• No results found

Veelgestelde vragen concept-beleidskader Zonneparken gemeente Groningen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Veelgestelde vragen concept-beleidskader Zonneparken gemeente Groningen"

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Veelgestelde vragen concept-Beleidskader Zonneparken gemeente Groningen Van 18 november 2020 tot en 21 januari 2021 lag het concept-beleidskader Zonneparken ter inzage voor inspraak. Op 14 januari jl. is een online-informatieavond georganiseerd voor en- kele honderden belangstellenden. Er zijn veel reacties en vragen binnengekomen, zowel tij- dens de inspraakperiode, als tijdens de online-informatieavond. Daarnaast loopt een vervolg- proces waarin we met de betrokken organisaties van bewoners en belangenpartijen in ge- sprek gaan over de verdere uitwerking van het concept-beleidskader.

Hieronder treft u een antwoord op een overzicht van de belangrijkste en meest gestelde vra- gen tijdens de informatieavond. Dit betekent dat niet op elke vraag die in de chat tijdens de informatieavond is gesteld en antwoord wordt gegeven Een uitgebreidere beantwoording van de vragen die via zon@groningen.nl of het formulier op de gemeentelijke website zijn in- gediend t/m 21 januari volgt binnen 8 weken na het sluiten van de inspraaktermijn. Deze in- spraaknotitie zal samen met het raadsvoorstel over het beleidskader naar de gemeenteraad gestuurd worden. Omdat veel vragen op elkaar lijken, of over hetzelfde onderwerp gaan, hebben we deze in onderstaande vragen meer in algemene zin verwoord of samengevat.

Veelgestelde vragen en antwoorden n.a.v. concept-beleidskader zonneparken.

Over het proces

1. Is alles is al besloten? Hoe maak ik bezwaar?

Dit beleidskader is een beleidsdocument. Het is nog niet af. Daarom is het een concept-be- leidskader. Het concept-beleidskader heeft de status van structuurvisie. Over het beleid moet de gemeenteraad nog beslissen. Het is geen (bestemmings)plan of vergunningaan- vraag voor een project. Er staat dus geen bezwaar of beroep open tegen dit concept-docu- ment. Ook niet bij het definitieve document. Op basis van het beleidskader kunnen geen projecten worden uitgevoerd, daarvoor moet eerst een uitgebreide vergunningaanvraag worden doorlopen (zie het antwoord op 7a). Daartegen staat wel bezwaar en beroep open.

Natuurlijk was het wel mogelijk te reageren op het concept-beleidskader met een inspraak- reactie of een zienswijze. Alle vragen en opmerkingen zijn genoteerd, en daarop reageren we in een inspraaknotitie. Ook gaan we nog in overleg met bewonersorganisaties en belan- genorganisaties. De opmerkingen en aanvullingen kunnen leiden tot een aangepaste versie.

Deze gaat eerst naar het college, en daarna naar de gemeenteraad.

In de beantwoording van deze vragen blikken we soms al vooruit op mogelijke gesprekson- derwerpen voor dat overleg.

Hoeveel duurzame energie is er nodig t.b.v. energietransitie?

2. Hoe groot is de opgave voor duurzame energie?

Groningen wil in 2035 CO2-neutraal zijn. Dit is in 2017 door de gemeenteraad vastgelegd in de Routekaart 2035. Daarvoor moet de energie die we gebruiken hernieuwbaar zijn. Dat gaat om elektriciteit, en ook om warmte. In de Routekaart 2035 is uitgerekend hoeveel elek- triciteit en warmte we nodig hebben in 2035. Dit gaat om woningen, bedrijven, kantoren,

(2)

verkeer en alle andere zaken waar energie voor nodig is. Hierbij is rekening gehouden met een besparing van 40% ten opzichte van het huidige energiegebruik, bijvoorbeeld door isola- tie, zuiniger apparaten en elektrisch vervoer. Ongeveer de helft van de benodigde elektrici- teit in 2035 willen en kunnen we in de gemeente zelf opwekken. De andere helft moet van o.a. windmolens op zee komen, of uit het buitenland. We wekken dus geen energie op voor de rest van Nederland, en we leggen ook geen claim op onze buurgemeenten om energie voor ons op te wekken. Dat kunnen we niet alleen, en daar hebben we de medewerking van inwoners en ondernemers in de gemeente bij nodig, bijvoorbeeld dat zij zonnepanelen op hun eigen geschikte daken leggen. De berekening wordt elke paar jaar geactualiseerd.

