• No results found

Huiswerkboekje blokken Spelling. groep 6

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Huiswerkboekje blokken Spelling. groep 6"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Huiswerkboekje blokken 1 + 2 Spelling

groep 6

Naam: ………

(2)

Week 1: Categorieregel leren en opdrachten maken.

Hakwoord (1)

Ik schrijf het woord zoals ik het hoor.

Speciaal hakwoord: daar hoort geen u tussen.

(wolk)

Schrijf 8 hakwoorden op

Luchtwoord (3)

Korte klank + cht, met de ch van lucht.

Behalve bij: hij ligt, hij legt, hij zegt.

Kleur alle luchtwoorden in het versje.

Sippe Simon heeft weer pech.

Ach, het is zo’n lekker joch.

Draait zich om en och, niet huilen.

Sippe Simon, lach nu toch.

Simon roept, na eerst wat kuchen:

“Kijk dan, ik ben goochelaar!”

Maar helaas het wordt een chaos, Zijn techniek is toch niet klaar.

Eindelijk, Simon staat te juichen, Heel zijn lichaam jubelt mee.

Hij roept: “kachel!”, Er klinkt: ”kachel!”

Door de echo zijn het er twee.

(3)

Week 2: Categorieregel leren en opdrachten maken.

Eer-oor-eur-woord (5) Ik schrijf ee, oo, eu.

eerwoord: ik schrijf ee.

oorwoord: ik schrijf oo.

eurwoord: ik schrijf eu.

eelwoord: ik schrijf ee.

Verzin 4 woorden onder elk rijtje.

-eer -oor -eur -eel

Aai-ooi-oei-woord (6) Aai-ooi-oei-woord.

Ik hoor de /j/, maar ik schrijf de i.

Maak er meervoud van:

De haai Ik zaai Ik strooi Ik knoei De plooi Ik schroei

(4)

Eeuw-ieuw-woord (7)

Eeuw-ieuw-woord ik denk aan de u.

Maak 4 zinnen. Gebruik steeds 1 eeuw-ieuw-woord. Kies uit: sneeuw, kieuw, meeuw, nieuw

1. ………

2. ………

3. ………

4. ………

Langermaakwoord (8)

Ik hoor een /t/ aan het eind, dus langer maken.

Ik hoor of ik een t of een d moet schrijven.

Langermaakwoord –b: langermaakwoord van het eind –b rijtje, dus langer maken. Ik hoor dat ik b moet schrijven.

eb, heb, web, drab, krab, slab, kwab, rib, schub, schrob, Bob, Job, Rob.

Maak het woord langer, kleur het woord als het een langermaakwoord is.

de meeuw de hond heb de plant de plank de wand de krab de pen de kwab het paard

(5)

Verkleinwoord (11)

Grondwoord is […]. Dat is een categorie+regel].

Dan [je/tje/pje] erachter.

Verkleinwoord met –etje: verkleinwoord met –etje, [categorie+regel]. Ik hoor twee keer de /u/, maar ik schrijf de e.

Verkleinwoord met –aatje: verkleinwoord met aatje: [categorie+regel]. Dan aatje.

Verkleinwoord met –ootje: verkleinwoord met ootje: [categorie+regel]. Dan ootje.

Verkleinwoord met –uutje: verkleinwoord met aatje: [categorie+regel]. Dan uutje.

Verkleinwoord als koninkje: verkleinwoord, [categorie+regel]. Plankwoord.

Daar mag geen g tussen. Dan je erachter.

Maak er een verkleinwoord van. Kun je er nog 2 zelf bedenken?

papegaai papegaaitje

film bal ding bank ring auto paraplu koning cola bloem

(6)

Week 1: Categorieregel leren en opdrachten maken.

Kilowoord (13)

Ik hoor de /ie/, maar ik schrijf de /i/.

Maak er meervoud van:

de olifant de gitaar de sinaasappel de dirigent de piloot de kapitein de politieman de familie

Komma-s-woord (14)

Komma-s-woord. Eerst de komma, dan de s.

Vul het verhaal in. Gebruik de woorden: ’s ochtends, ’s middags, ’s zomers,

’s avonds, ’s nachts, ’s winters,.

1. Het is ……….. koud buiten. Ik draag een winterjas.

2. ………. na schooltijd drink ik thee met mijn oma.

3. De wekker gaat ………. om half 8.

4. ……….. . gaan wij vaak naar het strand om te zonnen.

5. Ik word ……….. nooit wakker. Ik slaap de hele nacht.

6. Ik maak ……….. na het avondeten mijn huiswerk.

(7)

Centwoord(15)

Ik hoor de /s/, maar ik schrijf de c.

Vul in en schrijf het hele woord in de tabel ernaast.

de …itroen het …entrum het …ijfer de …irkel het ...ement de do…ent

Klankgroepenwoord (10)

Korte klank: dan schrijf ik de […] dubbel.

Lange klank: dan neem ik een stukje van de […] weg.

Tweetekenklank: dan schrijf ik het woord zoals ik het hoor.

Medeklinker: dan schrijf ik het woord zoals ik het hoor.

Verzin 4 woorden onder elk rijtje

Woorden met een lange klank

Woorden met een korte klank

Woorden met een tweetekenklank

Woorden met een medeklinker Centwoord (15)

Ik hoor de /s/, maar ik schrijf de c.

