• No results found

Het Midden-Oosten

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het Midden-Oosten "

Copied!
65
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

betref- tso treft llzegel- : vraag Ie door en een t name t parti-

evat en

!zichts- ttelijke sociale

I moei- verken.

h één

enkele drijven e com-

~geling

:e con- tingen, et col- missie- en dat zetting

ier ini- dat er jke als

edach- f heeft 'RUIN

S. TAS

Frankrijk v oor h et referendum

Het is nu drie maanden geleden dat het Franse leger in Algerije 'de wet verzette'.

Waar staan wij?

De Caulle heeft de macht overgenomen, voorzover hem dat mogelijk was: in Frankrijk zelf. In Algerije heeft hij wel de gehoorzaamheid aan de regering, d.w.z. . aan hem zelf, hersteld; maar dat herstel is tot op zekere hoogte formeel gebleven.

De kolonels in Algiers zijn in hoge mate onafhankelijk gebleven en voeren hun eigen politiek. Van tijd' tot tijd, als een meningsverschil op de spits wordt gedreven en het tot een botsing komt, wint de generaal de Caulle. Zijn bijzondere machtspositie brengt nu eenmaal mee dat hij geen aantasting van zijn prestige kan slikken. Maar die momenten gaan voorbij en laten weinig blijvende sporen bij de kolonels achter.

Het is een feit dat de generaal tegen die botsingen evenzeer opziet als de kolonels, zo niet meer. De zwakte van de kolonels is. dat ze op hun manier een élite vormen; en de generaal heeft overal de élite tegen zich maar de massa voor zich - zowel in Frankrijk als in Algerije.

In Algerije zijn de zaken dus blijven staan waar ze door het comité de salut public de 13e mei gebracht waren. De befaamde verbroedering is verwaaid; de Europeanen zijn over de schok die hen tot die hysterische betogi\1gen bracht, heen, en keren terug tot de gebruiken die uit de oude machtsverhoudingen voortvloeien. De muzel- mannen waren nooit zo onder de indruk als de buitenlandse pers; aangezien zij aan den lijve ondervonden hadden hoe de broederschapsbetogingen door het leger waren georganiseerd. Dat in Algiers, voor het verbranden van de sluiers, door de Para's gemakshalve een paar prostituées uit de Kasbah gerecruteerd waren, maakte het geheel niet overtuigender. Toch hebben de muzelmannen nog het meest van die ge- schiedenis overgehouden. De integratie, volledige assimilatie en totale gelijkheid, die als politieke leus alle waarde in Algerije verloren had, is door die demonstraties op- eens als een néonreclame verlicht.,Sindsdien ondergaan ze het koloniale systeem met geactiveerde weerzin.

Vermoedelijk zal een flink deel van de muzelmanse bevolking aan het referendum deelnemen; maa)." het zal uiterst moeilijk zijn de waarde van die deelname te be- palen:

Want het referendum zal zich in Algerije noodgedwongen afspelen in een sfeer die nooit te veel kan afwijken. van die der verbroederingsdemonstraties. De muzel- manse bevolking is ook in dit referendum object van politiek, of liever, object van het leger. Wat ook hUn wérkelijke politieke wensen mogen zijn - en ik zie niet goed

481

(2)

in hoe die al bij dit referendum tot uiting kunnen komen - de realisatie daarvan zou door de Franse regering gedecreteerd moeten worden. Maar tussen de Gaulle

en hen staat het Franse leger in Algerije. We keren terug op hetzelfde probleem.

Niet:s wezenlijk nieuws is intussen in Algerije verricht, noch op politiek, noch op sociaal, noch op economisch gebied. Wat dat laatste betreft, daar zijn verontschul- digingen voor: de regering kon nog niet veel meer doen dan een plan maken. Maar het is niet: het eerste plan dat voor Algerije gemaakt is; en juist daarom was een spre- kend gebaar op de andere gebieden zo nodig geweest.

De buitenlandse politiek van de Caulle, met fanfare aangekondigd, is uitgelopen op de zoveelste blunder van de Europese kanselarijen. De Caulles plannetje voor een topconferentie, -door Chroesjtsjow een ogenblik speels geaaid, is door C met de van hem bekende onbeschoftJheid weer in de hoek geworpen. Wat was toch het nieuwe aan de Caulles optreden in de wereldpolitiek? Alwéér een Europees staats- man die meende dat hij diepere indruk op Chroestjtsjow kon maken dan Mao Tse Toung.

De sociale en economische politiek van de nieuwe regering is nog niet veel verder gekomen dan de ietwat snorkende proclamatie dat er nu eindelijk eens iets komen ging - waarbij gesuggereerd werd dat er voordien nooit iets was gedaan:. Van al die kwesties is zonder twijfel Algerije het cenrtrale probleem van Frankrijk; maar er wordt weinig over gesproken. Alle aandacht der politici is gericht op de nieuwe grondwet die in de maak is en waarvan de grondtrekken nu wel vast staan. Want tijdens het bezoek van de Caulle aan de Constitutionele Commissie, is wel gebleken dat de Franse kamerleden tegen de persoonlijkheid van de Caulle niet opgewassen zijn; en waarom zou de massa het dan wel zijn? De strijd over de nieuwe grondwet speelt zich af in een uiterst beperkte kring; op een handjevol politici na, heeft geen Fransman, van links of rechts, zijn vakanrtie ervoOll' laten staan.

Ieder zal het wel erover eens zijn dat Frankrijk hervormd moest worden - in elk geval in zover dM het een regering krijgt die normaal uitvoerend gezag bezit. De Caulle is er vast van overtuigd dat dit Frankrijks hoofdkwaal is én dat ze door een nieuwe constitutie genezen kan worden. Want.het moge dan waar zijn, zoals bewon- deraars zeggen, dat hij geen juridisch formalist is, hij houdt er wel van de dingen streng rte reglementeren. Was in de vierde ,republiek de regering maohteloos tegen- over het parlement, de constitutie van de vijfde neemt een flinke portie gezag van het palrlement af, om het de regering toe te vertrouwen, waarna ze van die regering weer een ander stuk macht afneemt om er de president van de republiek mee te ver- rijken. De zittingsduur van het parlement wqrdt drastisch verkort - tot vijf en een halve maand - en het terrein van zijn wetgevende bevoegdheid ingekrompen; het wegstemmen van de regering, en zelfs van regeringsvoorstellen wordt moeilijker ge- maakt, door het eisen van een absolute negatieve meerderheid ertegen, wat feitelijk tot gevolg heeft dat b.v. alle onthoudingen als voorstemmen functioneren. Rege- ringsvoorstellen kunnen straks wet worden zonder een reële meerderheid te bezitten.

