• No results found

gelet op artikel 6.12, lid 3 van de Wet ruimtelijke ordening

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "gelet op artikel 6.12, lid 3 van de Wet ruimtelijke ordening"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

1 Raadsbesluit nr. 7 B

Betreft: Delegatiebesluit artikel 6.12, lid 3 Wet ruimtelijke ordening

De raad van de gemeente Tynaarlo;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 april 2011;

gelet op artikel 6.12, lid 3 van de Wet ruimtelijke ordening;

B E S L U I T:

1. Met betrekking tot een omgevingsvergunning – waarbij met toepassing van artikel 2.12, eerste lid onder a sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van het bestemmingsplan of de beheersverordening wordt afgeweken – de bevoegdheid als bedoeld in artikel 6.12, lid 1 en 2 van de Wet ruimtelijke ordening, te delegeren aan burgemeester en wethouders.

2. Aan het besluit onder 1 het voorschrift te verbinden dat burgemeester en wethouders voor de raad ter inzage leggen de besluiten die met toepassing van het delegatiebesluit zijn verleend.

3. Het raadsbesluit van 11 november 2008 waarbij de bevoegdheid van de gemeenteraad als bedoeld in de artikelen 3.10, lid 1 en artikel 6.12, lid 1 en lid 2 van de Wet ruimtelijke ordening werd gedelegeerd aan burgemeester en wethouders, in te trekken.

4. Te bepalen dat deze besluiten in werking treden op 1 mei 2011.

Vries, 24 mei 2011

De raad voornoemd,

F.A. van Zuilen, voorzitter

J.L. de Jong, griffier

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op basis van dit besluit dient degene een bouwwerk gebruikt, tenzij het betreft een gebruik uitsluitend als woonfunctie als bedoeld in artikel 1.1, derde lid, van het Bouwbesluit

C In het eerste lid van artikel 2:11 wordt de zinsnede “zonder vergunning van het college” vervangen door: zonder vergunning van het bevoegd gezag.. In het eerste lid wordt

De aanvrager, eventuele andere betrokken bestuursorganen, alsmede de belanghebbenden als bedoeld in artikel 6.4a, tweede en derde lid, van de wet kunnen binnen twee weken na de

houdende verhoging met ingang van het berekeningsjaar 2021 van enige bedragen, genoemd in artikel 2, tweede lid, van de Wet op het kindgebonden budget.. Op de voordracht van

De ambtenaren van de Autoriteit Consument en Markt, bedoeld in artikel 12a, eerste lid, van de Instellingswet Autoriteit Consument en Markt, zijn bevoegd om voor het toezicht op

Niettemin geeft de regering met deze wijziging van het Bpb gevolg aan het voorstel van de commissie-Van der Meer om de algemene afwijkingsbevoegdheid van artikel 2, derde lid, Bpb

een wijziging wordt voorbereid van de geldende bestemming van een deel van het plangebied van het bestemmingsplan Valkenswaard Noord, voor het gebied zoals is aangegeven op de

Aldus besloten door de raad van de gemeente Bergen in de openbare raadsvergadering van dinsdag 4 juli 2017.