• No results found

DE MILITAIRE BAKKERIJ F,\ HET MUTIEBROOD,

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "DE MILITAIRE BAKKERIJ F,\ HET MUTIEBROOD,"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

S9G

gerecenseerd. Al moge mijn arbeid door hem ook niet gunstig zijn beoor- deeld ; toch zal die kritiek de goede zaak bevorderen ; al is het slechts, door voor een oogenblik de aandacht van het publiek op het zoo belangrijk

onderwerp te vestigen.

Ik zeg, voor een oogenblik, want meer te vergen is te veel geëisdit.

En toch ! De wettelijke regeling der schutterij is wel waard , dat er over worde gedacht, want 200 lang het leger te velde in d? eerste oogenblikken

van den oorlog, niet met minstens 16000 goed geoefende schutters kan worden versterkt, zoo lang is ONS VADERLAND NIET MET GOED GEVOLG TB VER-

DEDIGEN. Zie de Memorie van Beantwoording, betrekkelijk het wetsontwerp op de Nationale Militie. Avis au lecteur l

DE MILITAIRE BAKKERIJ F,\ HET MUTIEBROOD,

( I N G E Z O N D E N . )

Onder bovenstaanden titel heeft de Heer officier van gezondheid der 1ste klasse VAN DER H A R T E N , een werkje in het licht gegeven, waarin hij onder anderen te kennen geeft, dat het zeer te betreuren is, dat er geen maatregelen zijn of worden genomen, dat het brood uit de garnizoensbakkerijen aan den soldaat verstrekt wordende, beter zij; — ja , dat wanneer men dat brood aan eene gezondheidscommissie ter beoordeeling aanbood, de uitspraak zou wezen: insa- lubre (niet gezond, nadeelig voor de gezondheid), en volgens den schrijver, moet dit voornamelijk gezocht worden in de bestaande voorschriften, omtrent de inrigting en het beheer der militaire bakkerijen zelven.

Wanneer nu een officier van hel leger, en vooral een officier van gezondheid, een ongunstig oordeel uitspreekt over een der voornaamste voedingsmiddelen van den soldaat, dan zal het belang der zaak dat hem bewogen heeft de pen op te vatten, ook wel voor hen die meer in het bijzonder met het beheer dier inrigtingen belast zijn, vorderen , na te gaan, of en in hoever de aangevoerde klaglen al dan niet gegrond zijn.

Dit is het doel dat wij ons thans voorstellen, en wij vertrouwen dat de Redactie van den Militaire-Spectalor, deze onze beschouwingen wel in haar Tijdschrift, dat geheel aan de belangen van het leger is gewijd, zal willen opnemen.

Wij willen dan de voorschriften , waarin toch hoofdzakelijk de oorzaak van het kwaad schijnt gezocht te moeten worden, eens van naderbij bezien, en die toetsen aan de beschuldigingen door den schrijver daartegen ingebragl.

(2)

597

l". Komt het den schrijver voor, dat het bezigen van gemengd graan een vat) de oorzaken is, dat het munitiebrood van eene mindere hoedanigheid is dan het konde wezen (blz. 13).

De schrijver weel ongetwijfeld niet, dat deze wijze van bakken gegrond is op, en het gevolg is van in der tijd genomen proeven in drie onderscheiden garnizoensbakkerijen ('s Hage, Breda en Utrecht), en dat die proeven de gun- stigste resultaten hebben opgeleverd , zóó zelfs, dat de korpskommandanten , onder anderen in het garnizoen te Utrecht, aan wie het brood ter beoordeeling was gegeven , verzekerd hebben, dat het niet alleen bijzonder voldeed , maar zelfs veel smakelijker was dan dat van enkele tarwe gebakken ; terwijl boven- dien bevonden is, dat het brood van vermengd meel het voordeel h a d , dat het veel minder uitdroogt, en steeds eene vetachtige zelfstandigheid behoudt, zoodat brooden, die men opzettelijk 12 a 14 dagen had laten liggen, toen nog vol- komen goed waren en een zuiveren smaak hadden behouden.