3. Hoeveel stroom is er nodig?

Op basis van bovenstaande is er in 2035 heel veel elektriciteit en warmte nodig om de ge- meente te voorzien van hernieuwbare energie. Ongeveer de helft van alle benodigde elektri- citeit kan in de eigen gemeente worden opgewekt. Hiervan is 810MWp (MegaWattpiek) aan opwekvermogen voor zonnestroom nodig. Voor de rest is het de bedoeling dat er de stroom komt van windturbines in de gemeente (36MW). Van die 810MWp moet het mogelijk zijn om 310MWp op daken van gebouwen aan te leggen. Daarmee benutten we ieder geschikt dak in de gemeente, maar ook zonnepanelen op carports op parkeerterreinen en andere voorzieningen, zoals geluidsschermen. In deze berekeningen houden we rekening met het al beschikbare dakoppervlak, inclusief de bekende knelpunten (schaduw, obstakels, cultuurhis- torie, eigendom, etc.) en de voortschrijdende zonnepanelentechniek. Daarmee is de

310MWp ambitieus, maar met een grote inspanning naar verwachting wel haalbaar. Voor 500MWp zijn er dus zonneparken op land (of water) nodig. 90% van die bestaande opgave realiseert de gemeente zelf, door deze te clusteren in twee gebieden waar plannen zijn om grote zonneparken te ontwikkelen. Hier heeft de gemeente eigen grond en werkt ze samen met grondeigenaren die ook willen ontwikkelen. De opbrengst hiervan komt geheel ter be- schikking aan de energietransitie voor de eigen inwoners en bedrijven in de gemeente.

Voor 10% van de opgave, dus 50MWp, hebben we geen invulling en geen plannen. Dit biedt ruimte voor lokale initiatieven en dit gaat altijd om kleinschalige zonneparken. Hieraan zijn veel strenge voorwaarden verbonden. Lokaal eigendom voor minstens 50% is een harde eis.

Ook stellen we een grens aan het maximaal aantal kleine zonneparken.

Overigens is van de beoogde 500MWp al 150MWp uitgevoerd of in voorbereiding. Het be- leid gaat dus over de resterende 350MWp.

Zon op daken

4. Waarom zijn er zonneparken nodig als er nog zoveel lege daken zijn?

Zonnepanelen op daken heeft de voorkeur en prioriteit. De gemeente streeft ernaar dat alle geschikte daken van woningen, bedrijven, kantoren, scholen benut worden. Voor de eigena- ren van de daken zijn er diverse regelingen beschikbaar om de aanschaf aantrekkelijk te ma- ken, en de gemeente helpt daarbij. Hiervoor werkt de gemeente samen met lokale bedrijven en maatschappelijke organisaties. In 2022 komen er extra regels om zonnepanelen op nieuwe bedrijfsgebouwen te kunnen verplichten. Ook voor nieuwe woningen zijn zonnepa- nelen steeds vaker verplicht. Voor bestaande bouw is dit nog onvoldoende het geval.

(3)

Dit is echter onvoldoende om aan de gehele opgave te voldoen. We hebben in totaal

810MWp aan zonnestroom nodig. Op basis van huidige berekeningen verwachten we dat er 310MWp op daken gelegd kan worden. In deze berekeningen houden we rekening met het beschikbare dakoppervlak, de bekende knelpunten (schaduw, obstakels, cultuurhistorie, ei- gendom, etc.) en de voortschrijdende zonnepanelentechniek. Daarmee is de 310 ambitieus, maar met een grote inspanning naar verwachting wel haalbaar. Er is daarom nog 500MWp in de vorm van zonneparken nodig. Omdat we dat nu al weten, houden we nu ook al reke- ning met de planning van meerdere zonneparken.

5. Waarom wachten we niet tot alle daken vol zijn?

Projecten duren lang van idee tot uitvoering. Als we erin slagen alle geschikte daken te be- nutten voor 2035 is dat een prestatie van formaat. We hebben in totaal 810MWp aan zon- nestroom nodig. Op basis van huidige berekeningen verwachten we dat er 310MWp op da- ken gelegd kan worden. Er is daarom nog 500MWp in de vorm van zonneparken nodig. Om- dat we nu al weten dat dat onvoldoende is voor de gehele opgave, houden we nu ook al re- kening met de aanleg van zonneparken.

Daarnaast willen we geen onnodige tijd verliezen met het inzetten van de energietransitie;

klimaatverandering wacht immers niet tot wij er klaar voor zijn.

