• No results found

Praktijkgericht onderzoek naar betekenisvol leren met verhalen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Praktijkgericht onderzoek naar betekenisvol leren met verhalen"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Nathanson, S., J. Pruslow & R. Levitt (2008). “The reading habits and literacy atti- tudes of inservice and prospective teachers: Results of a questionnaire survey”. In:

Journal of Teacher Education, 59 (4), p. 313-321.

Ryan, R.M. & E.L. Deci (2000). “Intrinsic and extrinsic motivations: Classic defini- tions and new directions”. In: Contemporary Educational Psychology, 25, p. 54-67.

Sullivan, A. & M. Brown (2013). Social Inequalities in Cognitive Scores at Age 16: The Role of Reading. London: Centre for Longitudinal Studies.

Vansteelandt, I., S.E. Mol, D. Caelen, L. Landuyt & M. Mommaerts (2017).

“Attitude profiles explain differences in pre-service teachers’ reading behavior and competence beliefs”. In: Learning and Individual Differences, 54, p.109 -115.

Ronde 5

Miriam Limpens & Erna van Koeven Hogeschool Windesheim, Zwolle Contact: meep.limpens@windesheim.nl

Bh.van.koeven@windesheim.nl

Praktijkgericht onderzoek naar betekenisvol leren met ver- halen

1. Afnemende aandacht voor verhalen in de onderwijspraktijk

Met het verdwijnen van ‘de grote verhalen’ in onze samenleving en de komst van steeds meer onderwijsmethodes lijkt het soms alsof verhalen op school er minder toe zijn gaan doen. Het vertellen van persoonlijke verhalen is (vooral op de basisschool) nogal eens vluchtig en niet gericht op nadenken over de inhoud en de manier van vertellen.

Vertellingen komen lang niet overal meer voor en voor voorlezen is niet altijd tijd. Vrij lezen in zelfgekozen boeken wordt weliswaar als belangrijk gezien, maar dan vooral om de leesvaardigheid of de literaire competentie te verbeteren. Er is niet altijd aandacht voor de vraag wat een verhaal met een leerling doet. En als verhalen al in methodes zijn opgenomen, dan hebben ze een uitgesproken didactisch doel en heten ze ‘anker- verhalen’ of ‘sleutelverhalen’. Er komt een aantal van tevoren geselecteerde moeilijke woorden in voor of een moreel probleem dat met behulp van bijbehorende vragen met de leerlingen kan worden besproken.

2. Lerarenopleiding basisonderwijs

47

2

Conferentie 32_Opmaak 1 29/10/18 10:33 Pagina 47

(2)

2. Een toekomst met verhalen

Maar er is ook een andere kant. Buiten het onderwijs is juist veel belangstelling voor de kracht van verhalen (zie bijvoorbeeld de tweejaarlijkse conferentie Narrative Matters). Menselijke hersenen zijn uitermate geschikt voor het begrijpen van verban- den en dus voor het begrijpen van verhalen (Newkirk 2012). Het belang van levens- verhalen wordt al langer gezien in de zorg (Bohlmeijer e.a. 2007) of in het bedrijfsle- ven (zie de aandacht voor Ted-talks). Ook is steeds meer aandacht voor narratief onder- zoek, ook in het onderwijs (Kelchtermans 2016). De laatste jaren neemt de aandacht van onderwijswetenschappers voor verhalen in het onderwijs zichtbaar toe. Het gaat dan bijvoorbeeld om het beter leren kennen van jezelf en van anderen door levensver- halen (Moenander & Woods 2017; Leeman 2016; Schaafsma & Van Koeven 2017).

Deze hernieuwde aandacht voor verhalen is niet in de laatste plaats te danken aan het denken over het onderwijs van de toekomst. Hoe dat onderwijs er precies uitziet, weet nog niemand, maar dat verhalen er een rol in spelen, lijkt duidelijk. Immers, niet het overdragen van kennis, maar creatief denken, samenwerken en (her)formuleren zijn belangrijke toekomstgerichte vaardigheden (SLO 2018). Toekomstgerichte (digitale) toepassingen en verhalen lijken dan ook onlosmakelijk met elkaar verbonden. Er zijn al mooie voorbeelden van, zoals het vertellen van verhalen in digital stories (zie bijvoor- beeld digitalstory.nl) of het inzetten van games om (oude) literatuur te leren begrijpen (Smits & van Koeven 2016).

