• No results found

Protocol urineonderzoek bij vermoeden urineweginfectie doel

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Protocol urineonderzoek bij vermoeden urineweginfectie doel"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

Protocol 1: Urine-onderzoek

 Gezonde, niet-zwangere vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten, zonder koorts (toelichting stappen, zie bijlage PROTOCOL 1 )

Trieer altijd eerst conform het stroomschema ‘Triage bij vermoeden van urinewegproblemen’ op 1e pagina.

(3)

Protocol 2 Urineonderzoek

 bij vrouwelijke patiënten vanaf 12jr met mictieklachten en koorts

 bij alle patiënten vanaf 12jr uit een risicogroep met mictieklachten (toelichting stappen, zie bijlage protocol 2)

Trieer altijd eerst conform het stroomschema ‘Triage bij vermoeden van urinewegproblemen’ op 1e pagina.

(4)

Protocol 3: Urineonderzoek

 kinderen tot 12 jaar met vermoeden uwi

(als zindelijk, dan doorgaans a.h.v. mictieklachten, als niet-zindelijk a.h.v. ziekzijn, buikpijn, koorts) (toelichting stappen, zie bijlage protocol 3)

Trieer altijd eerst conform het stroomschema ‘Triage bij vermoeden van urinewegproblemen’ op 1e pagina.

(5)

BIJLAGEN

Randvoorwaarden

Zie generieke overzicht op NHG-website

Specifieke voorbereiding

 Urine opvangen (bij voorkeur ochtendurine maar niet per se):

Volwassenen en zindelijke kinderen: geen speciale maatregelen nodig bij het opvangen. Bij een groot verschil tussen de klachten en de uitslag van het urineonderzoek kan de huisarts overwegen een nieuw monster te onderzoeken, dat met gespreide schaamlippen of teruggetrokken voorhuid is opgevangen.

Niet-zindelijke kinderen:

zie http://www.thuisarts.nl/blaasontsteking/mijn-kind-heeft-blaasontsteking

 Gebruik voorlichtingsmaterialen voor:

 Consultvoorbereiding

 Zelfzorg- en contactadviezen

 Toelichting op het beleid

 Ik heb een blaasontsteking (vrouw)

 Ik heb een blaasontsteking (man)

 Mijn kind heeft een blaasontsteking

 Ik ben zwanger en heb een blaasontsteking

 Ik word behandeld met antibiotica

 Ik wil meer weten over antibiotica en resistentie

(6)

Vragenlijst urineonderzoek (zie link)

Activiteitentabellen van de stroomschema’s

Protocol 1: Gezonde, niet-zwangere vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten, zonder koorts

Activiteiten

incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U=

uitvoering, O=ontvangst A. Neem anamnese af en stel vast of onderzoek nodig is

 Neem anamnese af of laat de patiënt of diens vertegenwoordiger de vragen op papier beantwoorden. Gebruik hiervoor de ‘vragenlijst urineonderzoek’ (zie ook bijlage, praktijkwebsite en handboek).

 Onderzoek de urine direct of plaats het in de koelkast in afwachting van onderzoek.

 Stel onderzoek in behalve als voldaan wordt alle volgende criteria:

o klachten herkend van een eerdere (bewezen!) UWI;

o geen overmatige, afwijkende vaginale afscheiding;

o korter dan 7 dagen klachten;

o minder dan drie maal per jaar een UWI;

o geen verhoogd soa-risico.

 Als geen urineonderzoek nodig is: bewaar urine, ga verder bij E.

N.B. Bij ernstig zieke patiënten altijd direct overleggen met de huisarts!

direct U: doktersassistente.