6. Wat doet de gemeente om zonnepanelen op daken te stimuleren?

De gemeente ontwikkelt op dit moment een nieuw beleidskader voor zonnepanelen op da- ken en parkeerterreinen. De gemeente legt de komende jaren zonnepanelen op al haar ei- gen daken, mits deze geschikt zijn. Ook worden de komende jaren onze eigen P+R-terreinen benut, zodat hier sprake is van slim dubbelgebruik. In 2022 komen er extra regels om zonne- panelen op nieuwe bedrijfsgebouwen te kunnen verplichten. Voor bestaande gebouwen (bedrijven en woningen) zijn er subsidies en andere regelingen om de aanschaf van zonnepa- nelen eenvoudiger en goedkoper te maken. Als er nieuwe mogelijkheden ontstaan om zon- nepanelen op daken te stimuleren of te verplichten, zullen we deze waar mogelijk verwer- ken in ons beleid.

7. Zijn er subsidies voor particulieren om zonnepanelen op het eigen dak te leggen?

Ja, er is subsidie voor particulieren. Dit is de zgn. ‘salderingsregeling’ van het Rijk. Voor o.a.

particulieren, kleinere scholen en mkb-bedrijven geldt deze salderingsregeling in ieder geval nog tot 2030. Daarnaast krijgt u grotendeels de BTW terug. Voor grotere energieverbruikers zijn er meerdere regelingen om de aanschaf van zonnepanelen financieel te ondersteunen, zoals de SDE++-subsidie en fiscale aftrekmogelijkheden. Het Energieloket van de gemeente Groningen kan hierbij helpen.

8. De Zonneladder: wat is dat en hoe wordt deze toegepast?

De zonneladder is een manier om aan te geven welk type locaties in aanmerking komen voor zonnepanelen, en welke voorwaarden daarvoor gelden op basis van een voorkeursvolgorde.

De zonneladder regelt geen voorkeur in de tijd (‘eerst dit, dan dat’), maar een beleidsvoor- keur op basis van stimulering van daken, minder strenge eisen voor bijv. braakliggende be- drijfsterreinen, en hele strenge eisen voor het buitengebied. Zonneparken in natuur, bos en andere beschermde gebieden zijn niet toegestaan. Zo kan gestuurd worden op het benutten

(4)

van de meest geschikte locaties. De Zonneladder kent verschillende ‘treden’, waarbij trede 0 het meest geschikt is.

Trede 0: zon op daken - In algemene zin geldt dat zonnepanelen op daken altijd onze voorkeur heeft: alle geschikte daken in de gemeente zouden op termijn moeten wor- den benut voor zonne-energie.

Trede 1: no regret - Voor inpassing van zonneparken geven we prioriteit aan onbe- nutte locaties met potentieel dubbelgebruik, zoals vuilstorten, slibdepots en grote parkeerterreinen, maar ook industriële waterplassen of vloeivelden.

Dit betreft bijvoorbeeld het grote zonnepark op vuilstort Woldjerspoor en in de toe- komst op andere vuilstorten

Trede 2: zorgvuldig inpassen - Vervolgens aan langer braakliggende bedrijfsterrei- nen, restruimtes langs infrastructuur voor transport, energie- of watervoorziening en gebieden in transitie, ook wel: ‘pauzelandschappen’. Onder goede inpassing verstaan we enerzijds het zorgvuldig en subtiel inpassen, maar anderzijds ook het expliciet en aansprekend zichtbaar maken: icoonvorming.

Dit betreft de grote zonneparken bij Roodehaan, Westpoort-Noord en Meerstad- Noord

Trede 3: slim combineren - Daarna aan slimme combinaties met andere ontwikkelin- gen in de stads- en dorpsranden of als buffer aan de randen van natuurgebieden.

Trede 4: los in het buitengebied - Tot slot is er beperkt ruimte om ontwikkelingen op minder hoogwaardige agrarische gronden in het buitengebied toe te staan.

Dit betreft bijvoorbeeld zonnepark Fledderbosch bij de RWZI Garmerwolde

Kleine zonneparken kunnen in beginsel in alle categorieën vallen, zoals op braakliggende ter- reinen, op vuilstorten of gaswinningslocaties, en soms ook los in het buitengebied.