Die uilkomsten , gepaard met de mindere uitgaven , welke deze wijze van broodbereiding veroorzaakt, gaven aanleiding dat in 1843 werd overgegaan om het munitiebrood zamen te stellen uit */B tarwe en 4/s rogge. — Bezuiniging was dus hier geen hoofddoel, zooals de schrijver veronderstelt, maar er werd beoogd verbetering, gepaard met bezuiniging, en dat dit werkelijk zoo is, kan gestaafd worden bij eene eenvoudige vergelijking van het brood dat nog in sommige garnizoenen, bij aanneming, door particulieren wordt geleverd , en uit enkele tarwe bestaat, met dat hetwelk uit de militaire bakkerijen wordt ver- strekt ; — aan welk laatste dan ook door alle militaire autoriteiten de voorkeur wordt gegeven.

Wij laten geheel voor rekening van den schrijver zijn beweren, dat het brood kleverig, vast en vochtig zij: m a a r , aangenomen dat zulks eens hier of daar het geval ware , dan is dat niet het gevolg der gemengde zamenstelling, maar van de slechte bereiding en kneding van het deeg, welke, natuurlijkerwijze meerdere zorg vereischt en moeijelijker is dan die van enkel tarwedeeg; waarom dan ook, om het roggemeel goed onder het tarwemeel te verwerken, zulks niet in den trog, maar op den zolder behoort te geschieden , en de ovens goed ge- stookt moeien worden.

Dat de zamenstelling van het munitiebrood uit tarwe, met een gedeelte rogge, ook elders voorstanders v i n d t , zal kunnen blijken uit het werkje van A. COLSON,

»de la Panification." Bruxelles, 1846, waarin op blz. 34, over het gebruik der rogge, voorkomt:

»J'ai peu parlé des seigles; cependant je dois en dire un mot, vu qu'en

» I H ' i ( ) , l'ctat les admis dans la composition du pain du soldat."

»Le seigle est réputé sain et a juste titre; il raffraichit les organes qui Ie

»per?oivent, mais il f a u t , avant d'en déterminer la proportion, bien reconnaitre

»a qu'elles conformalions il s'applique."

En eenige regelen verder: »Chez Ie soldat, aux mouvements encaissés dans

»une tenue concentrante, il ne peut être consommé qu'a quantité restreinte;

»un tiers par exemple."

(3)

098

u Sa pröpriété est d'adoucir les canaux digeslifs et d'enlretenir les voies d'éva-

«cuation dans une facilité d'aclion."

En in Frankrijk, waar vroeger hel munitiebrood voor de troepen, almede van met rogge vermengd meel gebakken werd, en waar men er alleen van schijnt teruggekomen te zijn, omdat het brood minder blank is, worden, vol- gens VAUCHELLE, in zijn Cours d'administration militaire, uitgegeven in 1847, nog zaakkundigen gevonden, die, ondanks dat reeds in 1822 het gebruik der rogge is afgeschaft, volhouden , dat het brood toen beter, en vooral voedzamer was ; en dit vinden wij zelfs herhaald op blz. 25 van het 2° deel van hetzelfde werk, in 1861 op nieuw uitgegeven, alwaar, onder bijvoeging dat sommigen het afschaffen van de rogge betreuren, gelezen wordt .-

»N'y aurait-il plus a espérer du seigle, mélange avec Ie ('roment, dans la

«proportion d'un quart ou d'unc cinquième, en maintenant Ie blutage a 20%,

»une nourriture saine el substantielle, autanl que celle du pain, actuel de pur nfroment ?"

Het bezigen van tarsve en rogge , zooals dil in art. 24 van het voorschrift wordt voorgeschreven, belet dus niet, ook volgens onze meening, om gezond en voedzaam brood aan den soldaal te verschaften, en dat dit. werkelijk gebeurt, daartoe hebben wij ons slechts te beroepen op de getuigenis van het leger zelf.

