• No results found

Effecten van migratie en verplaatsing

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Effecten van migratie en verplaatsing"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

14

Het veranderende politieke klimaat sinds de dood van Pim Fortuin heeft een diepe, maar onbewuste

posttraumatische angst van veel Nederlanders aangewakkerd. Namelijk de angst van het bekende te moeten verlaten. Weg te moeten trekken van ‘huis en haard’. Wellicht niet in de letterlijke zin, maar de angst is er niet minder om. Deze onbewuste dynamiek delen veel Nederlanders met nieuwkomers op het grondgebied dat sinds 1581 via de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, het huidige grondgebied van Nederland, dat sinds 1839 het Koninkrijk der Nederlanden heet, omvat. Dat is nog geen 200 jaar en toch spreken velen met trots over Nederland als hun vaderland, als een vastomlijnde cultuur, met één volk en één taal. Feitelijk is dat dus niet helemaal waar. Sterker nog, het huidige grondgebied werd eeuwenlang overlopen door diverse culturen en volkeren met diverse achtergronden en talen. En toch lijken de meeste Nederlanders dit niet alleen vergeten te zijn maar de kans is groot dat hun voorouders niet eens Nederlanders waren in de strikte zin van verwantschap en afstamming. Maar wat doet dat met de mens en hoe kijken en voelen we naar de nieuwe migranten die afgelopen eeuw het grondgebied Nederland mede zijn gaan bevolken.

Multicultureel erfgoed

Nederland kent als geologisch gebied niet alleen diverse landschappen, we kennen er zes; duin, heuvel, rivier, veen, zee en zandlandschappen.

Maar de natuurkrachten hebben ook invloed gehad op de

bevolkingsgroepen zo lijkt het. De Friese en Groningse kleigebieden hebben volgens overleveringen niet allen ‘stugge’ en hardwerkende bewoners opgeleverd, maar ook een bevolkingsgroep die niet gauw vertelt wat in hun hart omgaat. Net zo min als de vaak in zich zelf gekeerde bewoners van de voormalige veenbouwkolonies in het zuiden van de bovenstaande

provincies. Deze bevolkingsgroepen (geologische en geografische verwanten) lijken in hun aard iets anders uitgevallen te zijn ten opzichte van de bewoners van bijvoorbeeld de zuidelijke provinciën in Nederland.

Iedereen kent wel de uitspraken van Brabantse gezelligheid en Roomse leven in het Limburgse dal. Of wie kent niet de boeken van Toon Kortooms en/of Toon Hermans?

Niet het brein reist als eerste, maar het lichaam Effecten van migratie en verplaatsing

“Het bleek een naam te hebben, dat gevoel van spanningsloosheid dat ik in mijn herinnering met de kust van Noord-Holland associeer, de gewaarwording van een opgeheven bewustzijn, Carl Jung noemde het ‘het oceanisch gevoel’; het verlangen om opgenomen te worden in een toestand van grenzeloze eenwording.”

Bas Heijne, ‘Moeten wij van elkaar houden? Het populisme ontleed.'

(2)

15

In zekere zin kun je spreken, dat op het grondgebied wat nu Nederland heet, vele ‘stammen’ van divers allooi woonachtig waren en zijn. Met andere woorden, Nederland bevat sinds haar naamgeving een samenleving van multiculturele inwoners.

Taal en teken

Wat maakt dan, dat men een land, een staat en natie ook beschouwt als een culturele eenheid. Een

maatschappij van gelijkgezinden om het zo maar te zeggen. Is dat een gezamenlijk en gedeelde historie, een gezamenlijke taal, of toch de politieke en maatschappelijke structuren dat van ‘los zand’, of in Nederlandse zin te spreken, van een moeras, een eenheid vormt?

Want de verschillende inwoners waren het door de eeuwen heen bijna nooit met elkaar eens. Strijd tussen de provinciën, de kerkelijke stromingen, de visie op de bezetters, de status tussen (land)arbeiders, industriëlen, politici en academici hebben grote gaten geslagen in het gevoel van de bevolking als één samenleving.

