402
Toekomst van de
rechtshandhaving
C&ofon
Justitiële verkenningen is een gezarnen hjke uitgave van het Wetenschappehjk Onderzoek- en Documentatiecentrum van het ministerie van Justitie en Kluwer, Het tijdschrift verschijnt negen keer per jaar. Redactieraad
drs. A.C. Berghuis prof. dr.HO. van de Bunt rnr. NJ. Epker-Laverman mr, dr. JM. Nelen riir. dr. E. Niemeijer dr. B.A.M. van Stokkom mc drs. PiJ. van Voorst Redactie
drs. MAy. Klein-Meijer mc drs. P.B.A. ter Veer Redactieadres
Ministerie van Justitie, WODC Redactie Justitiële verkennisgen Postbus 20301 2500 EH ‘s-Gravenhage tas: 070-370 79 48 teL: 070-370 71 47 e-mail: pveer@best-dep.minjus.nl WOOG-documentatie Voor inlichtingen: Infodeak W000, 070-3706553 (09.00u.-13.00u.) e-mail: wodc-informatiedeak@minjus.nl Internet-adres: w.vw,wodc.nI Abonnementen
Justitiële verkenningen wordt gratis verspreid onder personen en instellingen die beleidsmatig werkzaam zijn ten behoeve van het ministerie van justitie. Degenen die in asnmerking denken te komen voor een gratis abonnement, kunnen zich uitsiuitend schriftelijk wenden tot bovenstssnd redsctieadres, Andere belangstellenden kunnen zich tegen betaling abonnereri. Zij dienen zich te wenden tot Kluwer afdeling klant-contacten.
‘“‘j(eeversverbond Groep uitgevers voor vak en wetenschap
Administratie en adreswijzigingen De abonnementenadministratie wordt verzorgd door
Kluwer afdeling klentcontacten, Postbus 878, 7400 AW Deventer, tel,: 0570-673449, automatische bestellijn: 0570-673511, tas: 0570-691555, email: juridisch@kluwer.nl
Adreswijzigingen ksnnen worden door gegevendoor het adreastrookje toe te zenden aan Kluwer afdeling klant-contacten.
Beëindiging abonnement Betaalde abonnementen kunnen tot uiterlilk 31 december van het opende abonnementejaar worden opgezegd. Bij niet-tijdige opzeggisg wordt het abon nement automatisch voor een jaar ver lengd. Gratis abonnementen kunnen desgevraagd te alles tijde beëindigd worden.
Abonnementsprijs
De abonnementsprijs bedraagt 6500 euro per jaar: studenten en AIDs 50,00 euro (gedurende maximaal vijf jaar). Betaling geschiedt bij voorkeur met de te ontvangen acceptgirokaarten. Nabestellingen
Losse nummers kunnen worden nabe steld bij Klswer afdeling klantcontacten. De prijs van losse nummers bedraagt 10.00 euro (exclusief verzendkoeten). Ontwerp
Hans Meiboom. Amsterdam ISSN: 0167-5850
Opname rai een artikel in dit tijdschrift betekent niet dat de irs/soud ervan het standpunt van de mis/ster van Justitie weergeeft.
14111
1
1
1
4
1
1’
1
1
ii
1
1
uh
1
II
1
1
1
1
‘tol
1
1
al
lIii
al
Bij
t1
Inii
iji
Ii
1j
1
I!I:bI
1
t
i[
1fl
bi
1h
0
S
t’!
iIiijjtIjj
1
0
0
0
0
01
1
13
1S
1
1
t
m
0
0
.0
0
S—0
S— SS
t
1
t
1
11
S
1
1
4’ c c 4’ > > 4’ o 4’ i3 0 cl) 4’> 2 04’ DE Eo 4’ 0 0 cl) cl) 0-4’ 0 0 cl) 0 cl) .0 cl) 0 0 4’ 0 0 z
1
1
1
1
t
1
*0.
0
S
15
De Matrix
Over de toekomst van misdaad en de inNchtïngenfunetie van de pohtie
AB, Hoogenboom
‘Ihata dedicatedfundingstrearn is estabhished to focus science and tech
nology attention tocrirnereduction
Recommendation 1 Foresight report Turning the Corner United King-dom
1tnprove law enforcernent capacity to jully engage in the scientific corn
munity.
Recommendation 1 Working Group on Science & Crime FightingAustra lia
Appoint ahigh level S7T policygroup, underpinned by a science and tech nology clearing home’
Recommendation 1 Working Group on Science & Crime Fighting Austra lia
Er zijn twee werelden. De een is een droom, De ander is de Matrix.,.De
22 eeuw Neo is een computerhacker, die door frinity wordt gevraagd een groep vrijheidstrijders te helpen, onder aanvoering van de illustere Morpheus. Deze groep verzet zich tegen zelfdenkende computers die de menselijke beschaving beheersen. De computers houden de mensen onder de duim door ze letterlijk in te pluggen in een virtual reality omge
ving, die er uit ziet als de20eeeuw zoals wij die kennen. Morpheus ge
looft dat Neo de uitverkorene is om de computer te verslaan en bevrijdt hem uit de Matrix. De groep bereidt zich voor op de allesbeslissende strijd met de beschermers van de Matrix, waarin fictie en realiteit dwars door elkaar heen lopen’.
Dit is de inleidende tekst op de video van de film,De Matrix,een cult
film over de ongewisse toekomst. De fantasie van een op hol geslagen scriptschrijver. We worden vergast op onwerkelijke beelden, fantastische nntwikkelingen en staaltjes van nngelonfwaardige technologie. Fictie en realiteit lopen dwars door elkaar heen. Ongeloofwaardig?