Maar het brood is, volgens den Heer VAN DER HAKTEN te suur, j a , soms zoo zuur, dat een enkele bete de tanden aangrijpt (blz. 13) , en dil noemt hij een tweede bezwaar, en schrijft zulks hoofdzakelijk toe,

2°. aan het bezigen van hefdeeg, in plaats van gist (blz 16).

Dat hel eerste meerdere zaakkennis vordert bij de bewerking van het laatsl- gemeld artikel, valt niet tegen te spreken, maar dat aan het gebruik van hef- deeg grootendeels zou moeten worden toegeschreven, dat het brood altoos te zuur is , kan niet worden toegegeven.

Neen, wanneer bij het zetten van hefdeeg gezorgd wordt voor het herhaalde malen ververschen van het water daartoe gebezigd wordende, en men met over- leg de te verbruiken hoeveelheid van dil gistingsmiddel regele naar de soort van granen waarvan gebakken wordt, zal het aanwenden van hefdeeg geen na- deeligen invloed hebben op de kwaliteil van hel brood , noch hel te zuur maken;

en moge het nu al eens gebeuren, dal door onbedrevenheid van een' nieuw in diensl gestelden meesterknechl, een baksel te zuur is uitgevallen, dan, immers, ligl hel middel voor de hand, om hel, zooals boven is aangegeven, te verhelpen.

Maar waartoe meerdere woorden over dit tweede punt te wisselen ! De schrijver zelf, ofschoon beginnende met het gebruik van hefdeeg te bestrij- den , eindigt, na vele overwegingen en ingezien hebbende inoeijelijkheden, mat het aan te prijzen! (blz 17).

Een derde oorzaak dat lint muniliebrood niel is, zooals hel behoorde te zijn,

wyt de schrijver :

5°. aan de niet goede bewerking van het meel.

Het valt niet te ontkennen , dat de bewerking van het meel in den baktrog veel zorg vereischt. — Maar geschiedt dit dan ook niet met de vereischte zorg ? De schrijver zegt iblz. 19), brooden te hebben gezien, waarvan het meel te

(4)

S9D

weinig was doorwerkt.— Wij kunnen er toonen, niet uit ééne, maar uit zeker al de militaire bakkerijen, welke het tegendeel zullen aanwijzen; en met allen eerbied voor het gevoelen van den schrijver, beroepen wij ons al weder op de getuigenis van de officieren van het leger, die zich van de kwaliteit van dat voedingsmiddel moeten verzekeren. — En zou het toezigt over de zindelijkheid in de bakkerijen en de zuiverheid der baktroggen , enz. (blz. 18), dan zoo geheel en al verwaarloosd worden, dat daaraan de mindere goede hoedanigheid van het brood is (oe te schrijven ? Wij van onzen kant gelooven liet niet.

Als een voorschrift kunnen wij heigeen door den schrijver, ter zake voor- schreven , op blz. 18 wordt gesteld , geredelijk aannemen , maar als een reden van bezwaar, moeten wij het geheel en al verwerpen.

4°. Wordt gemis van waarborg, van theorie en praktijk, bij het toezigt en beheer der militaire bakkerijen, daar verondersteld, waar geen Intendant, maar hoofdofficieren van het leger met dat toezigt zijn belast.

De schrijver rekent het onder de zeldzame uitzonderingen , dat er een enkele gevonden wordt d i e , én de granen , én het bakken kan beoordeelen. — Als men van hen vordert, dat zij het beroep van graanhandclaar en bakker ten volle verslaan, dan kan dit beweren van den schrijver worden aangenomen, maar dan zal hij zoodanige bedreven personen ook niet vinden in het korps Intendanten. Dit wordt niet gevorderd , en zulks is ook niet noodig.