Het wassende water en de Nederlandse identiteit

Het is interessant om te zien, dat het water, symbool voor de eeuwige strijd, opnieuw onder de aandacht gebracht door ZKH Koning Willem Alexander, min of meer de oorsprong vormt van het Nederlanderschap, en deze in verbinding brengt met zijn woon, leef en werkklimaat. Naast de modernisering van het waterbeheer, door middel van het reeds ingeburgerde woord ‘Watermanagement’, is dit wellicht wat Nederland als volk en natie aan elkaar verbonden heeft als het gaat om een gevoeld Nederlanderschap. Wellicht niet zo merkbaar bij jonge generaties, maar tot de jaren zeventig toch stevig ingeburgerd als een soort van collectief bewustzijn.

Het wassende water, naar een gelijknamige serie van de NCRV, dat kijkrecords brak, laat niet alleen een intrigerend beeld zien van de verhoudingen tussen mensen uit diverse geledingen van de Nederlandse maatschappij rond 1900 in de buurt van Lopik, maar ook het gebrek aan uitgesproken en gedeelde empathie voor slachtoffers van rampen en de noden van betrokken bewoners van het grondgebied dat altijd bedreigd werd door water. Omwikkeld door onverwerkte familiegeheimen en onuitgesproken verlangens en hoop, is daar, in die polders, een maatschappij gevormd die niet alleen antipathie had voor het slachtofferschap, maar

(3)

16

door een vorm van zelfbehoud, christendom en arbeid (ora et labora), een volk ontstaan van 'niet zeuren, maar poetsen' mentaliteit. Een functionele natie. Echter wat velen zijn vergeten is de invloed van de 'toorn Gods’, de religieuze en calvinistische context van protestants Nederland. Wellicht heeft deze mix van factoren haar inwoners sterker gemarkeerd dan velen beseffen. De dominee in de genoemde serie sprak dan ook uit:

"De straf zal komen en de dijken zullen breken."

Dat het in zekere zin niet letterlijk meer de dijken zouden zijn die op het punt stonden door te breken, maar collectief gedragen trauma’s van onuitgesproken (familie)leed die nieuwkomers niet kunnen plaatsen, vanwege het gebrek aan die belichaamde geschiedenis, is daardoor wellicht ten diepste de angst van vele Nederlanders aangewakkerd. Immers wat je niet kunt belichamen vergt de noodzaak tot spreken. Iets wat de meeste

Nederlanders wel kunnen in de vorm van meningen en stellingen, maar we praten vooral niet over datgene wat ons ten diepste als volk en mensen emotioneel bezig houdt.

Maar er is geen verbinding met die geleefde historie van nieuwe inwoners, en voorlichting over de Nederlandse geschiedenis gaat dat gat ook niet dichten. Een canon van het emotionele Nederland zou een mooie optie zijn. Maar zolang we dat niet hebben gaat wellicht niet alleen de ‘holding the space’ van het Nederlanderschap verloren, maar vormt zich zo ook ongevraagd een opening in deze emotionele dijk van de verbondenheid aan de eigen geschiedenis van verzwegen leed achter de dijken. De globalisering deed daarmee niet alleen letterlijk zijn intrede, maar ook de angst voor de teloorgang van een zekere hang naar duidelijke markering van ingehouden en niet gedeelde emoties. De angst voor melancholie bijvoorbeeld is in Nederland groot. 'Slik een pil, geef een gil en je bent er weer. Maar verder niet moeilijk doen...'

Als Koreaan van geboorte kan ik er anders naar kijken. Ik denk dat men binnen meerdere culturen verder voortploetert na moeilijke tijden. De Koreanen kennen het woord ‘Han’ dat zoveel betekent als een diep collectief bewustzijn en verbondenheid, gebaseerd op een gedeelde historie van leed en verdriet. Waarbij het leed en verdriet wel collectief wordt geuit en beleden. Deze Koreaanse vorm van melancholie, Han, is

tegenwoordig zelfs een export product geworden. De catharsis die van 'Korean Soap en Drama's' uitgaat, vertegenwoordigt vooral in Zuidoost Azië, het niet

uitgesproken leed dat op deze wijze een uitweg krijgt.

De vele nieuwkomers in Nederland kennen het leed van het water niet, noch haar belichaamde geschiedenis. Iets wat ook niet uit geschiedenisboekjes valt te halen. Maar wel uit de verhalen van de Nederlandse families. Maar die dienen zich dan wel te uiten. Niet met een schamper; het doet er niet toe, en verder niet moeilijk doen... maar hun eigen familiegeschiedenis te onderzoeken. En deze te delen. Met andere woorden, families en hun geschiedenis doen er toe. Ook in Nederland!