Kleine zonneparken en lokaal eigendom

9. Een ‘klein’ zonnepark is maximaal 10 hectare, is dat niet veel te groot?

Het concept-beleidskader maakt een onderscheid tussen grote en kleine zonneparken. De theoretische grens hiertussen hebben wij gesteld op 10 hectare. Grote zonneparken worden alleen door de gemeente aangelegd op eigen grond, in overleg met de omgeving. Kleine zon- neparken zijn alleen toegestaan op een beperkt aantal plekken, mits de grondeigenaar ak- koord gaat, en het initiatief in meerderheid lokaal is. Hiervoor gelden strenge eisen het ge- bied van landschap, ontwerp en natuur. De meeste kleine zonneparken zullen veel kleiner worden dan 10 hectare. Het landschap, maar ook de wensen van omgeving, zijn bepalend voor de omvang, zoals we zien bij Vierverlaten, de Mikkelhorst of Zonneweide Glimmen.

Deze zonneparken zijn ongeveer 2 hectare. Omdat we hier veel vragen over krijgen, gaan we hierover graag in gesprek.

10. Wanneer is een klein zonnepark ‘lokaal’?

Lokaal betekent: de gemeente Groningen. Volgens het concept-beleidskader moeten kleine zonneparken zoveel mogelijk, maar in ieder geval voor de helft, dus minstens 50%, lokaal zijn. Dat betekent dat inwoners, maar ook bijvoorbeeld kleine bedrijven, scholen en vereni- gingen en stichtingen in de gemeente, eigenaar of mede-eigenaar zijn. Dat kan in de vorm van een energiecoöperatie, maar ook op andere manieren. In het concept-beleidskader zijn

(5)

regels opgesteld om ervoor te zorgen dat duidelijk is hoe dit wordt geregeld, voordat de ver- gunning kan worden aangevraagd. Als er geen lokaal initiatief of lokale medewerking is, komt er geen klein zonnepark. Er zijn suggesties binnengekomen om de eisen rond lokaal ei- gendom nog strenger te maken, door bijvoorbeeld het aandeel lokaal eigendom verder te vergroten. Hierover gaan we graag in gesprek.

Vragen over de kaart en mogelijke locaties van zonneparken 11. Plant de gemeente zonneparken op mijn grond?

Nee, de grondeigenaar beslist altijd zelf over het gebruik van zijn eigen grond, binnen be- staande regels. In de rode gebieden op de kaart zijn geen zonneparken toegestaan. Is de grond van de eigenaar op de kaart groen, dan is er in beginsel een beperkte mogelijkheid voor de grondeigenaar hier een project te ontwikkelen of daar iemand anders toestemming voor te geven. Hieraan zijn strenge regels verbonden.

De gemeente heeft zelf plannen om zonneparken in Meerstad-Noord en Westpoort-Noord te ontwikkelen, op eigen grond van de gemeente, en soms met andere grondeigenaren die hebben aangegeven in plannen te willen samenwerken. Het is de bedoeling dat de opbreng- sten hiervan ten gunste komen van alle inwoners.

12. Wijst de gemeente zomaar ‘groene’ plekken aan waar zonneparken mogen komen?

Deze vraag is vaak gesteld, en gaat meestal over de manier waarop de groene plekken op de kaart bepaald zijn. Om kort te zijn: nee, de gemeente ontwikkelt zelf geen zonneparken in deze gebieden, en het is ook niet zomaar toegestaan voor anderen hier een zonnepark aan te leggen.

Dat vraagt een korte uitleg over hoe het aanvragen van een vergunning werkt. De provincie staat niet toe dat gemeenten in bestemmingsplannen voor het buitengebied ruimte opne- men voor zonneparken. Niemand kan dus zomaar een zonnepark aanleggen, en niemand kan een ‘eenvoudige’ bouwvergunning aanvragen voor een zonnepark, zoals voor een schuurtje of een dakkapel vaak wel kan. Alleen door af te wijken van een bestemmingsplan, en hiervoor en uitgebreide procedure te doorlopen, kan in sommige gevallen een vergun- ning voor een zonnepark verkregen worden.

Deze procedure is erg streng, en net zo uitgebreid en zorgvuldig als het aanpassen of opstel- len van een heel bestemmingsplan. Ook staan dezelfde mogelijkheden voor zienswijzen, be- zwaar en beroep open voor mensen in de omgeving.