De 2O’ eeuw was de eeuw van de grootste wetenschappelijke vooruit gang in de wereldgeschiedenis. Meer kennis werd vergaard dan in alle
Deauteurrs als senior orderzoeker werkzaam bij het tOT te Den Haag en als bijzonder hoogler er Fo ensic Business Studies verbonden aan un ersrtet Nyenrode
0
1
1
Ii
ii
5
tii
i
Ii
It
1
t
1
Ij
Ii
14
lii’
ja
t-t
1
1
t
tt
t
S
t
t
1
t
c
1
1
Ï
1
1
1
1
1
iii
t
t
1
1
t
4
t
t
•11
t
t
4
t
•g
ii
‘t
d
11
11
o
—1
1
t
1
Ist
t
0 -I1
0
lid
•u
00
til!
to
L
fUll
1—0
a_w
1
c0
t
t
,.a
t
mES
“1
s
0
t
Sm
-:
Oe
il
2
1
1
1
1
1’
‘1
11
t
1
1
•1
1
t
t
4
1
1
1
1
t
t
1
1
1
t
1
ii
t
j
1
“t’
)0I
UP’
1
P1
lUit
1
1
1
t
1
11 september2001 en de reactie van de Europese Unie 33
roriSme.
3 En in december 1999 werd door de Europese Raad de aanbeve
ling gedaan om de financiering van terrori5ti5 actMteiten meer
gezamenlijk aan te pakken.4 Verder verraadt de interne correspondentie
van de Working Party0flTerroriSm in de Derde Pijler dat er de voorbije
jaren is gesproken over de opmaak van gemeenschaPPel9ke dreigiflgs analyses het fbrengen van ‘open’ situatierapPorten betreffende het
terrorisme in de Europese Unie, de structuur van de 0nderlinge bericht
gevingbij terroristische acties en de 0steufung van de aankomende
Lidstaten hij de opbouw van hun potentieel om met zulke acties om te gaan.°
Erg indrukWekkd1 is het allemaal niet. In vergelijking met het beleid
dat de Verenigde Staten in de voorbije decennia op federaal niveau heb
ben gevoerd stelt het zelfs niets voor. Maarhetprobleem met deze verge
lijking is natuurlijk dat het hierom tweezo verschillende grootheden
gaat: waar het in het geval van de Verenigde Staten gaat om een federale
staat met op het terrein van de binnen- en buitenlandse veiligheid
steedsmeer competetules op federaal niveau, hebbende Lidstaten van
de Europese Unie juist op dit punt hun eigen soevereiniteit niet of nau
welijks prijsgegeven 1-10e zou de EuropeseUniein het nabije verleden
duseenbeleid hebben kunnen voeren dat de vergelijkingmetdat van de
Verenigde Statenwélzou kunnen doorstaan?
Tegen deze tergrond moet de reactie van de Europese Unie op de aanslagen van 11 september als heel bijzonder worden gekwalificeerd: voor het eerst in haar geschiedenis is er zoiets als een algemeen anti
terrorismeid gef rmuleerd. Dit gebeurdeO20 september toen de
zogenaamde )BZ-Raad (Ministers van lustitie en Binnenlandse ZakelE in de eerste plaats een aantal maatregelen voor de Lidstaten zelf overeefi
kwam inzake de justitiële 5enwerking de 5enwerkiflg tussen de
politie- en inhichtingdm nsten, de aanpak van de financiering van ter
rorisme en de grensbewakE atregele0 die in het oog springenZijn
metname devolgende:
de 0orbereiding van een gemeenschaPPe jke definitie van terroris
tische actie;
de jnvoering van een Europees arrestatiebevel;
—de versnelde invoeringvanhet verdrag op de wederzijdse rechts
hulp;
de opbouw van een of meer gemeenschaPPe 1ke opsporingsteams be
staande uit politiemensen magistraten enegentvoordiger5van Euro
pol en (Pro)Eur0j05t die gespecialiseerdzijnin antiterr0r151e
—de rheteting van de justitiële coördinatievanstrafrechtelijke onder
zoeken betreffende terrorisme;
3 Qffi fjourn&v35]D996 L 273/-2
4 Official Joumat van 23-t 2-1999. C373d1
5 DezecorreepOndm is va het trefwoord EnfopOlte tracerer inde stukken van de CounCl
04.I
ii
11
Ii
‘t
Is
fl
ii
ii
1
1
11
1
Ij
1
t
er. •0 0 t t t 0 00 t 2 ± E 0 t 0± 2 — p±c2 0) — 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0
h
II
Ei
ii
1
II
1
81
1
1
1
1
1i
1111
.II
j
5
S
ii
1
a
t
1
1
1
1
1
t
1
1
1
S
1
t
t
Ii
iii,
1
1
t
t
11
1
1
1
t
4
1
1
1
ii
Its
iii
14$3
0 0 0 0 0 -cl cl dl 0 cl > <0 cl 0 cl -cl 0 cl cd (1 0 0 cl 0< dI» 0 0 0<» <0 cc
43
ii september 2001 en de reactie van de EeroPese Unie
van Sadam Hoessein zal/Zullen steufleil zal ook het risico van directe
actie tegen haar ‘symbolen’ toefleme0. Mochtendergelijke ontkke1i0
gen zich onverhoopt voordoen dan zullen zij een zsvare wissel trekken O
hetgeen5chaPPdhik antiterrorj5med in de Europese Unie. Dan
zal snel blijken of dit beleid voldoendendrachtig en achtdadig is.
