• No results found

Rapport van het inspectiebezoek aan Akfa B.V. in Enschede op 15 maart 2021

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Rapport van het inspectiebezoek aan Akfa B.V. in Enschede op 15 maart 2021"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Rapport van het inspectiebezoek

aan Akfa B.V. in Enschede op 15 maart 2021

Utrecht, juni 2021 V2027522

(2)

Inhoud

1 Inleiding 3

1.1 Taak Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd 3 1.2 Onderzoeksmethode 3

1.3 Aanleiding bezoek 3

1.4 Schets thuiszorgorganisatie 4

2 Conclusie 6

2.1 Wat gaat goed 6 2.2 Wat kan beter 6 2.3 Wat moet beter 6 2.4 Conclusie bezoek 6

3 Wat zijn de vervolgacties 7

3.1 De vervolgactie die de inspectie van Akfa verwacht 7 3.2 Vervolgacties van de inspectie 7

4 Resultaten 8

4.1 Thema 1 – cliënt centraal 8 4.2 Thema 2 – integrale zorg 10 4.3 Thema 3 – veilige zorg thuis 11

4.4 Thema 4 – professionele autonomie van de wijkverpleegkundige 13 4.5 Thema 5 – sturen op kwaliteit 13

Bijlage Geraadpleegde documenten 16

(3)

1 Inleiding

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: de inspectie) heeft op 15 maart 2021 een aangekondigd bezoek gebracht met onaangekondigde elementen aan Akfa B.V. (hierna Akfa) te Enschede.

Het doel van het inspectiebezoek was om een oordeel te geven over de kwaliteit en veiligheid van de zorg die Akfa levert aan cliënten thuis.

In dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen en het oordeel. Indien nodig geeft de inspectie aan welke maatregelen van Akfa worden verwacht naar aanleiding van deze bevindingen.

1.1 Taak Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd

De inspectie bewaakt en bevordert de kwaliteit en veiligheid van zorg. De inspectie ziet erop toe of de zorgaanbieder de zorg geeft zoals is voorgeschreven in wetten, veldnormen, professionele standaarden en in het veld vastgestelde kwaliteitskaders.

De verwachtingen en behoeften van patiënten en cliënten zijn daarbij een belangrijk uitgangspunt. De inspectie gaat in het toezicht uit van vertrouwen in de intrinsieke motivatie van zorgaanbieders om de best mogelijke zorg te verlenen.

1.2 Onderzoeksmethode

Tijdens het inspectiebezoek gebruikte de inspectie een toezichtinstrument gebaseerd op het toetsingskader ‘Toezicht op de zorg thuis’1.

Het toetsingskader bevat de volgende thema’s:

1. cliënt centraal 2. integrale zorg 3. veilige zorg thuis

4. professionele autonomie van de wijkverpleegkundige 5. sturen op kwaliteit.

Het inspectiebezoek was van tevoren aangekondigd, bevatte onaangekondigde elementen en bestond uit de volgende onderdelen:

- presentatie door en gesprek met de bestuurder;

- gesprek met de coördinator van de zorg;

- gesprek met de wijkverpleegkundige;

- gesprek met drie zorgverleners;

- gesprekken met cliëntvertegenwoordigers van drie cliënten;

- inzage zorgdossiers;

- terugkoppeling van de bevindingen door de inspectie en gesprek met de bestuurder en de coördinator van de zorg.

1.3 Aanleiding bezoek

De inspectie bezoekt Akfa om zich een beeld te vormen of de geboden zorg voldoet aan wet- en regelgeving. Uit het bezoek aan Akfa op 8 januari 2020 blijkt dat Akfa niet aan alle normen voldoet. De inspectie concludeert dat Akfa zich moet

verbeteren op de vergewisplicht en Verklaring Omtrent Gedrag (VOG), het hebben van een scholingsplan, het vastleggen van uitsluitingscriteria, beleid met standpunt van Akfa over onvrijwillige zorg en dwang, het voeren van een plan-do-check-act (PDCA)-cyclus binnen een kwaliteitssysteem en de beschikbaarheid van bevoegd en bekwame zorgverleners passend bij de zorgzwaarte van de cliënten.

1 Het toetsingskader staat op www.igj.nl.

(4)

1.4 Schets thuiszorgorganisatie

Akfa is een besloten vennootschap en ingeschreven bij de Kamer van Koophandel (hierna kvk) onder nummer 71373632 sinds 9 april 2018. Akfa is in januari 2020 gestart met de daadwerkelijke zorgverlening. De organisatie is gestart met twee bestuurders. De huidige bestuurder en een compagnon. De bestuurder geeft aan dat de compagnon wel nog aandeelhouder is, maar niet meer voor de organisatie werkt.

De bestuurder geeft aan dat de compagnon voornemens is te stoppen. De bestuurder heeft dan samen met een familielid de aandelen van Akfa.

Akfa is een thuiszorgorganisatie en heeft een regionaal werkgebied rond Hengelo en Almelo. Akfa werkt niet als hoofd- en/of onderaannemer.

De bestuurder werkt samen met de zorgcoördinator in het managementteam. De zorgcoördinator werkt sinds februari 2020 bij Akfa. Dit doet zij 24 uur per week. De zorgcoördinator heeft een achtergrond in de zorg als sociaalpedagogisch

hulpverlener. Binnen Akfa is zij naast de zorgcoördinator ook werkzaam als begeleider van een aantal cliënten. De zorgcoördinator had hiervoor een eigen bedrijf in de zorg, namelijk S. Actief Zorg (kvk: 72819782). De zorgcoördinator geeft aan dit bedrijf niet meer te hebben en alle cliënten te hebben meegenomen naar Akfa. Dit waren ongeveer tien cliënten.

