• No results found

Naar eigen inzicht ingedeeld TOP 20 Goede Doelen Opbrengsten uit eigen fondswerving 2003 (*1.000

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Naar eigen inzicht ingedeeld TOP 20 Goede Doelen Opbrengsten uit eigen fondswerving 2003 (*1.000"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlagen

(2)

Bijlage 1

Overzicht 50 grootste FWI o.b.v. opbrengsten uit eigen fondswerving 2003, bron Volkskrant

Indeling gemaakt door het VFI (www.vfi.nl)

Afkorting Segment

G Gezondheid WC Welzijn en Cultuur

I Internationale Hulp

NM Natuur en Milieu

(..) Naar eigen inzicht ingedeeld

TOP 20

Goede Doelen

Opbrengsten uit eigen fondswerving 2003 (*1.000)

%

1 I Plan Nederland 54.793 8,3

2 G KWF St. NL Kankerbestrijding 54.400 8,2 3 G Hartstichting, de Nederlandse 33.665 5,1

4 I Cordaid 32.438 4,9

5 I Rode Kruis, Ver. Het Nederlandse 31.204 4,7

6 (I) Kerkinactie 30.253 4,6

7 I Unicef 28.462 4,3

8 NM Wereld Natuur Fonds 26.181 4,0 9 I Artsen zonder Grenzen 26.047 3,9

10 NM Natuurmonumenten 24.940 3,8

11 I Novib 20.882 3,2

12 NM Greenpeace 18.391 2,8

13 NM Dierenbescherming 16.231 2,5

14 G de Nierstichting 13.865 2,1

15 WC Amnesty International 13.301 2,0

16 I Woord en Daad 13.217 2,0

17 G de Zonnebloem 13.052 2,0

18 WC Leger des Heils 13.000 2,0

19 G Astma Fonds 12.789 1,9

20 G Reumafonds 11.146 1,7

Overige 172.017 26,1

Totaal 660.274 100,0

(3)

OVERIGE

Goede doelen Opbrengsten uit eigen

fondswerving 2003 (*1.000)

%

G Aids Fonds/ STOP Aids Now 9.908 1,5

I Wilde Ganzen 9.464 1,4

WC Collectieve Israël actie 9.179 1,4

G Ronald McDonald Kinderfonds 8.939 1,4

I Dorcas Hulp 8.713 1,3

I Liliane Fonds 8.385 1,3

I SOS-Kinderdorpen 8.088 1,2

WC Nederlands Bijbelgenootschap 7.898 1,2

I Terre des Hommes 7.411 1,1

I CMC 7.070 1,1

WC Prins Bernard Cultuur Fonds 6.491 1,0

I Leprastichting 6.481 1,0

WC Kon. Neder. Reddingsmaatsch. 6.293 1,0

WC CliniClowns 5.742 0,9

WC Gereformeerde Zendingsbond 5.292 0,8

I Redt een Kind 4.899 0,7

WC Open Doors, stichting 4.318 0,7

I Kerk in Nood 4.300 0,7

I Zending Over Grenzen 4.283 0,6 G Diabetes Fonds Nederland 4.245 0,6

I Childs Life 4.142 0,6

I ZAO Vluchtelingenzorg, stichting 4.038 0,6

(NM) Internationaal Dierenfonds 4.000 0,6

I Vluchteling, stichting 3.994 0,6

NM Aap, stichting 3.991 0,6

G Brandwonden stichting, Ned 3.680 0,6

I Christenen voor Israel 3.582 0,5

G Prinses Beatrix Fonds 3.431 0,5

I World Population Foundation 3.316 0,5

G Bio Kinderrevalidatie 444 0,1

Totaal 172.017

(4)

Overzicht top 50 fondswervende instellingen 8% 8% 5% 5% 5% 5% 4% 4% 4%4%3%3%2%2%2%

2%2%

2%2%

2%

26%

Plan Nederland KWF St. NL Kankerbestrijding Hartstichting, de Nederlandse Cordaid Rode Kruis, Ver. Het Nederlandse Kerkinactie Unicef Wereld Natuur Fonds Artsen zonder Grenzen Natuurmonumenten Novib Greenpeace Dierenbescherming de Nierstichting Amnesty International Woord en Daad de Zonnebloem Leger des Heils Astma Fonds Reumafonds Overige

(5)

Bijlage 2

Artikelen over goede doelen die betrekking hebben op deze scriptie

Algemeen Dagblad, July 12, 2003, Binnenland; Pg. 2

Advocaat wint na klacht van Plan Nederland ; Wilgers blijft 'louche organisatie' achtervolgen DOOR BERT HUISJES

Plan Nederland, voorheen Foster Parents Plan, heeft een zaak verloren tegen de Zeeuwse advocaat mr. J. Wilgers. Het hof van discipline heeft een klacht van de hulporganisatie op alle punten afgewezen.

Plan Nederland had de klacht ingediend omdat Wilgers stelde dat de hulporganisatie jarenlang geld heeft ingezameld voor circa 16.000 Colombiaanse kinderen, zonder dat zij hulp ontvingen. Het gaat om een inmiddels gestaakt hulpprogramma in het Colombiaanse Barranquilla. Eerder poogde de avocaat Plan Nederland al failliet te laten verklaren. Hij deed dit namens ruim 5000 kinderen.