Literatur
Benflett, Ch Amerika bijstaan NAVO_Kronek,\Niriter 2001/2002, pp. 67 BeflYOfl, L e.aPolice co_oPeratbonin Europe an
0
estigat/0n
UniversityofLeiceSter, Centrafor the
Study of Public Order, 1993
Bergen,R
Holy war Inn; inside the secret world of
Osama binLaden
New York,The Free PreSS, 2001
BinnefllafleVelighenh1et
Terrorisme aan het begin van de 21e eeuw; ig/ngsbeeId en positioneninO BVD
Den Haag, Ministerie van Binnen
landSe Zaken, 2001
Butler, R
The greatestthreat lraq, weapons of
masS destruction and the growinO crisis of global secunitY
New York, PublicAffairS,2000
Gettifla, N.
Les enjeux organiSationn&s de la lutte
contre le terrorisme
PariS, L.G.D.J,1994
Crettiez, X.,i. Ferret fred.)
Le silence des armes? L’EurOPe â I’épreuVe des separatismes uiolents
Paris, La Documentatbon FranÇalse,
1999
0 0
11S0fl, Ch R. Payfle
TerrOr! The West fighis back; the inside
story00the élite anti_terror squads
London, Papermac 1982
Donohue, 1.
Counter terrorl5t law and mergencY
powers in the United Kingdom 1922
-2000
Dublin, lrish Academic PreSS, 2001
Emersofl, S.
American jihad; the terronsls living among us
New York, The Free PresS, 2002
FijnaUt, C.
Het beleid van de renigde Staten tegen (internatïoJ terronsme tot 11
september 2001 (nog niet gepubli
ceerdj.
Hoffman, B.
Is Europe soft on terroriSm?
Foreigil policY Summer 1999
[hnp:I/wvf0mg0hcYc0
KlerkS,P
in Nederland, 1970
-7988
Amsterdam Uitgeveril RayOn, 1989 Lake, P...
6 nightmares the real threatS to American securitY
Boston, Linie, Brown and CompaflY. 2000
Miller,i. ea.
GermS biological weapons and
America5 secretwar
New York, Simon &SchuSter, 2001
Muller, E.
Terrorisme en politieke verantwoorde
lijkheid; gijzelingen aanslagen en
ontvoerin9 in Nederland
a
t
III
II
liii
9
hblilh
II1
cG
t N t t t t t t t t t t t t .c t t t t .t t -t tjustme Veefl9’ jrg. 28, nr. 4, 2002 46
schappelij betekenis van het fenomeen, zodatwede groeiende gevoe
lens van onveiligheid en de toenemende zorg over het handhaviflgS tekort in het juiste perspectief zouden kunnen zien. Tegelijk zouden we meer houvast hebbe1 voor het formuleren van het beleid, en voor het vaststellen van de richting en de omvang van de inzet van middelen ter zake,
Nu is het hoe dan ook los nog van de specifieke aspecten van crimina
liteit en stT g,eenchelijke zaak om de toekomst te
willen voorspellen Wanneer we,behalve een algemene 0uiding vat’
de richting van0ekornstige0ikkegen meer specifieke informatie
willen over de orde van grootte veronderstelt dat het gebruik van een
rekennt0l. Echter, zo’fl rekenmodl—met welkestatistisclw finesses en
70
ldighedanook samengesteld isbinnen de historisch gegeven
tarange al nimmer perfect. Evenmin is het vanzelfsprekend dat extra
poleren buiten dat k\vafltitatieve historische kaderiStoegestaan En dan
moet verder nog worden gevreesd dat het model zijn geldigheid geheel
verliest bij dwerkjk nieuwe maatschaPPjk 0jkkelinget’.
In het geval van criminaliteit zijn kwantitat uitgewerkte toekomst voorspellingen extra problematisch omdat we, uit de aard der zaak, de
huidige situatie al niet of uwelijk5 overzien. Zo kunnenweweliswaar
in eenfig/QD cijferbijb (1 luis e.a., 2001) lezen dat het aantal gere
gistreerde misdrijven annO 1999O1,3 miljoen is uitgekomen. Het is
echter ook een gegeven dat de feitelijke omvangvande criminalitt veel
en veel hoger is, het bekende dark rtumber probleem. Afgaande op de uitkomsten van de slachtO erefl(lête onder Nederlandse ingezetenen
van vijftien jaar en ouder bedraagt het aantal isdrijVe0in i999 ten min
ste 4,8 miljoen. Voegen we daar de slachtOffe0ze delicten en de om
vangrijke criminaliteit ten lastevanbedrijfsleven en overheid nog aan
toe,danzittenwearschijnuijk alles bijeenOofbovende tien miljoen
isdrijvCfl per jaar) Als dit laatste cijfer maar bij flderingwa zou
zijn wordt dusnog geen 2% van de misdrijveIin Nederland opgehel
derd, met de impliCat dat we van 98% niet van de hoedende rand
weten.