Daarentegen wordt het de president aanmerkelijk gemakkelijker gemaakt de kamer te ontbinden; en hij krijgt ook nog het recht door een referendum een direote uitspraak van de kiezers uit te lokken, over het hoofd van het parlement (en de rege-

(3)

n.

och op I tschul- . Maar n. spre-

elopen e voor net de Jh het staats-

lO Tse

verder komen al die aar er

~euwe Want )leken vassen Ildwet : geen

in elk it. De .r een

~won­

~ngen

egen- g van {ering

~ ver-

11 een

I; het

~r ge- itelijk lege- itten.

:t de

reote rege-

ring eventueel) heen. De grote verliezer, dat is duidelijk, is het parlement; maar de regering is slechts gedeeltelijk winnaar. De echte profiteur van de hervorming is de president. De strijd voor de nieuwe grondwet is door de gaullisten gevoerd onder het motto dat de bevoegdheden - wetgevende en uitvoerende - (en jUTidische - maar die staat nauwelijks ter discussie) gesoheiden moeten worden. Die scheiding is theoretisch met alle gewenste hygiëne te maken; in de praktijk valt de scheidings- lijn niet samen met die tussen regering en parlement. Het respecteren van de juiste scheidingslijn, zonder misbruik te maken van bevoegdheid, is een kwestie van goed parlementair gebruik, van politieke zedé, van parlementair verstand en fatsoen. Er zijn er dus die menen dat het er allereerst om gaat die zeden te hervormen, dat fatsoen in te voeren. Door fatsoen gedreven zullen de parlementariërs dan wel de juiste inhoud geven aan de juridische bepalingen. De Caulle gaat er echter van uit dat zo weinig mogelijk aan de individuen overgelaten moet worden, en zoveel mogelijk geregeld door het tuchtreglement. Nergens blijkt dat duidelijker dan in de strijd om

h~ artikel dat een rn.inister verplicht zijn kamerzetel op te geven. Ook hier worden weer de stokpaarden van de scheiding der bevoegdheden ingespannen. Maar het is duidelijk dat het gaat om twee effecten: de afstand tussen kamer en regering te vergroten, maar vooral, en in ,de allereerste plaats, de jacht op portefeuilles te rem- men. Of het gestelde doel bereikt wordt, moet afgewacht worden. In Holland ver- liest een minister ook zijn kamerzetel; maar hij kan hem altijd weer terugkrijgen door lijstopschuiving. Als de kamermeerderheid straks van die bepaling afwil, vindt ze daar wel een weg op. In Engeland is er een nauwe verbinding tussen ministers en kamer, maar dat sluit regeringsgezag niet, portefeuillegescharrel in de regel wél uit.

De voordelen van 'het systeem der nieuwe grondwet lijken twijfelachtig: de nadelen echter geenszins. Want het zal veel moeilijker worden partijleiders in de regering te krijgen of, áls men ze krijgt, dreigt het gevaar dat, na de val van een kabinet, partij- leiders voor de rest van de zittingperiode uit het parlementaire leven uitgeschakeld worden. En het gevolg daarvan weer dreigt te zijn dat de ministers uit de bureau- cratie gekozen worden i.p.v. uit de wereld der politioi. We gaan dus niet alleen naar een versterking van de excecutieve, maar naar een versterking en verzwaring van de staat van de staatsbureaucratie. En het hoofd van die staat is de presidellll:.

Het is daarom begrijpelijk dat een zeer ernstige discussie ontstaan is rondom het artikel 14, dat de president der republiek uitgebreide volmachten geeft, in geval van nood. Welke noodgevallen zijn bedoeld? De Caulle heeft in zijn rede voor de con- stitutionele commissie twee genoemd: de capitulatie van 1940, en de muiterij van 13 mei 1958. In 1940 had president Lebrun geen legale bevoegdheid die hem ver- oorloofde zelfstandig op te treden; de 13e mei bezat president Coty ze evenmin;

aldus in het kort het argument van de Caulle. Maar de uitdrukkelijke afwezigheid van enige bevoegdheid, of zelfs bekendheid, belette niet de Caulle in 1940 op te treden met de aanmatiging van volledige bevoegdheid. Niemand heeft Lebrun in 1940 of Coty in 1958 belet hetzelfde te doen - maar dat was kennelijk een kwestie van persoonlijkheid. Wetsteksten kunnen noch persoonlijkheden soheppen noch ze ver- vangen. Het doet een buitenstaander als ondergetekende ietwat luguber of ziekelijk aan dat een nieuwe grondwet, die de basis moet worden van een nieuwe republiek, zozeer zich bezighoudt met rampsituaties. Het verklaart voor mij het wantrouwen

483

(4)

waarmee de tegenstanders déze buitengewone volmachten bekijken. In catastrofale situaties regeert en domineert zelden -de wetstekst, maar de wil tot zelfbehoud.

Zal. de nieuwe grondwet de genezing brengen? Wie het oude parlement van

Frankrijk gekend hebben beseffen wel dat de habitués van het Palais Bourbon een bittere medicijn te slikken krijgen. Was het nodig het zo bitter te maken? Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat Frankrijk nog altijd van het ene extreem in het andere (tegenovergestelde) zwalkt en het redelijke midden nog steeds niet heeft gevonden. Ook deze grondwet zal niet de laatste zijn.

