verder in gesprek met stichting Leergeld, JSF en JCF om deze rollen uit te werken.

Dit zou betekenen dat de regeling Kinderparticipatie met bijbehorende webshop vervalt. Het budget dat vrijkomt, wordt gebruikt als inleg voor JCF en JSF en voor tegemoetkoming kosten stichting Leergeld.

Regeling maatschappelijke participatie volwassenen Cranendonck

De oude Stimapa regeling van voorgaande jaren bestaat niet meer. Dit was een vorm van categoriale verstrekking, die vanaf 2015 niet meer in dezelfde vorm toegestaan is. Voorheen werd deze ambtshalve verstrekt. Bij de nieuwe regeling ‘Maatschappelijke participatie volwassenen’, gebaseerd op groepskenmerken, moet individueel de afweging worden gemaakt of de aanvrager voldoet aan de voorwaarden. Daarom zijn kosten voor 2015 lager geraamd dan de kosten in 2014. De regeling is het eerste half jaar van 2015 nog niet van kracht.

Er zijn wel 15 aanvragen binnengekomen. Deze zijn verwerkt in de kosten 1e halfjaar 2015. Dit is echter niet representatief, omdat de regeling niet van kracht was en er dus nog geen ruchtbaarheid aan gegeven was. De verwachting is dat de kosten voor 2015 lager zullen uitvallen dan geraamd. Als de regeling de tweede helft van 2015 van start is met bijbehorende communicatie-inzet, zal het aantal aanvragen toenemen. De prognose van 2015 is € 6.000. Voor 2016 is het aannemelijk dat dit aantal nog verder zal stijgen. Het is wenselijk om voor de regeling wel het begrote bedrag van € 13.800 aan te houden, gezien de verwachte toename.

3. Financiële ruimte minimabeleid

In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de beschikbare middelen door het vervallen van categoriale bijzondere bijstand en extra middelen vanuit het Rijk (Klijnsma-middelen). Ook worden de gemaakte keuzes weergegeven voor aanwending van deze middelen bij de Heroverweging minimabeleid 2015.

Beschikbare middelen

Vervallen Stimapa 61.200

Gereserveerde Klijnsma-middelen

Totale financiële ruimte per 2015 61.200

Gemaakte keuzes

Verwachte toename lasten bijz. bijstand

(heroverweging minimabeleid) 17.000

Extra bijz. bijstand door ruimere interpretatie

noodzakelijk (amendement) 17.000

Extra uitgaven kinderparticipatie

(heroverweging minimabeleid) 8.622

Maatschappelijke participatie (amendement) 13.800

Berekende financiële ruimte 4.778

NB: de berekende financiele ruimte in de begroting wijkt hiervan licht af doordat de begrote bedragen in de heroverweging zijn afgerond op 1.000

(4)

Op een aantal onderdelen bedragen de kosten minder dan geraamd. Dit geldt m.n. voor:

1. Bijzondere bijstand:

- achterblijven toename van 10% lasten. Wel toename van aanvragen van 9%.

- nog geen extra kosten voor ruime interpretatie noodzakelijkheid 2. Kinderparticipatie

- lage kosten per deelnemer, bereik is gegroeid naar 42%

1. Regeling maatschappelijke participatie volwassenen

- nog niet van kracht, wel meegenomen in kosten 1e half jaar 2015

1. Bijzondere bijstand

Achterblijven toename van 10% lasten

Op basis van de lasten in de eerste helft van 2015 lijkt de verwachte toename van de lasten voor bijzondere bijstand in Cranendonck achterwege te blijven. Het aantal aanvragen is wel met 9% gestegen. Dit pleit ervoor, zeker met steeds verder toenemende bewindvoerderskosten om niet te corrigeren op het bedrag van

€ 17.000 voor toename lasten bijzondere bijstand.

De invoering van ruime interpretatie noodzakelijkheid

Hieruit blijkt dat de noodzaak breder in te zetten in de uitvoering niet altijd helder bleek. Dit heeft geleid tot het besluit om een pilot te starten om samenwerking lokaal te intensiveren. Dit pleit ervoor om niet te corrigeren op het bedrag van € 17.000 voor ruime interpretatie noodzakelijkheid.