Afgezien van het principiële probleem dat we eigenlijk niet weten
waaroverwe het hebben,vormtde veelheid aan cijfers die inmiddels,
vanwegede 1tschappelij betekenis van het erschijn5 wèl over
ons wordt uitgestort een probleemOÇzich Al dat materiaal krijgt pas
zin, als het langsdelijnenvan eenmin ofmeeromvattende theorie kan
wordengeordend en geïnterpret
De strafgvan misdriIV inNederland anne 1999
Deeerder genoemde g1o%ccijferbpbeIgeeftinvierhonderd
pagina’seenindrukuekkhoeveel1 id aancijfers met betrekkingtOt
t) ‘4 t) t t) t) t) t) t) t) t) t) t) t) t) t) t’ E t) t) t) t) t) t) t’ 0
00 cc cc cc cL) cc cc cc 0 0 > cc 0
E
0 0 0•1
1
1
1
1
1
S
1
L
1
1
1
1
0) 0) 0) 00
E
0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 .0 0 0 0 0 0 .0 0 E 0 0 0 0 -c t) 0) 30 tO) 0?) 0’) 00 00 0 0 0 0) 0) 0) 0). 0) t) t -0) t 0) 0) 0)Ii
00) 0) 0)E
0)Justitiële Verkenningen, jrg. 28, er, 4, 2002 52
Figuur 1:Grafische weergave van het EhrhchmodeI
It,
d
informatie) rationeel om volledige en perfecte informatie na te streven; de betrokkenen zullen dus werken met subjectieve verwachtingen, die tot op zekere hoogte verbonden zijn met de objectieve waarden van de relevante grootheden;
—er is onder de bevolking sprake van een stabiele verdeling van de prefe
renties ten aanzien van criminaliteit en criminaliteitsbestrijding (risico houding, ethische waarden, lust tot/afkeer van geweld).
Het resultaat is, en ook daarin herkennen we de economische methodo logie, dat de interactie tussen alle betrokkenen wordt beschreven in een samenhangend stelsel van vergelijkingen met een goed gedefinieerd en stabiel evenwicht als oplossing.
Figuur 1 vat het model samen in een set van vraag- en aanbodcurven,7
Tegenover het door de (potentiële) daders verzorgde aanbod’ staat een ‘vraag’ naar delicten.
De aanbodcurve S geeft het totale aantal delicten weer dat zal resulte ren bij een gegeven, gemiddeld verwachte, netto-opbrengst per delict. Die netto-opbrengst is de resultante van: de te verwachten bruto-opbrengst (de ‘buit’), de directe kosten van de delinquent, het gemid delde gederfde inkomen bij legale tijdsbesteding, en de te verwachten
S
7 telders0
It *q
7 OntleendaanEhrlich (1996),p,48. Zie vooreen analytische representatie van de aan de curven ten grondslag liggende relaties Van Veithoven (1994), pp. 15 cv.
4
1
1
t
1
Ii
Ii
ii
al
.cca tin
t
In
1
1
h
s.
1
1111
1
t
11
11
II
11
II
‘1’
1
1
1
1
4 0 0 cn C’4 1. -ci
Economische nvalshoeken criminahteitsonderzoek 57
Figuur 3: Effect van vervagende grenzen
It,
d
q
nadenken over praktische regels die mogelijk misbruik moeten indam
men, net zoals we dat in het verleden hebben gedaan bij de
inzet
vanwapens, vingerafdrukken en telefoontaps. Uiteindelijk draait het, of we dat nu leuk vinden of niet, om een afweging van belangen, van meer of minder criminaliteit versus meer of minder privacy. Wanneer we erin zouden slagen het Ehrlich-model empirisch invulling te geven, dan zou den ve die afweging van belangen met meer kennis van zaken kunnen maken.
Globalisering
Een tweede belangrijke trend is de voortschrijdende internationalisering van economische en politiek-bestuurlijke verbanden. Daarbij dienen wat betreft de toekomst van de criminaliteit ten minste twee aspecten te worden onderscheiden. Ten eerste blijkt de globalisering samen te gaan met economische groei en stijgende welvaart. Als gevolg daarvan is er voor delinquenten meer te halen. In termen van het Ehrlich-model bete kent dat een verschuiving van de t-curve naar hoven; zie verder figuur 2. Ten tweede heeft de vervaging van de grenzen ïn combinatie met het alsmaar toenemende internationale personen- en goederenverkeer ge volgen voor het nationale karakter van de criminaliteit. In figuur 3 is dit tot uitdrukking gebracht in een gewijzigd verloop van de S-curve, met een draaipunt ter hoogte van de gemiddelde netto-opbrengst van delic
S
d
grkefling jrg.28, nr.4, 2002 58
ten in de omringende wereldl1osWanneer de van
delicten in Nederland hoger ligt dan in de wereld om ons heen, heeft dit een anzuigen werking op dehnquenm van buiten omgekeerd zullen Nederlalldse delinquentefl hun heil zoeken in het buitenland, indien criminaliteit daar beter loont. Indien het inderdaad zo is, zoals in figuur
3, dat de nationale crimina1ittsnm1 in een hogere gemiddeldenettO
opbrengst per delict resultee dan elders (ongeacht of dat nu komt door een hoge(re welvaart, of door een idein(er) strafrisico) zal de criminali telt onherroepelijk toenemen met het openen van de grenzen.
Daar laat het Ehrlichmoddl het echter niet bij, want het vaarschUtvt
Ons voor een (onwensel1jk wedloOP tussen nationale staten. Bij verva
gende grenzefl is het voor nationale justitiële autoriteiten namelijk inte ressanter dan voorheen om een repressief beleid te voeren. In figuur 3 blijkt een verhoging van het strafrisico tot uitdrukking komend in een neerwaartse rschUiving van de a-curve een sterk(er) drukkend effect
op de criminaliteit te hebben. Door de van een delict in
de eigen jurisdictie onder het niveau elders te brengen kan een deel van de criminaliteit worden afgeschoven op de omliggende jurisdicties. Daar
ontstaat veiolgens de verleidingomeen zelfde weg te bewandelen om
het probleem weer (terug te exporterem enzovoort Er dreigt dus een wedlooP waarbij de landen elk afzonderlijk meer publieke middelen im
vesteren in de inaliteitsbest ing dan bij een gecoördineerd beleid
op basis van een aeging van de gezamenlijke kostenenbaten aange
wezen zou zijn. Het 0del wijst kortom, op de nselijkhe van een
internati0na gecoördineerd justitie en veiligheid5bed in de voetspo
ren van econom15c en politieke integratie. Sociale coltesie
De derde trend die ik aan de hand van het EhrliChm0d wil bespreken
isde afnetnende sociale cohesieinde nationale 5eflle\g Naarmate
het proces van socialisatie. dat wil zeggen het overdragen en aanleren
vannormen enwaarden in het gezin op school,indc buurt,inde kerk,
op het werk, beter geslaagd i.,zal het overtreden van die normen en
waarden voor de betrokkene een groter wannut’metzich ebrengen.