Plan Nederland voerde aan dat Wilgers ten onrechte heeft beweerd dat de hulp nooit is gegeven. Hij zou ook onwaarheden hebben verkondigd door te stellen dat het geld voor de kinderen 'op' was. Ook zou hij geen kinderen vertegenwoordigen en zou hij steeds hebben gekozen voor beschadiging van Plan Nederland.

Het hof van discipline oordeelt dat de advocaat met zijn uitlatingen in zijn recht staat. Zo biedt een rapport dat Plan Nederland aanvoerde om aan te tonen dat het geld wel bij de kinderen terechtkwam 'een beperkt inzicht'. Ook een klacht over een aangifte van Wilgers bij justitie wordt afgewezen, omdat 'aannemelijk is dat voor een aanmerkelijk deel de fondsen niet in Barranquilla zijn besteed'.

Met de bewering dat het geld 'op' is, ging Wilgers evenmin over de schreef. Volgens het hof is het geld dat op naam van de Colombiaanse kinderen werd ingezameld inmiddels besteed en daarmee ook 'op'.

Plan Nederland zei gisteren nog niet op de hoogte te zijn van de uitspraak. Algemeen directeur P. Lem: "We zijn een nieuwe procedure begonnen. Wilgers kan een schadeclaim tegemoet zien. Hij liegt en we zullen dat aantonen ook." De advocaat uit Goes richt al jaren zijn pijlen op de hulporganisatie, die tot voor kort geld wierf door kinderen financieel te laten adopteren. In ruil voor een maandelijkse bijdrage ontvingen de 'adoptieouders' brieven en foto's van 'hun' kind. Plan Nederland wijzigde na kritiek dit systeem.

Wilgers zei gisteren dat hij de schadeclaim van Plan Nederland 'rustig afwacht'. "Daar dreigen ze al een jaar mee. Deze uitspraak bevestigt dat ik niet zomaar wat roep. Ik wil alleen dat ze die kinderen compenseren. Er is geld ingezameld en geen concrete hulp geboden. Het is een louche organisatie, die critici de mond probeert te snoeren met processen. Als ze niet over de brug komen, zal ik opnieuw een faillissementsverzoek indienen."

Voor Plan Nederland is de uitspraak een nieuwe tegenvaller. Door de publiciteit over de faillissementsaanvraag zegden veel leden op. De organisatie kreeg een tweede uittocht van leden te verwerken, toen uitlekte dat de toenmalig interim-directeur van de Nederlanse tak, R. Pagano, voor drie dagen werk per week een honorarium ontving vergelijkbaar met dat van de minister-president.

Pagano werd na deze publiciteit verzocht op te stappen.

(6)

de Volkskrant, August 25, 2004, Economie; Pg. 7

Commissie-Wijffels gaat toezien op goede doelen ; I Toezicht moet transparantie in filantropische sector bewerkstelligen VAN ONZE VERSLAGGEVERS PIETER KLOK XANDER VAN UFFELEN

Analoog aan de code-Tabaksblat gaat de charitatieve sector de komende maanden spelregels opstellen voor het bestuur van goede doelen.

Voorzitter Pieter Hommes van KNGF Geleidehonden is iemand van de lange adem. Al 29 jaar geeft de registeraccountant in zijn vrije tijd leiding aan het goede doel dat geld inzamelt voor de opleiding van blindengeleidehonden. De directeuren die hij als onbezoldigd voorzitter aanstelt, zijn aanmerkelijk minder honkvast. In ruim twee jaar tijd versleet de KNGF al drie directeuren.

Is 29 jaar niet te lang om als hoogste baas de belangen van KNGF te behartigen? Volgens de stichting is Hommes inderdaad al lange tijd voorzitter, maar functioneert hij goed. 'Je meet het niet af aan de tijd, maar aan de prestaties', verklaart bestuurslid Paul Hendriks. 'De voorzitter heeft de KNGF vanuit een ambachtelijke achtergrond omgevormd tot een professionele organisatie.' Aangezien de statuten van de KNGF zijn aangepast, zal de 69-jarige Hommes binnenkort toch afzwaaien als voorzitter, zegt Hendriks.

Hommes is niet de enige bestuurder die al lang actief is voor het goede doel. Van de vijftig grote goede doelen in Nederland, hebben tien organisaties een bestuurder die al langer dan twaalf jaar een zetel bezet. Naar de maatstaven van de commissie-Tabaksblat, die dit jaar spelregels opstelde voor het bestuur van ondernemingen, is dat te lang.

De benoeming van bestuurders voor een goed doel is een van de onderwerpen waar een commissie onder leiding van Herman Wijffels naar gaat kijken. De SERvoorzitter en oud Rabobank-topman moet de discussie over het bestuur van goede doelen in goede banen te leiden. Begin september heeft de commissie zijn eerste vergadering. In het voorjaar van 2005 moet er een advies liggen.

Analoog aan de commissie-Tabaksblat, die spelregels opstelde voor goed bestuur van ondernemingen, moet de commissie-Wijffels nu regels opstellen voor goed bestuur en toezicht van filantropische instellingen.

Naast een aparte paragraaf over de beloning van directeuren bij charitatieve instellingen, zal de Commissie-Wijffels vooral aandacht besteden aan de structuur van goede doelen: wie controleert het goede doel? Hoe worden bestuurders benoemd? En welke rol is weggelegd voor donateurs?