(7)

Protocol 1: Gezonde, niet-zwangere vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten, zonder koorts

Activiteiten

incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U=

uitvoering, O=ontvangst B. Urineonderzoek d.m.v. nitriettest

 Aflezen testresultaten: zie Protocol uitvoeren diagnostiek urine

 Test positief

o 1e keer klachten: UWI bewezen. Geen verder onderzoek nodig. Ga verder bij E (schrijf recept)

o 2 of meer antibiotische behandelingen zonder kweekuitslag (blind) zijn ingezet of bij patiënten die chronisch

preventieve antibiotica gebruiken ter voorkoming van een UWI: Bewaar urine voor een kweek en Ga verder bij D

 Test negatief

o Geen sterk vermoeden UWI: Ga verder bij E

o Sterk vermoeden UWI: bewaar urine . Ga verder bij E

Ongekoeld <2 uur na lozing,

Gekoeld <24 uur na lozing

U: doktersassistente

Direct na uitvoering van test

C. Urineonderzoek d.m.v. leukotest en erytest (m.b.v. urinestick)

 Aflezen testresultaten: zie Protocol uitvoeren diagnostiek urine

 Test positief

Leuko’s en/of ery’s positief:. Ga verder bij D.

 Test negatief

Leuko’s en ery’s negatief: geen UWI. Ga verder bij F.

Direct na uitvoering van test

U en B: doktersassistente

D. Urineonderzoek d.m.v. leukotest en erytest (m.b.v. urinestick)

 Aflezen testresultaten: zie Protocol uitvoeren diagnostiek urine

 Test positief

Leuko’s en/of ery’s positief:. Ga verder bij D.

 Test negatief

Leuko’s en ery’s negatief: geen UWI. Ga verder bij F.

Direct na uitvoering van test

U en B: doktersassistente

E. Urineonderzoek d.m.v. dipslide (VOORKEUR) of sediment

 Aflezen testresultaten: zie Protocol uitvoeren diagnostiek urine

 Test positief:

o dipslide met ≥ 10.000 bacteriën (104) en geen mengflora):

UWI bewezen.

o urinesediment met ≥ 20 bacteriën per gezichtsveld (vergroting 400x: UWI bewezen.

 Test negatief: UWI onwaarschijnlijk.

Sediment en inzetten dipslide:

zelfde dag

Aflezen dipslide:

volgende dag

U: doktersassistente

(8)

Protocol 1: Gezonde, niet-zwangere vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten, zonder koorts

Activiteiten

incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U=

uitvoering, O=ontvangst F. Bereid overleg voor met huisarts

o Verzamel triage-, anamnese- en testresultaten o Vraag naar voorkeur patiënte voor:

o Afwachten: een milde blaasontsteking geneest meestal binnen een week. Adviseer ruim drinken en zo nodig pijnstilling.

o Een ‘uitgesteld recept`1

Bereid recept voor via het Elektronisch Voorschrijf Systeem, gebruiken als klachten >7dagen duren of toenemen, zie stap H.

o Een directe behandeling met een antibioticum.

Bereid recept voor via het Elektronisch Voorschrijf Systeem, zie stap H.

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

G.

Overleg met huisarts

o De anamnese conform de vragenlijst urineonderzoek en de testresultaten

o Laat een evt. voorbereid recept autoriseren o Volg aanwijzing huisarts over verder Beleid

Zelfde dag B: huisarts

U: doktersassistente/

huisarts

H. Bespreek beleid met patiënt en geef voorlichting

o Geef voorlichting over het beleid, evt. recept, evt. consult huisarts o Geef instructie om contact op te nemen bij: koorts, bloederige urine,

hevige pijn, uitblijvend herstel of ter controle.

o Geef uitleg over evt. vervolgstappen.

o Een behandeling met een antibioticum. Ga verder bij I o Onderzoek m.b.v. een kweek. Ga verder bij J

o Plan contact patiënt met huisarts. Ga verder bij K o Afwachten. Ga verder bij L

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

1 Met een uitgesteld recept wordt bedoeld dat de patiënte een antibioticum-recept meekrijgt met het advies dit te gebruiken indien na 48uur, waarin voldoende is gedronken, geen verbetering van de klachten is opgetreden of eerder indien de klachten toenemen. Leg aan de patiënte uit dat een urineweginfectie spontaan kan genezen en dat ruim drinken daarbij belangrijk is. Bij een ongecompliceerde UWI is uitstel van medicamenteuze behandeling met 48 uur veilig en leidt niet tot meer complicaties. Het afzien van antibioticagebruik voorkomt bijwerkingen zoals interactie met andere geneesmiddelen, allergische reacties en het resistent worden van bacteriën tegen antibiotica.

