• No results found

Woensdag 9 maart, uur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Woensdag 9 maart, uur"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

LITURGIE

(2)

Datum: Woensdag 9 maart, 14.30 uur Voorganger: Ds. G.M. van Meijeren

Organist: Martin den Boer

(3)

Orgelspel Afkondigingen

Psalm 99: 1

God, de HEER, regeert;

Beeft, gij volken, eert, Eert Zijn hoog bestel, Die bij Israël

Tussen Cherubs woont, En Zijn grootheid toont;

Dat zich d' aard bewege;

Hij is Isrels zege.

Stil gebed Votum en Groet

Zingen: Psalm 146: 1 & 3

Prijs den HEER met blijde galmen;

Gij, mijn ziel, hebt rijke stof;

'k Zal, zo lang ik leef, mijn psalmen Vrolijk wijden aan Zijn lof;

'k Zal, zo lang ik 't licht geniet, Hem verhogen in mijn lied.

Zalig hij, die in dit leven Jacobs God ter hulpe heeft;

Hij, die door den nood gedreven, Zich tot Hem om troost begeeft;

Die zijn hoop, in 't hachlijkst lot, Vestigt op den HEER, zijn God.

Geloofsbelijdenis

Zingen: Lied 615

’k Stel mijn vertrouwen op de Heer, mijn God.

Want in zijn hand ligt heel mijn levenslot.

Hem heb ik lief,

zijn vrede woont in mij.

’k Zie naar Hem op en ’k weet:

Hij is mij steeds nabij!

Gebed

2 x

(4)

Schriftlezing: Daniël 6: 1 – 29

1. Darius, de Meder, ontving het koningschap toen hij ongeveer tweeënzestig jaar oud was.

2. Het behaagde Darius over het koninkrijk honderdtwintig stadhouders aan te stellen, die over heel het koninkrijk verdeeld zouden zijn,

3. en over hen drie rijksbestuurders, van wie Daniël er een was. Aan hen moesten die stadhouders verantwoording afleggen, opdat de koning niet benadeeld werd.

4. Toen overtrof deze Daniël de rijksbestuurders en de stadhouders, omdat er een uitzonderlijke geest in hem was. De koning overwoog hem over heel het koninkrijk aan te stellen.

5. Daarop gingen de rijksbestuurders en de stadhouders zoeken naar een grond voor een aanklacht tegen Daniël inzake het koninkrijk, maar zij konden geen en- kele grond voor een aanklacht, of iets verkeerds vinden, omdat hij betrouwbaar was en er geen nalatigheid of iets verkeerds bij hem te vinden was.

6. Toen zeiden deze mannen: Wij zullen tegen deze Daniël geen enkele grond voor een aanklacht vinden, tenzij wij iets tegen hem vinden in de wet van zijn God.

7. Zo kwamen deze rijksbestuurders en stadhouders eensgezind bij de koning en zeiden het volgende tegen hem: Koning Darius, leef in eeuwigheid!

8. Al de rijksbestuurders van het koninkrijk, de machthebbers, de stadhouders, de raadslieden en de landvoogden, zijn na onderling beraad van mening dat er een koninklijk besluit moet worden opgesteld en een verbod moet worden bekrach- tigd, dat al wie binnen dertig dagen een verzoek zal richten aan welke god of mens ook, behalve aan u, o koning, in de leeuwenkuil zal worden geworpen.

9. Nu dan, koning, stel het verbod op en onderteken het bevelschrift, dat niet ver- anderd mag worden, volgens de wet van Meden en Perzen, die niet mag worden herroepen.

10. Daarop ondertekende koning Darius het bevelschrift en verbod.

11. Toen Daniël te weten kwam dat dit bevelschrift ondertekend was, ging hij zijn huis binnen. Nu had hij in zijn bovenvertrek open vensters in de richting van Jeru- zalem. Op drie tijdstippen per dag ging hij op zijn knieën, bad hij en dankte hij voor het aangezicht van zijn God, precies zoals hij voordien had gedaan.

12. Toen kwamen deze mannen eensgezind bij zijn huis en troffen Daniël aan, ter- wijl hij bad en smeekte om genade voor het aangezicht van zijn God.