De hoofdofficieren hier bedoeld, hebben naaiiwlettend toe te zien dat de be- slaande voorschriften worden in acht genomen; dat de administrateuren verdere geëmploijeerden hunne verpligtingen met naauwgczetheid vervullen; dat de ver- antwoording van de bakkerij rigtig plaats hebbc; en wat het keuren van de granen aangaat, waar het hoofdzakelijk op aankomt om goed brood te ver- krijgen , dit toch geschiedt niet door die hoofdofficieren alléén, maar door eene commissie van drie of meer officieren van het garnizoen, die dus allen hetzelfde belang hebben bij de z a a k , en van wie men toch wel mag veronderstellen, dal onder hen personen zullen gevonden worden die goed graan van slecht graan zullen weten te onderscheiden , en welke commissie, in allen gevalle , bij den minsten t w i j f e l , bij de aanbesteding van granen , omtrent de deugd- zaamheid der ingezonden monsters, zich door eencn deskundige kan doen voor- lichten.

Nu stellen wij, van onze zijde, dal er weinig, ja, waarschijnlijk niet één hoofdofficier bij hel, leger zal gevonden worden, voor wien hel ondoenlijk wordl geachl, deze verpligtingen na te komen , en die niet met al de belangstelling welke de zaak vereischt, zal trachten te zorgen en Ie w a k e n , dat uit de bakkerij waarover hem het toezigt is opgedragen , goed gebakken , gezond en voedzaam brood aan den soldaal worde verstrekt.

Bij iedere distributie moet het blijken of het brood de gevorderde eigen- schappen bezit. — De oflicieren zijn verpligt daarop te letten. En is hel nu niet te verwachten , dat wanneer hel tegendeel mogt blijken , door den toezienden chef dadelijk zal worden onderzocht, waaraan dit is loc te schrijven, en dat hij terstond maatregelen zal nemen om dit te doen ophouden ; — voorzeker voor

Hl. S. 7. D. N". 10. 2

(5)

600

hem niet moeijelijk , daar er zoo vele duidelijke aanwijzingen door ervaren mannen zijn gedaan, omtrent de zamenstelling van goed en smakelijk brood.

En hebben nu

5°. de gepensionneerde onderofficieren, die met het eigenlijk beheer der bak- kerijen zijn belast, bij wie door den schrijver, in de tweede plaats, het gemis van theorie en praktijk wordt verondersteld , niet om verschillende redenen , hetzelfde belang om rnede te werken tot het verstrekken van goed brood, dat zij lang genoeg zelvcn gegeten hebben om door ondervinding te weten of het goed of niet goed is? Gaat niet, wanneer daarover klagten k o m e n , een groot deel daarvan op hen over, en zouden zij , hij pliglverzuim , niet met grond Ie verwachten hebben h u n n e betrekkingen Ie verliezen.

Hetzelfde moeten wij zeggen ten aanzien van het zoogenaamde bakpcrsoneel, waarbij de schrijver

(>°. gemis aan praktische ervarenheid in het bakken veronderslelt.

De toeziende chef, op wien , zooals wij gezegd h e b b e n , alle verantwoorde- lijkheid r u s t , zal voorzeker, daar hij bij inagte is zich van een goed personeel te voorzien , zich niet blootstellen, personen in dienst te houden , die hij als ongeschikt of onervaren zal hebben leeren kennen.

En is de schrijver dan ook zóó verzekerd , dat onder de duizenden miliciens die jaarlijks op hun 20e levensjaar onder de wapenen opkomen, niet eenige ge- schikte jongelingen kunnen worden gevonden die hel bedrijf van bakkersknecht volkomen verstaan? — en aangenomen dat hel hier of daar nmeijelijk is om onder de militairen geschikte personen te v i n d e n , dan immers geeft het voorschrift omtrent het beheer der bakkerijen , vrijheid om burgerpersonen als meester- knecht en bakkers aan te stellen !

Maar het grootste bezwaar ziet de schrijver daarin , dat in de mililaire bakke- rijen eene andere wijze van bakken beslaat, en dil, te leeren, zegt hij, is zoo moeijelijk (blz. 12).

