LTO42
Toets 5.1
Waterzuivering (ppt + aanvullend lesmateriaal)
Biologie voor het MLO. (zesde druk)
H17, pag 347 t/m 350
H17, pag 354 t/m 357
H17, pag 362 t/m 373
(dit is hoofdstuk 16 van de vijfde druk, Blz 321- 324, Blz 328-332, Blz 336 -345)
Praktijk : Voorschrift bacterieel wateronderzoek
Wat weet jij?
Maak de Quiz.
Iedere Nederlander genereert per dag gemiddeld zo'n 120 liter afvalwater.
Video: Van Plas tot Plas
Wat zijn de stappen van een RWZI?
1. Grofvuilverwijdering – scheiden van grof vuil van het water
2. Voorbezinktank – grove deeltjes zakken naar de bodem, olie en vetten drijven en worden verwijderd (afromen)
3. Biologische tank – reiniging van het afvalwater door actief slib (vol met bacteriën)
4. Nabezinktank – schoonwater stroomt over de tank, overige vuil naar de bodem
5. Slibverwerking - slib geperst, water onttrokken, slib verbrand, gedroogd slib kan gebruikt worden voor in de bouw (cement). Vrijgekomen biogas voor
energieopwekking. Energie kan gebruikt worden AWZI van elektriciteit te voorzien. video: energiefabriek
Welke metingen worden op de zuivering gedaan?
Metingen afval water/ Biologisch onderzoek slib:
pH meting influent-effluent
CZV- chemisch zuurstof verbruik
BZV-biochemisch zuurstof verbruik
Stikstofgehalte (kjeldahl )
Nitriet bepaling (spectro )
Fosfaat bepaling (spectro) + monster RWZI toevoegen aan analyse
Zuurstofbepaling volgens Winkler
Microscopisch onderzoek- slibvlok morfologie
Coliformen test
• indicator voor pathogenen bacteriën in aquatische
milieus (zwemwater, drinkwater, slootwater, etc.)
De criteria voor zwemwater liggen
beneden 200 kve fecale colibacteriën/
100 ml. http://www.zwemwater.nl/
Aanwezige fecale colibacteriën betekent:
• het water is verontreinigd met de uitwerpselen (of: mest) van dieren of mensen.
• waarschijnlijk ook verontreinigd met
pathogene bacteriën en virussen of andere ziekteverwekkers, die in uitwerpselen
voorkomen.
De ecologie onderzoekt de samenhang van levende wezens met elkaar en hun omgeving.
De omgeving van een organisme houdt zowel de fysische aspecten
(abiotische factoren) in, evenals alle andere organismen die in hetzelfde habitat bewonen (biotische factoren).
Maak de volgende oefeningen op de start.me pagina.
Oefening heterotroof / autotroof
Oefening biotisch/
abiotisch
Wat is een ecosysteem?
Biosfeer I – grootste (bijna) gesloten ecosysteem
◦ https://youtu.be/thuViaxRd_w
Biosfeer II
Opdracht
Maak de vragen 1 t/m 5 uit Hfdst 17
Ecosysteem en milieu van het boek Biologie voor het MLO.
Water kringloop
◦ Water is essentieel voor alle organismen en de beschikbaarheid is van invloed op de snelheden van ecosysteem-processen.
Koolstof kringloop
◦ Koolstof vormt de basisstructuur van organische moleculen die essentieel zijn voor alle organismen
Stikstof kringloop
◦ Planten gebruiken twee anorganische vormen van stikstof, ammonium (NH4+) en nitraat (NO3-), en sommige
organische vormen zoals aminozuren. Verschillende bacteriën kunnen al deze vormen gebruiken, maar ook nitriet (NO2-). Dieren kunnen alleen organische vormen van stikstof (proteïnen, nucleïnezuren, etc.) gebruiken.
Fosfor kringloop
◦ Organismen gebruiken fosfor als een hoofdbestanddeel voor nucleïnezuren, fosfolipiden en ATP en als een bestanddeel voor botten en tanden
waterkringloop
Wat is de drijfkracht achter de waterkringloop?
koolstofkringloop
Wat drijft de koolstofkringloop aan?
0,03 %
Extra:
broeikaswereld tijdschalen en koolstofkringloop
Stikstofkringloop
80%
Fosforkringloop
Opdracht
Maak de vragen 12 t/m 16 uit Hfdst 17
Ecosysteem en milieu van het boek Biologie voor het MLO.
Al gedaan?
Maak de volgende oefeningen op de start.me pagina.
Oefening koolstofkringloop
Oefening stikstofkringloop
Water en Milieu
1. Het openbreken of veranderen van kringlopen.
2. Het intensiever verbruiken van energie.
3. Verwaarlozen van kwaliteitsaspecten in productieprocessen en bij producten.
Verstoring in relatie tussen mens en milieu.
Verandering van klimaat.
Verzuring.
Vermesting (eutrofiëring).
Verspreiding (toxische stoffen).
Verdroging.
Verwijdering (van afval).
Verstoring.
Zoek voorbeelden op internet!!
Verandering van klimaat.
Verzuring.
Vermesting (eutrofiëring).
Verspreiding (toxische stoffen).
Verdroging.
Verwijdering (van afval).
Verstoring.
Zoek voorbeelden op internet!!
Broeikaswereld
Ammonia, Zwavelzuur Salpeterzuur
Oorzaken:
◦ Grondwaterpeil te laag,
◦ weinig neerslag
Plastic Soep
Opdracht
Maak de vragen 22 t/m 27 uit Hfdst 17
Ecosysteem en milieu van het boek Biologie voor het MLO.