• No results found

De Gemeenteraad Vries, 13 januari 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De Gemeenteraad Vries, 13 januari 2020 "

Copied!
8
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Zaaknummer: 768580 Raadsvergadering d.d. 28 januari 2020 agendapunt 9

Aan:

De Gemeenteraad Vries, 13 januari 2020

Portefeuillehouder(s): O. Gopal Behandelend ambtenaar: M. Ottens

Doorkiesnummer: 751

E-mail adres: m.ottens@tynaarlo.nl

Bijlage(n): 1 Overzicht kwijtscheldingsbedragen afvalstoffenheffing 2019 en 2020

Onderwerp

Verordening kwijtschelding gemeentelijke heffingen en belastingen gemeente Tynaarlo 2019 Gevraagd besluit

De raad besluit de Verordening kwijtschelding gemeentelijke heffingen en belastingen gemeente Tynaarlo 2019

Gevraagd besluit

De Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen gemeente Tynaarlo 2019 vast te stellen.

Wat willen wij hiermee bereiken?

De Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen en heffingen, vastgesteld op 19 december 2000, is gedateerd. Met de nieuwe verordening willen we Verordening actualiseren en duidelijkheid bieden over de kwijtschelding algemeen en de afvalstoffenheffing in het bijzonder.

Waarom komen we nu met dit voorstel?

Na de herindeling van de gemeenten in 1998 werd in 2000 de Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen en heffingen vastgesteld. Deze verordening is tot nu toe niet gewijzigd en verouderd.

Wat is er gewijzigd?

1 Modelverordening VNG is de basis

De huidige Verordening kwijtschelding gemeentelijke heffingen en belastingen staat vol met oude termen zoals bijvoorbeeld de afdeling sociale zaken. De modelverordening van de VNG is het uitgangspunt geweest voor de nieuwe verordening gemeentelijke belastingen gemeente Tynaarlo 2019.

2 Afvalstoffenheffing

Er is een kadernotitie Huishoudelijk afval 2017-2020 vastgesteld. Op basis van deze kadernotitie zijn de tarieven voor afvalstoffenheffing gewijzigd.

Op grond van de nieuwe verordening is de raad bevoegd om de systematiek voor de kwijtschelding

vast te stellen en het college van burgemeester en wethouders voor de hoogte van het kwijt te

schelden bedrag. De huidige systematiek is achterhaald omdat er m.i.v. 2019 gewijzigde tarieven

gelden voor de afvalstoffenheffing. Dit is de reden waarom gekozen is voor een verordening met

die werkt met terugwerkende kracht vanaf 2019.

(2)

Systematiek 2018

In 2018 bestond de systematiek uit kwijtschelding van het vaste tarief en het aantal kilo’s. Voor meerpersoonshuishoudens werd er 610 kilo kwijtgescholden en voor eenpersoonshuishoudens 305 kilo.

Wat is er gewijzigd?

Met ingang van 2019 hebben inwoners een PMD-container voor plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drankpakken ontvangen. Het aanbieden van PMD en groen afval is gratis. De wijziging betreft het vaste tarief en de kosten voor restafval. Het vaste tarief is vanaf 2020 € 110,-, in 2018 was dit € 88,- en voor 2019 krijgen inwoners een korting waardoor het vaste tarief € 78,- bedraagt. Voor de grijze container is nieuw dat er met een ledigingstarief wordt gerekend. Iedere keer als een inwoner restafval aanbiedt zijn de kosten daarmee sowieso € 3,- onafhankelijk van het aantal kilo’s dat wordt aangeboden. De prijs voor restafval per kilo was in 2018 € 0,23 per kilo en is gedaald naar € 0,18 per kilo.

Nieuwe systematiek vanaf 2020

Het voorstel is om de nieuwe tarieven voor afvalstoffen op te bouwen uit een vast tarief, een ledigingstarief per keer dat de grijze container wordt aangeboden en het aantal kilo’s. Deze componenten sluiten 1 op 1 aan bij de opbouw van het tarief voor afvalstoffenheffing.

De bevoegdheid voor het vaststellen van de hoogte van het kwijtscheldingsbedrag wordt overgedragen aan het college. Het delegeren van deze bevoegdheid zorgt ervoor dat er

makkelijker ingespeeld kan worden op veranderingen en er bij wijzigingen niet jaarlijks door de raad een verordening hoeft te worden vastgesteld.

