Dienst Gezondheid & Jeugd ZHZ
Notitie risicomanagement 2013-2016
BIJLAGE 9
1 Inleiding
Het management van de gemeenschappelijke regeling Dienst Gezondheid en Jeugd Zuid- Holland Zuid (hierna: DG&J ZHZ) wil inzicht in de belangrijkste risicogebieden en de financi- ele consequenties van die betreffende risico’s. Het verkregen inzicht moet aanknopingspun- ten geven voor de sturing en beheersing van risico’s en het beoordelen van het weerstands- vermogen van de gemeenschappelijke regeling.
Voor de inventarisatie hebben interviews plaatsgevonden met diverse medewerkers uit de organisatie. Van de belangrijkste risico’s is een analyse gemaakt, waaronder de (financiële) impact van de risico’s, de kans van optreden en de eventueel te treffen
beheersmaatregelen.
De risico-analyse is verder uitgewerkt en vertaald naar de gevolgen voor het
weerstandsvermogen van de DG&J ZHZ. De risico-analyse en de beschouwing van het weerstandsvermogen zijn in deze rapportage verwerkt.
De RAV is in deze notitie betrokken vanuit de optiek dat het uitsluitend risico’s betreffen die direct gevolg hebben op het resultaat dan wel de bedrijfsvoering van de DG&J ZHZ. Een inventarisatie van risico’s vanuit de RAV, waarvoor de RAV mogelijk een
weerstandsvermogen moet aanhouden, valt buiten de reikwijdte van deze notitie.
2 Risico analyse 2.1 Aanpak
Een risico wordt gedefinieerd als een mogelijke gebeurtenis die het realiseren van strategische of operationele doelen belemmert. Vanuit deze definitie zijn door
vertegenwoordigers van DG&J ZHZ diverse risico’s en aandachtsgebieden benoemd in de interviews.
Per benoemd risico is met de medewerkers een analyse gemaakt op de volgende aspecten:
Risico: omschrijving van de mogelijke gebeurtenis.
Oorzaak en gevolg: een korte toelichting op het risico.
Tijd: wanneer doet het risico zich voor.
Impact: kwantificering en/of kwalificering van het risico.
Kans: hoe reëel is het dat het risico zich voordoet.
Beheersing: maatregelen om het risico te beperken of te voorkomen.
Voor ieder risico is vervolgens bepaald in welke risicocategorie (benoemd in de notitie risi- comanagement en weerstandsvermogen) het geïdentificeerde risico kan worden geplaatst.
Hierbij zijn veelal schattingen gemaakt. Tevens is bepaald of sprake is van een incidenteel of structureel risico. Structurele risico’s worden voor een periode van 4 jaar meegenomen in de berekeningen. Dit vanuit het uitgangspunt dat de DG&J ZHZ binnen 4 jaar in staat moet zijn om toereikende maatregelen te treffen om het gesignaleerde risico af te dekken.
Op basis van de uitkomsten van het classificeren en het kwantificeren kan de financiële im-
pact worden bepaald. Vervolgens is het benodigde weerstandsvermogen bepaald.
Hierbij is het volgende schema gehanteerd:
Risicoprofiel Benodigde omvang weerstandsvermogen
Zeer laag 0%
Laag 2,5%
Gemiddeld 10,0%
Hoog 20,0%
Het risicobedrag (benodigde bedrag aan weerstandsvermogen) is als volgt bepaald:
Incidentele risico’s: risicobedrag x kans x bijbehorende % voor weerstandsvermogen
Structurele risico’s: risicobedrag x 4 jaar x kans x bijbehorende % voor weerstandsver- mogen
2.2 Risicokaart na inventarisatie risico’s
Uit de interviews is een groslijst samengesteld van de belangrijkste risico’s voor DG&J ZHZ.
Deze risico’s zijn vervolgens geclassificeerd naar kans en impact. Uit de interviews blijkt risicomanagement binnen de DG&J ZHZ complex te zijn. Een groot deel van de benoemde risico’s kennen geen directe beïnvloeding door de DG&J ZHZ zelf, maar worden vooral ex- tern bepaald. Deze risico’s komen voort uit het karakter van het samenwerkingsverband als gemeenschappelijke regeling of worden veroorzaakt door externe ontwikkelingen. De geïn- ventariseerde risico’s zijn daarom in een viertal categorieën onderverdeeld:
Strategie
Inrichting en aansturing
Activiteiten
Bedrijfsvoering
Onderstaand is de uitkomst van de interne classificatie naar kans en impact weergegeven
voor de belangrijkste risico’s.