2. Kinderparticipatie

Het bereik van de regeling Kinderparticipatie is goed (42%), de ambitie ligt nog wat hoger (50%).. De kosten zijn gering in het eerste half jaar. De verwachting is dat de piek nog komt. De prognose is € 15.000. Als Stichting Leergeld een centrale rol gaat spelen, zorgt dit waarschijnlijk voor een verdere stijging in bereik en daadwerkelijke besteding. Om hier financieel ruimte voor te houden, is het bedrag niet gecorrigeerd.

3. Regeling maatschappelijke participatie volwassenen

Het is aannemelijk dat het aantal aanvragen zal stijgen, zodra de regeling van kracht is en er ruchtbaarheid aan gegeven wordt. Daarom wordt op de geraamde € 13.800 niet gecorrigeerd.

4. Conclusie en voorstel

Het overzicht van het eerste half jaar 2015 laat zien dat er minder kosten zijn gemaakt, dan begroot.

Het verschil bedraagt in totaal: € 40.448. De verschillen zitten met name in bijzondere bijstand. De verwachte toename van aanvragen en extra kosten ruime interpretatie noodzakelijkheid blijven nog uit. Bij kinderpartipatie is sprake van een deelnamegraad van 42% ten opzichte van de (meerjaren)ambitie van 50%. De daadwerkelijk gemaakte kosten zijn bijzonder laag. Verwachting is dat de piek in het tweede half jaar zal vallen (voor het nieuwe sportseizoen). De maatschappelijke participatieregeling is nog niet van kracht ten tijde van deze evaluatie. Er zijn al wel 15 aanvragen binnengekomen.

Er is onderzoek gedaan naar een gemeentelijke collectiviteit in 4 varianten, met daarbij een ander alternatief. Dit is een specifieke regeling chronisch zieken. Deze varianten en regeling zijn beschreven in de notitie

‘Tegemoetkoming ziektekosten’. Voorstel in de notitie is om vanaf 2016 de variant ‘Combi’ in te zetten. In 2015 kan dan als compensatie de specifieke regeling chronisch zieken en gehandicapten voor 1 jaar ingezet worden.

We beperken ons hier tot het financiële plaatje. Voor meer inhoudelijke informatie verwijzen we naar de notitie

‘Tegemoetkoming zorgkosten’.

(5)

Tabel: Kosten varianten ‘tegemoetkoming ziektekosten’

Doelgroep tot 110%

Doelgroep tot 130%

Financiële ruimte minimabeleid

Tekort doelgroep

110%

Tekort doelgroep

130%

Gemeentelijke collectiviteit

Start € 39.720 € 56.940 € 4.778 € 34.942 € 52.162

Extra € 49.650 € 71.175 € 4.778 € 44.872 € 66.397

Uitgebreid € 109.230 € 156.585 € 4.778 € 104.452 € 151.807

Combi € 60.540 € 87.396 € 4.778 € 55.762 € 82.618

Regeling chronisch zieken

€ 42.750 n.v.t.* € 4.778 € 37.972 n.v.t.

*Deze regeling is gebaseerd op individuele bijzondere bijstand waarbij eerder is vastgesteld dat de inkomensgrens 110% bedraagt.

Als voor 2015 de regeling chronisch zieken en gehandicapten ingezet wordt, bedragen de kosten € 42.750.

Er is een tekort van € 37.972 voor inzet van deze regeling.

Als in 2016 de gemeentelijke collectiviteit, variant ‘Combi’ ingevoerd wordt, bedragen de kosten € 60.540 voor de doelgroep tot 110% inkomensnorm en € 87.396 voor de doelgroep tot 130% inkomensnorm.

Er is een tekort van respectievelijk € 55.762 en € 82.618 voor inzet van deze variant.

Conclusies:

 In het eerste halfjaar 2015 is er minder besteed, dan begroot. Het verschil voor het eerste half jaar bedraagt € 40.448. Het is echter aannemelijk dat er in de toekomst meer gebruik zal worden gemaakt van bepaalde regelingen. Dit pleit voor het handhaven van dezelfde begrotingen.

 Alle varianten, zoals genoemd in de notitie ‘tegemoetkoming ziektekosten’ zijn niet mogelijk binnen de berekende financiële ruimte minimabeleid.