Zorgaanbod

De bestuurder geeft aan dat de organisatie is gestart om de zorg te leveren aan een familielid. Daarna zijn er meer cliënten bijgekomen. De cliënten bij Akfa zijn vooral van Turkse afkomst. Ook heeft Akfa cliënten van Syrische en Nederlandse afkomst.

De zorgaanbieder levert volgens haar website verpleging, persoonlijke verzorging, huishoudelijk hulp, individuele begeleiding en dagbesteding.

De organisatie biedt dagbesteding op de locatie op maandag en woensdag. De bestuurder of een zorgverlener halen en brengen de cliënten. Vanwege COVID-19 komen er op de locatie nu drie of vier cliënten tegelijk. Tijdens de eerste golf in maart 2020 is de dagbesteding helemaal dicht geweest. Tijdens de tweede golf in september 2020 ook een korte tijd. Enkele cliënten hebben zelf de dagbesteding gestopt, uit angst voor COVID-19.

Financiering

De organisatie heeft sinds 22 juli 2019 een WTZi-toelating (registratie 14912) voor de functies persoonlijke verzorging, verpleging en begeleiding. Akfa heeft geen contract met een zorgverzekeraar en levert ongecontracteerde zorg. De zorg wordt voor alle cliënten geleverd op basis van het persoonsgebonden budget (PGB).

Personeel

Akfa heeft acht medewerkers met min-max contracten in dienst. Akfa volgt de CAO Zorg. De bestuurder vertelt de inspectie dat de Belastingdienst Akfa vraagt om de CAO Verpleeg-& Verzorgingshuizen & Thuiszorg te volgen. Dit heeft de bestuurder nog niet georganiseerd.

Er werken twee zorgverleners met niveau 3 IG (maximaal 48 uur, 1,3 fte), twee ambulant begeleiders (maximaal 33 uur, 0,9 fte), drie huishoudelijk medewerkers (maximaal 38 uur, 1,05 fte) en één zorgcoördinator (24 uur, 0,6 fte).

Cliënten

Akfa heeft elf cliënten in zorg. Uit het overzicht wat de inspectie van Akfa ontvangt blijkt dat twee cliënten een indicatie hebben vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Deze twee cliënten krijgen in totaal 15,3 uur persoonlijke verzorging per week. Drie

(5)

cliënten hebben een indicatie vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz). De inspectie ontvangt van Akfa geen informatie over het zorgprofiel van deze drie cliënten. Wel ontvangt de inspectie informatie over de hoeveelheid zorg die deze cliënten krijgen.

Deze drie cliënten krijgen in totaal per week 10 uur persoonlijke verzorging, 31 uur individuele begeleiding en 29,5 uur begeleiding in een groep.

De andere zes cliënten krijgen zorg vanuit de wet maatschappelijke ondersteuning (WMO). Deze WMO-zorg valt niet onder het toezicht van de inspectie.

COVID-19

De bestuurder geeft aan dat cliënten en/of medewerkers niet besmet zijn geraakt met COVID-19. De inspectie hoort dat de organisatie mondkapjes, handschoenen, spatbrillen, halterschorten en alcoholgel/spray verschaft aan de medewerkers. Op de locatie waar dagbesteding gegeven wordt, staan een aantal van deze

persoonlijke beschermingsmiddelen (PBM). De bestuurder vertelt dat Akfa de bestellingen doet bij een groothandel voor drogisterijen.

(6)

2 Conclusie

In dit hoofdstuk geeft de inspectie haar conclusie. Hierin staat hoe de inspectie de door Akfa geleverde thuiszorg beoordeelt. Een toelichting op de scores per norm staat in hoofdstuk 4. In dat hoofdstuk beschrijft de inspectie op basis van welke bevindingen zij de scores op de normen geeft.

2.1 Wat gaat goed

Cliënten van Akfa kunnen er op rekenen dat zorgverleners hen stimuleren om zo lang mogelijk zelfredzaam te blijven. Cliënten van Akfa hebben inspraak in de manier waarop zij zorg willen. De afspraken tussen Akfa en de cliënt staan in het zorgplan van de cliënt. Ook stemmen de zorgverleners van Akfa af met de informele zorgverleners. Cliënten kunnen er vanuit gaan dat zij zorg krijgen van een vast team van zorgverleners die de cliënt kennen. De exclusiecriteria van Akfa geven aan dat Akfa geen zorg biedt aan cliënten die onvrijwillige zorg nodig hebben.

2.2 Wat kan beter

Cliënten kunnen nog niet altijd nagaan welke wijkverpleegkundige de (her)indicatie stelt. Zorgverleners van Akfa kunnen nog beter navolgbaar werken volgens de veilige principes in de medicatieketen. Akfa heeft nog geen protocol over hoe te handelen bij vermoedens van huiselijk geweld.

2.3 Wat moet beter

De zorgverleners en wijkverpleegkundige signaleren de risico’s van cliënten

onvoldoende. Ook werken zorgverleners niet methodisch en tekenen medicatie niet volgens de veilige principes in de medicatieketen af. Zorgverleners stemmen niet navolgbaar in het cliëntdossier af over wie wat doet. De informatie van para medici over behandeling van cliënten staat niet in het cliëntdossier.