De risico’s zijn vervolgens gekwantificeerd op basis van de gehanteerde systematiek. Dit leidt tot het volgende overzicht:
In de bijlage zijn de diverse risico’s nader uitgewerkt en toegelicht.
Onderverdeeld naar impact en kans resulteert dit in de volgende indeling van voor de risico’s die een directe financiële vertaling kennen (rekening houdend met incidentele- of structurele karakter van het risico):
De gehanteerde systematiek leidt tot een benodigd weerstandsvermogen van circa
€ 0,85 miljoen
2.3 Beschikbare weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit wordt binnen de DG&J ZHZ bepaald op basis van de vrij aanwend- bare reserves. Er is geen onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien wordt niet meegenomen in de bepaling van de beschikbare weerstandscapaciteit.
In de begroting 2013 is de omvang van de vrij aanwendbare reserves, en daarmee van de weerstandscapaciteit, bepaald op € 2,9 miljoen. In deze weerstandscapaciteit is de reserve- positie van de RAV ad € 2,8 miljoen verwerkt. Na de ontvlechting van de RAV resteert dus een weerstandscapaciteit van € 0,1 miljoen.
2.4 Weerstandsvermogen
Het weerstandsvermogen is het verschil tussen enerzijds de geïdentificeerde risico’s en an- derzijds de weerstandscapaciteit. Voor
DG&J ZHZ is het weerstandsvermogen als volgt bepaald (x 1 miljoen):
Weerstandscapaciteit
€ 0,10
Risico’s € 0,85
Onderdekking
€ 0,75
2.5 Vervolg
Risicomanagement is een dynamisch geheel. Wanneer het risicomanagement volledig is geïmplementeerd in de DG&J ZHZ ontstaat een cyclus waarbij periodiek de risico’s worden herijkt.
Dit herijken bestaat uit het bepalen of een risico nog steeds aanwezig is, of dat de getroffen
maatregelen dermate effectief zijn geweest dat het risico is gemitigeerd. Wanneer het risico
nog wel relevant is, moet worden bepaald of de impact en kans zijn gewijzigd. Vervolgens
moet worden afgewogen of aanvullende beheersmaatregelen nodig zijn. Als sluitstuk op het risicomanagement en ter onderbouwing van het benodigde weerstandsvermogen moeten de overgebleven risico’s opnieuw worden gekwantificeerd.
Naast het (financieel) kwantificeren van risico’s en het bepalen of hiervoor voldoende weer- standsvermogen aanwezig is, heeft het risicomanagement ook een operationele kant. Effec- tief risicomanagement is erop gericht om de risico’s niet alleen te identificeren en te kwantifi- ceren maar ook om deze risico’s naar een acceptabel niveau te reduceren. Om gericht en effectief maatregelen te treffen bij de geïdentificeerde risico’s is een actieplan, waarbij per risico een eigenaar is benoemd, noodzakelijk. Bij het herijken en kwantificeren van de risi- co’s legt de eigenaar verantwoording af over de getroffen maatregelen en de effectiviteit van deze maatregelen.
Het volledige rapport van geïdentificeerde risico’s, te treffen maatregelen en de ontwikkeling
daarvan dient jaarlijks te worden voorgelegd aan de auditcommissie.
B IJLAGE TOELICHTING RISICO ’ S
1 STRATEGIE
Missie en visie M M P.M. S P.M.
De missie en visie van de DG&J ZHZ is op hoofdlijnen aanwezig. Momenteel is nog onvoldoende duide- lijk welke activiteiten/producten worden geleverd aan de deelnemende gemeenten en met name wat daarvan de financiële vertaling is. Verdere verdieping welke producten worden geleverd en wat dat de deelnemende gemeenten kost, moet nog worden uitgewerkt.
Impact/Risicobedrag
Het financiële risico is niet op voorhand te bepalen. Echter het risico bestaat dat de deelnemende ge- meenten niet de gewenste activiteiten/productenniveau verkrijgen voor de (vaste) inwonersbijdrage die daarvoor wordt afgedragen.
Actiepunt:
Verder uitwerken van de missie en visie en dit concreet vertalen in de waarden en normen van de DG&J ZHZ en de daarbij behorende kostprijzen.