2019 overgangsjaar

Het jaar 2019 kunnen we beschouwen als het overgangsjaar. Voor inwoners met recht op

kwijtschelding is het niet duidelijk hoe de kwijtsscheldingssytematiek en de hoogte van het bedrag er uit gaat zien. Er is wel duidelijk gecommuniceerd over de wijzigingen. Om te voorkomen dat het kwijtscheldingsbedrag te laag is, is het voorstel aan het college om in 2019 het

kwijtscheldingsbedrag eenmalig hoger vast te stellen. Met name door het volledige ledigingstarief van de grijze container te vergoeden.

Hoogte kwijtscheldingbedragen

Nadat u als raad akkoord bent gegaan met dit voorstel, stelt het college de hoogte van de kwijtscheldingsbedragen voor afvalstoffenheffing conform bijlage vast.

In de tabel hieronder geven we voor een volledig beeld weer hoe hoog het maximale bedrag voor kwijtschelding in 2018 was voor de afvalstoffenheffing en hoe zich dit verhoudt tot de hoogte van de maximale bedragen in 2019 en verdere jaren.

Maximaal bedrag per jaar 2018 2019 2020 e.v.

Meerpersoonshuishoudens € 199,88 € 265,80 € 158,-

Eenpersoonshuishoudens € 143,87 € 210,90 € 140,-

3 Legeskosten Nederlandse Identiteitskaart (NIK)

In de oude Verordening was het mogelijk om kwijtschelding te ontvangen voor de legeskosten van een Nederlandse Identiteitskaart (NIK). Het voorstel is om in de aangepaste Verordening de legeskosten NIK uit de verordening te halen.

Hier zijn twee redenen voor. De eerste reden is dat iedereen in Nederland om de 10 jaar (vanaf 18 jaar en ouder) of 5 jaar (tot 18 jaar) een NIK moet aanschaffen. Het zijn daarmee noodzakelijke kosten die vanuit de bijstandsuitkering of een vergelijkbaar inkomen betaald moeten en kunnen worden.

De tweede reden was dat er sinds 2000 geen gebruik is gemaakt van deze mogelijkheid.

4 Maatwerk

(3)

Op 17 december 2019 heeft uw raad een amendement ingediend bij agendapunt 17 Belastingverordeningen. Op basis van dit amendement wordt de nieuwe tekst bij artikel 8

Kwijtschelding in de legesverordening gewijzigd moet worden in: ‘Bij de invordering van de leges wordt voor de kwijtschelding maatwerk toegepast.’

Om aan de uitvoering van dit amendement en het kunnen toepassen van maatwerk officieel handen en voeten te geven is er een hardheidsclausule toegevoegd aan de Verordening kwijtschelding gemeentelijke heffingen en belastingen 2019.

Hoe informeren we de inwoners?

De vastgestelde verordening wordt op de gebruikelijke wijze gepubliceerd. Informatie wordt opgenomen op de website. Verder ontvangen inwoners die recht hebben op kwijtschelding een brief waarin de werking en de hoogte van het kwijtscheldingsbedrag voor afvalstoffen wordt uitgelegd.

Wanneer gaan we het uitvoeren?

De vastgestelde verordening wordt op de gebruikelijke wijze gepubliceerd en treedt in werking een dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Het is nog niet duidelijk welke gevolgen het nieuwe afvalbeleid heeft. In januari 2020 ontvangen inwoners een factuur met daarop het aantal aangeboden kilo’s en het aantal ledigingen. Op dat moment gaat het college de hoogte van het kwijtscheldingsbedrag voor afval evalueren. Het college zal de raad daarvan in kennis stellen.

Hoe zijn de financiën opgebouwd?

In de paragraaf lokale heffingen, van de begroting 2020, is opgenomen dat in 2020 naar schatting voor € 50.000,- aan afvalstoffenheffing wordt kwijtgescholden. Een schatting, vanwege de invoering van nieuw beleid per 1 januari 2019 op basis van de “Kadernotitie huishoudelijk afval”.

Na 2019 hebben we meer duidelijkheid over de aangeboden hoeveelheid restafval (€ 0,18 per kilo), hoe vaak inwoners hun container (€ 3,00 per keer) aan de weg zetten en of dit aanbiedgedrag past binnen de gemaximeerde bedragen per huishouden, die worden voorgesteld.