NB: de mogelijkheid een uitgesteld recept voor te schrijven geldt ALLEEN bij gezonde niet-zwangere vrouwen zonder koorts, koude rillingen, algemeen ziekzijn, flank- of perineum pijn of acute verwardheid delier. Ook deze recepten moeten altijd geautoriseerd worden door de huisarts.

(9)

Protocol 1: Gezonde, niet-zwangere vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten, zonder koorts

Activiteiten

incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U=

uitvoering, O=ontvangst I. Medicatie voorschrijven

 Antibioticum voorschrijven

Indien onderdeel van protocollaire afspraak binnen praktijk:

maak een te autoriseren recept aan, zo mogelijk middels de ICPC- code U71 en gebruik van het EVS.

De keuze voor het soort antibioticum hangt af van diverse factoren, zoals leeftijd, allergieën en contra-indicaties*, het al dan niet behoren tot een risicogroep en de aanwezigheid van tekenen van weefselinvasie.

Ga verder bij L

* Voorwaarde is dat contra-indicaties zijn opgenomen in het HIS

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

J. Onderzoek m.b.v. een kweek

 Stuur de dipslide of verse urine op naar het laboratorium (aanlevering materialen conform afspraken laboratoria).

 Ga verder bij L

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

K. Plan contact patiënte met huisarts

Ga verder bij M

Conform triagecriteria / beleid

U: doktersassistente/

huisarts L. Wacht af

 Vertel de patiënt dat een milde blaasontsteking meestal binnen een week geneest.

 Adviseer ruim drinken en zo nodig pijnstilling.

 Bereid evt. een ‘uitgesteld recept’1 voor via het Elektronisch Voorschrijf Systeem (EVS), te gebruiken als de klachten > 7 dagen duren of toenemen. Geef patiënt de instructie de doktersassistente te informeren indien het recept niet gebruikt is. Verwijder in dat geval het recept uit de medicatie historie.

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

M. Registreer de verrichte metingen en het afgesproken beleid

 Registreer de handelingen, testresultaten, afspraken en de uitkomsten van het overleg met de huisarts in het EPD.

Direct na handeling U: doktersassistente/

huisarts

(10)

Protocol 2:

vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten + koorts, patiënten vanaf 12jr uit risicogroep + mictieklachten

Activiteiten

(incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties)

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U= uitvoering,

O=ontvangst A. Neem anamnese af en onderzoek urine

 Neem anamnese af of laat de patiënt of diens

vertegenwoordiger de vragen op papier beantwoorden.

Gebruik hiervoor de ‘vragenlijst urineonderzoek’ (zie bijlage, praktijkwebsite en handboek).

 Onderzoek de urine direct of plaats het in de koelkast in afwachting van onderzoek.

N.B. Bij ernstig zieke patiënten altijd direct overleggen met de huisarts!

direct

Ongekoeld <2 uur na lozing,

Gekoeld <24 uur na lozing

U: doktersassistente.

B. Voer urineonderzoek uit d.m.v. nitriettest

 Aflezen testresultaten: zie protocol uitvoeren diagnostiek urine

 Test positief: UWI bewezen. Bewaar urine voor een kweek.

Ga verder bij D.

 Test negatief: Ga verder bij C: inzetten dipslide of sediment.

NB: bij vrouwen met diabetes en een UWI die verder gezond zijn en niet ziek, kan de huisarts besluiten pas een kweek in te zetten bij een volgende UWI; overleg hierover met de huisarts.

Ongekoeld <2 uur na lozing,

Gekoeld <24 uur na lozing

Direct na

uitvoering van test

U: doktersassistente

C. Voer urineonderzoek uit d.m.v dipslide (VOORKEUR) of sediment

 Aflezen testresultaten: zie Protocol uitvoeren diagnostiek urine

 Test positief

oOF dipslide met ≥ 10.000 bacteriën (104) en geen mengflora):

- UWI bewezen.

Bewaar urine voor een kweek, gebruik hiervoor evt. de al ingezette en afgelezen dipslide.