(4)

17

Hoe dit dan te vertalen naar opstellingen en systemisch werk

Om meer grip te krijgen op het bovenstaande voor het systemisch werk, let ik altijd op de verwijzingen in de familiegeschiedenis, de onverwerkte trauma’s en de al bekende indelingen van Ordening, Belang en Functie (OBF) in combinatie met Binding, Hechting en Loyaliteit (BHL) en Binding, Ordening en Balans (BOB) . Deze ABC is een prima opstap om de effecten van verplaatsingen (herlocatie) en de effecten na te speuren op individueel niveau. Met name de oorzaak en consequenties van verplaatsing zijn vaak terug te leiden naar de

familiegeschiedenis dat vaak een langer draagvlak heeft dan de functionaliteit die we zo gewend zijn te zoeken.

Met in ons achterhoofd de driedeling van plaats, positie en rol (PPR) kun je vaak een goed begin maken met het kijken en waarnemen naar de verbroken en of gespannen dynamiek van de vraag. Deze bovenstaande eenvoudige aanwijzingen zijn slechts hulpmiddelen met het werken van systemisch georiënteerde vragen.

Echter wat doe je met ‘zwaar getraumatiseerde’(onverwerkte spanningsvelden) onderwerpen van mensen en hoe verhoudt dat bijvoorbeeld tot zo iets als plaats (locatie) trauma en delict. Hieronder vindt u enkele voorbeelden.

Grondgebied, historie en onverwerkte trauma van (nieuwe) Nederlanders

Het werken met systemisch werk en opstellingen, wordt over het algemeen nog veelal gedaan vanuit macro- systemische perspectieven, zoals het opstellen van landen van herkomst. Relatief weinig zie ik opstellingen waar het letterlijke (geologische) grondgebied wordt geduid als een verbindingsfactor met mensen, terwijl als je mensen interviewt juist geologische en geografische gebieden veel (emotioneel) respons oplevert. Iedereen lijkt snel te reageren op de zes grondgebieden van Nederland die ik al eerder noemde. Niet alleen associatief vanwege opgebouwde geschiedenis met de bepaalde gebieden, maar ook omdat daar dynamische

verbondenheid mee schijnt te zijn. Dit geldt evengoed voor gebieden waar traumatische gebeurtenissen hebben plaats gevonden. Eén en ander afhankelijk van de verbondenheid die mensen persoonlijk hebben met het gebied of de verwijzing die de geschiedenis heeft achtergelaten als stille getuigen als afdruk van

betrokkenen of getuigen. Iedereen zal begrijpen als we het over Westerbork hebben, dat dit een andere energie en dynamische realiteit oplevert dan de deltawerken in provincie Zeeland. Maar dit geldt ook voor de

(5)

18

Nederlanders die bijvoorbeeld overkwamen uit de voormalige Nederlandse koloniën. Zij werden geïnterneerd in voormalige (doorgangs)-concentratiekampen. In één decennium hebben we dan twee bevolkingsgroepen die een andere herinnering hebben aan dezelfde locatie en geschiedenis.

“Mijn ouders, die gevochten hadden voor Koningin en Vaderland, werden bij aankomst, vernederd en ondergebracht in concentratiekamp Westerbork. Dat heb ik de Nederlanders nooit meer vergeven. Ik begrijp wel dat mijn landgenoten [Redactie: Molukkers] later zo in opstand zijn gekomen als toen tijdens de kaping bij de Punt.”

Molukse Nederlander over zijn diepe verbondenheid met zijn afkomst en familie.

Plaats van handeling en betrokkenen geven in zekere zin hun geschiedenissen door aan de nazaten, die daardoor de zelf nooit ervaren trauma's overnemen en ervaren. Deze vorm van ‘transgenerationale transfer(s)’

zie je in vele vormen terug. Ook als het gaat over het innemen van je plaats of positie bepalen ten opzichte van verkrijgen en verwerven van positie en de daarbij toebedeelde of gewenste rol.

Een voorbeeld vond ik terug bij van afkomst een Ghanees/Surinaamse Nederlander die tijdens een opstelling zei,

“Nederland is rijk geworden door uitbuiting en de ontvoering van mijn voorouders, maar nu ik een plaats claim in deze Nederlandse samenleving en mij niet schaam voor mijn kleur en afkomst, lijkt dit, inplaats van begrip, tot argwaan en agressie te leiden.”

