Groep 1
Het begon allemaal op een rustige zondagavond, te midden van het middeleeuwse Brugge.
Terwijl toeristen hun nietsvermoedend hun laatste inkopen deden voor Halloween werden negen onbekende individuen samengebracht. Drie apostels gingen hen voor en wachten hen op; Wat zou er gebeuren? Toen de zwaar piepende duur achter hen in het slot viel, had geen van hen kunnen vermoeden dat ze hier de komende twee uur zouden opgesloten worden.
Stap voor stap baande ze zich een weg doorheen het doolhof aan gangen. Ze struikelden over Bijbels, raakten verstrikt in een visnet, maar werden terug opgevist door de nieuwsgierigheid van wat zich boven de trap bevond. Vlug namen ze wat rantsoen mee voor onderweg; brood, centen, talenten en zaadjes om zo de weg terug te vinden. Zeeziek stonden ze op de benen hoe ze bij aanvang na hun beklimming oog in oog met leeuw moesten wegvluchten. Hoe hoger de trappen hen voerde, hoe mysterieuzer hun tocht.
Trap per trap, letter per letter probeerde ze te ontcijferen. Echter in hun hoofden werd de chaos alleen maar groter. Tot de Marc klokkenluiders hen tegenmoet kwamen. Toen ze daar de achttien meter hoge Jakobsladder zagen, begon het te duizelen voor de ogen. En op de tonen van de meeste dromen zijn bedrog tuimelden ze naar beneden. Het werd rood voor hun ogen.
Toen ze hun ogen open deden, staarden dieren hen aan. Wat waren ze toch? Ze beschermden hun ogen. Met hun laatste krachten trachten ze het Bijbelse mysterie te ontrafelen. Het antwoord lag in lijm en schaar, raar maar waar. Het deed hen ontsluiten door de poorten naar de hemel mee, begeleid door het harpenspel van Nathalie die hen als een engel in de oren zong.