- Bereid een recept voor via het EVS, zie stap G.

oOF urinesediment met ≥ 20 bacteriën per gezichtsveld (vergroting 400x: UWI bewezen.

- Bewaar urine voor een kweek, gebruik hiervoor evt. de al ingezette en afgelezen dipslide.

- Bereid een recept voor via het EVS, zie stap G.

 Test negatief: Geen UWI.

Sediment en inzetten dipslide:

zelfde dag Aflezen dipslide:

volgende dag

U: doktersassistente

D. Bereid overleg voor met huisarts

 Verzamel triage-, anamnese- en testresultaten

Zelfde dag B: doktersassistente O: huisarts

U:doktersassistente/huisarts

(11)

Protocol 2:

vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten + koorts, patiënten vanaf 12jr uit risicogroep + mictieklachten

Activiteiten

(incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties)

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U= uitvoering,

O=ontvangst

E.

Overleg met huisarts

 Bespreek de anamnese conform de vragenlijst urineonderzoek en de testresultaten

 Laat een evt. voorbereid recept autoriseren

 Volg aanwijzing huisarts over verder Beleid Indien aanvullende medicatie, ga verder bij G.

Indien aanvullende kweek, wenselijk, ga verder bij H.

Indien contact huisarts wenselijk, ga verder bij I

Indien geen aanvullend onderzoek of contact nodig, ga verder bij K

Zelfde dag B: huisarts

U: doktersassistente/

huisarts

F. Bespreek beleid met patiënt en geef voorlichting

 Geef de patiënt naar aanleiding van het overleg met de huisarts voorlichting over het beleid, te plannen contact huisarts, etc..

 Geef instructie om contact op te nemen bij: koorts, bloederige urine, hevige pijn, uitblijvend herstel of ter controle.

 Volg aanwijzing huisarts over verder Beleid

 Indien beleid is “afwachten”, ga naar stap J.

Zelfde dag U: doktersassistente

G. Medicatie voorschrijven

 Antibioticum voorschrijven

Indien onderdeel van protocollaire afspraak binnen praktijk:

maak een te autoriseren recept aan, zo mogelijk middels de ICPC- code U71 en gebruik van het EVS.

De keuze voor het soort antibioticum hangt af van diverse factoren, zoals leeftijd, allergieën en contra-indicaties*, het al dan niet behoren tot een risicogroep en de aanwezigheid van tekenen van weefselinvasie.

Ga naar stap E.

* Voorwaarde is dat contra-indicaties zijn opgenomen in het HIS

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

H. Onderzoek m.b.v. een kweek

 Zet verder onderzoek in m.b.v. een kweek: stuur de dipslide of verse urine op naar het laboratorium (aanlevering materialen conform afspraken laboratoria).

NB: bij zwangeren ook op GBS (groep-B-streptokok) kweken (via dipslide)

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

(12)

Protocol 2:

vrouwen vanaf 12jr met mictieklachten + koorts, patiënten vanaf 12jr uit risicogroep + mictieklachten

Activiteiten

(incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties)

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U= uitvoering,

O=ontvangst I. Plan contact patiënt met huisarts

 Plan een contact met de huisarts,

afhankelijk van triage binnen hetzelfde dagdeel tot 24 uur, voor patiënten met:

o koorts

o tekenen van weefselinvasie o verstopte / sneuvelde katheter o veel bloed (kleur, stolsels) in urine

o belemmering om te plassen of loze aandrang o verminderde weerstand

o bekende neurologische aandoening met blaasstoornis o andere anatomie

voor:

o vrouwen: ≥ 3 UWI’s per jaar;

o mannen;

o zwangeren.

o patiënten bij wie twijfel is (bv. ivm ingevulde

patiëntenformulier) of de klachten wel passen bij een blaasontsteking (bv. buikpijn zonder mictieklachten, een mogelijke soa).

Zelfde dagdeel

Binnen 24 uur

J. Wacht af

 Vertel de patiënt dat een milde blaasontsteking meestal binnen een week geneest.

 Adviseer ruim drinken en zo nodig pijnstilling.