Daardoor zal de nettooPbre0g5t vaneendelict een hogere dremPel
waarde moeten 0schr1j0 voordathetplegen ervan de moeite waard
wordt. in termenvanfiguur1 betekent dit datdeScurve op een hoger
niveau, of anders gezegd meer naar links, ligt.
In de spelrheOreti5c literatUUr valt te lezen hoe een stabiel even
wicht kan ontstaan, waarin een stelsel van norrnefl en waarden zichzelf reproduceert Stel dat de situatie op de crimiflaliteitsmarkt corresp°°
deert met zon stabiel evenWiclt Watnuals de overheid vanwege
politiekide0b015 getinte 0rwegingenen!of financiële problemen
0) t t t t t t t t E t t t t t t t t 0 E t t t 0 t t t t t t t t t t t, t t E. 0) t t t t, t t t ‘0 to t
Justilme Verkennngen, jrg. 28, er. 4, 2002 60
met zich meebrengen, en dat het collectief organiseren ervan tot schaal-voordelen kan leiden, blijft daarbij buiten beschouwing. Vanuit
efficiëntie-oogpunt wordt er dan altijd te weinig gedaan.
In de tweede plaats wordt geen recht gedaan aan de taak van de staat. Zolang de dader bekend is en de schade qua aard en omvang verhaal-baar, is er niets op tegen om het beschermen tegen en verhalen van de schade over te laten aan het particulier initiatief en het civiele recht, Dat wordt echter fundamenteel anders, wanneer de dader eerst opgespoord moeten worden, zodat bij redelijke kosten de pakkans kleiner is dan
100%.Wilhet strafrisico vanuit efficiëntie-perspectief een voldoende af
schrikkend effect hebben, dan zal de strafmaat navenant hoger moeten zijn dan de aangerichte schade, Bij het afdwingen van straffen die zwaar der (kunnen) zijn dan de met delicten aangerichte schade ligt mijns in
ziens de kernfunctie van het publieke strafrecht, een functie
waarvan
ikniet zie dat die in de particuliere hoek overgenomen
zou
kunnen worden.12
De
twee
voorgaande punten zijn ingegeven door een economischemanier van redeneren op basis van het efficiëntie-criterium, Tegenge
worpen kan worden dat
een
verdediging en toepassing vanhetefficiëntie-criterium verdacht veel lijkt op een normatieve stellingname, waarvan ik eerder heb gemeld dat die beter vermeden zou worden, In die zin moeten de twee punten dan ook niet worden opgevat. Wat ik wil dui delijk maken is dat de genoemde toekomststudies, door voorbij te gaan aan het feitelijk te verwachten gedrag in de particuliere sector en door op voorhand de kerntaak van de overheid ten aanzien van het strafrecht ter zijde te schuiven, een normatieve positie innemen, waartegenover an dere normatieve posities denkbaar zijn.
Conclusie
Door dit artikel lopen een aantal lijnen.Als hetgaat omdetoekomst van
de criminaliteitsbestrijding, zo wordt betoogd, moeten de interacties tussen wetsovertreders, (potentiële) slachtoffers en de overheid, zowel
watbetreft het plegen van delicten, het uitvoeren van particuliere
heveiligingsinspanningen, de publieke rechtshandhaving, als de ontwik keling van normen en waarden, in onderlinge samenhang worden bestu deerd. Die analyse dient eerst en vooral een positieve invalshoek te heb ben, zolang wij nog onvoldoende kijk hebben op een aantal belangrijke
effectenen samenhangen om metenige vrucht een normatieve discussie
te kunnen voeren,Het marktmodel’ van Ehrlich biedteen vruchtbare
basis voor zo’n samenhangende analyse.Indit artikel heb ik me beperkt
toteengrafische presentatie,dievoldoende aanknopingspunten bood
voor deillustratie van fundamentele samenhangenen voor de effecten
van belangrijke ontwikkelingen. Door de achterliggendevergelijkingen
4’ 4’ Ie -‘
1
1
ei ‘T 4t
1
1
0I•1
1
o
.E
-— t t,, Q 0 t,, t,, 0 t1
0 0 0 G) 0 c 0 0 0 0 0 0 (t
1
t
0,
00
0)
1
1
t
1
1
1
1
t
Ii’
Ii
1
1
1
1.
b1
1
‘8ii
ii
Ii
ii
•Ij
1
t’
II
S
1
1
1
t
1
t
:1
1
1
S
ii
t’
h
II
!1
11
fl
t4f2
1
1
1
1,
t
ii
t
III1
1
t
0 0 0 G3 0 00 00 0 Eo 00 0 0 EG 0 0 00 0 .0E 00 EE .0 CD 0 00 CD 0 0) .0 .0 0) 0 NEC to N 0 0 0 0 0 = 0 CC CC .0 0
lii
is
1
di
Ii
‘iiI
liii
11
aIH
e1
t
1
t: t: t: t: t: t: t: t: t) t) -t) 0) t:
t
1%ii)
1
•
a
‘jij
•cc’cc,
E
•g :;‘ c -4 ‘ t! t t t•-1
1
t
1
t
1
1
1
1
1
t
1
ij
ii
t
1
1
1
lii
11
1
1
It
1
t
4
t
*
1
t
1
t
t
t
1
0 0 0, 0 0 0 0 0 0 0 0) 0 0) 0) o_ 0)0 0 0) 02 0) () 0) 0) 0) 0 0) Ç) 0 0 0 >0 0
Toekomst mtsdaadbestriidtflg en pubiteke veiligheid 85
Castefls, M.