Burgemeester en wethouders van Tynaarlo,

drs. M.J.F.J. Thijsen, burgemeester

mr. J. Th. van Nieukerken, gemeentesecretaris

(4)

Raadsbesluit nr. 9

Betreft: Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen gemeente Tynaarlo 2019

Raadsvoorstel Verordening kwijtschelding gemeentelijke heffingen en belastingen gemeente Tynaarlo 2019 De raad van de gemeente Tynaarlo;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 december 2019;

gelet op artikel 255 van de Gemeentewet, artikel 26 van de Invorderingswet 1990, de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 en de Nadere regels kwijtschelding gemeentelijke en waterschapsbelastingen;

overwegende dat het gewenst is om regels te stellen voor het verlenen van kwijtschelding van gemeentelijke belastingen;

B E S L U I T:

De raad besluit

vast te stellen de volgende regeling:

Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen gemeente Tynaarlo 2019

Artikel 1. Omvang kwijtschelding

1. Bij de invordering van de volgende belastingen kan kwijtschelding worden verleend voor a. onroerendezaakbelasting;

b. rioolrechten;

c. afvalstoffenheffing;

2. Geen kwijtschelding wordt verleend voor andere belastingen dan genoemd in het eerste lid.

3. De kwijtschelding voor art. 1 lid c is als volgt opgebouwd

a. de systematiek voor het vaststellen van de hoogte van het kwijtscheldingsbedrag bevat de volgende componenten: het vast tarief, het ledigingstarief per container restafval en het aantal kilo’s;

b. de hoogte van de kwijtschelding wordt gemaximaliseerd tot een door burgemeester en wethouders vastgesteld bedrag.

Artikel 2. Kosten van bestaan

1. Bij de kwijtschelding wordt in afwijking van artikel 16, eerste en tweede lid, onderdelen a en b, van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 het percentage voor de berekening van de kosten van bestaan gesteld op 100 percent.

2. In afwijking van het eerste lid worden de kosten van bestaan van de in artikel 1a van de Nadere regels bij de kwijtschelding gemeentelijke en waterschapsbelastingen bedoelde AOW-gerechtigde personen gesteld op 100 percent van de toepasselijke, in genoemd artikel 1a bedoelde AOW-bedragen.

Artikel 3. Inwerkingtreding

1. De verordening treedt in werking een dag na bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2019.

2. De Verordening kwijtschelding gemeentelijke heffingen en belastingen gemeente Tynaarlo, vastgesteld op 19 december 2000 wordt ingetrokken

Artikel 4. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen gemeente

Tynaarlo 2019.

(5)

Artikel 5. Hardheidsclausule

1. Het College kan in bijzondere gevallen, ten gunste van de belanghebbende, afwijken van de bepalingen in deze verordening, indien toepassing van de verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

2 In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist het College.

Vries, 28 januari 2020

De raad voornoemd,

drs. M.J.F.J. Thijsen, Voorzitter

P. Koekoek, griffier

(6)

B. Toelichting

1. Algemeen

1.1 Wet- en regelgeving gemeentelijk kwijtscheldingsbeleid

1.1.1 Vindplaatsen wet- en regelgeving

Bij de kwijtschelding van gemeentelijke belastingen zijn de volgende wettelijke bepalingen en regelingen van toepassing:

- artikel 26 van de Invorderingswet 1990;

- hoofdstuk I en II van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990;

- artikel 255 van de Gemeentewet;

- Nadere regels kwijtschelding gemeentelijke en waterschapsbelastingen.

Een nadere toelichting op de uitvoering van de kwijtschelding heeft de staatssecretaris van Financiën opgenomen in de Leidraad Invordering 2008 (Rijksleidraad). Omdat gemeenten formeel niet aan de Rijksleidraad zijn gebonden en zij hun eigen beleidsregels moeten vaststellen, heeft de VNG een model- Leidraad invordering gemeentelijke belastingen opgesteld (gemeentelijke Leidraad). De beleidsregels over kwijtschelding van belastingen staan in artikel 26 van de (gemeentelijke) Leidraad.

1.1.2 Mogelijkheden gemeentelijk kwijtscheldingsbeleid

Artikel 255 van de Gemeentewet regelt de mogelijkheid voor gemeenten om kwijtschelding van belastingen te verlenen. Het verlenen van kwijtschelding is geen verplichting maar een bevoegdheid. De Invorderingswet zegt namelijk dat gehele of gedeeltelijke kwijtschelding kan worden verleend aan een belastingplichtige die zijn belastingaanslag of een deel daarvan niet anders dan met buitengewoon bezwaar kan betalen. Hoofdregel bij het verlenen van kwijtschelding is dat gemeenten de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 volgen. Als de gemeente met betrekking tot een belasting niets regelt, geldt deze ministeriële regeling automatisch ook voor deze gemeentelijke belasting.

De Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 stelt onder andere regels over de vaststelling van het vermogen, de uitgaven en het netto-besteedbare inkomen van de belastingschuldige, de wijze waarop kwijtschelding wordt verleend en de omstandigheden die aan het verlenen van kwijtschelding in de weg kunnen staan.

1.1.3 Strakker of ruimer kwijtscheldingsbeleid

Op grond van artikel 255 Gemeentewet kan de raad bepalen dat in het geheel geen dan wel gedeeltelijk kwijtschelding wordt verleend. Daarnaast kan de raad met betrekking tot de wijze waarop de kosten van bestaan in aanmerking worden genomen afwijkende regels stellen die er toe leiden dat in ruimere mate kwijtschelding wordt verleend.

De gemeentelijke regeling kan per belasting verschillen:

a. de gemeente verleent voor een belasting geen kwijtschelding;

b. de gemeente verleent voor een belasting gedeeltelijk kwijtschelding

1

;

c. de gemeente verleent voor een belasting ruimere kwijtschelding door ten opzichte van de rijksregeling een hoger percentage te hanteren bij de berekening van de kosten van bestaan.

De mogelijkheden voor een strakker kwijtscheldingsbeleid zijn beperkt. Bij de berekeningsgrondslag is de rijksregeling uniform voorgeschreven. Afwijkingen waarbij vermogensbestanddelen, inkomsten of uitgaven niet of maar beperkt worden meegenomen in de vermogens- of inkomenstoets, zijn niet toegestaan.

1.1.4 Afwijken van de Uitvoeringsregeling gebeurt bij raadsbesluit

De raad bepaalt dus of en zo ja, van welke belasting kwijtschelding wordt verleend. Het raadsbesluit dat het

1

Gedeeltelijke kwijtschelding houdt in dat een belastingaanslag niet geheel voor kwijtschelding in aanmerking komt, maar bijvoorbeeld maar voor de helft. Ook kunnen gemeenten bijvoorbeeld alleen kwijtschelding verlenen voor de eerste hond in de hondenbelasting. Het gaat dus om gedeeltelijke kwijtschelding van het

belastingbedrag.

(7)

kwijtscheldingsbeleid regelt, is vormvrij. Naast een afzonderlijk besluit kunt u het afwijkende

kwijtscheldingsbeleid ook in de betreffende belastingverordening regelen. Het beleid heeft dan alleen betrekking op de in die verordening geregelde gemeentelijke belasting.

Als de raad kwijtschelding voor één of meer belastingen mogelijk heeft gemaakt, dan is het de invorderingsambtenaar van de gemeente die de kwijtschelding vervolgens verleent.

1.1.5 Wanneer wordt geen kwijtschelding verleend

Een belastingschuldige komt voor kwijtschelding in aanmerking als hij geen vermogen en geen

betalingscapaciteit heeft. Los van de vraag of belastingschuldige al dan niet over voldoende vermogen of betalingscapaciteit beschikt, kunnen zich omstandigheden voordoen waardoor geen kwijtschelding wordt verleend. Een inhoudelijke beoordeling van het kwijtscheldingsverzoek blijft dan achterwege. De

uitzonderingssituaties moeten bij elke aanvraag om kwijtschelding in de beoordeling worden betrokken. Deze bijzondere omstandigheden waardoor geen kwijtschelding wordt verleend, zijn opgesomd in artikel 8 van de Uitvoeringsregeling.

1.2. Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1.2 Uitgesloten van kwijtschelding

Het verlenen van kwijtschelding is geen verplichting maar een bevoegdheid. De wet zegt namelijk dat gehele of gedeeltelijke kwijtschelding kan worden verleend aan een belastingplichtige die zijn belastingaanslag of een deel daarvan niet anders dan met buitengewoon bezwaar kan betalen. De raad bepaalt of en zo ja, van welke belasting kwijtschelding wordt verleend.

Het raadsbesluit dat het kwijtscheldingsbeleid regelt, is vormvrij. Naast een afzonderlijk besluit kunt u het afwijkende kwijtscheldingsbeleid ook in de betreffende belastingverordening regelen. Het beleid heeft alleen betrekking op de in die verordening geregelde gemeentelijke belasting.

Artikel 1.3 Beperkte kwijtschelding

De Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 stelt onder andere regels over de vaststelling van het vermogen, de uitgaven en het netto-besteedbare inkomen van de belastingschuldige, de wijze waarop kwijtschelding wordt verleend en de omstandigheden die aan het verlenen van kwijtschelding in de weg kunnen staan.

