• No results found

10 H Verordening marktgelden gemeente Asten 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "10 H Verordening marktgelden gemeente Asten 2020"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

WAAR

RAADSBESLUIT

Verordening marktgelden gemeente Asten 2020

Zaaknummer 2019040192

Onderwerp: Dagtekening: Agendanummer:

Verordening marktgelden gemeente Asten 2020

10 december 2019 19.12.10

De raad van de gemeente Asten;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 oktober 2019;

gehoord het advies van de Commissie Algemene Zaken en Control van 28 november 2019;

gelet op artikel 229 eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de Verordening marktgelden gemeente Asten 2020.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

a. marktdag: de periode van 09.00 uur tot 12.00 uur;

b. kwartaal: een kalenderkwartaal.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "marktgeld" wordt een recht geheven voor het innemen van een standplaats op het voor het houden van de warenmarkt bestemde terrein en het gebruik maken van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten.

Artikel 3 Belastingplicht

Het marktgeld wordt geheven van degene aan wie een standplaats ter beschikking is gesteld.

Artikel 4 Maatstaf van heffing

1. Maatstaf van heffing is het langs de grond gemeten aantal strekkende meters van de front-breedte van de standplaats waarbij een gedeelte van een strekkende meter als een gehele meter wordt aangemerkt.

2. De frontbreedte wordt gemeten langs die zijden waar het publiek toegang heeft en alwaar handelswaren zijn uitgesteld.

(2)

Artikel 5 Tarieven

1. Het marktgeld voor het innemen van een vaste standplaats bedraagt per strekkende meter per marktdag € 0,95.

2. Het marktgeld voor het innemen van de overige standplaatsen bedraagt per strekkende meter per marktdag € 1,30.

3. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een marktdag aangemerkt als een gehele marktdag.

Artikel 6 Belastingtijdvak 1. Het belastingtijdvak is een dag.

2. In afwijking van het eerste lid is het belastingtijdvak met betrekking tot een vaste standplaats een kwartaal.

Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld

De rechten zijn verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij aanvang van de belastingplicht.

Artikel 8 Wijze van heffing

1. De rechten met betrekking tot de overige standplaatsen worden geheven door middel van een rolkaartje.

2. De rechten met betrekking tot een vaste standplaats worden geheven door middel van een nota.

3. Het college van burgemeester en wethouders stellen de modellen van het rolkaartje en de nota bij afzonderlijk besluit vast.

Artikel 9 Termijn van betaling

1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald op het moment van uitreiking van het in artikel 8 bedoelde rolkaartje.

2. In afwijking van het eerste lid geldt dat in geval de nota wordt toegezonden, de rechten moeten worden betaald binnen 30 dagen na dagtekening van de nota.

3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid genoemde termijnen.

Artikel 10 Nadere regels door het College van Burgemeester en Wethouders Het College van Burgemeester en Wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

(3)

Artikel 11 Inwerkingtreding en citeertitel

1. De "Verordening Marktgelden 2019" van 11 december 2018, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na bekendmaking.

3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

4. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening marktgelden gemeente Asten 2020".

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 10 december 2019.

De raad voornoemd,

griffier, voorzitter,

mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans mr. H.G. Vos

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De ‘Verordening op de heffing en invordering van liggelden van de gemeente Midden-Groningen 2020’, vastgesteld op 19 december 2019, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel

De Verordening marktgelden Bergen 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 8, tweede lid, genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van.

De Verordening watertoeristenbelasting Bergen 2021 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij

De Verordening marktgelden 2018 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 10, tweede lid, genoemde datum van ingang van heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft

Indien de belastingplicht met betrekking tot het perceel voor het gebruikersdeel in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd over zoveel twaalfde

Indien de belastingplicht in de loop van het jaar aanvangt, dan wel het aantal honden in de loop van het belastingjaar toeneemt, is de belasting, respectievelijk de hogere

In afwijking van artikel 9, eerste lid, Invorderingswet 1990 moeten de overige aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van

Indien de vestiging gelijk is aan de onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet WOZ, is de heffingsmaatstaf een vast bedrag verhoogd met een bedrag dat afhankelijk is van