Het is interessant dat het hier niet alleen om de raciale afkomst gaat, maar ook om de geografische lokaliteit.

Mag een niet blanke Nederlander wel zo vanzelfsprekend een plaats en een ‘huis’ opeisen als elke andere willekeurige Nederlander? Of moet men met bij wijze van spreken, eerst met elkaar tegen de zee vechten, voordat die plaats veroverd of verworven is?

(6)

19

Een Casus

Echter zijn niet alle voorbeelden even eenvoudig als bovenstaande en is het in acht nemen van je ruimte als opsteller van groot belang. Zo lijken sommige vragen zo eenvoudig te zijn, totdat plotseling andere dingen zich in de opstelling voordoen.

Hierbij een voorbeeld uit een opstellingsdag voor betrokkenen rondom afstand, adoptie en affectie (A3).

In een opstelling met een geadopteerde uit Haïti bleek hij telkens niet in zijn kracht te komen staan. Telkens als hij een beweging maakte, maakte de representant van zijn adoptievader die ook, maar telkens net voor hem, zodat hij niet werkelijk in vrijheid zijn weg kon gaan. Zijn vader leek niet echt naar hem te kijken maar naar iets achter hem. En zo deed ook de geadopteerde in deze opstelling. Ze keken in zekere zin, elkaar voorbij.

Nu moest ik oppassen. Ging dit over A3 thema’s of over nog iets anders? Iedereen in de zaal voelde dat er iets zwaars gaande was tussen de twee personages van de opstelling.

Ik kreeg een ingeving. Ik zette een slavenhandelaar in het veld maar ‘blind’. Alleen de representant wist wie hij was. Maar toen hij erin kwam ging er een soort schok door beide andere mannen. De adoptievader zuchtte opgelucht, en maakte direct contact met de slavenhandelaar, maar de geadopteerde (in deze geen representant) raakte in een soort van paniek vermengd met tekenen van psychose, alsof hij de man (de slavenhandelaar en de adoptievader) naar de keel zou grijpen.

Voor mij was het beeld voldoende duidelijk. Bij de nabespreking, leek de representant van de adoptievader zich prima te kunnen vinden in de handelsgeest van de slavenhandelaar en had ook totaal geen oog voor zijn geadopteerde zoon. De geadopteerde echter vertelde dat hij letterlijk dit gevoel uit zijn jeugd herkende en dat hij in staat zou zijn geweest zijn adoptievader om te brengen. Zonder een feitelijke reden die hem bekend was.

Nieuwe immigranten en hoe wij ons daartoe verhouden

Hoe gebruiken we bovenstaande kennis nu we te maken hebben met vragen rondom migranten en kwesties rond nieuwe inwoners in dit land? De afgelopen jaren zijn er geregeld artikelen verschenen over diverse problemen rond nieuwe bevolkingsgroepen. In veel gevallen is daar voornamelijk gereageerd vanuit sociaaleconomische overwegingen. Maar als je goed oplet, zitten daar vaak diepe onverwerkte getraumatiseerde dynamieken onder. En juist deze niet economische factoren stapelen zich de laatste decennia over de hele wereld zich op. De politieke en maatschappelijke reacties zijn in eerste instantie vanuit het hoofd gemaakt, maar emotioneel geladen. Deze dragen niet alleen een fysieke spanning met zich mee, maar beroepen zich onder andere op de angst zoals ik dat in het begin van dit artikel beschreef. De angst van zelf te moeten verplaatsen of de ruimte te delen die met hard werken verkregen is.

Of gaat het ook om de ‘illusie’ van gecreëerde veiligheid te moeten opgeven en de angst en consequenties van (emotionele) migratie onder ogen moeten komen. Die van anderen, maar wellicht als eerste die van onszelf, waar pas daarna de herschikking kan plaats vinden?

In bijna alle gevallen van het kijken naar de effecten van migratie en verplaatsing zijn de essenties van

(7)

20

verlorenheid, het ontankert bestaan, de fysieke verwijdering, gebrek aan zelfbesef en bewustzijn en het gebrek van een belichaamd bestaan aanwezig. Dit houdt vaak ook het inzicht tegen om bijvoorbeeld de 3e ruimte; daar waar plaats, positie en rol een kans krijgt en zowel afkomst als het nieuwe land en cultuur een gedragen en gedeeld erfgoed worden, als belangrijke uitgangspositie te zien en ervaren. Vooral omdat door politieke en maatschappelijke spanningen een duaal stelsel wordt opgeroepen van 'wij tegen zij'. Een beweging van uitsluiting inplaats van insluiting.