Momenteel zijn bijna alle goede doelen een stichting. Een directeur of directie leidt de instelling. Een onbezoldigd bestuur houdt toezicht op de leiding. Alleen bij verenigingen, zoals Natuurmonumenten, hebben leden een stem, de andere besturen benoemen elkaar. 'Wij zoeken daarbij wel naar diversiteit', vertelt Hendriks van het KNGF. In zijn bestuur zit een accountant, een notaris, een blinde, een arbeidsdeskundige een hoogleraar dierengeneeskunde en een communicatie-kenner.'

De meeste bestuurders van goede doelen hebben carriere gemaakt in de politiek of in het bedrijfsleven. CDA'er Elco Brinkman zwaait de scepter bij het Rode Kruis en het Prins Bernard Cultuurfonds. Oud-topman Karel Vuursteen van Heineken is voorzitter van de raad van toezicht bij het Wereld Natuur Fonds. En D66-coryfee Jan Terlouw zet zich in voor de Leprabestrijding.

Zij zijn niet alleen. Ook omroepman Joop Daalmeijer (Cliniclowns), VVD-politicus Ed Nijpels (Ronald McDonald Kinderfonds), oud- VVD-minister Joris Voorhoeve (World Population Foundation), D66-kamerlid Francine Giskes (Hivos), PvdA'er Jeltje van Nieuwenhoven (Bio Kinderrevalidatie) en commissaris van de Koningin Jan Kamminga (Unicef) zetten zich in voor het goede doel.

(7)

de Volkskrant, October 23, 2004, Economie; Pg. 25

Beloning top maakt goede doel nerveus ; Directiesalaris in halfjaar uit taboesfeer geraakt Relatief hogere beloningen bij kleine goede doelen

DOOR PIETER KLOK EN XANDER VAN UFFELEN

Nergens liggen directiesalarissen zo gevoelig als bij de goede doelen. Donateurs hebben moeite met marktconforme beloningen. In een poging de onrust de kop in te drukken wordt gewerkt aan salarisplafonds. Maar twijfel blijft over wat een verantwoord salaris is.

Paul Beerkens aan de lijn.

De directeur van de Nierstichting en voorzitter van brancheorganisatie Vereniging Fondsenwervende Instellingen (VFI) is bang dat hij te hoog op de salarislijst terechtkomt. Het is hem ter ore gekomen dat andere goede doelen een gemiddeld directiesalaris opgeven.

Met Beerkens' jaarsalaris van 122 duizend euro en een totale kostenpost van 149 duizend euro zou de Nierstichting hoger uitkomen dan veel andere charitatieve instellingen. Of hij nieuwe gegevens mag aanleveren?

Even later bericht Beerkens dat de tweekoppige directie van de Nierstichting 224 duizend euro kost; gemiddeld 112 duizend de man dus. Met deze nieuwe gegevens zou de Nierstichting van de vierde naar de zestiende plaats duikelen.

De nieuwe getallen van Beerkens blijken niet bruikbaar. De ranglijst van vijftig grote goede doelen is gebaseerd op de gemiddelde salariskosten van directeuren met een statutaire benoeming. Het directielid dat door Beerkens is aangedragen, valt daar niet onder.

Beerkens blijft met zijn Nierstichting op de vierde plaats staan.

De angst van Beerkens is tekenend voor de hele goededoelenbranche. Iedereen is als de dood dat donateurs afhaken, omdat ze de directiesalarissen te hoog vinden. Het overkwam de Hartstichting. Toen begin dit jaar naar buiten kwam dat de medisch directeur Manfred Manger Cats 170 duizend euro verdiende, namen de inkomsten fors af. De collecte bracht 12,5 procent minder op dan het jaar ervoor en de opbrengst van sommige bedelbriefacties halveerde. De Hartstichting zit inmiddels midden in een reorganisatie. De medisch directeur is ontslagen en heeft na een uitspraak van de rechter een (geheime) afkoopsom meegekregen.

Niemand wil de Hartstichting achterna en dus maken alle goede doelen zich zorgen over hun positie op de ranglijst. Of we er wel bij zetten aan hoeveel mensen de directeur leiding geeft, vraagt de woordvoerder van KWF Kankerbestrijding (111 medewerkers, 120 duizend vrijwilligers). 'Want anders vergelijken jullie appels met peren.' Of we niet alleen de salariskosten willen weergeven, maar ook het brutosalaris, adviseert de woordvoerder van Natuurmonumenten. 'Anders krijg je misverstanden, dan denken lezers dat de directieleden veel meer verdienen dan in werkelijkheid het geval is.'

Waarom we de directiesalarissen ueberhaupt in zoveel detail publiceren, wil de Unicef-woordvoerder weten. 'Gevers hebben er geen behoefte aan.' Hetzelfde Unicef weigerde in maart aanvankelijk de directiesalarissen te openbaren, maar ging onder druk van diezelfde donateurs uiteindelijk toch overstag.