Hiermee wordt inzichtelijke hoeveel de verschillende activiteiten/producten kosten en worden de ge- meenten beter in de positief gebracht dat ze kunnen sturen op het ambitieniveau
Identiteit van de DG&J ZHZ M M P.M. S P.M.
Met de samenvoeging van diverse onderdelen tot één DG&J ZHZ ontstaat het risico dat de eigen identi- teit nog vorm moet krijgen. Dit heeft zowel een interne als een externe component. De interne compo- nent heeft het risico in zich dat onvoldoende het concernbrede belang wordt nagestreefd, de externe component heeft betrekking op de plaats van de DG&J ZHZ in de markt.
Impact/risicobedrag
De impact is niet direct in financiële middelen uit te drukken, maar betreft meer het suboptimaal invulling geven aan de bedrijfsvoering of het niet (h)erkend worden als potentiële aanbieder van producten of diensten.
Actiepunt
Investeren in de gezamenlijke waarden van de organisatie om te komen tot een uniforme identiteit, zo- wel intern als extern.
2 INRICHTING EN AANSTURING
Integraal management M M P.M. S P.M.
Bij de inrichting van de DG&J ZHZ is gekozen voor het concept van integraal management. De concrete invulling van de reikwijdte van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de diverse managers moet nog verder worden ingevuld. Hierdoor bestaat het risico dat budgetten onvoldoende worden be- heerst of dat niet de meest optimale beleidskeuzes in de bedrijfsvoering worden gemaakt. In de praktijk is de invloed van de managers beperkt bij het opstellen van de begroting en de daarbij behorende pres- tatiedoelstellingen.
Impact/risicobedrag
De impact is niet direct in financiële middelen uit te drukken, maar betreft meer het suboptimaal invulling geven aan de bedrijfsvoering.
Actiepunt
Concernbreed de inrichting van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden, de informatievoorziening en verantwoording uniformeren voor de verschillende onderdelen.
Matrixorganisatie M M P.M. S P.M.
Binnen de DG&J ZHZ is op onderdelen sprake van een matrixorganisatie. Het risico bestaat dat onvol- doende afstemming plaatsvindt op de diverse functionele en hiërarchische niveaus waardoor inefficiën- ties in de bedrijfsvoering en/of ineffectiviteit van beleid kunnen ontstaan.
Impact/risicobedrag
De impact is niet direct in financiële middelen uit te drukken, maar betreft meer het suboptimaal invulling geven aan de bedrijfsvoering en de beleidsvorming.
Actiepunt
Concreet benoemen van de verantwoordelijkheden van de diverse (be)sturingslijnen binnen de DG&J ZHZ en hier actief op sturen.
Formele vastlegging en toetsing van procedures M M P.M. S P.M.
Binnen de DG&J ZHZ is een verbijzonderde interne controle die vaststelt of aan alle voorwaarden wordt voldaan niet operationeel effectief. Toetsen of voldaan wordt aan het criterium van misbruik en/of onei- genlijk gebruikt is hiermee onvoldoende geborgd.
Impact/risicobedrag
De impact is niet direct in financiële middelen uit te drukken, maar betreft meer het suboptimaal invulling geven aan de bedrijfsvoering en de beleidsvorming.
Actiepunt
Concreet benoemen van de verantwoordelijkheden van de diverse (be)sturingslijnen binnen de DG&J ZHZ en hier actief op sturen.
Waarborgen naleving wet- en regelgeving L M P.M. S P.M.
De DG&J ZHZ is gehouden rechtmatig te handelen. Dat wil zeggen dat de DG&J ZHZ moet voldoen aan de vooraf bepaalde interne en externe kaders. Deze kaders zijn vastgesteld in het controleprotocol, dat het algemeen bestuur jaarlijks vaststelt. Een effectieve wijze van uitvoeren van (verbijzonderde) interne controle op het rechtmatig naleven van alle richtlijnen binnen de processen wordt niet volledig uitgevoerd binnen de DG&J ZHZ.
Impact/risicobedrag:
Het niet rechtmatig naleven van alle van toepassing zijnde wet- en regelgeving kan leiden tot het on- rechtmatig besteden van middelen
Actiepunt:
Operationaliseren van de verbijzonderde interne controle.