Het is natuurlijk zeer wel denkbaar dat 'die grondwet een aantal nieuwe methoden invoert en daardoor een paar nieuwe gewoonten kweekt. In zover dat lukt, heeft de grondwet genezend gewerkt. Maar' ik ben van mening dat in ieder geval de Franse parlementariërs tot een nieuwe gedragslijn gedwongen zouden worden, en wel door de feitelijke aanwezigheid van de Gaulle in de premierszetel. Zo lang hij er is zal men wel voorzichtig zijn met het terugvallen op verkeel'de gewoonten. De Ga,!lle ondervraagt! consulteert, overweegt het oordeel van anderen. Maar hij beslist. En die beslissing is finaal. Ook voor Frankrijk. Het Franse volk kan niet nee zeggen;

het kan evenmin straks zijn politiek afwijzen. Want als de nieuwe grondwet niet wordt aangenomen, gaaJt de Gaulle weg. Als zijn politiek wordt afgewezen gaat hij ook. En als hij gaat, komen de kolonels van Algiers. Er is wel niemand die gelooft dat straks, als de meel1derheid van het Franse volk in alle onschuld nee gezegd zou hebben, de Gaulle nog even zou aanblijven om de kolonels op hun plaats te houden tot zijn opvolger rustig gezeteld was. Zo ver gaat zijn bezorgdheid voor de legiti·

miteit, neel'gelegd in het befaamde ar·tikel 14 der nieuwe grondwet, tooh niet.

De gaulliSten werken met dit dreig- en drukmiddel. De Gaulle zelf doet het niet, maar hij laat het doen. Zoals hij toe laat dat de radio een wer~g wordt van een handvol RPF-leden. Hij zal daar misschien wel een einde aan maken, maar niet voordat het ja getriomfeerd heek Waardigheid hoeft handigheid niet in de weg te staan.

be tegenstanders van de grondwet hebben dus geen eerlijke kans. De keus is dus niet tussen ja en nee maar tussen ja en een pronwlciamento. In zover begint de actie

'voor de afsoheiding der bevoegdheden met een versmelting van recht en maoht.

Maar maak u .geen zorgen: het wordt geen neen. De tegenstanders van de grond·

wet moeten eerst nog de volksmassa voor het gezichtspunt winnen. Gezien de apathie die Ihet kiezersvolk hier kenmerkt, is daarvoor een maohtige agitatiecampagne nodig.

Wanneer we een ogenblik de communistisdhe par·tij buiten beschouwing laten, kan een dergelijke agitatie alleen gevoerd worden door de grote partijen die in de rege·

ring vertegenwoordigd zijn. Maar dat zou natuurlijk consequenties hêbben in de boezem der regering de Gaulle. De agitatie zelve zou waarsohijnlijk straatrisico's met zich mee brengen. Het lijkt me dat de politici die in de Constitutionele Commissie zo impressionabel bleken voor de politieke charme van de Gaulle, tot zulke extreme besluiten niet zullen komen.

Trouwens, het is niet voldoende nee te zeggen; de tegenstanders moeten daar·

naast' ook; aangeven wat ze tegen een landing van het leger van Algerije willen doen.

Ik beweer niet dat Frankrijk machteloos zou staan tegenover een dergelijke lan·

(5)

['eem in

~t heeft

,thoden leeft de Franse lel door r is zal Ga~lle list. En

!eggen;

et niet

~aat hij 10ft dat gd zou houden

I legiti- t.

et niet, an een ar niet weg te

1 is dus .e actie lt.

grond- lpathie

nodig.

in, kan e rege-

in de

( s

.m~t F,lssle , xtreme

l

daar-

I doen.

ce lan-

dingspoging; ze was dat naar mijn mening ook niet in de meidagen. Ik beweer wel

dat zij die in de meidagen de moed ontbeerden, haar ook nu zullen. missen. Wie trouwens gezien heeft hoe de Franse pers, nadat de door hen zo aangevallen ~n

gevreesde Soustelle minister van voorlichting werd, zich aan een stille maar niet minder effectieve zelfcensuur onderwierp, is niet overmatig optimistisch over het strijdvuur der opposiJtie.

Men begrijpt-thans beter waarom Guy Mollet de felle oppositie die tegen het wetsontwerp in de socialistische kamerfractie opstak, na enig manoeuvreren in 'rede- lijker banen' heeft kunnen leiden.

Daarmee wil niet gezegd zijn dat de arbeid van de oppositie, laat staan kritiek op het oJlltwerp grondwet ,waardeloos zou zijn. Ze is een drukmiddel, waarmee de Gaulle tot op zekere hoogte rekening moet houden. Dat 'tot op zekere hoogte' is winst. De GaulIe heeft liefst een .grote meerderheid voor, zijn referendum; en hij heeft straks steun nodig tegen het nieuwe leger der maohtshongerigen die in het zog van het gaullistisohe zeekasteel .zwemmen. Om al deze redenen zal hij trachten de grote partijen om zich heen te houden.

Noch het neen, ,noch het ja lossen trouwens de fundamentele kwaal van Frank- rijk op. Want die kwaal is de politieke letthargie van het Franse volk. Een groot aantal Fransen is meer ohauvinist dan democraat; ze hebben meer respect voor de staat dan voor het parlement. De ultrarechtse reactionairen worstelen met een ge- wetensconflict, veroorzaakt door de botsing tussen hun bewondering voor de staat en hun afkeer van staatsbemoeiing met de economie; ze reageren dit conflict af door hun afkeer geheel te richten op het parlement. Vijfentwintig percent van de kiezers, de overgrote meerderheid van het proletariaat, stemde op de communisten.

Dat waren geen stemmen voor het communisme; het is in de eerste plaats de clientèle van de bezoldigden der communistische vakbonden en der communistische burgemeesters, van wie ze aEhankelijk zijn voor de behartiging hunner dagelij'kse be- langen. Alle andere problemen en: alle verder liggende èonsequenties lappen deze kiezers resoluut aan hun laars. En in .zover is hun stem een .stem tegen het parlement, of eigenlijk tegen alle politiek die de directe broodruzies te boven gaat. Dat de door hun gekozen 150 kamerleden het parlementaire systeem blokkeren, is natuurlijk niet hun sChuld; dat is de oohuld van 'het parlement'. En zo blijven ze vastzitten in de impasse die ze zelf gecreëerd hebben en waaruit ze zich zelf niet kunnen bevrijden.