Geheimhouders zijn er nu nauwelijks meer. Van de vijftig ondervraagde organisaties sputteren aanvankelijk een kleine tien organisaties tegen. Na overleg met de achterban geven bijna alle goede doelen in tweede instantie hun medewerking. Alleen Open Doors - een stichting die in de bres springt voor vervolgde christenen - houdt de salarisinformatie voor zich. 'Ik denk dat een deel van onze achterban openbaring niet zou waarderen', zegt directeur Tjalling Schotanus. 'Ik zit onder het gemiddelde. Donateurs die het salaris echt willen weten, bellen me maar persoonlijk op. Dan zal ik het ze geven.'

Anderen kiezen voor een vlucht naar voren. Ontwikkelingsorganisatie Novib schrijft in een recente nieuwsbrief dat directeur Sylvia Borren 100.264 euro verdient, inclusief sociale lasten en pensioenpremies. 'Een goed salaris', concludeert de Novib, 'want aan de

(8)

functie worden hoge eisen gesteld. Dit bedrag staat niet in verhouding met een directiesalaris van een commercieel bedrijf met ruim driehonderd werknemers.'

De directiesalarissen zijn in nog geen halfjaar uit de taboesfeer geraakt. Dat is snel. Andere sectoren, zoals de woningcorporaties, hebben aanmerkelijk langer nodig om open te zijn over hun bezoldiging. Ook in het bedrijfsleven duurde het jaren voordat de salarissen van de directie volledig werden gepubliceerd. Dat was niet te danken aan de bedrijven zelf, maar aan de overheid, die het verplichtte.

De goede doelen hebben hier niet op gewacht en het heft in eigen hand genomen. Brancheorganisatie VFI beloofde enkele weken na publicatie van de eerste salarislijst een salarisplafond in te stellen. Ze voegde de daad bij het woord. De commissie-Wijffels zal nog voor het eind van het jaar met richtlijnen komen voor directiesalarissen.

Hoeveel mag een directeur in de goededoelensector verdienen, is dan de vraag. Het salaris van de minister-president wordt vaak als ijkpunt gebruikt. Zes directeuren van goededoelen verdienen meer dan de 120 duizend euro die premier Balkenende jaarlijks opstrijkt. If you pay nuts, you get monkeys is ook in de charitatieve sector een veelgehoord argument: als een organisatie niet voldoende betaalt, krijgt ze niet de beste mensen en daar lijdt iedereen - ook de donateur - onder.

Unicef bijvoorbeeld ging in 2000 bewust op zoek naar iemand die de inkomsten fors kon opvoeren, schrijft de woordvoerder. De aangetrokken directeur is zijn salaris meer dan waard gebleken, vindt hij. 'Unicef groeide tussen 1999 en 2004 van de elfde naar de zesde grootste fondsenwervende organisatie in Nederland.'

Jan Post had een hoge functie bij Philips voordat hij in 2000 bij het Rode Kruis aantrad. Hij wilde er niet al te veel op achteruit gaan.

Dit resulteerde in een salaris van 158 duizend euro, waarmee hij de derde positie op de ranglijst bekleedt. De medische fondsen scoren hoog omdat zij zich meten aan de salarissen bij ziekenhuizen. De gewezen medisch directeur van de Hartstichting bijvoorbeeld verdiende als cardioloog 170 duizend euro en eiste hetzelfde salaris.

Paul Lem, de directeur van Plan Nederland - voorheen Foster Parents Plan - had ooit ook een beterbetaalde baan. Hij trad begin 2002 terug als directeur van de Nationale Regiopers, zijn pensioen was veiliggesteld. De baan bij Plan Nederland aanvaardde hij vooral uit idealisme. Het salaris was minder belangrijk. Lem staat op de vijftiende plaats. Een hoog salaris is geen voorwaarde om de juiste mensen aan te trekken.

Een directeur van een goed doel mag best een salarisoffer brengen, vindt adviseur Eric van Zelm van salarisbureau Hay Group. 'Dat past nu eenmaal bij dit type baan, waarmee je een maatschappelijke roeping vervult.' Tegelijkertijd, zo vindt hij, moet ook worden gekeken naar wat in gelijkwaardige sectoren wordt verdiend. 'Louter kijken naar de rijksnorm voor saminder larissen is dan te eenzijdig. De betalingen in het rijk voor de hogere functies zijn relatief aan de lage kant. Het salaris moet je ook afzetten tegenover de bedragen in bijvoorbeeld de medische sector of de reclamewereld.'

Van Zelm is ook voorstander van introductie van prestatiebeloning voor de charitatieve sector. 'Een hoog salaris mag geen vanzelfsprekendheid zijn. Een directeur moet zich ook waarmaken en concrete doelen bereiken bij fondsenwerving of kostenbeheersing.' Het is lastig om een richtbedrag te noemen, vindt Van Zelm, het verschilt van geval tot geval. 'Maar een salaris van 120 duizend voor een kleiner goed doel, vind ik aan de hoge kant.'

De suggestie dat salarisadviseurs als Hay telkens salarisverhogingen adviseren, wijst Van Zelm van de hand. 'In de non-profitsector hebben we dit jaar in 75 procent van de gevallen een verlaging geadviseerd.'

(9)

Een aantal goede doelen heeft zijn salaris voor de directie het afgelopen jaar ook inderdaad verlaagd. Greenpeace, Cordaid, de Gereformeerde Zendingsbond, Zending over Grenzen, het Wereld Natuur Fonds en de Stichting Nederlands Brandwondenfonds betalen hun nieuwe directeur

dan zijn voorganger.