13. Meteen kwamen zij naar voren en zeiden in de tegenwoordigheid van de koning over het verbod van de koning: Hebt u niet een verbod ondertekend dat iedereen die binnen dertig dagen een verzoek zou richten aan welke god of mens ook, be- halve aan u, o koning, in de leeuwenkuil zou worden geworpen? De koning ant- woordde en zei: Dat woord staat vast volgens de wet van Meden en Perzen, die niet mag worden herroepen.

14. Toen antwoordden en zeiden zij in de tegenwoordigheid van de koning: Da- niël, een van de ballingen uit Juda, heeft op u, o koning, en op het verbod dat u

(5)

ondertekend hebt, geen acht geslagen, maar op drie tijdstippen per dag doet hij zijn gebed.

15. Toen de koning dit woord hoorde, nam hij het zichzelf zeer kwalijk en hij zette zijn hart erop om Daniël te verlossen. Tot zonsondergang spande hij zich in om hem te redden.

16. Toen kwamen deze mannen weer eensgezind bij de koning en zeiden tegen de koning: Weet, o koning, dat het een wet van Meden en Perzen is dat geen enkel verbod of besluit dat de koning heeft opgesteld, veranderd mag worden.

17. Toen gaf de koning bevel en men haalde Daniël en wierp hem in de leeuwen- kuil. De koning nam het woord en zei tegen Daniël: Uw God, Die u voortdurend vereert – Híj zal u verlossen.

18. Er werd een steen gebracht en op de opening van de kuil gelegd. De koning verzegelde die met zijn ring en de ring van zijn machthebbers, zodat de maatregel met betrekking tot Daniël niet veranderd kon worden.

19. Toen vertrok de koning naar zijn paleis. De nacht bracht hij vastend door.

Geen enkele vorm van vermaak liet hij bij zich brengen. Zijn slaap was ver van hem geweken.

20. Vroeg in de morgen, toen het licht werd, stond de koning op. Haastig vertrok hij naar de leeuwenkuil.

21. Toen hij in de nabijheid van de kuil gekomen was, riep hij naar Daniël, met droeve stem. De koning nam het woord en zei tegen Daniël: Daniël, dienaar van de levende God, heeft uw God, Die u voortdurend vereert, u van de leeuwen kun- nen verlossen?

22. Toen sprak Daniël tot de koning: O koning, leef in eeuwigheid!

23. Mijn God heeft Zijn engel gezonden en Hij heeft de muil van de leeuwen toege- sloten. Ze hebben mij geen letsel toegebracht, omdat ik voor Hem onschuldig ben bevonden. Ook tegen u, o koning, heb ik geen misdaad begaan.

24. Toen werd de koning zeer verheugd daarover, en hij beval Daniël uit de kuil te trekken. Toen Daniël uit de kuil was getrokken, werd er geen enkel letsel bij hem aangetroffen, omdat hij op zijn God had vertrouwd.

25. Vervolgens beval de koning en men haalde die mannen die Daniël openlijk had- den beschuldigd, en men wierp hen, hun kinderen en hun vrouwen, in de leeu- wenkuil. Zij hadden de bodem van de kuil nog niet bereikt, of de leeuwen maakten zich van hen meester en verbrijzelden al hun beenderen.

26. Toen schreef koning Darius aan alle volken, natiën en talen die op heel de aarde woonden: Moge uw vrede toenemen!

27. Er wordt door mij bevel gegeven dat men in heel het machtsgebied van mijn koninkrijk zal beven en sidderen voor het aangezicht van de God van Daniël, want Hij is de levende God,

en houdt voor eeuwig stand.

Zijn Koninkrijk gaat niet te gronde,

(6)

en Zijn heerschappij duurt tot het einde.

28. Hij verlost en redt,

Hij doet tekenen en wonderen in de hemel en op de aarde,

Hij, Die Daniël heeft verlost uit de klauwen van de leeuwen.

29. En het ging deze Daniël voorspoedig onder het koningschap van Darius en on- der het koningschap van Kores, de Pers.

Zingen: Lees je bijbel, bid elke dag

Lees je bijbel,

bid elke dag (3x) Lees je bijbel, bid elke dag,

dat je groeien mag (3x) Lees je bijbel,

bid elke dag, dat je groeien mag

Read your Bible.