3 ACTIVITEITEN
Crisisorganisatie H L P.M. I P.M.
DG&J ZHZ heeft een coördinerende en uitvoerende taak bij calamiteiten en crises. Afhankelijk van de resultaten die worden gerealiseerd en ervaren door de betrokkenen bij een crisis loopt de DG&J ZHZ een imagorisico.
Impact/risicobedrag:
Het risico is niet direct in geld te kwantificeren en is daarom P.M. opgenomen.
Actiepunt:
Afspraken maken over de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de DG&J bij een crisis en hier actief over communiceren om de verwachtingen, de resultaten en de beleefde ervaring te mana- gen.
Langdurige calamiteit H L P.M. I P.M.
Een langdurige calamiteit stelt eisen aan de bezetting tijdens de calamiteit, maar ook bij de nazorg en afwikkeling. Op het gelijktijdig optreden van verschillende calamiteiten is de bezetting van de DG&J ZHZ niet ingericht. In de begroting is geen ruimte opgenomen voor de externe inhuur voor vervanging van reguliere taken.
Impact/risicobedrag:
Dit risico heeft met name impact op de operaties en leidt niet tot een direct financieel risico.
Actiepunt:
Geen directe beheersmaatregel te treffen afgezien van voldoende blijven oefenen en preventieve maat- regelen te treffen.
HKZ-certificering H L P.M. S P.M.
De HKZ-certificering is verplicht gesteld door de NZa voor de RAV om in aanmerking te komen voor bekostiging. Voor de overige activiteiten van de DG&J ZHZ is deze certificering meer facultatief maar wel gewenst in het kader van offerteaanvragen.
Impact/risicobedrag:
Het niet hebben van een HKZ-certificering heeft effect de mogelijkheid te kunnen concurreren met ande- re aanbieders. De impact is op P.M. gesteld.
Actiepunt:
Benadrukken belang van de HKZ-certificering, inbedden in de procesgang en toetsen dat de regelge- ving wordt nageleefd om eventueel tijdig te kunnen bijsturen.
Beschikbaarheid systeem M H P.M. I P.M.
De DG&J ZHZ heeft de ICT-dienstverlening uitbesteed aan het SCD en is in hoge mate afhankelijk van de continue werking van de veelal webbased applicaties die worden gebruikt. Uitval van het geautoma- tiseerde systeem leidt tot uitval en het niet kunnen uitvoeren van de taken.
Impact/risicobedrag:
De impact betreft de kwaliteit en de efficiency van de dienstverlening: het niet kunnen beschikken over digitale dossiers/registraties, overgaan op handmatige procedures en registraties en controles achteraf.
Actiepunt
Afspraken maken over de minimale dienstverlening en de naleving hiervan toetsen.
Afhankelijkheid van ketenpartners M M P.M. S P.M.
De DG&J ZHZ heeft voor diverse activiteiten een coördinerende rol en is regisseur van de keten zonder directe bevoegdheden in het aansturen van de keten. Dit kan leiden tot claims. Als directeur publieke gezondheid (DPG) kan vanuit de GGD aan diverse taken invulling worden gegeven bij een opschaling, waar noodzakelijkerwijs niet de bijbehorende bekostiging is gekoppeld. Duidelijke afspraken over inzet en vergoeding met bijvoorbeeld de Ghor is hierbij van belang.
Impact/risicobedrag:
Heeft met name impact op de bedrijfsvoering en leidt niet tot een direct financieel risico.
Actiepunt:
Periodiek screenen van de convenanten op juridische risico’s of risico’s in de bedrijfsvoering aspecten en beoordelen of deze nog toereikend zijn afgedekt.
4 BEDRIJFSVOERING
Incidentele subsidiestromen en vast personeel H H € 610.300 S € 488.240 Een aanzienlijk deel van de activiteiten van de DG&J ZHZ wordt gefinancierd met incidentele subsidie- stromen. De uitvoering van deze activiteiten wordt veelal gedaan door personeel in vaste dienst waar- mee de financiële flexibiliteit beperkt is. Een flexibele schil om dergelijke schommelingen op te vangen is momenteel onvoldoende aanwezig binnen de DG&J ZHZ.
Impact/risicobedrag
Circa € 2,4 miljoen van de inkomsten wordt gegenereerd via incidentele subsidies. De uitvoering van deze activiteiten wordt veelal uitgevoerd door personeel in vaste dienst waarmee de financiële flexibili- teit beperkt is. Het risicobedrag is geraamd op 25% van de incidentele subsidies.