Willen we leren samen te leven, zullen we moeten leren samen te werken aan een gedeelde historie waar een ieder bij betrokken kan zijn. Met als begintoets, onze eigen veilige ‘stede’ te verlaten en op verkenning uit te gaan naar mogelijkheden om vormen en inhouden te ontwikkelen die bijdragen aan een duurzame

betrokkenheid voor allen. Eén van de weinige manieren om dat te doen, is ook om onze eigen drijfveren en dynamieken te onderzoeken en hoe en waar wij als individuen onze identiteit aan verlenen om tot

zelfverwerkelijking te komen. Wellicht begint dat met het op zoek gaan naar Jung’s Oceanisch gevoel.

Transcultureel systemisch werk en opstellingen

The third space, ofwel de 3e ruimte is in zekere zin, de mogelijkheid voor

transculturele mensen, om op een ‘gezonde’

wijze zich te kunnen binden aan nieuwe situaties zonder de binding met de oorsprong te verliezen. De discussie rondom het Nederlanderschap als enige keuze, is in zekere zin niet constructief. Dit niet alleen omdat het over politieke keuzes gaat en nationaliteit, maar ook over een gevoeld en beleefde transculturaliteit dat daarmee in zekere zin verboden wordt: het migreren en/of transfereren tussen diverse leefwerelden. Deze mogelijkheid is niet alleen een noodzakelijke beweging, maar ook een systemisch gezonde dynamiek, omdat het lichaam en alles wat zich daarin bevindt, ook niet opgesplitst kan worden.

Het is daarom van groot belang, dat als men werkt met vragen rondom multiculturele (meervoudigheid en partiële partijdigheid) thema’s zich dan vooral te richten op de mogelijkheid om mensen daarin te laten bewegen (trans). Veelal zie ik bij het opstellingswerk terug dat het gaat over interculturele (tussen de culturen maar met behoud van afscheiding) onderwerpen in plaats van transculturele dynamieken. Het leren bewegen zonder geïsoleerd te zijn en te voelen.

(8)

21

Ontstaan van het transcultureel systemisch werk

Het onderwerp TransCultureel Systemisch werk en Opstellingen (2009) is in het leven geroepen nadat Wolfgang Konighaus, voormalige docent op het gebied van InterCultureel Systemisch werk (2003), zich jarenlang bekwaamd had op de effecten van verwijdering, verdrijving en daar ontstane trauma’s bij nazaten en nieuwe generaties. Als kind van verdreven voorvaderen uit Silezië en gehuwd met een Nederlands Indische vrouw, zag hij de effecten van de voorgeschiedenis van beide families terug bij zijn kinderen en kleinkinderen.

Samen met een groep studenten, waaronder ik, hebben we jarenlang gewerkt aan het opzetten en onderzoeken van primaire, secundaire en tertiaire dynamieken in families van geëmigreerde voorouders.

Door afgelopen jaren veel te werken met mensen met een migratieachtergrond of de kinderen daarvan, bleek dat de ‘gespletenheid’ van het

culturele bewustzijn mensen niet alleen bemoeilijkte om verdere stappen te ondernemen in het leven, maar ook een ‘eigen’ weg te vinden in een ‘nieuwe’ samenleving en zich daaraan te verbinden.

Via het werken met diverse mogelijkheden van vrije, halfvrije en gesloten dynamieken, bleek het op eigen wijze te kunnen transfereren; het reizen in tijd, plaats en geschiedenis, en de verbonden culturen de kansen te bieden zich te verbinden, betere kansen te bieden dan te moeten kiezen tussen wereld(delen). Voor velen leverde deze kennis en inzicht op dat creatieve, economische en emotionele ontwikkeling weer op gang kwam en daardoor krachtiger in het leven staan beter gewaarborgd was.