Into the new miliennium
The Information Society 3° jrg. 1998
Centra hatetligenCe Agency
Global trends 2075; a dialogue about
the future with nongovernment experts Washington DC, CIA, Nationat
ntefligeflce Council Report. 2000 {http//wwwcia9oV)
Chan,. J.
Globalization, reflexivity and the practice
of criminology
Australian and New Zealand journal of
crirninologY, 33°jrg., ne 2, 2000, pp.
118-135 Christie, N.
Crime control as industry
London Rouliedge, 1993 Cohen, S.
CriminolOgy and the sociology of
deviance
In; Rock, P,, M. Mclntosh [red.),
Deviance and social controf London,
Tavistock, 1974
Cohen. S.
Vis/ons of socia( control
Cambridge, Polity PresS, 1985 Cohen. S.
rime and po!itics; spot the difference
British journal of criminologY 47° jrg 1996, pp. 1-17
Departrilent of Trade and Industry
Just around the corner; a consultatiOn report
London, Foresight Crime Prevention Panel, 2000 ittp://
www.foresight.90v)
Department ofTradeand Industry
Turning the Corner
London, Foresight Crime Prevention Panel Consultation. 2001 [http://
wwwforesight,gov)
Dixon, P.
FuturewïSe sixf faces of global change London, Harper Collins, 1998
Ekblom, P.
Can we make crime prevention adaptive
by learning from otherevo(utionalY
struggies?
Studies on crime and crime
prevention 8° jrg.,nr.1, 1999, pp.
27-51
Ekblom. P.. N TiIley
Going equipped; criminology situatiOnal
crime prevention and the resourceful offender
British ournal of criminology, 40° jrg., 2000. pp. 376-398
Esping.AnderSol, G.
The three worids of welfare capitalism
Cambridge Polity Preas, 1990 Etzioni, A.
The spirit of communitY; the reinvention
of American society
New Vork, Touchstone Books, 1994 Farrlngtofl, D.
Exp!ainintJ and preventing er/me; the
globalization of knowledge
CriminologY. 38° jrg., nr. 1, 2000 pp. 1-24
Felson, M.
Crime and evetyday life
Thousand Oaks, CA, Pine Forge Press,
1994
Felson, M., R. Clarke (red.) Business and er/me prevention Monsey. NV, Criminal Justice Press,
1997
Felson. M., II. Clarke
OpporlunitY makes the thief
London, Home Of8ce, Police research series paper 8, 1998
Fishflaan, R.
Urban Utopias; in the Twentieth Cent uty
New Vork, Rade Books, 1977 Foucault, Nl.
Discipline and punish
HarmofldsWorth, Penguin Books, 1977 Garland, 0.
The limits of the sovereign state;
strategies of crime control in
contemporarY society
British journal of crirninotogY, 36° jrg., ir. 1. 1996, pp. 445-471
0
t
t
1
1
t
1
tî
10
!IaI
1!
.41
t
t
1
1
1
1
1
1
1
t
1
t
4,
4
t4,
t
t
4
4
4,
t
t
1
Ii
1
1
1
j d — — 2 2
1
1
1
1
‘t ‘t’ ‘t ‘t ‘t -‘t ‘t ‘t ‘t -‘t ‘t ‘t ‘t ‘t cs) 1 0 0 -d
z
0 0 (fl -J4Z 0 00
1
0— 00 0 0 t-t c 01
t
1
1
1
Eb
4
1
1
t
a
1
1
t
0 -I —. •••••••••h t...1
t
1
t
1
t
4)
E
E
cl)
1
1
1
1
ii
1
1iii
1
h
1
1
II
j
1
Elfl
S
uh
Summaries 97
The attacks of September 1 lth and the reactlOfl of the European Union
C. Fijnaul
In this article the author tackies the problem of the internatioflalisation of crime control. The terrorist attack on the Twin Towers in New York on
September llth 2001 is both pivotal and sting point of his argument
Eirstly, the policy on terrorism in the European Union and the United
States before September ilth is elaborated upon. Secondly the author evaluates the reactiûflS on the attacks themselVes. He conciudes his article with a view n the future of the European Union policy on terrorism. In his point of view this policy ought to be a lot more decisive than it is today.
ProbabilitY and severity of punishmeflt and Ehrlich’S market model’; economic points of view for the study of crime
B.C.J. van Velthot’efl
This paper is an economic comment on three recent studies concerning the future develOpmefit of crime in the Netherlaflds. Firstly it is pointed out that hardly any attention has been paid to the quantiftcatiofl of expected sanctionS. the product of the probabi1i and the severitY of punishment. By combining variouS data the average sanction per crime at present is estimated to be 9 hours of imprisoflmefit plus a fine of
f1. 19. Secondly, it is brought to remembraflce that two econorn(etr)ic
studies have yielded quantified predictions of the development of crime
over time. According to these studies there is a dear role for the
probabiIi and severih’ of punishment. Thirdly, it is argued that the study of the future developmefit of crime bas to be grounded in an encompassing theoretic model. In discussing three important social developmetits it is shown that the ‘market model’ by Ehrlich may serve
as such.