Om hen uit de impasse te treldcen is iets nodig dat zowel reëel is als indrukwek- kend. Propaganda alleen is niet vokloende en de traditionele linkse propaganda hele- maal niet. Die is toch nooit opgéwassen tegen de giftige antiparlementaire demagogie der commimistische agitprops. Maar een reële sociale politiek alleen is ook niet vol- doende. Per slot van rekening heeft het parlement van de vierde republiek voor de arbeiders heel wat meer gedaan dan de communistische leugenaars beweren. De vierde republiek is er echter nooit in geslaagd dat leugenfront te doorbreken. Dat doel kan alleen bereikt worden door iets dat nieuw is en dart imponeert. In zover is de pieuwe toestand niet zonder mogelijkheden. De vierde republiek, met al wat er aan diskrediet aan kleefde, is opgeruimd. De GaulIe, wat men verder van hem denken moge, is een man die Frankrijk imponeert. Zijn prestige straalt op de vijfde republiek over. In dit raam kan gewerkt worden.

485

(6)

De situatie van het land is verre van statisch. Ecç>nomische en sociaal is Frankrijk allang in voorwaartse beweging. Politiek staart het voor een paar drastisohe en ge·

vaarlijke beslissingen. In die situatie heeft men aan gezonde centrumpartijen niet genoeg. (Men zou rustig de SFIO en de MRP als zulke partijen kunnen beschou·

wen.) Nodig is een grote formatie die in de vijfde republiek een stuwende kracht wordt. Dat moet dus een massapartij zijn. En een dergelijke massalpartij krijgt men alleen door een versmelting van links met een stuk centrum.

De stuwende kraoht van de progressieve ideeën moet verbonden worden met het vertrouwen dat alleen centrumgroepen kunnen verwerven. We staan voor de nood·

zaak van een volledige politieke reconstructie - ongeveer als Nederolana na mei 1945.

De moeilijkheid is slechts dat zij die open staan voor het nieuwe meestal ook ge·

compromitteerd zijn door hun houding tijdens de meidagen; en zij die zich goed gedragen hebben kleven nu aan verouderde ideeën! Daarom sta ik sceptisch tegen- over al die zogenaamde vernieuwingspogingen van splintergroepen, als die, ge- leid door Daniel Mayer, Mitterrand of Mendès-France. De eerste zoekt het in een uitziohtloze concurrent,ie met de communistische slogans. Wat de anderen betreft, hun enige interessante bijdrage, hun aanhang onder de burgerij, hebben ze voor een belangrijk deel verspeeld door hun geflirt met linkse ideologen, zodat nu alleen nog een handjevol geïsoleerde intellectuelen voor hen overbleven. Ook als men daar een SFIO minderheid aan toevoegt blijft het geheel madhteloos.

Om over de nodige invloed te beschikken - en alleen invloed imponeert in dit politiek lethargische land - zou de te vormen progreS'sieve partij ten minste over de masS'a .(lel' SFIO en de meerderheid van de MRP moeten besohikken. In een der- gelijke partij zou niet iedereen, het met iedereen eens hoeven te zijn. Maar als de leden erin slagen elkaar te verdragen ter wille van het program-minimum, de grootste gemene deler met opoffering van alle verkalkte geschillen die de Fransen op zin- loze wijze gescheiden hielden, dan wordt daardoor het Franse' volk een voorbeeld gegeven dat hoog nodig is, maar dan ook vermoedelijk wel ,in'druk zou maken. Alleen een politiek van gematigde stuwing zou op dit ogenblik door het Branse leger ge- duld, door de Gaulle aanvaard, ,door het Franse volk gewaardeerd worden.

De Franse arbeiders zijn, zoals alle arbeiders in de beschaafde landen, bezig zich te ontwikkelen tot kleinburgers. Dat versterkte tot nu toe juist de communistisohe invloed. Want in de ranZlige politieke sfeer van zijn land nam de Franse arbeider van zijn kleinburgerij vooral diens ondemocratisohe tendenzen en zijn afkeer van het parleme~t over. Men komt er alleen, door hem op te voeden tot gezonde kleinbur- ger. Dat is trouwens het probleem voor het hele Franse volk. Of men echter in het geval va~ het Franse proletariaat daar,in slaagt zonder het leugenapparaat der com- munisten - waarvan het zich klaarblijkelijk niet eigenhandig kan bevrijden - van

buiten af voor hem te breken, is een andere vraag.

(7)

jgt men

Plet het e nood- ei 1945.

ook ge-

;h goed

I tegen- Me, ge- : in een

betreft, ze voor

1 alleen LIs men

It in dit over de en der-

als de

~rootste

op zin- orbeeld

Alleen ger ge-

~g zich istisohe ,beider van het einbur-

in het

!r com- - van

C. R UYCE RS

Het Midden-Oosten

Terwijl de assemblee der Verenigde Naties het vorig jaar bijeen was, diende Syrië vrij onverwachts een aanklaoht in over zogenaamde Turkse grenssohendingen. Al spoedig bleek, dat de politieke manoeuvre meer van Russisdhe dan van Syrische makelij was. Het waren de Russen, die de zaak opbliezen, alsof de wereldvrede aan een zijden draadje hing. Maat de Amerikanen kwamen eens een keer niet onder de indruk. Cabot Lodge hield een rede zo hard en vastbesloten, als van het machtigste land ter wereld kan worden verwacht. Hij kreeg er een ovationeel applaus voor. En toen was het rumoer even gauw verstomd als het was opgekomen. Het beeld wisselt dus snel in het Midden-Oosten. Men loopt het risico er iets over te schrijven, dat al weer verouderd is op de dag dat het versohijnt. Dat risico neem' ik dus maar, nu de redactie van S. en D. me vroeg enkele kanttekeningen te maken over de jongste ge- beurtenissen in het Midden-Oosten.