Dit betekent als er gekozen wordt voor een van de varianten uit de notitie ‘Tegemoetkoming ziektekosten’, er financiële ruimte gecreëerd moet worden.

Mogelijkheden

Wtcg/CER gelden

Vanaf 2015 zijn deze middelen toegevoegd aan het deelfonds Sociaal Domein. De toevoeging bedraagt € 216 miljoen in 2015, € 266 miljoen in 2016 en vanaf 2017 structureel € 268 miljoen. Het aandeel van de gemeente Cranendonck bedraagt ongeveer € 271.000 in 2015 en € 237.000 in 2016 en € 239.000 vanaf 2017. Met het vaststellen van het ‘Beleidsplan Wmo A2-gemeenten 2015-2018’ heeft de Raad besloten de beschikbare

middelen vooralsnog in te zetten voor de daadwerkelijke zorg en ondersteuning van de nieuwe doelgroep/Awbz.

Verwachting is dat deze middelen niet geheel benut worden. Het bedrag dat nodig is voor de gekozen variant, kan bekostigd worden uit het restant van deze middelen.

Afschaffen regeling maatschappelijke participatie volwassenen

De Raad heeft door middel van een amendement besloten om deze regeling in te voeren. De geschatte kosten zijn € 13.800. Met het stopzetten van deze regeling valt er € 13.800 vrij om in te zetten ter compensatie van zorgkosten. Het heeft echter niet de voorkeur, vanuit het oogpunt van rechtzekerheid, om de regeling na invoering direct te laten vervallen.

(6)

Voorstel

Tegemoetkoming zorgkosten 2015

De kosten van de specifieke regeling chronisch zieken en gehandicapten bekostigen uit de financiële ruimte die in 2015 ontstaat bij bijzondere bijstand en minimaregelingen.

2016 en verder

De kosten voor de gemeentelijke collectiviteit, variant Combi bekostigen uit de financiële ruimte die ontstaat bij middelen voor ‘daadwerkelijke zorg en ondersteuning van de nieuwe doelgroep/AWBZ’.

Kinderparticipatie

De gemeentelijke regeling kinderparticipatie te laten vervallen per 2016.

Te kiezen voor een constructie waarbij Stichting Leergeld een centrale rol speelt in combinatie met Jeugdsportfonds en Jeugdcultuurfonds.

De middelen die vrijvallen, € 27.900, in te zetten voor:

- Inleg Jeugdcultuurfonds en Jeugdsportfonds, waarbij de fondsen zelf ook geld werven.

- Tegemoetkoming kosten Leergeld

Mits we met partijen tot goede randvoorwaarden en uitvoeringsafspraken kunnen komen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Van de minima die hebben aangegeven geen gebruik te maken van (een deel van) de gemeentelijke voorzieningen waar zij voor in aanmerking komen, geeft het grootste deel (45%) aan

voorliggende voorziening door de gemeente geaccepteerd. Belanghebbende is niet verplicht zich te verzekeren bij Zorg en Zekerheid. 3) De (eventuele) eigen bijdragen van de

Voorstel nieuw beleid: huishoudens met een inkomen tot 110% en een laag vermogen die een eigen bijdrage voor een WMO-voorziening moeten betalen die niet door de CZM wordt

13. Geeft u alstublieft aan of u gebruik maakt van een PGO en/of een patiëntportaal.. e volgende vragen gaan specifiek over een patiënt portaal. Heeft u bij vraag 13 aangegeven dat u

Dan kunt u met dit aanvraagformulier bijzondere bijstand aanvragen voor deze kosten.. • Hebt u

Deze ontwikkelingen kunnen verschillen met die voor huishoudens met een bijstandsuitkering of minimumloon, enerzijds doordat er specifieke regelingen zijn voor

In tabel 2.1 is aangegeven welk deel van de gemeenten beleid voor de terugdringing van niet -gebruik van bijzondere bijstand of andere vormen van gemeentelijke

In de samenwerking van de vijf peelgemeenten is een gezamenlijk conceptprogramma opgesteld voor de Bijzondere bijstand, Minimaregelingen en Schulddienstverlening voor 2018 en