(9)

22 De zwarte pietendiscussie 15 november 2013

“…Het gaat om een diep verdrongen collectief trauma die jarenlang is gerijpt en nu als een etterbuil tot uitbarsting is gekomen. Er is een etiket op geplakt van slavernij, maar het oud zeer gaat veel dieper. Het is de pijn van een menselijk onrecht dat mensen niet als mens worden erkend. Het gaat om de diepe pijn dat kleurlingen als onvolwaardig worden gezien. Dat gebeurt nog steeds in talrijke landen waar ze zich nog steeds gediscrimineerd voelen. Nederland is hierin geen uitzondering…”

Paul de Blot, Hoogleraar Business Spiritualiteit - Nyenrode Business Universiteit

In de praktijk is gebleken, dat transcultureel systemisch werk, in eerste instantie een vorm van systemisch traumawerk is. Er zit veel verdrongen trauma bij vele betrokkenen. Opstellers en mensen die werken met systemische methoden en dit veld betreden, doen er goed aan, om zich hiervan bewust te zijn en de eigen premisse over deze veel omvattende onderwerpen van te voren te onderzoeken.

Snapshots uit opstellingswerk

Hellinger noemde in zijn werk enkele effecten en argumenten van migratie en verplaatsing, waaronder het feit dat zij die migreren om het beter te krijgen dan hun familie(s) en dat doen als zijnde een economische ‘vlucht’

op een dergelijke wijze de balans van zowel de familieziel als zichzelf in gevaar brengen. In sommige

opstellingen bleek dat de migranten zich (innerlijk) afkeerden/isoleerden van de gebleven familieleden als ook de nieuwe bevolkingsgroep waarmee ze in aanraking kwamen.

Maar ook blijkt in vele families dat, als de (groot)ouders zich op de één of andere wijze zich verrijkt hebben en daarbij slachtoffers zijn gevallen, iemand in de familie vertrekt en vaak, zo op het eerste gezicht om onbekende redenen, uit het zicht verdwijnt of gezondheidsproblemen ondervindt

Het werk van Hellinger met onderwerpen als oorlog en daders en slachtoffers laten een diversiteit aan dynamische gronden zien. Het meest intrigerende zijn de bewegingen die leiden naar existentiële vragen over leven en dood en het niet kunnen nemen van het leven. Of in diepe liefde met de slachtoffers zichzelf ten gronde richten. Opvallend is ook, dat vaak partners gekozen worden die op de een of andere wijze via hun geschiedenis, iets te maken hebben met het onderwerp of het volk waar de persoon in kwestie van afstamt.

Bij het werken met Indische politieke- en oorlogsmigratiethema’s bleek dat in de vele generaties erna de verzwegen trauma's nog steeds voort leven binnen de familiedynamieken. Binnen een opstelling ontstond een rij representanten die met hun handen open stonden alsof ze recht hadden op ‘herstelbetalingen’. In die hele groep bleek de energie passief te zijn en niet in staat om in actie te komen.

Interreligieuze onderwerpen als ook magische en mystieke onderwerpen komen veelal aan bod bij

‘transculturele’ groeperingen. Afhankelijk van de cultuur van afkomst speelt dit een belangrijke rol in families en dus ook bij opstellingen.

(10)

23

Vaak vergeten we het, maar ook transculturele adopties, hebben kenmerken van geforceerde migratie en de vraagstukken die men tegenkomt bij verplaatsing en/of vermissing van familieleden, komt men dan ook tegen bij het werken met geadopteerden en adoptiefamilies. De problematiek rondom plaats, positie, rol en hun vraag naar identiteit zijn terugkerende onderwerpen bij

geadopteerden. Zo blijkt dat vele geadopteerden hun leven lang ervaren als een leven in een spagaat. Vaak verstrikt geraakt in de emoties rondom, binding, hechting en loyaliteit. Daarbij komt, dat veel geadopteerden dode (geboren) kinderen in adoptiefamilies representeren, of de bliksemafleider zijn van affectieve relaties van de adoptieouders. De veel gebruikte landenopstellingen, lijken wel iets met geadopteerden te doen, maar is een cliché techniek geworden in de opstellingswereld en ik raad het hierbij dan ook af, om dit als eerste interventie te gebruiken. In de meeste gevallen zijn

geadopteerden namelijk in een gestapeld getraumatiseerd complex terecht gekomen waarbij ze zowel onbewust als bewust de oorspronkelijke en de adoptiefamilie trachten bij elkaar te houden.

In meerdere gevallen kwam ik de volgende dynamiek tegen.