De hoogte van de salariskosten per directielid vertellen niet het hele verhaal. Als naar de kosten voor de hele directie wordt gekeken, springt het Wereld Natuur Fonds eruit. Deze organisatie heeft een vierkoppige directie die 449 duizend euro per jaar kost.

Christenen voor Israel is in absolute termen het goedkoopste uit. De directeur werkt tweeenhalve dag en kost 25 duizend euro.

De discussie over de salarissen in de goededoelenbranche speelt niet alleen in Nederland, maar ook in bijvoorbeeld de Verenigde Staten. Directieleden van de grootste goede doelen in de VS verdienen meer dan vierhonderdduizend dollar. Marsha Johnson Evans van het Amerikaanse Rode Kruis kwam het afgelopen jaar uit op 621 duizend dollar.

Te veel? Om dat te bepalen worden de salariskosten in de VS steeds vaker afgezet tegen de opbrengst uit fondsenwerving. Het salaris van de Amerikaanse directeur van het Rode Kruis bedraagt 0,01 procent van de totale omzet van 3,3 miljard.

Zo bezien liggen de directiesalarissen in Nederland hoger. Bij het Nederlandse Rode Kruis gaat 1,0 procent van de opbrengsten uit particuliere fondsenwerving naar de directie. Hiermee zit het Rode Kruis precies op het gemiddelde van de vijftig grootste goede doelen. Het Prinses Beatrix Fonds heeft relatief de duurste directeur. Van de opbrengst uit collectes en schenkingen ging bijna 4 procent op aan salariskosten voor de directeur. In het algemeen geldt: hoe kleiner het goede doel, hoe hoger het percentage dat aan directiekosten wordt opgemaakt.

De commissie-Wijffels heeft geen eenvoudige taak. Gezien de grote verscheidenheid aan goede doelen en organisatietypen, zal het niet makkelijk zijn om uniforme richtlijnen te formuleren. Een doorsnee goed doel betaalt zijn directeur 83 duizend euro. Is dat te veel? Uiteindelijk is het niet aan Wijffels, maar aan de donateur om dat te beoordelen.

Voor de samenstelling van de lijst met vijftig goede doelen is de rangorde van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) uit 2002 aangehouden. Van de groslijst van vijftig organisaties is het Nederlands Kanker Instituut (NKI) geschrapt, omdat het geen actieve campagne onder donateurs voert en geen CBF-keurmerk heeft. Nummer 51 is zijn plaatsvervanger. Het brutosalaris is inclusief vakantiegeld en eventuele gratificaties of winstuitkeringen. De bruto-salariskosten bevatten naast het bruto salaris ook de werkgeversbijdrage voor de sociale lasten en de pensioenen.

www.volkskrant.nl/goededoelen

Brutosalarissen en brutosalariskosten per directeur van vijftig grote goede doelen 231004 © de Volkskrant.

(10)

de Volkskrant, December 17, 2004, Economie; Pg. 11

Overheid stut goed doel ; Bijdragen van donateurs en loterijen nemen af, maar totale inkomsten stijgen XANDER VAN UFFELEN

Vooral kleine goede doelen hebben tegenvallers

Goede doelen kunnen meer geld uitgeven dankzij extra subsidie van de overheid. Particuliere donateurs gaven juist 2 procent minder. Vooral inkomsten uit erfenissen daalden. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF).

De overheid verhoogt al jarenlang zijn subsidie aan goede doelen. In 2003 steeg de subsidiestroom met 7 procent naar 735,6 miljoen euro. Vooral de steun aan ontwikkelingsorganisaties stijgt. 'De overheid besteedt meer uit', constateert Adri Kemps van het CBF.

Door de subsidie raken charitatieve instellingen afhankelijker van de overheid. Waar in 1999 nog 30 procent van de inkomsten afkomstig was van de overheid, bestaat inmiddels 36 procent uit een overheidsbijdrage.

Ook de inkomsten uit beleggingen waren een meevaller voor de goede doelen. In 2002 deed het slechte klimaat op de beurs het vermogen van de 466 onderzochte instellingen met zo'n 87 miljoen euro dalen. In 2003 boekten ze juist een koerswinst van 85 miljoen euro.

De overheidssubsidie en de beleggingsresultaten vormden samen de motor achter de gestegen inkomsten van goede doelen, constateert het CBF. De instellingen hadden gezamenlijk 11 procent meer geld beschikbaar en gaven uiteindelijk 1 procent meer uit dan in 2002.

Vooral kleine goede doelen kampten in 2003 met tegenvallende inkomsten. Instellingen die jaarlijks minder dan een half miljoen euro ophalen bij particulieren, zagen hun giften gemiddeld grofweg een kwart dalen.

Voor het derde jaar op rij daalden de particuliere giften uit nalatenschappen. Voorheen werd de koersval op de beurs als oorzaak genoemd, maar in 2003 was daarvan geen sprake. Het CBF heeft geen verklaring gevonden van de afname van de inkomsten uit erfenissen.

Uit onderzoek van accountantsorganisatie Nivra blijkt dat de jaarverslagen van goede doelen onder de maat zijn. Geen enkel van de onderzochte charitatieve instellingen geeft hanteerbare informatie over welk deel van de opbengsten opgaat aan directe lasten.