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

K. Registreer

 de handelingen, testresultaten, afspraken en

 de uitkomsten van het overleg met de huisarts in het EPD.

Direct na handeling U: doktersassistente

(13)

Protocol 3:

kinderen tot 12 jaar met vermoeden uwi

(als zindelijk, dan doorgaans a.h.v. mictieklachten, als niet-zindelijk a.h.v. ziekzijn, buikpijn, koorts) Activiteiten

(incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties)

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U= uitvoering,

O=ontvangst A. Neem anamnese af en onderzoek urine

 Neem anamnese af of laat de patiënt of diens vertegenwoordiger de vragen op papier beantwoorden. Gebruik hiervoor de

‘vragenlijst urineonderzoek’ (zie bijlage, praktijkwebsite en handboek).

 Onderzoek de urine direct of plaats het in de koelkast in afwachting van onderzoek.

N.B. Bij ernstig zieke patiënten altijd direct overleggen met de huisarts!

direct

Ongekoeld <2 uur na lozing,

Gekoeld <24 uur na lozing

U: doktersassistente.

B. Urineonderzoek d.m.v. nitriettest en leukotest (urinestick)

 Aflezen testresultaten: zie Protocol uitvoeren diagnostiek urine

o Test positief

 Nitriet en/of leuko’s positief:

Mogelijk UWI. Zet dipslide in.

o Test negatief

 WEL typische klachten:

Mogelijk UWI. Zet dipslide in.

 GEEN typische klachten:

Geen UWI. Ga verder bij D.

Zelfde dag U: doktersassistente

C. Urineonderzoek d.m.v. dipslide

 Dipslide positief (≥ 10.000 bacteriën (104) en geen mengflora):

UWI bewezen.

o Zet een kweek in.

oBereid een recept voor via het EVS, zie stap G

 Dipslide negatief: Geen UWI.

inzetten dipslide:

zelfde dag Aflezen dipslide:

volgende dag

U: doktersassistente/

huisarts

D. Bereid overleg voor met huisarts

 Verzamel triage-, anamnese- en testresultaten

Zelfde dag U: doktersassistente

E. Overleg met huisarts

 Bespreek de anamnese conform de vragenlijst urineonderzoek en de testresultaten

 Laat een evt. voorbereid recept autoriseren

 Volg aanwijzing huisarts over verder Beleid Indien aanvullende medicatie, ga verder bij stap F Indien aanvullende kweek, ga verder bij stap G.

Zelfde dag U: doktersassistente / B: huisarts

(14)

Protocol 3:

kinderen tot 12 jaar met vermoeden uwi

(als zindelijk, dan doorgaans a.h.v. mictieklachten, als niet-zindelijk a.h.v. ziekzijn, buikpijn, koorts) Activiteiten

(incl. benodigdheden, voorbereiding, checklist, werkwijze, complicaties)

Tijdspad Verantwoordelijkheden B= beslissen, U= uitvoering,

O=ontvangst F. Bespreek beleid met ouder van de patiënt en geef voorlichting

 Geef de ouder naar aanleiding van het overleg met de huisarts voorlichting over het beleid, te plannen contact huisarts, etc..

 Geef instructie om contact op te nemen bij: koorts, bloederige urine, hevige pijn, uitblijvend herstel of ter controle.

 Volg aanwijzing huisarts over verder Beleid, ga naar stap M.

Zelfde dag U: doktersassistente

G. Medicatie voorschrijven

 Antibioticum voorschrijven

Indien onderdeel van protocollaire afspraak binnen praktijk:

maak een te autoriseren recept aan, zo mogelijk middels de ICPC-code U71 en gebruik van het EVS.

De keuze voor het soort antibioticum hangt af van diverse factoren, zoals leeftijd, allergieën en contra-indicaties*, het al dan niet behoren tot een risicogroep en de aanwezigheid van tekenen van weefselinvasie.

Ga naar stap D.

* Voorwaarde is dat contra-indicaties zijn opgenomen in het HIS

Direct na indicatiestelling

U: doktersassistente

H. Zet kweek in

 Stuur de dipslide of verse urine op naar het laboratorium.