De reacties op het Amerik.aans-Britse optreden zijl}, ook in ons land, nogal ver- schillend geweest. Er zijn er, ook in regeringskringen, die dit optreden hebben toe- gejuicht. Het lijkt mij een tikkeltje te veel van het goede. Aan de andere kant staat een reactie als die van de PSP, die verklaarde, dat 'op mensonwaardige w~jze (werd) gegokt met het leven van de mensheid: Het had een citaat uit· de frawda kunnen zijn. Mijn eigen 'oordeel zou ik willen samenvatten in de twee woorden: hela~ on- vermijdelijk.

De situatie van het Midden-Oosten is een complexe situatie. Zij wordt beheerst door de tegenstelling tussen de Arabisohe' landen en Israëi,' een opkomend nationa- lisme, dat opbotst tegen gevestigde belangen, een verlangen naar modernisering en economische ontwikkeling in een feodale samenleving en het feit, dat het gebied in de wedloop tussen Oost en West van ,heel bijzondere betekenis is. ~n een derge~jke situatie kan de vrede nauwelijks anders dan het resultaat zijn van een heel precair evenwioht. Men kan toegeven, dat in een dergelijke situatie het willen handhaven van de status quo soms meer verleiding dan wijsheid is en ~at er voldoende ruimte moet blijven voor 'peaceful ohange'. Als men dan ook maar erkent, dat juist in een dergelijke situatie deze 'paeceful ohange' aan vrij strikte regels is gebonden en dat de grens ver werd oversohreden met de indirecte agressie, waarvan in de Libanon zonder enige twijfel sprake was. .

Een tweede overweging is de volgende. Hoe men ook over de Eisenhower-doctrine moge denken, het feit lag er nu eenmaal, dat Eisenhower de steun,had toegezegd

487

(8)

aan ieder Arabisch land, dat ter handhaving van zijn nationale integriteit een beroep zou doen op de Verenigde Statén, inclusief de gewapende macht van de Verenigde Staten. De Libanon en Jordanië deden dit beroep. Hadden de Verenigde Staten het kunnen negeren zonder hun gezag te verspelen? Hebben ook de jaren 1933-'40 niet laten zien, hoe men steeds verder toegleed .naar de tweede wereldoorlog, niet door kracht, maar door zwakte, omdat men zich niet hield aan gedane toezeggingen en op het kritieke moment terugdeinsde voor de consequenties?

Dit laatste is van bijzondere betekenis, omdat de Russische politiek nu eenmaal gericht is op de afbraak van iedere westelijke invloed in het Midden-Oosten, niet ter wille van het Arabische nationalisme, maar alleen ter wille van een politiek van het Kremlin, die van de tsaren over Stalin naar Chroesjtsjow onveranderd is gebleven.

Rusland wil naar de Perzische Golf. In november 1940 werd er te Berlijn onder- handeld tussen nazi-Duitsland, Italië, Rusland en Japan, alsof de oorlogsbuit reeds te verdelen stond. Op voorstel van Molotow werd daarbij aanvaard, dat 'het gebied ten zuiden van Baku en Baturn, in de algemene richting van de Perzische Golf, zal worden erkend als het centrum van de aspiraties van de Sowjet-Unie.' Let wel: het centrum van de Russisohe aspiraties. Zou dit doel al niet jaren geleden bereikt zijn zonder de Truman-doctrine uit de eerste naoorlogse jaren? Deze doelstelling van de Russische politiek is een wezenlijk aspect in de situatie van het Midden-Oosten.

De tijd is voorbij, dat het Midden-Oosten het koloniale jachtterrein kon zijn van een aantal Europese landen. Maar wanneer een afbraak van de westelijke invloeden niet alleen betekent een versterking van de Arabische zelfstandigheid, maar daar bovenuit een machtsvacuüm dreigt te soheppen, dat door Moskou gevuld wordt, dan kan dat in de gegeven wereldsituatie het Westen niet onverschillig laten.

Daarbij komt nog, dat bij iedere politieke beslissing de vraag komt van het alter- natief. Wat zou de'situatie zijn geworden, wanneer de Verenigde Staten en Engeland geen steun hadden verleend aan Jordanië en de Libanon en de dingen hun loop hadden genomen? Het is verre van denkbeeldig, dat Israël, gedwongen uit zelfbe- houd, dan militair had moeten interveniëren. Dan zou het oorlogsgevaar werkelijk dichterbij zijn gekomen. Want Moskou had natuurlijk tegen Israël partij gekozen, terwijl het Westen onmogelijk Israël in de steek kan en mag laten.

Om al deze redenen geloof ik, dat het Amerikaans-Britse optreden in de concrete situatie - die was ontstaan als een resultaat van, het zij toegegeven, vele tekort- komihgen - onvermijdelijk was. Te meer' onvermijdelijk, omdat een andere, meer normale regeling der gerezen moeilijkheden onmogelijk was geworden door het veto van de Russen in de Veiligheidsraad.

Hoe ter zake men deze overwegingen overigens ook moge vinden, ik kan de con- clusie van het onvermijdelijke niet aanvaarden, zonder er met nac4'uk het 'helaas' aan te laten voorafgaan. Helaas, om verschillende redenen.

In de eerste plaats vanuit het gezichtspunt van de verhouding van het Westen tegenover de Arabische wereld.

Men hoeft bepaald niet staan te juichen bij ieder extremisme, waarmee het na- tionalisme in het Midden-Oosten niet minder gepaard gaat dan overal ter wereld.

Evenzeer is het waar, dat het gerechtvaardigde streven naar independentie herl:).aal-

(9)

lenm~al n, Dlet ek van bleven.

onder- t reeds

gebied olf, zal 'el: het ikt zijn van de ,no ijn van ,loeden tr daar wordt,

t aIter- geland n loop zelfbe-

~rkelijk

[kozen,

mcrete tekort- , meer et veto

e con- helaas' Vesten

et na- vereld.

~r1.laal-

delijk en al te gemakkelijk over het hoofd ziet, dat het in de huidige wereld ver- houdingen er vooral op aankomt aan de interdependentie vorm en inhoud te geven.

Maar dit alles in aanmerking genomen blijft er het feit, dat tussen ,het Westen en het opkomende Azië en Afrika geen samenwerking meer mogelijk is op een grondslag, die een handhaving is van, of voortbouwt op de vroegere koloniale verhoudingen.