Volgens het Nivra is er in de jaarverslagen ook verwarring over verschillen tussen 'kosten' en 'uitgaven'. Er is daardoor weinig zicht of goede doelen doeltreffend met hun geld omgaan.

De kritiek op goede doelen, onder meer vanwege salarissen van directeuren, heeft er al toe geleid dat een commissie onder leiding van Herman Wijffels studeert op verbeteringen. De SER-voorzitter kijkt ook naar de bestuursstructuur bij goede doelen en wil in het voorjaar van 2005 aanbevelingen publiceren.

(11)

NRC Handelsblad, December 18, 2004, Economie / Geld telt; Pg. 27

De kritische gever ; 87 procent van de Nederlanders wil weten wat er met hun donaties gebeurt WILMA VAN HOEFLAKEN

Nederlanders geven jaarlijks zo'n 1,7 miljard euro aan goede doelen - een redelijk stabiel bedrag. De laatste jaren wordt de roep om transparantie wel steeds groter. "Waar komt mijn geld terecht? En heeft dat effect? Dat zijn hele legitieme vragen."

Theo Schuyt, hoogleraar filantropie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, heeft het nooit onderzocht. Maar hij vermoedt dat december de maand is waarin mensen het meeste geld geven aan goede doelen. "De beste predictor of mensen geld geven, is dat ze gevraagd worden. En in december versturen de goede doelen meer acceptgiro's dan in de rest van het jaar."

Schuyt coordineert 'Geven in Nederland', een in 1993 gestart project dat het geefgedrag van Nederlanders in kaart brengt. Daardoor weet hij dat vrouwen iets meer geld aan goede doelen geven dan mannen, dat hoogopgeleiden meer geven dan laagopgeleiden en dat jongeren net zo vaak geld geven als ouderen. Wel is het zo dat ouderen meer geven. De 66-plussers zijn beduidend guller dan mensen tussen de 18 en 35 jaar. Ook blijkt uit Schuyts onderzoek dat kerkelijken meer geld geven dan buiten-kerkelijken.

Momenteel analyseert Schuyt de cijfers over 2003. De precieze uitkomst van het onderzoek kent hij nog niet, maar hij weet wel al dat er in 2003 niet minder is gegeven dan in voorgaande jaren. Ook voor 2004 verwacht hij dat het geefgedrag stabiel is. "Een economische recessie heeft daar niet of nauwelijks invloed op", zegt hij. "Mensen geven voor een groot deel uit gewoonte. Ze krijgen acceptgiro's en betalen ze al jaren. Ik denk dat velen niet eens weten hoe ze van die acceptgiro's af moeten komen. Of ze hebben geen zin om daar moeite voor te doen. Het is een beetje het boekenclub-effect. Dat merk ik bij mezelf ook."

Mensen geven voor een groot deel uit gewoonte. Maar ze willen vaker dan voorheen weten wat er met hun geld gebeurt.

Herkenbaar gedrag, vindt Schuyt. "Het Reumafonds, KWF Kankerbestrijding en De Zonnebloem, mijn favoriete goede doel, geef ik sowieso geld. Dat doe ik al jaren en ik geloof het allemaal wel. Maar bij nieuwe doelen wil ik toch wel even weten hoe het zit. Waar komt mijn geld terecht? En heeft dat effect? Dat zijn hele legitieme vragen."

Uit Nipo-onderzoek (2003) blijkt dat 87 procent van de Nederlanders wil weten wat er met hun donaties gebeurt. "Vroeger konden de goede doelen gewoon zeggen trust me", zegt Diane van der Marel, een van de intiatiefnemers van de Donateursvereniging, een organisatie die de belangen van gevers behartigt. "Daarna zeiden de donateurs tell me, want ze wilden uitleg over de goede doelen.

En inmiddels zeggen ze: show me, want ze willen het zelf zien."

Die ontwikkeling is al een paar jaar gaande. Daarom verstrekt het Centraal Bureau Fondsenwerving (CBF) sinds 1996 keurmerken aan goede doelen. Het CBF, in de jaren 20 van de vorige eeuw opgericht om de armenzorg te coordineren en tegenwoordig nauw betrokken bij de spreiding van landelijke collectes, is de officiële toezichthouder in de goededoelensector. Afgelopen donderdag reikte CBF-bestuursvoorzitter Henk Koning het 200ste keurmerk uit. Daarnaast beschikken ongeveer 70 goede doelen over een 'verklaring geen bezwaar' van het CBF. "Een goede doelenorganisatie komt in aanmerking voor een keurmerk als ze op verschillende onderdelen goed scoort", zegt CBF-directeur Jos Zwartjes. Het CBF kijkt of de bestuursleden onafhankelijk zijn, of er geen sprake van belangenverstrengeling is, of er een openbaar jaarverslag wordt gepubliceerd, of de organisatie over een accountantsverklaring beschikt en hoe het zit met de verhouding tussen de baten en lasten en de besteding van de middelen. Het keurmerk is vijf jaar geldig. "Elke vijf jaar beoordelen we de organisaties op alle criteria", zegt Zwartjes. "In de tussenliggende jaren houden we de organisatie ook in de gaten, maar dan kijken we alleen naar deelgebieden." Voor een 'verklaring geen bezwaar' is de toets vergelijkbaar, maar lichter. De verklaring is bestemd voor kleine organisaties waar minder dan 120.000 euro per jaar aan giften binnenkomt en voor goede doelen die korter dan drie jaar bestaan.