De mogelijkheden voor een strakker kwijtscheldingsbeleid zijn beperkt. Bij de berekeningsgrondslag is de rijksregeling uniform voorgeschreven. Afwijkingen waarbij vermogensbestanddelen, inkomsten of uitgaven niet of maar beperkt worden meegenomen in de vermogens- of inkomenstoets, zijn niet toegestaan. Gemeenten hebben de volgende mogelijkheden om een afwijkend beleid te voeren:

a. de gemeente verleent voor een belasting gedeeltelijk kwijtschelding. Gedeeltelijke kwijtschelding houdt in dat een belastingaanslag niet geheel voor kwijtschelding in aanmerking komt, maar bijvoorbeeld maar voor de helft. (Variant 1)

b. de gemeente verleent alleen kwijtschelding voor de eerste hond in de hondenbelasting. Het gaat dus om gedeeltelijke kwijtschelding van het belastingbedrag. (Variant 2)

Het gemeentelijke beleid kan per belasting verschillen.

Artikel 2. Kosten van bestaan

Eerste lid

De Uitvoeringsregeling stelt de kosten van bestaan op 90% van de bijstandsnorm. Op grond van artikel 255, vierde lid, van de Gemeentewet hebben gemeenten echter de mogelijkheid om dit percentage hoger vast te stellen. Aan een hoger percentage zijn echter wel grenzen gesteld. Gemeenten mogen het percentage voor de kosten van bestaan vaststellen op maximaal 100% van de bijstandsnorm. Dit percentage is niet verplicht en kan per belastingsoort verschillen.

Tweede lid

Voor personen van die de AOW-gerechtigde leeftijd hebben bereikt kan de raad besluiten om de reguliere kwijtscheldingsnormen voor AOW-gerechtigden, te verhogen tot 100% van de toepasselijke netto AOW-

bedragen. Deze maatregel voorkomt dat AOW-gerechtigden minder aanspraak op kwijtschelding gemeentelijke

(8)

belastingen kunnen maken. Door het wetsvoorstel ‘Geleidelijke afbouw van de dubbele heffingskorting in het referentieminimumloon tot een keer de algemene heffingskorting met uitzondering van het

referentieminimumloon voor de Algemene Ouderdomswet’ komen AOW-gerechtigden zonder aanvullende maatregelen in mindere mate in aanmerking voor kwijtschelding van de gemeentelijke belastingen.

Artikel 3. Inwerkingtreding

De regeling is een algemeen verbindend voorschrift en moet dus worden bekendgemaakt door plaatsing van de integrale tekst van het besluit tot vaststelling of wijziging van de regeling in het elektronisch gemeenteblad (artikel 139 e.v. Gemeentewet).

Op grond van artikel 142 van de Gemeentewet treedt het bekend gemaakte besluit in werking met ingang van de achtste dag na de dag van de bekendmaking, tenzij in het besluit een ander tijdstip is aangegeven (vroeger of later).

Artikel 4. Citeertitel

De citeertitel vergemakkelijkt het verwijzen naar de regeling.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

contacten buiten de partij met andere netwerken en groepjes binnen andere politieke partijen die zich bezighouden met diversiteit, onder meer met GroenLinks, CU, CDA, DENK, D66,

Voor de onderwijssoorten van het vmbo zijn relatief gezien iets meer meldingen binnen gekomen in vergelijk met de verdeling van het aantal examenkandidaten.. Bij het vwo is

Want om deze oorzaak heeft niet alleen Johannes de Doper, predikende naar het gebod Gods den doop der bekering tot vergeving der zonden, diegenen die hun

Vanuit de regio kunnen en willen we alles doen wat in ons vermogen ligt om u daarbij te helpen, maar het is en blijft in de basis een probleem dat u mede heeft veroorzaakt, waar

Kuiperstraat 9 in Terwolde Uitbreiden woning en herbouwen bijgebouw Aanvraag ontvangen SXO-2019-1240 Middendijk 70 in Nijbroek Herbouwen werktuigenberging Vergunning verleend

Ik acht hier verruiming wenselijk zodat vrijwilligerswerk niet langer om uitsluitend additionele werkzaamheden hoeft te gaan – zoals volgens het huidige kader - op voorwaarde dat

Om mee te kunnen denken over wat de gemeente kan doen om de kosten te beheersen, vraagt u inzicht in waar die kosten nu eigenlijk gemaakt worden.. U verzoekt ons om per

Ieder jaar stellen wij als bevoegd gezag een uitvoeringsprogramma op waarin wij aangeven op welke wijze wij invulling gaan geven aan onze VTH-taken (vergunningverlening, toezicht