Teetering on the edge; the futures of crime control and commUflitY safety
G. Hughes, T. McLaughlifl andf. Muncie
This article discusses possible futures and visions of crime control and the new politics of safety and security in the twenb’-first centurY. The authors begin by attending to the broad debates about the new ‘post-social’ society and related cultural derstandings of our present
conditiOn’ and competing scenarios of the future. The article then
examifles where mainStream poIicyre1evant’ criminological thinking and research may be heading. In particular the authors take up the debate about the shïfting boundaries of the subject and what appearS to be a potentially new paradigm of what constitutes the irninnl0gical’ and the new technologies of crime reduction, surveillance and control.
In the conciusionthey focus on theparallel development of whatmay
S t 0.) 0) 0.) .
-a
0)0 0)6 -ci) 9-0 041
01
i
i
JIJ’
In
1J
1111
1
1
8•
1
1
3a
1
ii
ii
III
Ii
S
îi
th1
1
1
1
1
j
ii”
102
justitiële VerkeflRifl9e1, jrg. 28, nr, 4, 2002
Crimin& Justice System’ prof. Rolf Loeber. Medical Center, University of
Pittsburgh, USA: Making up the
Balanc&. Sessies: (1) ‘Spatial behaVior of crime journey to crime’, prof.
George F. Rengert, Temple UniVerSity,
Philadelphia, USA +to be announced,
[2) Crime and victirniZ0n in
communitYcontext’: Robert Bursik.
UniverSity of Missouri, St. Louis, USA
+to be announced (3) ‘FuturS
foundations of Social Control’ : to be
announced+to be announced (4)
‘The trajectoiY approach as a
contribution to criminological theoi3l’:
Daniel S. Nagin, Carnegie Mellon
University, Pittsburgh, USA±Willem
Koops. Utrecht University, The
Netherlands (5) ‘Justificatioli and goals of punishment to be announced
+ to be announced (6) ‘International
justice’: iames Sheptycki, UniverSity of
Durham, UK+to be announced; 7)
‘The role of delinquent friends during
the life_coUrSe’: Mark Warr, University
of Texas at Austin, USA+to be
announced (8) ‘Crime interventions:
American/EUroPean develoPments in
juvenile delinqUencY and juvenile justice’: Barry C. Feld, Law School. UniverSity of MinneSota, Minneapolis,
USA+ Peter van der Laan, NSCR /
Leiden UniversitY, The Netherlands: (9) ‘Actuarial justice and crime control’. Malcolm M. Feeley, UniverSitY of
California, BerkeleY, USA+Ybo
Buruma, Catholic UniverSitY Nijmegen. The Netherlands
Plaats: Leiden, The Netherlands Organisatie: NSCR
In formatie: NSCR, ConferenceX. P.O.
Box 792, 2300 AT Leiden, The
Netherlands, e-mail: conferen
cexnScr.nl
120 Europese Congres over
psychologie en recht
Het thema van de conferentie is
Dangerousness violence and fear of
crime’. Wetenschappers die een
bijdrage willen leveren, kunnen hun voorstellen per email indienen voor 30
april 2002 en zullen een antwoord
ontvangen uiterlijk 1 juni 2002. De voertaal op het congres is Engels.
Datum: 14 tot 17 september 2002 Plaats: Leuven
Inlichtingen: Secretariaat van het
organiserend comité: Afdeling StrafrechL 5rafvordering en riminoiogie K.U. Leuven, H.
Hooverplein 10, B3000 Leuven, tel.: +32 16 32 53 00, fax: +32 16 32 54 63.
Email: andrea.00Slawkuvacbe
Informatie: Voor meer informatie over
het programma het indienen van ongresbiidragen de lokatie, het
wetenschappjk en organiserend
comité, allerhande praktische informatie, enzovoort wordt vewezen
naar de regelmatig ge_update website.
S *S S St—— a aa a.eeS
a
dli
1.1lln
S
1
1
1
1
j
t
1
1
1
t
t
Iii
1
.1111
1.
1
t
1
t
1
1
1
1
t
a
1
t
‘.
1
h
8
1
1
Ii
1
1
t
t41
1
t
ii
ul
11fl
1
h
dl
Literatuuroverht 111
effectieve behandeling te kunnen bieden.
Met literatuuropgave.
Jang, SJ BR Johnson
NeighborhOOd disordec individual religiosity and adolescent use of llhicit drugs; a test of multilevel hypotheseS
CrirninologY.39ejrg., nr. 1, 2001, pp.
109143
De auteurs zijn van mening dat de
opkomst van nieuwe theoretische en methodologische perspectieven noodzaken tot nader onderzoek over het ontstaan van drugsgebruik. Daarom willen zij ten eerste
onderzoeken wat de invloed is van het wonen in wijken met veel ordeloosheid
en ongeregeldheden. Ten tweede willen zij onderzoeken wat de invloed
is van religieuze gevoelens. Bil het
onderzoek werd gebruik gemaakt van gegevens over 1087 personen uit de
National \‘outh Survey, die bewerkt
werden met hiërarchische lineaire
modellen van Bryk en RaudenbuSh. Ook werd gelet op de binding van
respondenten met school en gezin.
Het blijkt dat de woonomgeving.
wanneer die zich kenmerkt door veel wanorde een belangrijke risicofactor
is. Een adolescent die in zon wijk
woont beleeft de wanorde als een
symbool van de teloorgang van
controlemechanismen waardoor ook
bindingen met gezin, school en
religieuze instituties sterk te lijden hebben. Een ander gevolg is dat jongeren de omgang gaan zoeken met drugsgebruikende leeftijdgenoten en een pro_drugshouding ontwikkelen. Verder laat het onderzoek zien dat individuele religiositeit als een butfer werkt tegen de kwalijke effecten van de achteruitgang van de kwatteit van
cle woonomgeving. De positieve
gevolgen van religieuze gevoelens op drugsgebruik worden sterker naarmate
de adolescent opgroeit. omdat in dat
proces morele waarden steeds duidelijker omlijnd worden. Met literatuurgave.