De zorgverleners hebben niet de beschikking over gecertificeerde persoonlijke beschermingsmiddelen.

Akfa heeft onvoldoende bevoegde en bekwame zorgverleners om aan de zorgvraag van cliënten te voldoen. Het toetsen van bekwaamheden van zorgverleners wordt niet door daartoe bevoegde opleiders uitgevoerd. Ook moet Akfa nog starten met het bevorderen van de kwaliteit van zorgverleners.

Akfa heeft geen protocollen en richtlijnen hygiëne en infectiepreventie, afgeleid van de richtlijnen van het RIVM. Ook heeft Akfa geen systeem om de kwaliteit van zorg te bewaken en bij te sturen. Akfa analyseert de incidenten niet periodiek. Ook zijn de basisoorzaken van de incidenten niet geanalyseerd.

2.4 Conclusie bezoek

Akfa voldoet (grotendeels) aan zeven van de zestien getoetste normen. Aan negen normen voldoet Akfa grotendeels niet. De zorgverleners en wijkverpleegkundige signaleren de risico’s van cliënten onvoldoende. Ook werken zorgverleners niet methodisch en tekenen medicatie niet volgens de veilige principes in de

medicatieketen af. Akfa zorgt niet voor de juiste protocollen en richtlijnen rondom Covid-19. De zorgverleners hebben niet de beschikking over gecertificeerde persoonlijke beschermingsmiddelen.

Door het ontbreken van een systeem om de kwaliteit van zorg te bewaken, stuurt Akfa niet op de kwaliteit en veiligheid van zorg. Ook heeft Akfa onvoldoende bevoegde en bekwame zorgverleners om de zorg te kunnen leveren aan alle cliënten. Het team van zorgverleners is niet aantoonbaar bekwaam voor het uitvoeren van de risicovolle en voorbehouden handelingen.

(7)

3 Wat zijn de vervolgacties

In dit hoofdstuk staat wat de inspectie van Akfa verwacht. Daarna geeft de inspectie weer wat zij zal doen naar aanleiding van dit bezoek.

3.1 De vervolgactie die de inspectie van Akfa verwacht

Een zorgaanbieder moet voldoen aan de normen uit wet- en regelgeving en veldnormen.

De inspectie verwacht dat Akfa zorgt dat er voldoende bevoegde en bekwame zorgverleners zijn zodat er gezond geroosterd kan worden. Alle zorgverleners moeten methodisch werken. De risico’s van cliënten moeten in beeld zijn en benoemd worden in het cliëntdossier.

Het toetsen van bekwaamheden moet worden uitgevoerd door een daartoe bevoegde persoon met de juiste certificaten. Het moet navolgbaar zijn welke wijkverpleegkundige de (her)indicatie stelt. Zorgverleners moeten de beschikking hebben over gecertificeerde persoonlijke beschermingsmiddelen die Akfa geeft. Ook moeten de protocollen en richtlijnen, waaronder de hygiëne en infectiepreventie beschikbaar zijn en aantoonbaar gevolgd worden door alle zorgverleners.

Daarnaast moet Akfa een kwaliteitssysteem gebruiken waarbij zij de PDCA-cyclus doorloopt.

3.2 Vervolgacties van de inspectie

De inspectie vertrouwt erop dat de zorgaanbieder verbetermaatregelen neemt op de punten waar de geboden zorg niet aan de normen voldeed. De inspectie gaat ervan uit dat de informatie in hoofdstuk 4 hiervoor voldoende handvatten biedt.

De inspectie verwacht dat de zorgaanbieder alle onderdelen zodanig verbetert dat deze aan de normen voldoen. De inspectie verwacht uiterlijk 12 september 2021 een resultaatverslag over alle normen.

In dit resultaatverslag staat per norm:

- welke aanpak en acties de zorgaanbieder heeft ingezet om volledig aan de norm te voldoen;

- welke aanpak en acties de zorgaanbieder heeft ingezet om te blijven voldoen aan de normen die tijdens het inspectiebezoek (grotendeels) voldoen;

- hoe de zorgaanbieder heeft gemeten dat hij volledig aan de norm voldoet - als de zorgaanbieder per de datum van het resultaatsverslag nog niet volledig

aan de norm voldoet: wat de stand van zaken is van de verbeteringen op de datum van het opsturen van het resultaatverslag.

Op basis van de huidige scores volgt een vervolgbezoek.

(8)

4 Resultaten

Dit hoofdstuk beschrijft per thema de normen, het oordeel en de bevindingen.

De inspectie beoordeelt de normen op een vierpuntschaal. De kleuren van de vierpuntschaal hebben de volgende betekenis:

Donkergroen: De organisatie voldoet aan de norm. De inspectie constateert op deze norm alleen positieve punten.

Lichtgroen: De organisatie voldoet grotendeels aan de norm. De inspectie constateert op deze norm veelal positieve punten.

Geel: De organisatie voldoet grotendeels niet aan de norm. De inspectie constateert op deze norm overwegend negatieve punten.

Rood: De organisatie voldoet niet aan de norm. De inspectie constateert op deze norm nauwelijks tot geen positieve punten of een ernstige bevinding.

Blauw: De norm is niet getoetst.

4.1 Thema 1 – cliënt centraal

De cliënt ervaart dat de zorg thuis aansluit bij zijn behoefte en bijdraagt aan de kwaliteit van leven.