Als organisaties over een CBF-keurmerk beschikken, kan de gever erop vertrouwen dat de kosten van de fondsenwerving gemiddeld over drie achtereenvolgende jaren niet meer dan 25 procent bedragen van de baten uit eigen fondsenwerving. Dat betekent echter niet dat van elke euro die naar het goede doel gaat ten minste 75 cent op de plek van bestemming aankomt. "Dat

(12)

denken veel mensen, maar dat is een misverstand", zegt Zwartjes. "Die 25 procent betreft alleen de kosten die de goede doelenorganisatie maakt om geld te werven, bijvoorbeeld de kosten van een reclamecampagne of een mailing of de salariskosten van de medewerkers die zich met fondsenwerving bezighouden. De gewone bureaukosten zitten er bijvoorbeeld niet bij." De term 'overhead' wil Zwartjes per se niet gebruiken. "Dat woord is voor veel mensen een synoniem voor overbodig. Het geeft een verkeerd beeld. De kosten van een kantoorpand of van administratief personeel zijn natuurlijk helemaal niet overbodig."

Hoeveel cent er van elke euro dan wel op de plek van bestemming aankomt, is volgens Zwartjes van allerlei factoren afhankelijk. Hij maakt de vergelijking tussen hulporganisaties die de giften rechtstreeks doorsluizen naar projecten en een hulporganisatie als Flying Doctors, die veel kosten moet maken om de artsen op de plaats van bestemming te krijgen. "Ze hebben vliegtuigen nodig, ze moeten piloten inhuren. Dan is er al heel wat geld uitgegeven voordat die artsen aan het werk zijn, maar op een andere manier kan het niet." Volgens Zwartjes wordt het voor goede doelen steeds belangrijker om de financiële aspecten uit te leggen. "Maar ze willen best. Good governance wordt steeds belangrijker, ook in deze wereld. Het CBF gaat daar ook meer op letten."

Ook de Donateursvereniging, die de belangen van de gevers behartigt, let op dit soort aspecten. "Als je wilt weten hoeveel geld er werkelijk aan het goede doel besteed wordt, moet je jaarverslagen kunnen lezen", zegt Van der Marel. "Hoeveel geld geven ze uit aan fondsenwerving? Aan projectkosten? Aan kantoorkosten? Dan pas kun je alle inkomsten en uitgaven met elkaar vergelijken.

Maar dat kan niet iedereen. Cijfers lezen is niet gemakkelijk, want jaarverslagen zijn vaak verre van transparant." De Donateursvereniging probeert goede doelenorganisaties zover te krijgen dat zij hun verslaglegging transparanter maken. Samen met accountant PWC heeft zij de Transparant Prijs ingesteld voor jaarverslagen die helder en leesbaar zijn. Dit jaar werd de prijs voor het eerst uitgereikt aan KWF Kankerbestrijding. Een andere activiteit om de goede doelenwereld inzichtelijker te maken is www.geefwijzer.nl, een zoekmachine. In Geefwijzer zijn inmiddels 1000 doelen opgenomen.

Gevers kunnen zoeken op categorieën (onderwijs, mensenrechten of milieu), op doelgroep (kinderen, gehandicapten of vluchtelingen) en op regio (Nederland, de hele wereld of een specifiek gebied). "Veel mensen willen zelf een project opzetten", zegt Van der Marel. "Ze zijn bijvoorbeeld in Peru geweest en hebben daar kinderen gezien die onder slechte omstandigheden leven. Dan kun je wel zelf iets beginnen, maar misschien zijn er al projecten in Peru waar je je bij kunt aansluiten. Die kom je tegen in de Geefwijzer. Je hoeft dan in elk geval niet zelf het wiel uit te vinden."

Via de website van de Donateursvereniging is het ook mogelijk om aan goede doelen door te geven dat men geen mailings wil ontvangen, of alleen acceptgiro's, maar geen tijdschriften. Uit het Nipo-onderzoek blijkt namelijk dat 66 procent van de Nederlanders zich weleens ergert aan de post van de goede doelen. "Op die manier proberen wij de belangen van gevers en doelen op elkaar af te stemmen", zegt Van der Marel. Het lidmaatschap van de Donateursvereniging is gratis. "Het is belangrijk dat wij zoveel mogelijk leden krijgen, want alleen met een grote achterban, kun je een vuist maken. Dan kunnen we pas echt van de goede doelenorganisaties eisen dat ze inzicht geven in hun financiën op een manier die iedereen kan begrijpen."

Fiscale aftrekbaarheid

Giften aan goede doelen zijn fiscaal aftrekbaar vanaf een bedrag ter hoogte van 1 procent van het verzamelinkomen in box 1, 2 en 3. Er mag maximaal 10 procent van het verzamelinkomen afgetrokken worden. Desgevraagd moet de gever met bankafschriften of kwitanties kunnen aantonen dat hij geld heeft geschonken aan goede doelen.