Een geadopteerde vrouw uit Zuid-Korea, die overigens niets wilde weten over haar afkomst of waarmee ze verbonden was, huwde een Nederlandse blanke man en deze had een relatievraag ingebracht. Haar partner vond haar afwezig, alsof ze niet in haar lichaam zat. Maar al heel snel bleek, dat het niet om haar eigen relatie ging maar om die van haar en haar adoptieouders. Ze bleek jarenlang seksueel misbruikt te zijn door de adoptievader met het medeweten van haar adoptiemoeder. In de opstelling bleek echter helemaal geen

‘authentieke’ lust te zijn van de adoptievader naar zijn geadopteerde dochter. Maar zodra de adoptie ter sprake kwam en de adoptiemoeder in beeld verscheen, bleek de adoptievader zich aan de geadopteerde dochter te willen vergrijpen. De woorden, ‘je bent mijn echte dochter niet en de adoptie was iets wat je (adoptie)moeder wilde’, kwam met een grijns over de lippen van de representant. De adoptiemoeder stond erbij en keek erna. En de geadopteerde leek volledig apathisch te zijn bij dit gebeuren. Achteraf bleken de adoptieouders, gedurende de periode dat zij in huis was, geen seksuele relatie meer te hebben…

De meest lichte onderwerpen zijn vaak migratievraagstukken rondom herenigingen. Vaak komt daar wel veel verdriet mee naar boven, maar ook een energie van vervulling en eenwording. Echter niet zelden brengt dit een nieuw conflict aan het licht in verband met een noodzakelijke herschikking in de familierangordening of plaats in de maatschappij.

Vaak vergeten wij de mensen die verdreven werden uit hun oorspronkelijke woonplek. Ze werden verdreven uit gekoloniseerde gebieden, door situaties van oorlog of economische redenen. Het geforceerd migreren laat vaak diepe sporen na bij nazaten, maar ook bij de huidige bewoners. Mijn leraar deed opstellingswerk ter plekke voor verdrevenen uit het voormalig Silezië dat nu deel uit maakt vanTsjechië en Polen. Dit grondgebied is vaak bezet en geannexeerd door diverse staten vanwege de grondstoffen met een grote economische waarde.

Heftige thema’s in Nederlands gerelateerde migratievraagstukken zijn toch altijd weer de raciale thema’s die een rol spelen. Vaak blijken alle betrokken partijen de standpunten al ingenomen te hebben voordat er een beweging mogelijk zou zijn. Een wijze en mooie les uit het werk van Hellinger en anderen, bijvoorbeeld uit het Israëlische en Palestijnse vraagstuk, is dat volwassenen daar maar moeilijk uit kunnen komen, maar het kijken naar de getroffen kinderen lijkt een uitweg te zijn. Deze ‘3e ruimte’ creëert vaak niet alleen begrip maar vooral

(11)

24

het besef van de gemaakte slachtoffers. Uit een opstelling die ik heb begeleid, bleek bijvoorbeeld dat een vader van ‘Afrikaanse’ origine, de Nederlandse maatschappij kwalijk nam dat hij zo werd gediscrimineerd. Zijn buurman had een hekel aan deze man, want de buurman haatte ‘buitenlanders’. Maar hun kinderen werden verliefd op elkaar. En wat doe je dan? Wat bleek uit de opstelling, is dat als de vaders zich zo zouden blijven gedragen, zij de kinderen zouden kwijt raken en in het ergste geval een toekomst voor hen zouden

bemoeilijken. Ook al zouden ze verhuizen of emigreren. De enige oplossing bleek te zijn om representanten van de moeders in dit geheel te plaatsen. Zij waren tot dan toe niet in beeld geweest. Zij omarmden de kinderen en raakten daarbij de kinderen, elkaar en symbolisch, de nog ongeboren kinderen aan. De vaders moesten toen wel naar deze opstelling kijken en beiden stonden met tranen in hun ogen. Een opvallende detail is, dat de Nederlandse man in deze, een Indische vrouw was getrouwd….

Tot Slot

Om het citaat van Heijne in het begin nog maar eens in herinnering te brengen: het is voor veel mensen lastig om de spanningsloosheid, de gewaarwording van een opgeheven bewustzijn te ervaren. Het verlangen om opgenomen te worden in een toestand van grenzeloze eenwording is er vaak wel. Door het systemisch werk en opstellingen is er een mogelijkheid om dicht bij die spanningsloosheid te komen en het verlangen om te zetten in een realiteit. Dat is voor velen die betrokken zijn bij dit onderwerp ‘one small step for man, but one‘giant leap for mankind’ om de woorden van Neil Armstrong maar te gebruiken.