Samenwerking kan alleen bestaan, indien van iedere vorm van kolonialisme doel- bewust afstand wordt gedaan en gestreefd wordt naar een nieuwe grondslag van vrijheid, vrijwilligheid en gezamenlijk belang. Wij zijn er in het Westen tot nu toe niet of onvoldoende in geslaagd aan deze nieuwe grondslag duidelijk en concreet gestalte te geven. DaaIdoor wekken we herhaaldelijk de indruk, ook in het Midden- Oosten, te staan aan de kant van die krachten, die gericht staan naar het verleden.

Om daar verandering in te brengen is iets anders en meer nodig dan militair machts- vertoon, zelfs wanneer dit onvermijdelijk is.

De situatie, die in de afgelopen maanden is ontstaan, is ook een gevolg geweest van fouten, die we in het verleden begingen en van goede plannen, die we nalieten.

Fout was de Frans-Britse interventie in Egypte, bedoeld om de positie van Nasser te verzwakken, terwijl zij die positie enkel sterker heeft gemaakt. Ontoere~kend was de Eisenhower-doctrine die daarna kwam. In het voorstel van Eisenhower in de Vere- nigde Naties ligt de erkenning opgesloten, dat .een van de wezenlijke oorzaken van de labiele toestand, in het Midden-Oosten het grote tekort is aan economische ont- wikkelingsmogelijkheden. Eisenhower stelde nu voor de economisohe hulp te orga- niseren in het kader van de Verenigde Naties. Jarenlang hebben de Verenigde Staten zich ertegen verzet de Verenigde Naties hiervoor als kader te gebruiken. Gedwongen door de feiten zijn zij nu overstag gegaan, d.w.z. dat het thans gedane voorstel waardevoller zou zijn geweest als het eerder, vrijwillig en uit eigen aandrift was ge- komen. Wellicht ,had het niet zover behoeven te komen, als het gekomen is. Dat geeft aan wat thans onvermijdelijk werd, een bitter accent en maakt het 'helaas' even sterk als het 'onvermijdelijk'.

Intussen is in de Verenigde Naties een voorlopige ontspanning bereikt.

Het is goed, dat het in de Verenigde Naties is gebeurd. De Russen hebben de laatste anderhalf jaar de gewoonte aangenomen eerst in de Verenigde Naties iedere redelijke overeenstemming onmogelijk te maken en als ;het dan zover is een top- conferentie voor te stellen buiten de Verenigde Naties om. Zo met de ontwapenings- besprekingen, zo nu met de crisis in het Midden-Oosten. Contre-coeur hebben zij nu het Arabisohe voorstel in de Verenigde Naties moeten aanvaarden. Dat was goed.

Want het Russische propagandaspel in en met de Verenigde Naties is niet in het belang van de wereldvrede. .

Het-Arabische voorstel heeft dus een voorlopige ontsparmnig gebracht. Maar ik geloof, dat het bepaaldelijk nog te vroeg is om reeds van een 'oplossing' te spreken.

In de Arabische resolutie in de Verenigde Naties wordt over Israël niet gesproken.

Toch kan er geen werkelijke vrede zijn in het Midden-Oosten, zolang de Arabisohe wereld niet bereid is het bestaan van de staat Israël als feit te aanvaarden. En in samenhang daarmee mee te werken aan een oplossing voor het vraagstuk van de Arabische vluchtelingen.

(10)

Ook is geen enkele afdoende regeling gevonden voor het vra~gstuk van indirecte

agressie. Men kan dankbaar zijn voor de pleohtige beloftes, die de Arabisohe landen

nu tegenover elkaar hebben afgelegd. Maar of deze' beloftes sterk genoeg zijn om stand te houden in een gebied, waar van oudsher intrige en chantage, moord en bedrog, bedreiging en corruptie een belangrijke rol spelen in het openbare leven, dat is een vraag, waarop het antwoord nog moet worden afgewacht. En het meest belang.

rijke: wat zal de algemene positie worden van het Midden-Oosten?

Wanneer het streven naar eenheid in de Arabisohe wereld zicih'doorzet, wordt de huidige situatie onhoudbaar, wordt ook het Bagdad-pact onhoudbaar. Het beginsel van organisátie in de Arabische wereld berustte tot nu toe op de tegenstelling tussen de landen, die zich duidelijk uitspreken ten gunste van het Westen en de andere landen, die een dergelijke, duidelijke keuze uit de weg gaan. De vraag is gewettigd, of het drijven tot een dergelijke, duidelijke keuze zo onverdeeld gunstig voor het Westen is geweest. Het heeft er in ieder geval toe bijgedragen, dat de meest uit·

gesproken krachten der Arabische eenheid van het Westen werden vervreemd, terwijl het werd vereen~lvigd met de belangen van een aantal feodale machten. Maar hoe dit ook zij, wanneer de Arabisohe wereld zelf 'het streven naar een!heid als beheersend beginsel van organisatie wil, dan zouden ,we de Arabische wereld slechts verder van ons vervreemden, als het Westen zicih daartegen zou blijven verzetten. Eisen!hower heeft verklaard er zich niet, tegen te verzetten. Maar het is minder duidelijk, of ook de consequenties ervan zijn doordaoht en aanvaard.

De laatste tijd is gepleit om het Bagdad-pact te vervangen door een algemene neutralisatie van het Midden-Oosten. Ook dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan.

Het is onmogelijk landen tot neutraliteit te dwingen, als zij het zelf niet wensen.

Ook de militair-strategisohe consequenties van een algemene neutralisatie zijn niet gering. Moet het Westen die aanvaarden., zolang niet duidelijk vaststaat, dat ook Rusland bereid is tot die fundamentele ommekeer in haar politiek, die afziet· van dit gebied als 'centrum van haar aspiraties'?

