• No results found

Menno ter Braak, Bijdrage aan 'Schrijvers getuigen tegen oorlog en militarisme' · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Menno ter Braak, Bijdrage aan 'Schrijvers getuigen tegen oorlog en militarisme' · dbnl"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijdrage aan 'Schrijvers getuigen tegen oorlog en militarisme'

Menno ter Braak

Editie: Stichting Menno ter Braak

bron

n.v.t.

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/braa002bijd13_01/colofon.php

(2)

© 2011 dbnl / Stichting Menno ter Braak

i.s.m.

(3)

Phraseur, imbeciel of wapenhandelaar?

Getuigen voor een groot publiek ligt niet op mijn weg, niet om het groote publiek, maar omdat ik niet weet, tot wie ik mij richt. Als ik voor A getuig in formule x, leest B daarin zijn overtuiging y. Een getuigenis van eenige waarde zou dus een klein boek worden, en dat schrijf ik liever zonder 59 collega's.

Mocht U echter mijn moreelen steun van beteekenis achten, dan kunt U dit schrijven in het boek afdrukken met dezen zin als ‘conclusie’:

Wie in deze eeuw, in dit Europa, een woord ten gunste van den oorlog of het militairisme ten berde brengt, is óf een phraseur óf een imbeciel, als hij tenminste geen wapenhandelaar mocht blijken te zijn.

Menno ter Braak

Menno ter Braak, Bijdrage aan 'Schrijvers getuigen tegen oorlog en militarisme'

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze twee onderhandelen zelfs niet met de verschrikte dames, van protestantsche origine of geheel godsdienstloos; zij duiden alleen iets aan, vatten een naakten bovenarm samen in

Deze vragen laten zich alleen dan beantwoorden, wanneer men zich noch aan de phrase, noch aan den bevooroordeelden afkeer overgeeft. Men moet beginnen zich het karakter van

Toen ik hem laatst zag, in Den Haag, vlak voor het aanvalsrumoer begon, maakte hij op mij den indruk van liever over de Vlamingen niet veel te willen zeggen; niet om ook hier zich

Zijn voorkeur voor den piraat en den desperado, zijn haat jegens het burgerlijke leven, zijn hang naar het ‘verboden rijk’ China, dat de vreemdeling niet straffeloos betreedt,

Deze algemeene principes: orde, schoonheid, eenheid, zijn algemeen-aesthetische grondbeginselen, waaraan iedere door menschen geschapen vorm, onverschillig welke, getoetst moet

te zien geeft (om het voor het gemak maar eens zoo mathematisch uit te drukken), bleek de novellist Vestdijk iemand te zijn, wien de novellistische vorm zoo goed afgaat, dat hij

Als ik mij hier de vijand der wapenfabrikanten noem, is dat niet minder ‘valsch’; maar het is daarom toch evenzeer inhaerent aan mijn persoonlijkheid als het

De kunst is thans door de natuur heengegaan, zij is niet olympisch meer; zij zal voortaan geen klem meer trachten te verleenen aan haar onderscheidingen door orakels en mirakels,