Actiepunt
Per subsidiestroom een risicoanalyse opstellen van de mogelijkheden tot continuering van de subsidie- stromen en op basis hiervan de mogelijkheden tot flexibilisering van de arbeidsinzet onderzoeken.
Inwonersbijdrage H H € 179.000 S € 143.200
De financiële bijdrage per inwoner is een belangrijke inkomstenbron voor de DG&J ZHZ. Met de lopen- de en verwachte bezuinigingen in het gemeentefonds bestaat het risico dat deze bezuinigingen voor de gemeenten ook effect kunnen hebben op de beschikbare middelen van de DG&J ZHZ. Het risico be- staat dat in de komende jaren evenmin een indexering van de inwonersbijdrage voor loon- en prijscom- pensatie plaats vindt. Het hanteren van een nullijn heeft directe consequenties voor het bepalen van de juiste kostprijzen en de terug te verdienen overheadkosten welke zijn verdisconteerd in het tarief.
Impact/risicobedrag
Dit risico is rechtstreeks verbonden met inwonerbijdrage en de indexaties. Het risicobedrag is geraamd op 2,5% van de totale inwonersbijdrage exclusief de bijdrage JGZ en heeft een structureel karakter.
Actiepunt
Scenario’s maken welke bezuinigingen welke gevolgen hebben voor het uitvoeren van de taken.
Bezuinigingen gemeenten H H € 100.000 S € 80.000
De begroting van de DG&J ZHZ is mede afhankelijk van de beschikbare middelen bij de deelnemende gemeenten. Verdere taakstellingen kunnen leiden tot aan wijziging in de vraag van gemeenten naar maatwerkoplossingen. Het risicobedrag ad € 100.000 is gebaseerd op een daling met 10% van de totale maatwerkopbrengst van € 1 miljoen per jaar en heeft een structureel karakter.
Impact/risicobedrag
Het risicobedrag ad € 100.000 is gebaseerd op een daling met 10% van de totale maatwerkopbrengst van € 1 miljoen per jaar en heeft een structureel karakter.
Actiepunt
Scenario’s maken welke bezuinigingen welke gevolgen hebben voor het uitvoeren van de taken.
Bezuinigingen decentralisaties H H P.M. S P.M.
Met de voorgenomen 3D-operatie zullen taken worden overgedragen naar gemeenten. Naar verwach- ting zal dit gepaard gaan met een taakstelling. Voor een deel van de decentralisaties is de DG&J ZHZ een mogelijke optie om deze taken uit te voeren of te regisseren. Dit biedt kansen ten aanzien van de identiteit van de DG&J ZHZ, maar heeft tevens een risico in zich ten aanzien van de beschikbare midde- len die voor de DG&J ZHZ beschikbaar zijn. Een ander risico hierbij is dat de gemeenten op basis van een heroriëntatie - als gevolg van de decentralisatie - tot de conclusie komen om taken, die momenteel worden uitgevoerd door de DG&J ZHZ, terug te halen naar de gemeenten om deze geclusterd met an- dere taken uit te voeren.
Impact/risicobedrag
De feitelijke impact is op dit moment nog niet te bepalen en is afhankelijk van de feitelijke invulling van de decentralisaties.
Actiepunt
Scenario’s maken – per cluster - voor de mogelijke kansen en bedreigingen die de decentralisaties bie- den voor de DG&J ZHZ uitgaande van de bestaande expertise en infrastructuur die de DG&J ZHZ op dit moment kan bieden.
Kwaliteit van de bedrijfsvoering H H P.M. S P.M
De invoering van de nieuwe organisatie vraagt om een op maat gemaakte bedrijfsvoering. Dit vraagt tijd en energie om optimaal in te spelen op de diversiteit van de informatievragen en sturingsinformatie. Een onvoldoende afgestemde bedrijfsvoering kan leiden tot financiële overschrijdingen of ongewenste activi- teiten. Met name wanneer onvoldoende en tijdig analyses worden uitgevoerd en waarbij de afdeling bedrijfsvoering deze onvoldoende deelt met de verantwoordelijke clustermanagers, Zodoende kan on- voldoende en/of tijdig invulling worden gegeven aan de sturing en beheersing binnen de verschillende clusters.