Norm 1.1

De cliënt krijgt zorg die aansluit bij zijn actuele zorgbehoeften.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie ziet niet in alle cliëntdossiers een risicosignalering. Wel ziet de inspectie dat de wijkverpleegkundige risico’s beschrijft in de zorgovereenkomst, de

voorgeschiedenis of in een evaluatieverslag. De inspectie leest in een van de evaluaties dat de zorgverleners de huid van een cliënt moeten monitoren op roodheid en irritaties tijdens de zorg. De inspectie leest in de rapportage niet terug dat zorgverleners hierop observeren en zo nodig actie ondernemen.

De inspectie ziet dat de zorgverleners de urenregistratie bijhouden op het

‘rapportageformulier voor persoonlijke verzorging en verpleging’. De inspectie ziet dat de zorgverleners dit bijhouden bij een cliënt die een indicatie heeft voor onder andere dagelijkse hulp bij het smeren van een crème op de handen en hulp bij de ADL in de ochtend en avond. De inspectie ziet dat er twee weekenden zijn waarop de cliënt het hele weekend geen zorg heeft ontvangen. De inspectie hoort van de zorgcoördinator dat dit komt omdat de zorgverleners dan vrij moeten zijn en er geen andere zorgverlener is die deze diensten kan draaien. De zorgcoördinator vertelt dat zij dan familie vragen of zij deze zorg kunnen verlenen. De inspectie ziet op de indicatie dat deze cliënt 6.05 uur per week persoonlijke verzorging en 2.20 uur verpleging ontvangt. Op de urenregistratielijst ziet de inspectie dat de

zorgverleners 9.00 uur per week persoonlijke verzorging en verpleging registreren.

Dit is meer dan op de indicatie is geïndiceerd. De inspectie kan uit de urenregistratie niet opmaken welke zorguren persoonlijke verzorging zijn en welke verpleging omdat alle kolommen aangevinkt zijn.

De inspectie ziet in de cliëntdossiers dat de wijkverpleegkundige de zorgbehoeften inventariseert tijdens het indiceren van de zorg. De meeste cliënten zijn al langere tijd in zorg en bekend bij de zorgverleners. De inspectie hoort van de

(9)

wijkverpleegkundige dat zij samen met de cliënten de zorgbehoefte inventariseert.

Tijdens het herindiceren evalueert de wijkverpleegkundige de zorg met de cliënten.

Norm 1.2

De cliënt krijgt zorg die bijdraagt aan kwaliteit van leven.

Volgens de inspectie voldoet Akfa aan deze norm.

De inspectie ziet tijdens de dossierinzage dat de zorgverleners cliënten stimuleren om zo lang mogelijk zelfredzaam te zijn. Zo leest de inspectie in een zorgplan dat een cliënt zelf nog het gezicht en bovenlichaam kan wassen en dat zorgverleners de cliënt moeten helpen met het onderlichaam. De inspectie hoort van een

cliëntvertegenwoordiger dat de zorgverleners afspraken maken met de cliënt over wat de cliënt zelf doet en wat de zorgverlener doet.

De inspectie ziet voor elke cliënt een beschrijving over de cliënt. Zo leest de inspectie bij een zorgplan een toelichting op elk doel uit het zorgplan. Hierin staat uitgebreid beschreven welke zorg voor de cliënt belangrijk is. Een voorbeeld is het aangaan van sociale contacten en het bieden van structuur. Bij een andere cliënt staat de informatie in een voorgeschiedenis. Hierin leest de inspectie dat de cliënt het belangrijk vindt om zich in haar eigen taal te kunnen uiten. De inspectie leest dat daarom evaluatiegesprekken met een tolk plaatsvinden.

De inspectie hoort van cliëntvertegenwoordigers en zorgverleners dat de cliënten zorg ontvangen vanuit een vast en overzichtelijk team. De zorgverlener die de inspectie spreekt geeft aan een vast aantal cliënten te hebben.

Norm 1.3

De cliënt krijgt de hulp en gelegenheid om zo veel mogelijk zelf de regie te voeren over de zorg thuis, de wijkverpleging sluit daarop aan.

Volgens de inspectie voldoet Akfa aan deze norm.

De inspectie leest in een van de cliëntdossiers een verslag van een evaluatie van het zorgplan. De wijkverpleegkundige heeft deze evaluatie met een tolk bij de cliënt uitgevoerd. De cliënt spreekt namelijk geen Nederlands. De cliënt krijgt hierdoor begrijpelijke informatie over het zorgplan.

De cliënten van Akfa kunnen op elk moment het cliëntdossier inzien. De inspectie hoort van zorgverleners en cliëntvertegenwoordigers dat de mappen bij de cliënten thuis liggen. Op kantoor heeft Akfa het archief liggen. De inspectie ziet tijdens de dossierinzage beide mappen. De inspectie ziet in de mappen bij de cliënten thuis de indicatie, de zorgbeschrijving, het zorgplan, de urenregistratie/rapportage en de facturen van de twee maanden.

De inspectie hoort in een gesprek met een cliëntvertegenwoordiger dat wanneer de zorg op een ander tijdstip gewenst is, dit mogelijk is. Bijvoorbeeld als de cliënt op tijd in het ziekenhuis moet zijn of op familiebezoek gaat. Zorgverleners vertellen de inspectie dat zij het tijdstip van zorg afstemmen met cliënten.