Voor veel gebieden is het helemaal niet mogelijk zo’n procedure te starten; deze gebieden hebben we rood op de kaart aangegeven. Dat gaat o.a. om natuurgebieden, weidevogelge- bieden, bos, gebieden met bijzondere waarden op het gebied van landschap en cultuurhisto- rie, en andere gebieden zoals de open ruimte tussen Haren en Groningen. Zie de toelich- tende afbeelding hieronder:

(6)

Voor de groene gebieden geldt dat hier in beginsel een verzoek voor het starten van zo’n procedure in overweging kan worden genomen, mits men voldoet aan een reeks strenge ei- sen. En dan moet de grondeigenaar er ook nog aan mee willen werken.

12a. Hoe zijn de groene gebieden tot stand gekomen?

De groene gebieden op de kaart zijn het resultaat van een analyse van welke gebieden uitge- sloten zijn voor zonneparken, of waar al andere plannen spelen. Deze analyse willen we in het vervolgproces bespreken met de verschillende partijen, om te kijken of de locatiekeuze, begrenzing en voorwaarden die hier gelden kloppen, of bijvoorbeeld aangescherpt kunnen worden.

13. De gele gebieden op de kaart zorgen verwarring. Wat is de betekenis hiervan?

We krijgen ook veel vragen over status van de gele gebieden. Dat vraagt om verduidelijking, en dat zullen we in de aangepaste versie van het beleidsdocument meenemen. Hier alvast een eerste antwoord:

De gele kleur betreft gebieden waar al zonneparken zijn aangelegd of vergund, of waar we een reservering voor eventuele toekomstige uitwerking treffen. Voor de gele gebieden kan geen vergunning (meer) worden aangevraagd voor een zonnepark. Toelichting per gebied:

1. Vierverlaten: bestaand klein zonnepark. Hier is geen ruimte voor uitbreiding.

2. Roodehaan: bestaand groot zonnepark, deels uitgevoerd, deels in uitvoering. Hier is geen ruimte voor verdere uitbreiding.

3. Fledderbosch: bestaand plan voor een groot zonnepark, waarvoor vergunning is ver- leend. In het gehele gele gebied is geen ruimte voor verdere uitbreiding.

4. Meerstad-Noord: concept-plan voor een groot zonnepark, waarvoor een gebiedsvi- sie wordt opgesteld. Hiervoor is een vergunningaanvraag in voorbereiding. Buiten het bestaande concept-plan is er geen ruimte voor verdere uitbreiding.

5. Westpoort-Noord: Dit is een zoekgebied voor een groot zonnepark. Hiervoor wordt een gebiedsvisie voorbereid. Tot die tijd is er geen mogelijkheid een zonnepark aan te leggen.

6. Mikkelhorst: klein zonnepark in uitvoering, waarvoor vergunning is verleend. Hier is geen ruimte voor verdere uitbreiding.

NNN gebieden, Natura 2000, bos- en natuurgebie- den buiten NNN

Wierdenland-

schap Beekdalen Drent-

sche Aa en Hunze- laagte

Beschermd

dorpsgezicht Essen en

pingoruines Leefgebied voor weidevogels

+ Waardevolle linten of landschappelijke structuren (o.a. Stadsweg, Westerwijtwerdermaar)

+ Gebieden voor bescherming landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwetenschappelijke waarden

(7)

7. Zonneweide Glimmen: klein zonnepark in uitvoering, waarvoor vergunning is ver- leend. Hier is geen ruimte voor verdere uitbreiding.

8. De Vork: dit is gemarkeerd als reservegebied voor zonne-energie, waarvoor op dit moment geen plannen bestaan. Volgens het beleidskader kan voor dit gebied vanaf 2023 een gebiedsvisie worden opgesteld, waarmee wordt uitgezocht of en hoeveel zonne-energie samen met andere functies, zoals landbouw, recreatie en natuur zou kunnen worden aangelegd. Tot die tijd is er geen mogelijkheid een zonnepark aan te leggen.

14. Is er al een vergunning verleend voor een zonnepark in De Vork?

Nee. Zonneparken in De Vork zijn nu niet toegestaan. Er zijn nu geen plannen, en er ligt geen vergunningsaanvraag. In de rode gebieden in De Vork zijn zonneparken sowieso uitgesloten.