Bovendien, een algemene neutralisatie van het Midden-Oosten heeft niet alleen consequenties voor Rusland en het Westen, het heeft ook consequenties voor de politieke leiders van het Midden-Oosten zelf. Zij zouden een politiek 'hebben te voeren, die zou uitgaan vaiJ. de wetenscihap, dat hun gebied een van de brandhaarden is in de huidige wereldpolitieke situatie, dat in de buurt daarvan niet met olie gespeeld kan worden,en dat de eigen aspiraties duidelijk ondergeschikt worden gemaakt aan een. bijdrage tot de wereldvrede. Zijn deze politieke leiders daartoe in staat en bereid?

Het is een vraag van nogal enige importantie. De jongste een;heid en gematigdheid der Arabische landen ter Verenigde Naties was wel een even verrassend als bemoe- digend versohijnsel, maar hadden die een diepere reden dan het late inzicht, dat de onderlinge tegenstellingen en intriges enkel ertoe leidden, dat de bemoeienis van derden met de Arabisohe _wereld steeds groter moest worden?

Zo blijven veel vragen open. Een werkelijke oplossing op korte termijn zie ik niet.

Het zou al heel wat zijn, als eindelijk de weg werd ingeslagen, die een oplossing dichterbij kan brengen. Het helaas onvermijdelijke van het Amerikaans-Britse optre- den zou dan bewijzen, dat een politiek van kracht een politiek v.an wijsheid kan zijn.

(11)

en, dat belang-

'ordt de oeginsel

~ tussen andere Nettigd, oor het lest uit- , terwijl aar hoe eersend :ler van nihower of ook

~emene

~edaan.

\Tensen.

ijn niet lat ook van dit

alleen Toor de ,ben te laarden espeeld

;tkt aan bereid?

gdheid bemoe- ht, dat rUs van

ik

niet.

Ilossing optre-

In zijn.

TH. J. HOGENDORP

Het Bagdad-Pact

Op 12 maart 1947 lanceerde president Truman in het Congres zijn 'policy of firm conta.inmellt' en verklaarde hij, dat 'de veiligheid van de Verenigde Staten ligt aan de grenzen van Turkije en Griekemand.' 1)

De Britse reorganisatie van het irnperül'le verdedigiITgsstelsel ultimo 19462) be- tekende niet, dat de Engelsen afstand zouden doen van hun politieke en economische belangen in ~et Nabije Oosten. Strategisch vormt dit Nabije Oosten, dat de zee- én luohtroutes beheerst- van de Zwarte Zee naar de Rode Zee, -van de Middellandse Zee na'ar de Perzische Golf, nog steeds een onmisbare schakel in de defensielinies van de Britse Commonwealth. De verdediging zou enkel van uit de diepte nl. vanuit Oost-Afrika, Malakka en Australië plaatshebben, om reden van zuinigheid.

Intussen had het onervaren Àmerika,zijn activiteiten in het Nabije Oosten ingezet.

De zesde Amerikaanse vloot was naar de Middellandse Zee gedirigeerd en Ameri- kaanse ,diplomaten waren begonnen aan een ideologisoolf krudstocht door de Ar-abi- sohe landen, waarbij hoog opgegeven werd van 'the American Way of Life' en de zegeningen van een Pax Americana in de vorm van een Middellandse-Zeepact onder Amerikaanse leiding .. Indachtig het gezegde: Kleine geschenken onderhouden de vriendschap, deelde de Amerikáanse Santa Claus, op de basis van het'Point-Four'- programma van Tr~rnan, kwistig geschenken uit.

Het behoeft geen betoog, dat deze politiek in de Arabische' landen een volledig echec leea; niet in het minst omdat de oude maohthebbers' in' het N ahije Oosten 3), Engeland en Frankrijk, zich in dezen uitermate passief bètoonden. Engeland omdat het toch al de handen vol had met het op gang brengen van zijn gewijzigde strategie, Frankrijk uit Wijt over de verloren gegane posities in dit territoir. Sleohts Turkije verleeÎld~ aan de Amerika1anSe defensieplannen gewillig oor,' wat overigens voor de hand lag (erfvijand Rusland eh behoud positiès in het Westen. Turkije 'was, te zame~

met Griekenland, ultimo 1951 toegetreden tot de 'NAVO.).

1) VgJ. mijn artikel: 'De SEATO' ..,.. S & D van mei 1958.

2) Zie 'Observer' van 6 oktober 1946.

3) Bij de conferentie van San Remo van de 'Grote Drie' van de eel'lite wereldoorlog (Frankrijk, Engeland ~n Italië) in 1920 werden de voormalige Turkse gebieden in het Nabije Oosten 'verdeeld' tussen Engeland en Frankrijk. Generaal Jan Smuts had het instellen van mandaten bedacht en zo zag' Engeland zich benoemd tot mandataris over Irak, Palestina en Jordanië, terwijl Frankrijk mandaten kreeg over Syrië en de Libanon. Italië zag zich een stuk van de Maghreb, nl. Libië, toegewezen.

(12)

Het was te voorzien, dat Amerika wat zijn politiek en zijn strategie in dit territoir betreft uiteindelijk bij het ervaren Engeland te rade zou gaan. In maart 1951 werd dan ook een geheime Anglo-Amerikaanse militaire conferentie op Malta gehouden en werd de westerse verdediging van het Middellandse-Zeegebied op beproefde Engelse leest geschoeid.

Toen in 1952 John Foster Dulles het buitenlandse beleid van Dean Acheson over- nam, wijzigde ,bij meteen de Amerikaanse tact,iek in 'het Nabije-Oostenbeleid. Vriend- schappelijke betrekkingen werden aangeknoopt met Zuidslavië, dat in 1948 uit de Kominform was getreden en op 26 februari 1953 kwam in Athene het zgn. Balkan- Pact, gesloten tussen Zwdslavië, Griekenland en Turkije, tot stand. Het verdrag bestaat uit een in~eiding en 10 artikelen. De preambule verwijst naar art. 51 van het Handvest der VN, volgens welk art,ikel regionale defensie-overeenkomsten geoorloofd zijn. Een passage sohenkt aandacht aan culturele en economische samenwerking tussen de aangesloten landen, dooh het belangrijkst is tOdh de militaire samenwerking.