Pray every day (3x) Read your Bible.

Pray every day.

If you want to grow (3x) Read your Bible.

Pray every day.

If you want to grow

Digitale Inzameling van de gaven

1. Diaconie

2. Plaatselijk kerkenwerk

3. Extra collecte voor de wijkgemeente Pniël 4. Zendingsbussen voor GZB en IZB

Preek

Zingen: Psalm 121: 1 & 4

'k Sla d' ogen naar 't gebergte heen, Vanwaar ik dag en nacht

Des Hoogsten bijstand wacht.

Mijn hulp is van den HEER alleen, Die hemel, zee en aarde

Eerst schiep, en sinds bewaarde.

De HEER zal u steeds gadeslaan, Opdat Hij in gevaar,

Uw ziel voor ramp bewaar';

De HEER, 't zij g' in of uit moogt gaan, En waar g' u heen moogt spoeden, Zal eeuwig u behoeden.

(7)

Dankgebed en Voorbede

Zingen: Lied 445: 1 & 2

Ik bouw op U,

mijn Schild en mijn Verlosser.

Niet eenzaam ga ik op de vijand aan.

Sterk in uw kracht,

gerust in uw bescherming.

Ik bouw op U en ga in uwe naam.

Sterk in uw kracht,

gerust in uw bescherming.

Ik bouw op U en ga in uwe naam.

Gelovend ga ik,

eigen zwakheid voelend.

En telkens weer

moet ik uw kracht verstaan.

Toch rijst in mij

een lied van overwinning.

Ik bouw op U en ga in uwe naam.

Toch rijst in mij

een lied van overwinning.

Ik bouw op U en ga in uwe naam.

Zegen

Orgelspel

(8)

Om thuis over door te praten

Vragen om aan je ouders/verzorgers te stellen:

Vindt u bidden belangrijk? Ja / Nee Waarom (niet)?

____________________________________________________________

____________________________________________________________

Wat doet u als u bidt, hoe bidt u?

____________________________________________________________

____________________________________________________________

Wat vindt u een fijne houding om te bidden?

____________________________________________________________

____________________________________________________________

Vragen om samen te bespreken:

Noem een reden waarom je samen zou bidden.

____________________________________________________________

____________________________________________________________

Bidden jullie wel eens als familie of gezin? Zo ja, wanneer?

____________________________________________________________

____________________________________________________________

Bidden jullie ook voor anderen? Wat bidden jullie dan?

____________________________________________________________

____________________________________________________________

(9)
(10)
(11)
(12)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In tijden van nood en crises zijn verschillende typen bevoegdheden nodig. Soms betreft het maatregelen en besluiten gericht op concrete individuen, gebouwen of voertuigen, soms

gezondheid geldende maatregelen, met het oog op een voorgenomen besluit tot verlenging per 1 december 2021, als bedoeld in artikel VIII, derde lid, van de Tijdelijke wet

Tot slot wijst de Afdeling erop, dat een perspectiefvolle en werkbare aanpak alleen haalbaar is als het besluitvormingsproces rondom de hersteloperatie op ordelijker wijze

22 De Europese klimaatwet voorziet onder meer in klimaatdoelstellingen voor 2030 en 2050 voor de EU als geheel, een proces om een doelstelling voor 2040 vast te stellen, en een

In het advies van de Afdeling van 2 juni 2021 over het Besluit inburgering 20..10 heeft de Afdeling bovendien geadviseerd om in de mogelijkheid te voorzien om bij het opleggen

De Afdeling acht het van belang dat de Inspectie zich eveneens terughoudend opstelt bij het toezicht op de zorgplicht voor sociale veiligheid – welke in toenemende mate

Halleluja Heilig heilig God Almachtig De Koning komt U bent waardig Niemand anders Zing hosanna de Koning komt!. Ik wacht op die dag, dag

Eens verschenen, nooit verdwenen, leidt naar ’t Kind dat redding bracht, leidt naar ’t Kind dat redding bracht. Daar in