3. Praktijkonderzoek in de Master Educational Needs

In de master Educational Needs van de Hogeschool Windesheim zijn we dan ook een onderzoeksgroep gestart waarin we ons middels praktijkgericht onderzoek afvragen op welke manieren verhalen kunnen worden ingezet om onderwijs betekenisvol te maken. Studenten kunnen daarbij zelf kiezen vanuit welk perspectief ze het gebruik van verhalen verder willen verkennen. Ze werken interessante projecten uit. Ireen voert in het sbo een onderzoek uit waarin ze start met een prentenboek en aan de hand daarvan haar eigen verhaal vertelt over een aan het boek ontleend thema. Vervolgens vraagt ze leerlingen om hun persoonlijke verhalen te tekenen en aan de hand van die tekeningen hun verhaal te vertellen. Mandy doet een onderzoek waarbij leerlingen hun favoriete passages uit kinderboeken kiezen en vervolgens uitleggen waarom een passage hun favoriet is. Femke laat leerlingen, op basis van het thema ‘ruimte’, in groe- pen scripts schrijven en vervolgens een digitaal verhaal maken. Stefanie zet de eigen levensverhalen van studenten Verpleegkunde in om te leren. Erica tekent met kleuters eigen verhalen naar aanleiding van een prentenboek. En Geja vraagt leerlingen om zich te verplaatsen in personen uit de geschiedenis en zich vervolgens voor te stellen hoe ze zich in die omstandigheden zouden voelen. In de meeste onderzoeken ontwer- pen de studenten een interventie en gaan ze na in hoeverre die als betekenisvol wordt ervaren door leerlingen en leraren.

32steHSN-Conferentie

48

Conferentie 32_Opmaak 1 29/10/18 10:33 Pagina 48

(3)

4. Wat leren we over verhalen en betekenisvol onderwijs?

We leren dat bestaande verhalen inspirerend zijn voor het vertellen van eigen verhalen.

Als aan de hand van een bestaand verhaal een eigen verhaal moet worden verteld, luis- teren en lezen leerlingen veel aandachtiger. Ze zijn emotioneel betrokken, worden nieuwsgierig en krijgen ideeën voor eigen verhalen.

We leren dat de leraar een belangrijk rolmodel is bij het vertellen van verhalen. Het is heel inspirerend voor leerlingen wanneer een leraar een eigen verhaal vertelt. Dat zorgt voor een grotere nabijheid en samenhorigheid.

We leren dat het van belang is om aandacht te hebben voor de structuur van verhalen.

Verhalen zijn nooit in één keer goed. Leerlingen hebben daadwerkelijk feedback nodig. Dat geldt zeker ook als er technologische toepassingen worden ingezet.

We leren dat het vertellen van verhalen mondeling of schriftelijk wordt verdiept wan- neer de verhalen ook worden verbeeld, bijvoorbeeld door ze te tekenen of door ze digi- taal te verbeelden.

We leren dat samenwerken bij het bespreken van verhalen en het construeren van nieuwe verhalen erg belangrijk is.

We leren dat het werken met verhalen (het analyseren van bestaande verhalen en het maken van eigen verhalen) vertraagt en aanzet tot denken. Dat zorgt voor verdieping en werkelijk leren.

We leren dat het van belang is dat werken met verhalen een routine wordt. Dat leidt ertoe dat de verhalen steeds beter worden.

We leren dat het motiverend en betekenisvol is om verhalen te delen met anderen, of dat nu is door ze te vertellen, door ze aan elkaar te laten lezen of door te werken met een website.

We leren dat werken met verhalen niet vanzelfsprekend als onderwijs wordt gezien door collega’s. Ze missen het overdragen van kennis en vragen zich af of de leerlingen wel werkelijk iets hebben geleerd.