(aanlevering materialen conform afspraken laboratoria).

U: doktersassistente

I. Plan contact patiënt met huisarts

 Plan, afhankelijk van triage binnen zelfde dagdeel tot 24 uur, een contact bij de huisarts

Conform triagecriteria <

24uur

U: doktersassistente/

huisarts

J. Registreer

 de handelingen, testresultaten, afspraken en

 de uitkomsten van het overleg met de huisarts in het EPD.

Direct na handeling U: doktersassistente

(15)

Protocol uitvoeren diagnostiek urine

Nitriettest

1. Doop de stick kort in de urine.

2. Lees na 60 seconden het resultaat af.

3. Ruim de gebruikte materialen op.

4. Was de handen.

5. Noteer het resultaat.

Leukotest en erytest (vaak met dezelfde teststrip als de nitriettest!) 1. Doop de stick kort in de urine.

2. Lees na 120 seconden het resultaat af.

3. Ruim de gebruikte materialen op.

4. Was de handen.

5. Noteer het resultaat.

Dipslide

1. Doop de dipslide helemaal in de urine en laat overtollige urine van de slide aflopen, verwijder de laatste druppels met een schoon absorberend papiertje en schroef de slide weer terug in het buisje.

2. Zet de dipslide weg (tenminste 18 uur in een broedstoof (38oC), of tenminste 24 uur bij kamertemperatuur (20oC)). Op vrijdag (in verband met het weekend) wegzetten bij kamertemperatuur.

3. Ruim de gebruikte materialen hierna op.

4. Was de handen.

5. Noteer in EPD en agenda wanneer de dipslide moet worden afgelezen.

6. Lees de dipslide na incubatie aan beide zijden af met behulp van een afleeskaart, bij reflecterend licht.

7. Noteer het resultaat.

Sediment

1. Centrifugeer 10 ml urine gedurende 5 minuten bij 2500 toeren.

2. Giet de urine af, schud het restant, breng een druppel op een objectglas en breng een dekglaasje aan.

3. Beoordeel het sediment onder de microscoop bij 400x vergroting. Bij > 20 bacteriën per gezichtsveld is een urineweginfectie bewezen. Aanwezigheid van epitheelcellen wijst op contaminatie.

4. Ruim de gebruikte materialen op.

5. Was de handen.

6. Noteer het resultaat.

Achtergrondinformatie

Het protocol is gebaseerd op de NHG-standaard urineweginfecties (versie 2013). Dit protocol beschrijft conform deze standaard voor verschillende patiëntengroepen welk urineonderzoek al dan niet verricht moet worden, indien er een vermoeden bestaat van een blaasontsteking.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

klaarblijkelijk hebben ze dat niet gemist. Gezien de geringe aandacht voor ethiek in de curricula enkele decennia geleden is het echter aannemelijk dat er in hun basis- en

Op zichzelf is er niets mis met het commercieel aanbieden van e-health diensten, maar zowel huisarts als patiënt moeten er van op aan kunnen dat dergelijke diensten niet

Patiënten bij wie op de SEH wordt ingeschat dat de patiënt te ziek of kwetsbaar is (niet voldoende zelfstandig, geen mantelzorg beschikbaar, palliatief traject), maar die, conform

Sinds 1 juli 2020 heeft elke patiënt in principe de mogelijkheid tot online inzage in zijn of haar dossier.. V: Op welke manier kan de huisarts de patiënt online inzage in zijn

A: Ja, een patiënt heeft een wettelijk recht op online inzage in zijn of haar dossier.. De patiënt heeft op grond van de ‘Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst’ (WGBO)

We denken dat het ontwikkelen van een e-learing gericht op huisartsen een noodzakelijke stap is om meer huisartsen zo ver te krijgen dat ze nazorg gaan leveren

“Ik denk dat ze op deze manier de discussie over euthanasie bij mensen met dementie en mensen die levens- moe zijn opnieuw wil opstarten.. Een discussie die ook bij ons best zou

Heel mijn leven geef ik Jezus,   need’rig kniel ik voor Hem neer,   vraag vergeving voor mijn zonden