Is dit werkelijk hel geval ? Immers, neen ? 01' men nu larwemeel en rogge- meel, ieder afzonderlijk tot deeg bewerkt, of dil verrigt , nadat hel vermengd is, zal toch niet moeijelijk Ie vatten z i j n ; en als de meesterknecht eens hel hef- deeg heeft bereid, en de hoeveelheid kent die hij benoodigd heeft, dan zal ook dal wel Ie begrijpen zijn voor den vervolge ; — en eenmaal wetende hoeveel warmtegraad de oven moet bezitlen om het muniliebrood gaar te bakken, zal het ook zooveel studie niet vereischen , om dit na Ie volgen. — Omgekeerd , zou men toegeven , namelijk, of ieder m i l i t a i r e broodbakker wel dadelijk ge- schikt zou wezen, om in eene burgerbakkerij, fijne beschuit, krcnlekoekjes en dergelijken te bakken.

Om nu nog eens terug te komen op de keuring en aanbesteding der granen, die de schn ver uitsluitend aan de Intendanten in de militaire afdeelingeri wil zien opgedragen (blz. 21), moeien w i j , — ofschoon de wijze waarop zulks , vol- gens hem , zou moeien geschieden , niet kan gezegd worden onuitvoerbaar te

zj jn ) — echler de vraag doen, welk nul dil slichten zou, wanneer niet dezelfde Intendant die de granen heeft goedgekeurd , telkens, bij het in ontvangst nemen d a a r v a n , hij de bakkerij waarvoor zij bestemd zijn , op de plaats zelve aan-

(6)

wezig ware ? w a n t , op den voorgrond stellende, dat deze maatregel dienen moet, omdat men bij den toezienden chef over eenc bakkerij, geen Intendant zijnde, de noodige kennis van granen betwijfelt, zal hel niet baten, of men aan den zoodanige het goedgekeurde monster toezcnde, om daarop de aanbe- stede partij in ontvangst te nemen, daar m e n , bij gemis van die kennis, niet beoordeelen k a n , of en in hoever het afgeleverde, — wat soort en kwaliteit be- treft , — werkelijk aan dat monster voldoet.

Het is waar dat het de dienst van sommige hoofdofficieren van het leger zou verligten, wanneer het toezigt over de bakkerijen overal aan een Intendant kon worden opgedragen, van wien men , zooals de schrijver aanmerkt, uit den aard zijner betrekking, met grond de noodige kennis van de granen en wat verder tot het behceren eener bakkerij behoort, mag verwachten ; maar hoe gaarne wij het korps Intendanten zagen uitgebreid , en dit wel om te voor- komen , d a t , zoo als nu plaats h e e f t , officieren uit het leger met tcrrigtingen tot het vak der Intendancc behoorende, moeten worden bemoeijelijkt, moeten wij evenwel verklaren, dat zulks juist niet behoeft te geschieden, omdat de hoofd- officieren van het leger in het algemeen ongeschikt zouden wezen, om het hier bedoeld toezigt over eene militaire bakkerij te houden.

Het op blz. 22 aangewezen middel, om daar waar geen Intendanten zijn, de kwartiermeesters met het beheer en toezigt over de bakkerijen te belasten, is, — de schrijver zal het, zoo wij vertrouwen, bij nader inzien, zelf gevoelen,—niet zeer doordacht, en toont aan dat hij den werkkring van den kwartiermecster niet kent.

Wij bevelen hem a a n , nog eens het voorschrift omtrent dat beheer met aan- dacht te lezen, en vragen hem , of al hetgeen daarin aan den toezienden chef wordt opgedragen, door eenen kwarliermeester (in de garnizoenen waar bak- kerijen gevestigd zijn , en geen Intendant zich bevindt, meestal jonge le en 2"

luitenants) zal kunnen worden verrigt ?

Wij wijzen hier bepaaldelijk op de verhouding waarin hij zou komen te staan tegenover de kommanderende officieren in het garnizoen, waaronder ook degeen behoort, onder wiens bevelen hij werkzaam is (zie art. 10, 15, 50, 31 en 52), alsmede zijne verhouding tegen over administrateurs van het korps of bataillon, waarbij hij als kwartiermeesler dienst doet, ten aanzien van de te doene beta- lingen ten behoeve van de bakkerij. (Zie art. 30 en volgende.)