18
Cerncouich, S.A C.P Giordano
Stability and change in antisocial behaviOr; the transitiofl from adoles
cence to early aduithood
Criminology. 39e irg.. nr. 2. 2001, pp.
371-410
Verklaringen voor continuiteit van antisociaal gedrag onder adolescenten
en jong_volwassenen worden In de
criminologische literatuur onder meer geboden door de theorieën di.e worden aangeduid met de term Ïatent trait
(vroeg aanwezige antisociale trekken
nestelen zich vaster en bemoeilijken zo
sociale binding) en ‘life-courSe
volharding in delinquent gedrag maakt dat sociale binding afneemt]. Volgens dezelfde theorieën vinden positieve veranderingen in het gedrag plaats naar de mate waarin men er in de loop van de jaren in slaagt sociale binding aan te gaan en vast te houden. Binnen dit theoretisch kader hebben de auteurs van dit artikel een longitudinaal onderzoek uitgevoerd. dat zich richtte op drie onderzoeks liypotheses er bestaat een positief verband tussen delinquent gedrag tijdens de adolescentie en de fase van volwassenheid; er bestaat een negatief verband tussen jeugddelinquentie en de mate waarin men als adolescent en volwassene sociale banden heeft; het verband tussen jeugddelinquentie en delinquent gedrag als volwassene wordt zwakker naarmate men rnéér
grip krijgt op het vestigen van sociale
banden. De hypotheses werden aan
de hand van een twaalftal parameters
getoetst bij twee steekproeven van (voormalig] gedetineerde- (meting
1982 en 1992] en thuiswonende
jongeren (meting 1982 en 1995). Onderzoekers stellen vast dat vroege
a
1
1
113
Liter tuuro (jCht
beide aanzienlijk is, zowel voor de
0
derzoeksgr0eP als geheel als voor
de verschillet1 te onderscheiden leeftijdgrOeWn
Met literatUurOPga\m
ersaViflg
21
Farabee D., i. Jandafla e.a
AddiCtion careerS and crimifla!
specialisatiOfl
Crime & delinquencY. jrg., nr. 2,
2001 pp. 196-220
In dit artïkel doen de auteurs verslag
van een onderzoek naar de relaties tussen drugsverslaving en de
0
ntwikkeling van een criminele
carrière Zij wilden onderzoeken in hoeverre de mate van drugsverslavaw van invloed is op de mate van criminele specialisatie. Uit het onderzoek onder een steekproef van
ruim zevenduizend verslaafden kwam
naar voren dat er een significante relatie bestond tussen de fase van verslaving en het type delict dat men pleegde. Diegenen die verwikkeld raakten in een criminele carrière nadat
ze hun waren
begonnen hielden zich voornamelijk bezig met slachtofferloze vormen van criminaliteit Tegelijkertijd bleek uit het onderzoek dat verslaafden aan cocaïne, heroïne, alcohol een diverser criminaliteitspatroon vertoonden, maar dat ook voor hen gold dat ze zich relatief meer inlieten met slachtoffer loze vormen van criminaliteit dan met vormen van (eweids)criminteit waarbij wel sprake is van een
slachtoffer. De auteurs concluderen O
basis van dit onderzoek dat de
fankelijkheid van drugs niet zozeer
een verklarende factor is voor het
ontstaan van geweldscrinn teit,
maar eerder een bevorderende factor.
Voor slachtof[erl0 vormen van
criminaliteit aarentegei1 geldt dat
drugsgebruik zowel een verklareilde als bevorderende factor is.
Sachtotter5t
22
FelsOn, R.B i.Ackerman
Arrest for domeStic and other assaultS
Criminology, 39° jrg.. nr. 3. 2001, pp. 655-676
De politie wordt ersomsvan beticht
zich inschikkelilk Çd.w.Z. dat er geen vervolging komt) te gedragen tegenover een verdachte van wie blijkt dat hij een relatie heeft met het slachtoffer. Vooral in gevallen van huiselijk geweld zou dit duidelijk te zien zijn: de dader (altijd man) wordt niet gearresteerd De auteurs willen deze kritiek nader onderzoeken aan de hand van gegevens uit de National Crime Victimization SurveY voor de periode 1992-1998. Ze selecterden 4565 incidenten waarbil aangifte werd
gedaan vanwege bedreigingen of
fysiek geweld. Het onderzoek ging niet over beroving, erkrachtii1g. sexueel geweld of diefstal. Uit de logistieke
0 g 55
ievergeiijkingen komt naar
voren dat bij incidenten waarbij de dader een intieme partner is van het slachtoffer de politie vaker tot arrestatie overgaat dan in gevallen waar de dader een vreemde is. Dat komt omdat intimi makkelijk geïdentificeerd kunnen worden. Dit is
geen 00ersteuning voor de
Wat echter de kans op arrestatie van een
intimi verkleint, is het feit dat er in
gevallen van huiselijk geweld vaak geen getuigen aanwezïg zijn. Bij minder heftige incidenten vinden de auteurs juist wel aanwijzingen dat de politie zich ‘soepel’ opstelt. De auteurs menen dat wat lijkt op schikke%j heid, dat in werkelijkheiC niet is; er is geen sprake van tolerande van huiselijk geweld of geweld tegen vrouwen Daarbij komt dat de politie