Voor giften in de vorm van een lijfrente, ook periodieke giften genoemd, geldt de drempel van 1 procent niet en het maximum van 10 procent evenmin. Deze giften zijn altijd aftrekbaar. Giften in de vorm van een lijfrente zijn daardoor fiscaal gunstig voor mensen die de drempel van 1 procent niet halen of voor mensen die meer geven dan 10 procent, waardoor ze niet meer alles kunnen aftrekken.

Voor giften in de vorm van een lijfrente is een notariële akte nodig, waarin de gever zich ertoe verplicht ten minste vijf jaar lang geld over te maken naar het goede doel. Zowel voor incidentele giften als voor de lijfrentes geldt dat ze alleen voor aftrek in aanmerking komen als de goede doelen officieel erkend zijn door de fiscus.

Voor meer informatie over goede doelen: www.cbf.nl, www.donateursvereniging.nl, www.geefwijzer.nl.

(13)

de Volkskrant, January 15, 2005, het Vervolg; Pg. 231

HULPORGANISATIES BELOVEN OPENHEID OVER DONATIES MARCEL VAN LIESHOUT

De stroom aan donaties op giro 555 heeft de Samenwerkende Hulporganisaties (SHO) niet alleen overdonderd, maar ook tot het besef gebracht dat publieke verantwoording van de besteding meer dan ooit geboden is. 'We zullen onze verslaglegging van wat er met het geld gebeurt uitgebreider en specifieker maken', verzekert waarnemend SHOvoorzitter Jeanne Roefs.

De negen vaste partners in SHO (Unicef, het Rode Kruis, Mensen in Nood/Cordaid, Artsen Zonder Grenzen, Kerk in Actie, TEAR Fund, Stichting Vluchteling, Terre des Hommes en Novib) werken aan een 'vast format' voor elke organisatie. Daarin moet worden vastgelegd hoeveel geld aan wat is uitgegeven. Roefs:

'De besteding van 555-gelden zal in aparte passages van de jaarverslagen verantwoord moeten worden.'

De SHO-partners en een aantal 'gastdeelnemers' hebben naar verwachting 130 miljoen euro te verdienen. Tien procent van dat bedrag valt toe aan de gastdeelnemers.

De roep om meer transparantie bij de hulpverlenende organisaties klinkt al jaren. Roefs: 'In het laatste directeurenoverleg van SHO, van voor de ramp in Azië, hebben we al afgesproken dat we helderder en uitgebreider verslag moeten doen.' Dat gebeurde na een reeks negatieve berichten over het financiële beleid van charitatieve instellingen.

Bij hulpacties bleef veel geld aan 'de strijkstok' hangen, zo luidde de klacht. De hoogte van de bureau- en loonkosten bij hulporganisaties werd bekritiseerd. En ook de problemen voor het goedgeefse publiek om op een eenvoudige manier inzage te krijgen in de effectiviteit van de hulp wekte ergernis.

SHO denkt in de tv-omroepen een partner te hebben gevonden om het publiek beter te informeren. Roefs:

'De omroepen hebben nu zelf aangegeven om misschien al eind van

maand het publiek te laten zien wat er allemaal met het 555-geld is gebeurd en nog gaat gebeuren.' Ook wil SHO via de website giro555.nl periodiek berichten welke organisatie wat heeft uitgegeven.

Roefs, werkzaam bij Unicef, zegt 'dat het begint te frustreren' dat vooral de grotere hulporganisaties wordt verweten dat ze ondoorzichtig of verkwistend werken. 'De VN coördineert nu zo goed dat zelfs de Amerikanen hun hulp met de VN afstemmen.' Ze erkent dat er bij de hulpverlening 'heus wel dubbelingen voorkomen.'

Directeur Ron van Huizen van Terre des Hommes vindt dat veel hulporganisaties 'spastisch' reageren op verzoeken naar meer openheid. 'Je kunt de deuren beter wijd open zetten en ook missers laten zien. Ik ga volgende maand zelf naar Atjeh met een tv- ploeg en ik weet wel zeker dat het daar niet zo soepel verloopt.'

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Er wordt in de resultaten namelijk een versterkend effect gevonden voor de mate waardoor een goede doelen organisatie gefinancierd wordt door de overheid op de relatie tussen de

Dat is een van de redenen waarom ondernemers er voor kiezen een non-profit organisatie op te richten in plaats van een for- profit organisatie waar ze winst

Deze studie heeft als doel dit gat in de literatuur te vullen en te onderzoeken in hoeverre Engelse fondsenwervende instellingen meer of minder disclosure over hun governance

De gemiddelde transparantie die gevonden wordt op basis van de in dit onderzoek toegepaste onderzoekscriteria is bijna 80%.De goede doelen sector met CBF-keur is dus

Niet alleen wordt onderzocht hoe impressie management invloed heeft op het inkomen (donaties) van goede doelen maar ook wat de rol van de media hierbij is.. Impressie management

This chapter describes how the control philosophy and algorithm was developed into a practical automated control product focussed on controlling any given water

Prof.. Maar er is meer. Ook het waarom van de column wordt vermeld en daarbij wordt tussen de regels door enig additioneel inzicht geboden in de bedoeling van de column.

Het paren van grote breedte aan grote diepgang is echter als doelstelling van een wetenschappelijk vakblad, dat zinvol door practici moet kunnen worden gelezen en