En is de schrijver dan zoo zeker dat de kwartiermeesters (altoos in de ver- onderstelling dat zij van granen en bakken meerdere kennis zouden hebben dan andere officieren van het leger), met hunne eigenlijke werkzaamheden zoo weinig te doen hebben, dat zij zonder eenig bezwaar, ook nog wel het bedoelde toezigt daarbij kunnen waarnemen ?

Wij kunnen hem de verzekering geven, dat dit het geval niet is ; en even- wel , al ware het zoo, dan nog zou h e t , om de in de vorige zinsnede opge- geven redenen, onuitvoerbaar wezen.

Even zoo oordeclen wij over het denkbeeld van den schrijver, om gepen- sionneerde onderofficieren, die als administrateurs geplaatst of met de policie in

2*

(7)

602

de bakkerijen belast worden , of militairen die als bakker daarin dienst doen , vooraf eenigen tijd in een dier etablissementen te detacheren.

Buiten en behalve dat dit tot aanzienlijke uitgaven zou aanleiding geven , — want dit personeel, die personen toch zouden, gedurende den oefeningstijd , moeten worden onderhouden , — is zulks in andere opziglen onuitvoerlijk.

Letten wij eens op hetgeen in de militaire bakkerij te 's Hage zou plaats hebben, wanneer die, zooals de schrijver voorstelt, tot bakkersschool werd bestemd. Gepensionneerde onderofficieren en soldaten (kandidaat bakkers), be- vinden zich daar om de bakkerskunst Ie leeren ; en wel tol zoodanig a a n t a l , om daaruit respectivelijk in het benoodigd personeel voor de overige 19, zegge negentien, garnizoens-bakkcrijen Ie k u n n e n voorzien.

Dit onderwijs zal worden gegeven door den administrateur en den meester- knecht , en dit alles terwijl er voor een aanzienlijk garnizoen moet gebakken worden , en dat bakken , zooals de schrijver zelf aanvoert, bij hel bezigen van gemengd graan , zoo veel meerdere zorg en tijd vordert ? . . . . om nog niet te zeggen , d a t , buiten de te veroorzaken stagnatie in de dienst, tot hel in- voeren van zoodanigen maatregel, het lokaal waarin gebakken w o r d t , niet half grool genoeg zou zijn om het daarin zich bewegend personeel te bevatten.

Dan genoeg hiervan ; de schrijver vertrouwen w i j , dit punt nader overden- kende, zal zelf moeten erkennen, d a l , ofschoon hij in theorie gelijk moge heb- ben , de praktijk hier te korl schiet.

Een punt nog door den schrijver bestreden in onze voorschriften, kunnen wij niet met stilzwijgen voorbijgaan. Het i s :

7°. het te min stellen der eischcn van het brood , in de militaire bakkerijen gebakken wordende (blz. 10).

Wij kunnen niet toegeven , dat die cischen werkelijk te laag gesteld zijn. — Integendeel, wanneer men naar art. 25 dier voorschriften, dat door den schrij- ver, te dien aanzien, voornamelijk wordt aangevallen, (c werk g a , en alles wat verder zoo omlrenl de vereischten der granen , de bereiding en zamen- stelling van deeg en brood in de voorschriften wordt opgegeven, ter harte neme, k a n , naar onze o v e r t u i g i n g , dal brood zeer goed z i j n ; en al ware het ook, dat wat met het naleven van al hetgeen in hel tweede gedeelte van des schrijvers brochure wordt opgegeven, het doel dat hij zich v o o r s t e l t , namelijk, het leiden tot den weg van verbetering, te bereiken zou zijn; wat toch, vragen w i j , baat h e t , of wij onze cischen , naar eenen PAPPEN n EI M, VON BIBRA of LIEBIG , theoretisch al hooger en hooger zouden slellen , w a n n e e r , zooals de schrijver zelf erkent, bij het in praktijk brengen , de genomen proeven mislukken , of de gegevens door omslagtigheid als a n d c r z i n s , niel uilvoerlijk z i j n ?