De ervaring van een emotionele vrijheid is in veel opzichten te vergelijken met een landing op een ander bewustzijnsplaneet. Die van de aarde. De wereld die wij met ons allen delen.

Over de auteur

Hilbrand Westra werd geboren als Jung, Woon Seok in Zuid-Korea en kwam naar Nederland op vierjarige leeftijd. Hij is de jongste zoon van een samengesteld Koreaans gezin van negen kinderen. Tevens is hij de oudste van acht geadopteerden in een samengesteld multicultureel Fries gezin. Na zijn carrière in het internationale bedrijfsleven en private onderwijs heeft hij zich onder andere toegelegd op het Transculturele Systemisch Werk en Opstellingen waarvoor hij o.a. de langdurige opleiding tot familieopsteller, en intercultureel systemisch werk bij Wolfgang Königshaus in Duitsland volgde. Hilbrand wordt beschouwd als een van de Nederlandse experts op het gebied van afstand en (interlandelijke) adoptie en transcultureel systemisch werk en opstellingen.

Gebruikte Literatuur

Blot. Paul de. Hoogleraar Business Spiritualiteit. Nyenrode Business Universiteit. Blog: http://pauldeblot.nl/2013/11/15/zwarte-piet/

Heijne, Bas. Moeten wij van elkaar houden? Populisme ontleed. De Bezige Bij, Amsterdam 2011.

Hellinger, Bert. Bewegung auf freiden hin. Losungsperspektiven durch das Familien Stellen bei ethnischen Konflikten. Carl Auer Systeme Verlag

Hellinger, Bert. Die andere Liebe. Was uber uns hinausfhurt. Vortrag in der Evangeliscje Ludwigskirche in Freiburg. Video verlag Bert Hellinger International

Hellinger, Bert. Familien Stellen in Istanbul. Video 1. Video verlag Bert Hellinger International

Hellinger, Bert. Hart tegen Hard. Familieopstllingen als instrument voor conflicthantering. Altemitra Becht. Haarlem, 2005.

Jessurun,Nel. Transculturele vaardigheden voor therapeuten. Een systeemtheoretisch behandelmodel. Uitgeverij Coutinho. Bussum, 2010.

Obdeijn, Herman, Schrover Marlou. Komen en gaan. Immigratie en emigratie in Nederland vanaf 1550 Sen, Amartya. Identity and Violence. The illusion of Destiny. Penguin Books. London, 2006

Schlippe, Arist von, El Hachimi, Mohammed und Jurgens, Gesa. Multikulturelle Systemische Praxis. Carl Auer Systme Verlag, 2003 Schutzenberger, Anne Ancelin. The Ancestor Syndrome. Transgenerational Psychotherapry nf the hidden links in ghe family Tree. Routlede, 1998-2009 London

Tjin A Djie, Kitlyn, Zwaan, Irene. Beschermjassen. Transcultulturele hulp aan families. Van Gorcum. Assen, 2010

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

The key question is, “to what extent are mass media and new technologies used to contextualize the growth of the churches in the DRC?” The study focussed on the

De verklarende variabelen in het fixed model waren: − Tijdstip van het protocol − Tijdstip2 − Leeftijd van het kuiken − Leeftijd2 − Conditie van het kuiken − ‘50%-hoogte’

The general aim of this research is to establish the relationship between sense of coherence, coping, stress and burnout, and to determine whether coping strategies and job

29 North, Understanding the process of economic change, 50... tutions of any sort, whether private- or public-order, effectively deterred it. 30 They argue on the basis of game

Door ook in de conclusie te verwijzen naar de drie onderling samenhangende processen van economische ont- wikkeling, militaire hervormingen en staatsvorming wordt de indruk van

Uit de relatie tussen opbrengst in vers gewicht, waterverbruik en gemiddelde vochtspanning van de grond blijkt, dat indien een uitdrogingsgrens van p F 2,6 of hoger

Artikel 3 van de embryowet van 11 mei 2003 stelt dat onderzoek op embryo’s in vitro is toegelaten indien aan al de voorwaarden van deze wet voldaan wordt en meer bepaald

Weliswaar zegt Ladegast dat voor bepaalde momenten tijdens het kerstfeest een combinatie van Prestant 8', Octaaf 4', Gemshoorn 4', Trompet 8' en Bourdon 16' geschikt is, die