5. Tot slot

Van onze eerste onderzoeksgroep hebben we veel geleerd. Zo viel ons op dat studen- ten een interventie uitvoerden en die onderzochten door leerlingen en collega’s naar

2. Lerarenopleiding basisonderwijs

49

2

Conferentie 32_Opmaak 1 29/10/18 10:33 Pagina 49

(4)

hun ervaringen te vragen met betrekking tot de betekenis ervan voor het onderwijs.

De verhalen zelf sneeuwden soms wat onder ten voordele van het vertellen over de betekenis ervan. In het studiejaar 2018-2019 starten we met een nieuwe onderzoeks- groep. Dat geeft ons de kans om onze bevindingen te verdiepen.

Referenties

Bohlmeijer, E., L. Mies & G. Westerhof (2007). De betekenis van levensverhalen.

Theoretische beschouwingen en toepassingen in onderzoek en praktijk. Houten: Bohn, Stafleu van Loghum.

Kelchtermans G. (2016). ‘The Emotional Dimension in Teachers’ Work Lives: A Narrative-Biographical Perspective’. In: M. Zembylas & P. Schutz (eds.).

Methodological Advances in Research on Emotion and Education. SpringerLink, p.

31-42.

Leeman, Y. (2016). “Met verhalen stevig in een superdiverse wereld komen staan”. In:

PIP-magazine, 91, p. 22-26.

Moenandar, S.J. & L. Wood (eds.) (2017). Stories of Becoming: The Use of Storytelling in Education, Counselling and Research. Nijmegen: Campus Orleon.

Newkirk, T. (2012). “How we Really Comprehend Nonfiction”. In: Educational Leadership, 69 (6), p. 28-32.

Schaafsma, F. & E. van Koeven (2017). “Levensverhalen van studenten”. In: PIP- magazine, 23 (99), p. 22-30.

Smits, A. & E. van Koeven (2016). “Onderwijs in de 21eeeuw”. In: Geletterdheid en schoolsucces. Online raadpleegbaar op: https://geletterdheidenschoolsucces.blog- spot.com/2016/12/onderwijs-in-de-21ste-eeuw.html.

SLO (2018). ‘Curriculum van de toekomst’. Online raadpleegbaar op: http://curricu- lumvandetoekomst.slo.nl/ct.

University of Houston Education (2018). ‘Digital storytelling’. Online raadpleegbaar op: http://digitalstorytelling.coe.uh.edu/index.cfm.

University of Twente (2018). ‘Conference Narrative matters 2018’. Online raadpleeg- baar op: https://www.utwente.nl/en/bms/narrativematters2018/.

32steHSN-Conferentie

50

Conferentie 32_Opmaak 1 29/10/18 10:33 Pagina 50

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Claartje zegt: "Het mag niet, maar ik ben wel nieuwsgierig.” Peter loopt naar de lage kast en neemt het doosje in zijn hand.. Ze bekijken het aan

Bohlmeijer heeft in zekere zin ook oog voor deze ruimte: Deze verhalen kunnen […] meer of minder ruimte laten voor het geestelijke.. 56 Ook stemt hij in met de idee dat er

In dit spel geven kinderen verschillende materialen als blokjes, stokjes, autootjes een functie en de poppetjes een rol met aandacht voor uitvoeren van handelingen met..

Gabriela is op zoek gegaan naar wat het zelf maken van een digi- tal story – op een manier die de leerlingen zelf kiezen – doet met de leesmotivatie van de leerlingen en Jolien

Bouwer & Koster (2016) stellen ook dat er niet te veel feedback in een keer gegeven moet worden en dat de feedback gericht moet zijn op het grootste probleem van de

Inmiddels zijn we vier jaar verder en is het aantal lessen uitgebreid naar tien lessen voor eerstejaarsstudenten en vijf voor tweedejaarsstudenten en zijn ook docenten geschoold in

In deze module leert de cursist hoe het eigen functioneren in de (beroeps)opleiding en/of stage wordt beïnvloed door enerzijds de persoonlijke ervaringen met sociale

Babs: Ik ken dan Mieke Kirkels die dat boek heek geschreven, naar aanleiding daarvan is er volgens mij ook een documentaire gemaakt en het NIOD heek een tentoonstelling gemaakt,