• No results found

Vraag nr. 14 van 18 oktober 2001 van de heer CARL DECALUWE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 14 van 18 oktober 2001 van de heer CARL DECALUWE"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 14

van 18 oktober 2001

van de heer CARL DECALUWE

C u l t u u r b e l e i d s c o ö rdinator – A a n s t e l l i n g s m o g e l i j k-heden

De uitvoering van het gemeentelijk cultuurbeleid wordt in de meeste gemeenten georganiseerd via een VZW.

Naar aanleiding van het nieuwe decreet wordt vastgesteld dat vele gemeenten er niet van op de hoogte zijn dat de cultuurbeleidscoördinator in de personeelsformatie van de gemeente een kader-functie moet krijgen of kan worden tewerkgesteld binnen de gemeentelijke VZW.

1. Zijn er, naar aanleiding van het nieuwe decreet, richtlijnen verstrekt aan de gemeenten over de integratie van de cultuurbeleidscoördinator in de gemeentelijke personeelsformatie ?

Zo ja, wat houden ze in ?

Zo neen, wat was de bedoeling van de minister op het vlak van de integratie van de cultuurbe-leidscoördinator ?

2. Is er rekening gehouden met verschillende fi-nanciële consequenties ten aanzien van de cul-tuurbeleidscoördinator naargelang de wijze waarop een gemeente deze functie inpast ?

Antwoord

In de meeste gemeenten wordt het cultuurbeleid georganiseerd via gemeentelijke diensten. E e n minderheid zet hiervoor gemeentelijke VZW's in. 1. De cultuurbeleidscoördinator wordt aangesteld

door de gemeente en kan dus niet tewerkge-steld worden binnen een V Z W. In artikel 22, § 1 van het decreet van 13 juli 2001 wordt immers bepaald dat de cultuurbeleidscoördinator waar-over de gemeente moet beschikken, moet wor-den ingeschaald op minimaal het gemiddeld ni-veau van het leidinggevend cultuurpersoneel van de gemeente.

In het uitvoeringsbesluit zal nader worden ge-preciseerd dat de cultuurbeleidscoördinator moet worden aangesteld op het A- of B-niveau binnen de gemeente.

Binnen het statuut van het gemeentepersoneel heeft de gemeente verschillende mogelijkheden om een cultuurbeleidscoördinator aan te stel-len.

a) Door werving :

– personeelsformatie aanpassen ;

– gemeente bepaalt de voorwaarden waar-aan een cultuurbeleidscoördinator moet v o l d o e n , rekening houdende met de be-palingen dienaangaande van het decreet en het uitvoeringsbesluit ;

– algemene voorwaarden die gelden voor toegang tot het niveau A of het niveau B in een gemeente ;

– aanwervingsexamen. b) Door bevordering :

– personeelsformatie aanpassen ;

– gemeente bepaalt de voorwaarden waar-aan een cultuurbeleidscoördinator moet v o l d o e n , rekening houdende met de be-palingen dienaangaande van het decreet en het uitvoeringsbesluit ;

– algemene voorwaarden die gelden voor toegang tot het niveau A (voor bevorde-ring vanuit het B-niveau) of het niveau B (voor bevordering vanuit het C-niveau) ; – bevorderingsexamen.

c) Door mutatie binnen hetzelfde niveau en tussen functies waarvoor de aanwervings-voorwaarden gelijk zijn :

– personeelsformatie aanpassen ;

– de statutaire bepalingen moeten mutatie toelaten en toepassingsvoorwaarden be-vatten die aangeven in welke gevallen en onder welke voorwaarden mutatie moge-lijk is ;

(2)

d) Wijziging functiebeschrijving van een be-staande functie, op voorwaarde dat de aan-wervingsvoorwaarden en de functiebeschrij-ving niet fundamenteel veranderen :

– een op de personeelsformatie bestaande functie wordt aangepast door middel van een aanpassing van de functiebeschrij-v i n g, op basis functiebeschrij-van het profiel functiebeschrij-van de func-tie van cultuurbeleidscoördinator ;

– de benaming van de functie wordt gewij-zigd in cultuurbeleidscoördinator of aan-gevuld met cultuurbeleidscoördinator ; – geen aanpassing van de

personeelsforma-tie.

c) Contractueel :

– contract van bepaalde of onbepaalde d u u r, in principe in afwachting van een aanpassing van de personeelsformatie en van een statutaire aanwerving of verbon-den aan een welbepaalde en in de tijd be-perkte opdracht (zoals bijvoorbeeld de opmaak en uitvoering van een gemeente-lijk cultuurbeleidsplan) ;

– niet opgenomen in de personeelsformatie en derhalve geen aanpassing van deze formatie nodig.

f) Mandaat :

– aanpassing personeelsformatie ; – mogelijk vanaf niveau A5 ;

– functie bij mandaat te begeven door sta-tutaire ambtenaar van niveau A die vol-doet aan de voorwaarden die door de ge-meente worden bepaald.

Alle gemeenten zullen via de informatiecam-pagne die de VVSG in mijn opdracht opzet, o p de hoogte gebracht worden van de aanstellings-mogelijkheden van de cultuurbeleidscoördina-t o r. (VVSG : Vereniging van Vlaamse Scultuurbeleidscoördina-teden en Gemeenten – red.)

2. Naargelang het aantal inwoners van de gemeen-te voorziet het decreet in een forfaitaire subsi-die van 25.000 of 50.000 euro, te beschouwen als een forfaitaire tegemoetkoming voor de loon-en werkingskostloon-en van eloon-en halftijdse of eloon-en vol-tijdse cultuurbeleidscoördinator.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Europese Commissie onderzoekt of eventu- ele steun voor deze dossiers bij toepassing van de expansierichtlijnen van het Vlaams Gewest in overeenstemming is met de Europese

Als we de kranten mogen geloven, blijken deze vervangingen dikwijls gemotiveerd te zijn vanuit het aspect "politieke evenwichten".. Graag stelde ik de minister

[r]

Na een toelichting in de Commissie voor Openbare We r k e n , Mobiliteit en Energie over de toestand van het Vlaamse wegennet – het zogenaamde rap- p o r t-Heleven – werd aan

De administratie Wegen en Verkeer telt in to- taal 1.751 personeelsleden, waarvan er 474 in aanmerking komen voor het verlof voorafgaand aan de pensionering dat op 1 januari 2003

Op het investeringsprogramma 2003 worden mid- delen ingeschreven voor de aanleg van een derde rij strook op de E17 tussen Kortrijk en Waregem2. Wanneer wordt het

Zodra ze afgerond is, zullen de aanbestedingsdocumenten met de brug- infrastructuur vervolledigd worden en zal het pro- ject aan de Provinciale Auditcommissie ter goed-

In de volgen- de kolom "beleidsplan" worden de gemeenten vermeld die definitief of een voorlopig conform verklaard mobiliteitsplan hebben en in de laat- ste kolom