1
Borstsparende behandeling
Borstsparende behandeling
Deze informatie maakt deel uit van de Behandelwijzer Borstkanker.
De operatie
Bij een borstsparende operatie wordt de tumor met voldoende omringend gezond weefsel verwijderd. De borst zelf blijft zoveel mogelijk behouden. Als de tumor niet voelbaar is (ook ‘niet palpabel’ genoemd), wordt de tumor van te voren gemarkeerd, dit heet lokalisatie.
Na het verwijderen van de tumor wordt de ontstane holte gesloten door het verplaatsen van het resterende borstweefsel (oncoplastische chirurgie). Tijdens de operatie worden enkele kleine metalen clips in de borst achtergelaten om later de bestraling zo precies mogelijk uit te kunnen voeren. Deze clips zijn niet voelbaar en hoeven na de bestraling niet verwijderd te worden.
Lokalisatie van de tumor
Lokalisatie met een jodiummarker
Een jodiummarker is een kleine radioactieve marker van ca. 5 mm die door de radioloog in de tumor geplaatst wordt. Met behulp van de straling die deze marker afgeeft, kan de chirurg de tumor tijdens de operatie opzoeken. Tijdens de operatie wordt gecontroleerd of de marker verwijderd is. Een jodiummarker kan langere tijd in de borst aanwezig blijven, bijvoorbeeld tijdens de periode van chemotherapie voorafgaand aan een operatie.
Draadlokalisatie
Een alternatief voor een jodiummarker is het plaatsten van een draadje door de tumor. Dit wordt kort voor de operatie door de radioloog gedaan.
2
Schildwachtklier
In veel gevallen zal de operatie van de borst gecombineerd worden met het verwijderen van de schildwachtklier of -bij een bekende uitzaaiing in de oksel- een gemarkeerde klier.
Praktische informatie
De operatie gebeurt in dagbehandeling.
De operatie vindt altijd onder algehele narcose plaats De operatieduur is anderhalf tot twee uur.
Als de operatie klaar is, wordt u weer wakker in de uitslaapkamer. De chirurg belt uw contactpersoon om te vertellen hoe de operatie is gegaan. Als u goed wakker bent, gaat u naar de afdeling terug.
De wond wordt gehecht met oplosbare hechtingen en soms bedekt met een pleister.
Douchen mag vanaf de dag na de operatie.
Zwemmen en baden mag weer na de eerste controle op de polikliniek, als de wond goed dicht is.
Het dragen van een BH mag, maar hoeft niet. Belangrijk is dat het comfortabel aanvoelt. Soms is een sport BH de eerste tijd prettiger.
Klachten na de operatie
Bij pijn of misselijkheid na de operatie kunt u van de verpleegkundige medicijnen krijgen om de klachten te verminderen. Aarzel niet om dit te vragen. Na de operatiedag is
paracetamol meestal voldoende om eventuele pijn te verminderen. Lichte pijnklachten en soms steken in de borst zijn normaal na een borstsparende operatie. Neem bij twijfel contact op met het mammacentrum.
Mogelijke complicaties
Iedere operatie geeft een kans op complicaties. Wij doen er alles aan om die kans voor u zo klein mogelijk te maken. Mogelijke complicaties van borstbesparende operaties zijn:
nabloeding, infectie, longontsteking, trombose.
Rookt u? Dan raden wij u aan zo lang mogelijk (liefst meer dan 6 weken) voor de operatie te stoppen met roken. Roken vernauwt de bloedvaten waardoor er een grotere kans is op wondgenezingsproblemen, bovendien wordt de kans op een longontsteking na de narcose door roken vergroot.
Weer thuis
Doe het de eerste dagen nog rustig aan. U kunt uw arm aan de geopereerde zijde gewoon gebruiken maar forceer niets. Autorijden mag pas als u het stuur weer optimaal kunt hanteren en zonder belemmeringen noodmanoeuvres kunt uitvoeren.
Wanneer contact opnemen?
Neem contact op met ons indien:
3
de wond veel nabloedt,
er tekenen van infectie zijn: koorts, roodheid van de wond, toename van pijn, zwelling,
er veel vochtophoping (seroom) is,
u vragen heeft of ergens ongerust over bent.
De uitslag
Het verwijderde weefsel wordt onderzocht door de patholoog. Bekeken wordt onder meer of de tumor volledig is verwijderd en – als er ook een of meerdere lymfeklieren verwijderd zijn – of er uitzaaiingen zijn in deze lymfeklier(en). U krijgt de uitslag hiervan ongeveer tien dagen na de operatie tijdens het polibezoek bij de chirurg. U kunt, indien gewenst, uw pathologieverslag opvragen of uw dossier inzien via Mijn Tergooi (inloggen met DigiD).
Bestraling (radiotherapie)
Na een borstsparende operatie wordt meestal geadviseerd de borst te bestralen om de kans op terugkeer van de kanker in de geopereerde borst te verkleinen. De bestraling start 4 tot 6 weken na de operatie en vindt meestal plaats in het Antoni van Leeuwenhoekziekenhuis, soms in een van de universitaire centra in de regio. Bestraling van de borst
gebeurt dagelijks, op werkdagen, gedurende 3 tot 4 weken. Bestraling kan bijwerkingen geven op korte en lange termijn.
Resultaat
De vorm en structuur van de borst kan door de operatie en de bestraling veranderen. De mate waarin is vooraf moeilijk te voorspellen. Het cosmetisch eindresultaat is vaak pas zes maanden tot een jaar na de operatie te beoordelen. Als de operatie cosmetisch gezien voor u niet het gewenste resultaat heeft bereikt, bespreek dit dan in ieder geval met uw chirurg.
Hij/zij kan u doorverwijzen naar de plastisch chirurg.
Tot slot
Bij vragen of klachten kunt u contact opnemen met het Mammacentrum: Polikliniek 51, Tergooi locatie Hilversum, T 088 753 16 40
E-mail: mammacentrum@tergooi.nl
Bij acute problemen buiten kantoortijden kunt u contact opnemen met de afdeling Spoedeisende Hulp locatie Hilversum, T 088 753 15 60.
Contact
Mammacentrum T 088 753 16 40
klantcontactcentrum@tergooi.nl
4
Ma t/m vr 08:00 – 16:30 uur