Vul in en schrijf het hele woord in de tabel ernaast.

de …itroen het …entrum het …ijfer de …irkel het ...ement de do…ent

Klankgroepenwoord (10)

Korte klank: dan schrijf ik de […] dubbel.

Lange klank: dan neem ik een stukje van de […] weg.

Tweetekenklank: dan schrijf ik het woord zoals ik het hoor.

Medeklinker: dan schrijf ik het woord zoals ik het hoor.

Verzin 4 woorden onder elk rijtje

Woorden met een lange klank

Woorden met een korte klank

Woorden met een tweetekenklank

Woorden met een medeklinker

(8)

Week 2: Categorieregel leren en opdrachten maken.

Komma-s-meervoud (16)

Meervoud en lange klank aan het eind: komma-s, behalve bij ee.

Maak er meervoud van:

de kassa de zebra de foto de auto de paraplu de kiwi de kilo de euro

Politiewoord (17)

Ik hoor /tsie/, maar ik schrijf tie.

Vul het politiewoord in:

Van sporten krijg je een goede con……….

In de zomer ga in naar Frankrijk op vak………

In een informatieve tekst staat veel inf………….

De dokter in het ziekenhuis doet een ope………

Als ik jarig ben krijgen jullie een lekkere tra………

Ik ben agent, ik werk bij de pol………

(9)

Colawoord (18)

Ik hoor de /k/, maar ik schrijf de c.

Maak 4 zinnen. De zin moet meer dan zes woorden hebben. Gebruik steeds 1 colawoord. Kies uit: cola, cactus, accordeon, bioscoop

1. ………

2. ………

3. ………

4. ………

Tropisch-woord (19)

Ik hoor /ies/, maar ik schrijf isch.

Maak het woord af met -isch. Schrijf het woord dan nog een keer op.

krit…..

trop…..

elektr……

med……

fantast……

romant……

log…..

telefon…..

alfabet……

toerist……

(10)

Week 1: Categorieregel leren en opdrachten maken.

Theewoord (22)

Ik hoor de /t/, maar ik schrijf th.

Maak er een theewoord van en schrijf het woord nog eens op.

.. uis de .. ee het .. eezakje het .. eater de .. ermometer de .. ermosfles de me .. ode de apo .. eek

Werkwoordspelling

Persoonsvorm in de tegenwoordige tijd altijd stam + t, behalve bij ik en als jij erachter staat.

Vul in

werkwoord ik jij wij

branden brand brandt branden

rijden rennen houden zwaaien landen zingen braden

Maak de volgende zinnen af:

1. Hij ……….. een kaars in de kamer.

2. Ik ……….. met het vliegtuig op Schiphol.

3. Wij ……… elke morgen een lied.

Woordsoorten

Kleur alle werkwoorden rood

Kleur alle voegwoorden blauw.

Zet een komma op de goede plek.

1. Alle kinderen gaan naar huis nadat de bel gaat.

2. De kinderen eten thuis terwijl de leraren het plein versieren.

3. De juf gaat eten op school maar de meester eet thuis.

4. De juf zingt de hele dag want dat vindt ze leuk.

5. Van de juf mag ik een kaart uitzoeken als ik een 10 haal voor mijn proefwerk.

6. We mogen lezen uit ons boek totdat de bel gaat.

7. Ik ruil mijn boek met Jaap want ik vind hem lief.

8. Ik haal een nieuw boek in de bieb omdat ik graag lezen wil.

9. Ik haal een goed cijfer voor mijn toets doordat ik zo goed geleerd heb.

10. Mijn vader is trots op mij en mijn moeder is dat ook.

Werkwoorden

In welke tijd staan de zinnen? Kleur het goede bolletje.

Tegen- woordige tijd

Verleden tijd

Voltooide tijd

Ik loop elke dag een rondje door de stad. o o o

Vorige week kwam ik hond tegen. o o o

Mijn vader koopt een nieuwe fiets o o o Jan heeft het boek helemaal gelezen. o o o Gisteren sliep ik in een grote tent. o o o

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vraag Raai wát hij dan heeft ingepakt, het zijn toch wel echte cadeautjes.. Of heeft hij zo maar

[r]

Taal actief • visuele leerlijn spelling werkwoorden • groep 6 • © Malmberg ’s-Hertogenbosch 1f stam van het 4. werkwoord 1f zelfde

Sprekende over het beginsel der democratie, wees de heer Louwes er op, dat democratie niet betekent volkssouvereiniteit (Frankrijk met zijn politieke onstabiliteit

Daar lieten we zien dat Henny Bos en Theo Sandfort in 1998 niet alleen signaleerden dat de werkbeleving van homoseksuele werknemers statistisch gezien negatie- ver was dan die

De Commissie stelt de volgende vraag: ‘Welke problemen in de sfeer van bejegening (grapjes, uitsluiting, discriminatie) ervaren homosek- suele mannen en lesbische vrouwen op

Henny Bos and Theo Sandfort observed in 1998 firstly that the way homo- sexual employees perceive work is more negative than heterosexual employees in a statistical sense, and

Ik begin boven rond, schuin naar beneden en naar rechts.. Ik ga de