(10)

4.2 Thema 2 – integrale zorg

De cliënt krijgt afgestemde zorg thuis.

Norm 2.1

De wijkverpleging werkt samen/stemt af met de informele zorgverleners van de cliënt.

Volgens de inspectie voldoet Akfa aan deze norm.

De inspectie leest in een van de cliëntdossiers dat de wijkverpleegkundige in het zorgplan en de uitwerking van het zorgplan heeft beschreven welke informele zorgverleners er zijn. Zo leest de inspectie dat de mantelzorger van de cliënt overbelast is omdat zij bij veel taken van de cliënt moet ondersteunen. De inspectie leest dat de dagbesteding ervoor zorgt dat de mantelzorger minder belast is. De inspectie leest dat de zorgverleners de overbelasting bespreken door gesprekken te voeren met de mantelzorger.

In een ander cliëntdossier leest de inspectie in de voorgeschiedenis dat de cliënt gescheiden is, de zoon niet in Nederland woont en hierdoor alleen hulp heeft van een dochter. De inspectie leest in een evaluatie van het zorgplan dat de dochter veel werkt en hierdoor niet bij alle taken kan ondersteunen. De inspectie leest dat de wijkverpleegkundige in kaart heeft gebracht welke taken de dochter doet en welke taken de zorgverleners van Akfa uitvoeren.

Norm 2.2

De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de wijkverpleging als team samenwerkt.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie leest op de rapportageformulieren van de cliënten dat zorgverleners bijzonderheden noteren. Zo leest de inspectie bij een cliënt dat er een schaafwond zit op het been. Vervolgens leest de inspectie een paar dagen later dat het been dik is geworden. De inspectie leest niet wat zorgverleners met elkaar afstemmen over het vervolg van deze observaties.

De inspectie ziet dat zorgverleners van Akfa nog wisselend methodisch werken. Zo ziet de inspectie aan de ene kant dat de zorgverleners werken met een actueel zorgplan en acties. De wijkverpleegkundige evalueert het zorgplan cyclisch en stelt de zorg bij als dit nodig is. Zij maakt hiervan een verslag, voegt dit toe aan het cliëntdossier en past het zorgplan aan. De inspectie ziet daarentegen dat zorgverleners minimaal rapporteren en niet op de doelen uit het zorgplan. Akfa maakt gebruik van verschillende rapportagebladen. Zo is er een rapportageformulier voor persoonlijke verzorging en verpleging. De zorgverleners tekenen af met een krul en het is niet inzichtelijk welke zorgverlener de rapportage heeft geschreven.

De zorgverleners rapporteren vaak ‘ADL’ of een herhaling van de acties uit het zorgplan, zoals ‘baard geschoren’. Voor de overige zorg is er een blad ‘rapportage ondersteuning dagelijks leven’. Hierop ziet de inspectie dat zorgverleners

activiteiten kunnen aankruisen. De inspectie leest geen toelichting op de activiteiten die zijn uitgevoerd.

De inspectie hoort van de zorgcoördinator en zorgverleners dat zij de zorg met elkaar onderling afstemmen. Zo vertelt een zorgverlener dat zij invalt als er iemand ziek is en de zorg over genomen moet worden. In de teamoverleggen bespreken de zorgverleners met elkaar praktische en zorginhoudelijke zaken rondom een cliënt.

(11)

Norm 2.3

De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de wijkverpleging samenwerkt met zorgverleners van andere zorgorganisaties.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie hoort van verschillende gesprekspartners dat de zorgverleners afstemmen met andere zorgverleners als bijvoorbeeld de fysiotherapeut of een dermatoloog. De inspectie hoort dat de cliënten en/of de cliëntvertegenwoordiger dit wanneer zij kunnen zelf doen. Bij de cliënten waar dit niet het geval is, doet de zorgverlener van Akfa dit. Zo hoort de inspectie dat een zorgverlener bij een cliënt afstemt met het revalidatiecentrum waar de cliënt naar toe gaat voor therapie. De inspectie leest niet altijd de afspraken terug in het cliëntdossier.

De bestuurder vertelt dat Akfa niet samenwerkt met andere zorgverleners. De bestuurder vertelt de inspectie dat de zorgverleners elkaar zien als concurrent. De organisaties werken niet met elkaar samen in een zorgnetwerk.

Dit gebeurt ook niet rondom COVID-19. De organisatie stemt niet met andere organisaties af, zoals de GGD of RIVM, om expertise rondom coronamaatregelen in te schakelen. De inspectie ziet dat de informatie die Akfa geeft rondom COVID-19 aan de cliënten op de dagbehandeling niet conform de richtlijnen van het RIVM is.

4.3 Thema 3 – veilige zorg thuis

De cliënt krijgt deskundige en veilige zorg thuis.

Norm 3.1

De wijkverpleging signaleert tijdig risico’s in de woonomgeving van de cliënt. Zij bespreekt deze risico’s met de cliënt.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie ziet niet dat zorgverleners en/of de wijkverpleegkundige tijdig risico’s in de woonomgeving van de cliënt signaleren terug in alle cliëntdossiers (zie ook norm 1.1). De inspectie hoort van de wijkverpleegkundige dat zij alleen bij de cliënten waarbij zij een (her)indicatie stelt naar de risico’s in de woonomgeving kijkt. Zo hoort de inspectie van een cliëntvertegenwoordiger dat de

wijkverpleegkundige met haar gesproken heeft over een trap in de woning. De trap geeft een risico op valgevaar voor de cliënt. De cliëntvertegenwoordiger vertelt de inspectie dat het niet lukt om een traplift te laten plaatsen.