Impact/risicobedrag
Het financiële risico is op voorhand niet te kwantificeren.
Actiepunt
Inventariseren van de bestaande knelpunten in de bedrijfsvoering en hierop gericht actie ondernemen.
Terugverdienen frictiekosten M M € 1.323.200 I € 132.320 Het terugverdienen van de frictiekosten van de JGZ kent een belangrijke variabele component in het besparen van 11 fte op de GGD ZHZ. Deze besparing is op 1 januari 2013 nog niet volledig gereali- seerd en dient ook permanent te worden gerealiseerd. In de 2de Burap is een restanttekort op het te- rugverdienen van de frictiekosten JGZ (en reorganisatie) gemeld van € 229.000.
Impact/risicobedrag
In totaal zit in het terugverdienen van de frictiekosten van de JGZ een variabele component ter hoogte van (minimaal) € 1.323.200 waarover risico wordt gelopen. De andere componenten in het terugver- dienmodel zijn meer of minder vast.
Actiepunt
Blijven monitoren van de frictiekosten
Inzichten in kostprijzen M M P.M. S P.M.
Voor een goede begrotings- en budgetsystematiek is inzicht in de kostprijzen van de diensten en pro- ducten van de DG&J ZHZ noodzakelijk. Welke activiteiten kunnen worden verricht binnen een beschik- baar budget en welke aanvullende bijdrage moet worden gevraagd bij het leveren van additionele dien- sten of producten. Het inzicht in de kostprijzen van de bestaande diensten en producten kan worden verbeterd. Tevens kan hierdoor meer inzicht ontstaan in de gewenste toerekening van overheadkosten.
Momenteel zit in de kostprijzen van de GGD, met name bij het cluster dienstverlening, relatief veel overhead ten opzichte van andere dienstverleners.
Impact/risicobedrag
Het financiële risico is niet op voorhand te bepalen, maar is afhankelijk van de werkelijke afname van producten en diensten.
Actiepunt
Opstellen van onderbouwde kostprijzen en op basis hiervan scenario’s bepalen voor wisselende afname van producten en diensten.
Claims M L P.M. I P.M.
Nederland juridiseert, waardoor het risico van aansprakelijkheidstelling en claims reëler wordt. Naast het risico van claims, leidt dit ook tot extra inzet van juridische expertise. Dit zijn moeilijk in te schatten kos- ten. De belangrijkste risico’s zijn weliswaar verzekerd, maar of de dekking toereikend is, is op voorhand niet te kwantificeren.
Impact/risicobedrag:
De impact is de schade die voortkomt uit het niet of ontoereikend verzekerd zijn bij een ongeval of claim. Dit is op voorhand niet te kwantificeren.
Actiepunt:
Treffen van verzekeringen en jaarlijks beoordelen of verzekerde waarde nog toereikend/actueel is.
Verplichtingenadministratie L L P.M. S P.M.
Het inzicht in lopende verplichtingen kan op dit moment nog worden verbeterd. Het risico bestaat hier- door dat onvoldoende inzicht bestaat in de werkelijke budgetruimte waardoor achteraf sprake is van overschrijdingen.
Impact/risicobedrag
De financiële impact is dat overschrijdingen op budgetten niet kunnen worden opgevangen binnen de bestaande ruimte, waardoor financiële tekorten ontstaan.
Actiepunt
Opzetten van een gestructureerde verplichtingenadministratie.
Verzelfstandiging RAV L L P.M. I P.M.
Met de verzelfstandiging van de RAV moeten alle verplichtingen over worden gedragen aan de nieuw op te richten vennootschap. Het risico bestaat dat niet alle verplichtingen juridisch overgedragen kunnen worden, waardoor een financiële relatie blijft bestaan met de DG&J ZHZ. Dit heeft betrekking op de verplichtingen van leveranciers, de Vpb-plicht van de nieuw op te richten vennootschap, alsmede de personele verplichtingen van personeel dat overgaat naar de nieuw op te richten vennootschap.
Impact/risicobedrag:
De financiële impact ligt in het debiteurenrisico dat ontstaat voor verplichtingen van de RAV die achter- blijven bij de DG&J ZHZ.
Actiepunt:
Monitoren van de mogelijkheden om verplichtingen over te dragen en hierover concrete afspraken te maken met de nieuwe vennootschap en het debiteurenrisico te monitoren.