15. Komen er zonneparken in het Nationaal Park Drentsche Aa? En mag dat wel?

Nationaal Park en/of Landschap Drentsche Aa betreft het stroomgebied van de Aa en ligt grotendeels in Drenthe. Een klein stukje van het gebied ligt in de gemeente Groningen. Er is nu nog sprake van twee soorten naamgeving: Nationaal Landschap en Nationaal Park. Het beleid voor dit gebied is vastgelegd in de provinciale Omgevingsverordeningen van Drenthe en Groningen. Op basis van deze regels zijn zonneparken niet uitgesloten voor zover deze niet in de gebieden vallen waar zonneparken per definitie zijn uitgesloten, zoals natuur, bos en cultuurhistorisch beschermde gebieden. De gemeenten, en dus ook de gemeente Gronin- gen, volgen dit beleid. Waar deze uitsluitende regels niet gelden, gelden wel hele strenge ei- sen voor de eventuele aanleg van zonneparken.

Er zijn plannen om de naamgeving van het Nationaal Landschap en het Nationaal Park gelijk te trekken. Het overlegorgaan Drentsche Aa noemt het gehele gebied al Nationaal Park, en het streven is dit ook in de provinciale Omgevingsverordeningen van Drenthe en Groningen te verwerken. De planologische regels voor zonneparken in het Nationaal Park blijven het- zelfde. Ook het Overlegorgaan Drentsche Aa, de provincies en de betrokken gemeenten slui- ten de aanleg van zonneparken niet uit. Met het concept-beleidskader hebben we aangege- ven hoe met deze voorwaarden om te gaan. We gaan met de verschillende organisaties in gesprek om dit verder uit te werken. Of er uiteindelijk, in aanvulling op de al bestaande Zonneweide Glimmen, nog meer van zulke zonneparken komen in het gebied van het Na- tionaal Park, hangt af van de initiatieven die worden opgezet, en of die aan de voorwaar- den voldoen. De gemeente neemt hiervoor zelf geen initiatief.

Enkele landelijke organisaties en bedrijven hebben samen de zgn. Gedragscode Zon Op Land opgesteld. Dat vinden we een goed idee, maar op enkele onderdelen zijn er wel veerschillen met ons beleid. Zo sluit de Gedragscode zonneparken in Nationale Parken uit, maar niet in Nationale Landschappen. Daarnaast sluit men zonneparken niet uit in bijvoorbeeld overige natuurgebieden en weidevogelgebieden. In de gemeente Groningen vinden we dat, in navol- ging van de provincie, ongewenst.

Energiecoöperaties

16. Wat is het belang van een energiecoöperatie?

(8)

Energiecoöperaties zijn organisaties in handen van de leden, vooral inwoners, die eigen energieprojecten organiseren. Groningen kent meerdere energiecoöperaties, en iedereen in de gemeente kan lid worden van zo’n coöperatie. Daarmee ontstaat de mogelijkheid voor inwoners, kleine ondernemers en stichtingen en verenigingen in de gemeente om samen energie te produceren of te besparen, en mee te delen in de opbrengsten daarvan. De ge- meente Groningen ondersteunt dit soort lokale initiatieven, omdat het ervoor zorgt dat in- woners, in plaats van commerciële bedrijven van buiten, zelf kunnen beschikken over duur- zame energie en de bijbehorende opbrengsten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3 Uw raad heeft drie moties aangenomen: ‘Kracht van lokaal’ (2019-31), ‘Laat omwonenden van zonneparken financieel meeprofiteren’ (2020-10) en ‘Naast de lasten, ook de lusten

Ten eerste moeten projectvoorstellen voor kleine zonneparken altijd samen met de directe omgeving en andere betrokkenen worden voorbereid, ten tweede moet er sprake zijn van

Door het laadvermogen van alle deelgebieden bij elkaar op te tellen, hebben we in beeld laten brengen hoeveel zonne-energie er in de gehele gemeente opgewekt zou kunnen worden

Deze opgave is door de Raad vastgesteld en is uitgangspunt voor deze strategie: Beleidskader Zonneparken - fase I.. In deze strategie zetten we op een rij hoe groot die opgave

Geen zonneparken toe te staan waar onderdelen geplaatst worden die door kinderarbeid of dwangarbeid geproduceerd zijn. Geen (deel)eigendom toe te staan aan investeerders die

Bij nieuwe grootschalige ruimtelijke ontwikkeling in deze gebieden, waaronder de aanleg van zonneparken, moet inzicht worden geboden in de maatregelen die nodig zijn om de

- volgens het beleidsplan er extra aandacht nodig is voor de omgeving Meeden waar al veel ruimtelijke ingrepen zijn gepland (Windpark N33, stikstoffabriek, uitbreiding trafostation

Dit betekent dat voor een bijzondere locatie als deze de mogelijkheid dient worden te geven voor het ontwikkelen van een zonnepark op het volledig areaal en niet voor 5 ha..