Norm 3.2

De wijkverpleging is gekwalificeerd en vakbekwaam voor de verpleegkundige handelingen die ze uitvoert.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie ziet in de personeelsdossiers de diploma’s van twee zorgverleners met een diploma op niveau 3 IG. De inspectie ziet een lijst handelingen/vaardigheden verzorgende IG waarop de bekwaamheden staan. Achter alle handelingen staat dat de zorgverlener bekwaam is. Er staat op de lijst alleen een handtekening van de zorgverlener. De inspectie ziet geen handtekening van de toetser. De inspectie hoort van de zorgverlener dat de bekwaamheden getoetst zijn bij een andere

zorgaanbieder. De inspectie kan dit in het personeelsdossier niet nagaan.

De inspectie heeft met de zorgaanbieder niet gesproken over medische technologie.

(12)

Norm 3.3

De wijkverpleging houdt zich aan de veilige principes in de medicatieketen als zij de zorg voor medicatie (deels) overneemt.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels aan deze norm.

Uit verschillende gesprekken komt naar voren dat de zorgverleners werken met actuele en complete toedienlijsten. De apotheek levert de lijsten digitaal aan en verwerkt wijzigingen. De inspectie hoort van een cliëntvertegenwoordiger dat zorgverleners alleen controleren of de cliënt de medicatie in heeft genomen. In het cliëntdossier leest de inspectie deze afspraak niet.

De inspectie hoort van zorgverleners dat er geen enkele cliënt risicovolle medicatie gebruikt die dubbel afgetekend moet worden.

Norm 3.4

De wijkverpleging let erop dat er een veilige zorgrelatie is tussen de cliënt en zijn formele of informele zorgverleners.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels aan deze norm.

De zorgverleners vertellen de inspectie dat zij van de ‘Leidraad Veilige zorgrelatie’

en de ‘Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling’ hebben gehoord. Zij vertellen de inspectie dat deze documenten op het kantoor van Akfa liggen. In het gesprek met een andere zorgverlener hoort de inspectie dat de ‘Leidraad Veilige zorgrelatie’ niet met haar besproken is. De inspectie hoort van de

wijkverpleegkundige dat zij tijdens het huisbezoek, als zij een (her)indicatie maakt, let op signalen van huiselijk geweld.

De inspectie hoort van de zorgcoördinator dat de ‘Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling’ bij de cliëntengroep van Afka een rol speelt. Zo vertelt de zorgcoördinator dat dit bij deze cliëntendoelgroep mogelijk meer voorkomt en dat zij de zorgverleners hierin begeleiding biedt. Zij geeft aan dat een protocol niet

aanwezig is op de meldcode, maar dat zorgverleners bij vermoedens altijd eerst met haar zouden spreken. Ook zijn de zorgverleners op de hoogte welke route zij zouden moeten volgen als er stappen nodig zijn die buiten hun kennis en kunde vallen. Zo noemt de zorgcoördinator het kunnen inschakelen van een psycholoog, huisarts of een psychiater.

Norm 3.5

De wijkverpleging voorkomt onvrijwillige/verplichte zorg zoveel mogelijk. Indien van toepassing, voert zij onvrijwillige/verplichte zorg zorgvuldig en veilig uit.

Volgens de inspectie voldoet Akfa aan deze norm.

De inspectie ziet dat Afka exclusiecriteria heeft opgesteld. De inspectie leest in het document dat Afka geen zorg wil verlenen aan cliënten waarbij (vrijwillige)

vrijheidsbeperkende maatregelen worden toegepast. In de cliëntdossiers die de inspectie ziet, is er geen sprake van onvrijwillige/verplichte zorg.

(13)

4.4 Thema 4 – professionele autonomie van de wijkverpleegkundige De wijkverpleegkundige handelt professioneel en autonoom.

Norm 4.1 2

De wijkverpleegkundige stelt zorgvuldig de (her-)indicatie.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels aan deze norm.

De inspectie ziet dat een externe wijkverpleegkundige de indicaties stelt volgens de normen. De inspectie hoort van de wijkverpleegkundige dat zij bij een aantal cliënten de (her)indicatie stelt. De wijkverpleegkundige vertelt dat zij de informatie tijdens de intake vertaalt naar een indicatie. Op basis daarvan stelt zij samen met de cliënt een zorgplan op. De inspectie hoort van de externe wijkverpleegkundige dat zij niet bij alle (her)indicaties betrokken is van alle cliënten van Akfa. De inspectie kan niet in alle cliëntdossiers zien welke wijkverpleegkundige de indicatie verzorgt. De wijkverpleegkundige kan de inspectie niet vertellen of er nog een andere wijkverpleegkundige betrokken is voor de (her)indicatie van cliënten waar zij niet bij betrokken is.

Norm 4.2

De wijkverpleegkundige functioneert als kwaliteitsbevorderaar.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie hoort dat de wijkverpleegkundige alleen betrokken is bij het (her)indiceren van de cliënten. Soms geeft zij de bestuurder een advies. De

wijkverpleegkundige heeft geen rol in het bewaken van de kwaliteit van zorg binnen het team. De zorgcoördinator vertelt dat zij deze rol op zich heeft genomen en dat het bevorderen van kwaliteit nog vorm moet krijgen. In het beleidsplan van 2020 leest de inspectie dat een van de doelen voor 2020 is het controleren en eventueel aanpassen van de zorgdossiers.