De schrijver zegt : dut het brood beter kan zijn.

In welk opzigl, vragen wij ? want dit is , naar onze overtuiging , niet vol- doende aangewezen.

Wanneer men gebuild larwemeel of liever enkel bloem wil bezigen , dan zal men voorzeker een fijner — smakelijker, ligl vertcerbaarder—brood erlangen, doch dit wordt voor den soldaat niet gevorderd. — Hij moet ecu gezond en

•voedzaam ralion brood o n t v a n g e n , en dit wordt hem uit de militaire bakkerijen

(8)

verstrekt. Dat dit werkelijk zoo is, daarvoor hebben wij ons slechts, zooals wij reeds hiervoren hebben gedaan, te beroepen op de getuigenis van al de officieren van het leger, en ook op de verklaringen van hen die het dagelijks gebruiken.

Wij noodigen den schrijver dan ook uit, het eens aan onze gezonde boeren- knapen, die als miliciens onder de wapenen zijn, te vragen, of het brood dat zij uit de militaire bakkerijen bekomen, hen niet smaakt en voedt, en of het minder is dan het brood, dat zij bij hunne ouders of bij wien zij in dienst waren, aten ? Wij vreezen niet dat het antwoord op die vraag ons zal be- schamen !

Wij hopen met dit ons geschrijf genoeg gezegd te hebben, om den kwaden indruk weg te nemen, welken de lezing van het voor ons liggende werkje van den Heer VAN DEII HARTEN soms bij onbekenden , omtrent het gebrekkig beheer onzer militaire bakkerijen mogt hebben achtergelaten, en om die lezers tot de overtuiging te brengen, dat zoo niet alle, dan toch verre de meeste der opge- geven gebreken denkbeeldig zijn, en door den schrijver door een te veel ver- grootend glas worden gezien.

Vooral noemen wij de uitspraak, dat het bedoeld brood insalubre is, zeer gewaagd; te meer , omdat wij daarin tevens eene openlijke beschuldiging zien tegen het korps officieren van gezondheid van hel leger; die het hierbedoeld brood dagelijks zien gebruiken; ook door den zieken soldaat; en die derhalve, wanneer zij de overtuiging hadden dat hel munitiebrood nadeeligen invloed had op de gezondheid, reeds lang hunne stem daartegen hadden moeten ver- heffen.

September 1861 Dixi.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zoals eerder vermeld worden er in een teeltsysteem met de aantallen ingebogen takken en scheuten gespeeld en bekeken of de plant voldoende productie haalt. Er wordt getracht om met

Er zijn tijdens de survey 2 mosselstrata (M1 & M2) en 3 kokkelstrata (K1 t/m K3) onderscheiden met ieder een andere verwachting voor het aantreffen van de mosselen en

De buurt is niet alleen een belangrijke eenheid van sociale en ruimtelijke ongelijkheid, maar ook een platform voor gemeenschapsvorming en de dagelijkse sociale interactie

Omdat artikel 13 lid 4 Zvw niet toestaat dat de vergoeding voor niet-gecontracteerde zorg wordt gedifferentieerd naar de financiële draagkracht van de individuele verzekerde, zal

Het onderzoek van Filip Dewallens naar het statuut van de ziekenhuisarts kon niet op een beter moment komen. Het statuut bestaat nu bijna 30 jaar, maar grondig juridisch onderzoek

Goud, mirre en wierook zijn kostbaar, Maar door de hemel is gegeven:. Jezus, Hij kwam voor ons

Wat ter wereld ziet God dan toch in de mens, Dat Hij wordt de ‘Man aan het kruis’.. De Farizeeërs samen, ja ze kijken

De bewustwording (awareness) hiervan in de eerstelijnszorg is nog gering. Deze workshop van de VSOP biedt inzichten om de awareness in de eerste lijn te vergroten. Daarnaast