4.5 Thema 5 – sturen op kwaliteit

De organisatie stuurt op kwalitatief goede zorg.

Norm 5.1

De zorgaanbieder draagt zorg voor het systematisch bewaken, beheersen en verbeteren van de kwaliteit van zorg.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie leest op de website van Akfa dat de organisatie als visie heeft ondersteuning te bieden door kwaliteitszorg op maat te bieden. Akfa wil dit doen door te zorgen voor een transparante en professionele organisatie met deskundige medewerkers met een luisterend oor en hart voor hun vak. De inspectie ziet de visie terug in de praktijk. Zo ziet de inspectie dat Akfa zorgt voor zorgverleners die de taal van de cliënt spreken (zie ook norm 1.2). Ook ziet de inspectie dat er

exclusiecriteria zijn om de deskundigheid van zorgverleners te laten aansluiten op de cliëntengroep (zie ook norm 3.5 en 5.2).

De inspectie leest in het beleidsplan 2020 dat Akfa een aantal doelstellingen heeft geformuleerd die cyclisch worden geëvalueerd. Sommige doelen zijn uitgewerkt met

2 Norm 4.1 geldt niet voor cliënten die thuis Wlz-zorg ontvangen en vallen onder het addendum bij het kwaliteitskader verpleeghuiszorg.

(14)

acties, planning en verantwoordelijke. De inspectie leest niet wat de uitkomsten zijn van acties. De evaluatie ontbreekt. Zo leest de inspectie niet of het doel ‘100% van de cliënten heeft een zorgdossier in huis en op kantoor’ behaald is, net als bij het doel ‘incidentmeldingen en klachten worden aangepakt’ (zie ook norm 5.3). Naast het beleidsplan ziet de inspectie ook een document ‘Kwaliteitssysteem’. Voorbeelden van doelen zijn ‘streven naar professionalisering’ en ‘klantgericht werken, de cliënt centraal’ en ‘streven naar doorgroei van de organisatie’. Op een aantal doelen ziet de inspectie een verantwoordelijke, een planning en een wijze van toetsen. Op een aantal doelen ontbreekt een planning en evaluatiemoment.

De inspectie gebruikt naast het beleidsplan ook andere kwaliteitsinformatie voor het bijstellen van de zorg. Zo hoort de inspectie van de bestuurder dat Akfa twee keer een externe audit heeft laten uitvoeren. Een voorbereidende audit voor de ISO- certificering en de daadwerkelijke audit. De bestuurder vertelt nog niet aan alle eisen voor de certificering te voldoen.

De inspectie borgt de kwaliteit en veiligheid van de zorg tijdens COVID-19 nog niet zoals in de richtlijnen van het RIVM is beschreven. De inspectie ziet dat de hygiëne- en infectiepreventie nog niet volledig volgens protocollen is geïmplementeerd.

Zorgverleners hebben geen instructie ontvangen over hoe zij het beste de PBM bij de cliënten kunnen en moeten gebruiken. De zorgverleners krijgen daarnaast PBM die niet voldoen aan de richtlijn (zie ook norm 5.2). De inspectie ziet in de notulen van de teamoverleggen dat de zorgaanbieder de zorgverleners wijst op de inzet van PBM bij de cliënten, maar hoort en leest niet terug dat de zorgaanbieder ook

controleert dat de zorgverleners de PBM juist gebruiken.

De inspectie hoort van de bestuurder, en leest in het beleidsplan 2020 en in andere documenten, dat zorgverleners jaarlijks een tevredenheidsonderzoek krijgen. De inspectie ziet daarnaast ook een cliënttevredenheidsonderzoek. De inspectie ziet niet of en op welke manier Akfa opvolging geeft aan deze

tevredenheidsonderzoeken.

Norm 5.2

De zorgaanbieder draagt zorg voor borging van kwalitatief en kwantitatief voldoende personeel en benodigdheden.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie hoort van de gesprekspartners dat de roosterplanning op dit moment erg krap is. Een van de VIG-ers heeft ontslag genomen. Hierdoor is het niet goed mogelijk om het rooster rond te krijgen. Er zijn nu nog twee VIG-ers. Zij werken alle diensten die ze voorheen met drie VIG-ers deden. De bestuurder geeft aan wel een vacature voor een derde VIG-er te hebben openstaan. De VIG-ers werken hierdoor soms wel veertien dagen achter elkaar. De inspectie ziet op het rooster dat er door het ontbreken van een VIG-er soms ook geen zorg geboden kan worden, zoals in het weekend. De zorgcoördinator vertelt dat zij dan overleggen of de familie de zorg kan bieden.

De inspectie hoort dat de VIG-er die ontslag heeft genomen de bevoegd- en bekwaamheden bij de andere VIG-ers toetste. De zorgcoördinator vertelt niet te hebben gecontroleerd of deze zorgverlener bevoegd en bekwaam is. De inspectie ziet daarentegen ook geen cliënten waar zorgverleners voorbehouden of risicovolle handelingen moeten uitvoeren. De zorg aan de cliënten is voornamelijk ADL-zorg.

De organisatie heeft exclusiecriteria opgesteld (zie ook norm 3.5). Hierin leest de

(15)

inspectie dat de organisatie geen zorg verleent aan cliënten met complexe verpleegtechnische handelingen.

De inspectie hoort van de gesprekspartners dat Afka wel aandacht heeft gegeven aan hygiëne- en infectiepreventie. Een zorgverlener vertelt dat zij zelf zorgt voor mondmaskers, maar de overige PBM bij de organisatie ophaalt. De inspectie ziet de PBM op het locatieadres van de dagbesteding. Niet alle PBM is volgens de LCI- richtlijn COVID-19. Zo ontbreekt een CE-keurmerk op de mondmaskers en is de handalcohol niet voorzien van het juiste percentage alcohol. De inspectie leest in de notulen van de werkoverleggen dat Afka de zorgverleners erop wijst om de PBM op te halen en te gebruiken bij de cliënten thuis. Op de dagbesteding ziet de inspectie dat er flyers opgehangen zijn om zorgverleners te herinneren aan het houden van afstand en het volgen van een handen-wassenprotocol. De inspectie ziet dat de zorgverleners het handen-wassenprotocol niet kunnen uitvoeren, omdat papieren doekjes ontbreken.

De inspectie hoort van een zorgverlener dat Afka ondersteuning biedt bij het

uitvoeren van het werk. Zo heeft de zorgverlener een werktelefoon. De zorgverlener geeft aan dat zij daarop bereikbaar is op de dagen dat zij werkt. Ook kan zij de zorgcoördinator altijd bellen om te overleggen over de cliënten. De bestuurder geeft aan dat de organisatie aan het oriënteren is op het overstappen op een digitaal zorgdossier.

Norm 5.3

De zorgaanbieder schept voorwaarden voor een cultuur gericht op leren en verbeteren.

Volgens de inspectie voldoet Akfa grotendeels niet aan deze norm.

De inspectie hoort en ziet dat de zorgverleners om de twee tot drie maanden een teamoverleg hebben. De inspectie leest in de notulen dat de zorgverleners de ruimte krijgen om casuïstiek in te brengen. De inspectie leest dat de zorgverleners een roulatieschema hanteren. In de notulen staat niet beschreven wat er is besproken, alleen wie er een inbreng heeft gedaan. Voor nieuwe medewerkers is er een wekelijks inloopmoment. De zorgverleners kunnen dan vragen stellen rondom cliënten.

De inspectie leest in het beleidsplan 2020 dat incidentmeldingen van

medicatiefouten, valincidenten en tekortkomingen in de zorg worden aangepakt.

Akfa bespreekt incidenten en intern kijkt de organisatie wat er gedaan kan worden om het te voorkomen. Na drie maanden evalueert de bestuurder hoe het gaat. De inspectie ziet dit in de documenten die zijn opgestuurd. De inspectie ontvangt van Akfa geen documenten waaruit zij kan opmaken of en hoe de bestuurder de incidentmeldingen evalueert.

De inspectie ziet dat Akfa een medewerkertevredenheidsonderzoek heeft afgenomen onder de zorgverleners. De inspectie hoort van de gesprekspartners dat dit anoniem is. De inspectie ziet dat Akfa de formulieren heeft verzameld in een map. De

inspectie ziet geen samenvattend verslag. Op de formulieren leest de inspectie terug dat zorgverleners tevreden zijn en dat zij terecht kunnen bij de leidinggevende. De inspectie hoort van een zorgverleners dat zij de mogelijkheid krijgt om zich te scholen naar VIG-er binnen Akfa, nadat zij dit had aangegeven.

(16)

Bijlage Geraadpleegde documenten

- Overzicht cliënten en zorgverleners;

- Medewerkerstevredenheid;

- Beleidsplan 2020;

- In- en exclusiecriteria;

- Facturen cliënten Akfa;

- Loonstroken zorgverleners Akfa;

- Jaarrekening Akfa;

- Akfa concernbrede vragenlijst Governance;

- Kwaliteitssysteem;

- Document ‘Governance’;

- SSB leerbedrijf;

- Notulen vergadering 26-01-2020;

- Document ‘Coronaregels voor iedereen’;

- Tevredenheidsonderzoek 1;

- Tevredenheidsonderzoek 2.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Rapport Landbouwanalyse landelijk gebied Enschede 43 belang zijn voor de voedselvoorziening, worden met uitsterven bedreigd, vogels van het boerenland hebben het moeilijk en

Uw arts zal u een fingolimod zwangerschapsbrochure voor patiënten geven waarin uitgelegd wordt waarom u niet zwanger mag worden tijdens het gebruik van fingolimod.. Het

Dergelijke inbedding (a) onderstreept de relevantie van integriteit in het dagelijkse werk, (b) draagt bij aan verdere normalisering van het gesprek over integriteit, (c) kan

Adressen die getrokken zijn op basis van speciale kenmerken (risicosignalen) kunnen een rol spelen indien (1) de populatiecijfers bekend zijn voor deze kenmerken en (2) binnen

[r]

De transitie van de jeugdzorg naar gemeenten zorgt voor een nabijheid van het nieuwe lokale bestuur die kan leiden tot meer risico-regelreflex in de jeugdzorg, maar ook een kans

een goed signaal betreffende het commitment van de uitvoeringsinstellingen zijn, wanneer het opdrachtgeverschap voor het programma niet automatisch bij BZK wordt neergelegd,

‘Ik maak me zorgen, maar voel me