Er zijn geen geheime clausules, terwijl het pact voor alle landen, die in en rondom de Middellandse Zee belangen hebben, toegankelijk is.

Sowjet-Rusland, tegen wie uiteraard dit pact gerioht is, gaf op velerlei wijzen van zijn afkeuring ter zake blijkt. Het begin van een Middellandse-Zeeverdedigingsblok was evenwel gevormd, geen hecht begin, zoals nu met de kwestie-Cyprus is gebleken, doch in ieder geval was het hek van de dam. De sohapen zouden wel volgen. Hier- voor reisde Dulles in mei 1953 door het Nabije- en Midden-Oosten. In Karadhi werd over een defensiesysteem voor het Midden-Oosten gepraat, waarbij DuBes gewaagde van. een eenheid van cultuur en geloof 'als basis voor een gemeenschappelijke defensie: Het eind van de reis was gereserveerd voor de gewillige bondgenoot Turkije, die reeds honderd miljoenen dollars had ontvangen aan steun voor zijn opbouw. Directe resultaten leverde deze. reis Dulles niet op, dOdh in tegenstelling tot Dean Aoheson valt het op, dat Dulles inzioht toonde te hebben voor de rol, die de Islam kan spelen in enige organisatie in deze gebieden.

Begin januari 1954 deden geruchten de iI"onde, dat Amerika, door tussenkomst van het islamitisohe Turkije in het geheim aan Irak, Saoedi-Arabië en Pakistan had laten weten, dat ómvangrijke Amerikaanse militaire hulp te verwachten was voor een ver- dedigingsverdrag voor het Midden-Oosten. De Egyptische dictator Garnal 'Abdu) Nasser kreeg hier lucht van en verklaarde op 8 januari '54 te Caïro tijdens een inter- view door een Turkse verslaggever, dat Turkije hard bezig was de gehele Arabische wereld van zioh te vervreemden niet alleen, doch in het bijzonder door zijn hande- lingen de weerzin van het Egyptische volk op te wekken:

a. door steeds maar ·aan te dringen op een verdedigingsverdrag, zoals reeds vroeger door de VS, Engeland en Frankrijk voorgesteld en waarvan Egypte nu eenmaal niets moest hebben; .

b. door één van de eerste te zijn om de staat Israël te erkennen en met deze 'doorn in ,bet vlees van de Arabisohe wereld' handel te drijven;

c. door zich in de Verenigde Naties constant aan de zijde te scharen der westerse imperialisten;

d. door zitting te nemen in een westers pact m.n. de NAVO.

(13)

n over- Vriend- uit de alkan- erdrag van het rloofd verking

·erking.

'ondom

:en van 19sblok bleken,

" Hier-

ti werd vaagde pelijke genoot

) r zijn

;telling '01, die

lst van 1 laten ,n ver- (Abdul I inter-

bisohe lande-

reeds I

;gypte : deze )sterse

Deze hoogst onvriendelijke uitlatingen weerhielden Turkije er niet van om op

23 februari 1954 met Pakistan te verklaren, dat beide landen een veelomvattend verdrag zouden sluiten, waardoor zij op economisch, çultureel, politiek en militair gebied zouden gaan samenwerken. Onmiddellijk daarop n1. op 25 februari, ver- klaarde de Iraakse minister-president Fadhil al-Djamali dat het Arabische Irak aan

de zijde van de Westerse mogendheden zou staan en om wapens en militaire uit- rusting zou vragen van het Westen. Dit alles mede ondanks het feit, dat Sowjet- Rusland op 24 februari 1954 aan Egypte en alle andere Arabische landen liet weten, dat het een militair verdrag voor het Nabije Oosten en Midden-Oosten onder auspiciën van het Westen als een onvriendelijke en zelfs vijandige daad zou beo schouwen.

Egypte besefte zeer wel, dat het bij de realisatie der Turkse plannen het fel- begeerde leidersohap in de Arabische wereld niet alleen definitief kwijt zou raken, doch dat daarboven dit leidersohap in handen zou vallen van de oude onderdrukker Turkije. Ten slotte zou ook het bestaan van de Arabische Liga, nota bene een Egyp- tische creatie, dan weinig zin meer hebben. Nasser voelde hier niets voor, ook al om-

dat hij met zijn eigen plannen, waaronder het Suezkanaal, dan geen haar breed zou opschieten. Irak zag in de Turkse plannen een nieuwe gelegeniheid om roem aan het Huis Hashirn toe te voegen en een kans om in de politiek in het Nabije Oosten wederom de leiding te nemen. Bovendien had Engeland Irak in het geheim doen weten, dat aan Iraakse deelname onmiddellijke aaIlJgename gevolgen verbonden

zouden zijn. 4) .

Toen de Arabische en in het bijzonder de Egyptische gemoederen wat bedaard

4) Overgave van de twee Engelse vliegbases in Irak aan Irak en annulering van het oude Engels-Iraakse verdrag van 1930.

493

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

die nog steeds voortduurt.. ook een veranderde behoefte bij de personeelssamenstelling en hun opleidingsniveau met zich meebrengt. Decennia lang was ons

Het is niet dat we het niet weten, intuïtief weten we het weer heel goed: kijk maar hoe er in buurten en wijken lokaal geprotesteerd wordt als er een Ara­ bier die

Meer dan gemiddeld (vergeleken met de Nederlandse bevolking) combineren zij in hun persoonlijke LR&S elementen uit diverse bronnen en tradities en staan zij in hun werk open

Nadat ik iets heb verteld van mijn per- soonlijke ervaring in de rol van onderzoeker zal ik stilstaan bij de waarde van onderzoek doen als geestelijk verzorger voor de profile-

D e nieuwe werkwijze van extremisten heeft rechtstreekse gevolgen voor Nederlandse militairen; van operational awareness in missiegebieden tot veiligheid in Nederland.. Ten

In en om Salalah zijn heel wat specialiteiten te zien: Palestijnse bosuil, Arabische goudvleugelvink, zwarte arend, Yemenitische kanarie, enz… Onze gidsen hebben voor elk van deze

De partij van Pas blijft wantrouwig en stelt zelfs dat er helemaal niets zeker is, dat de deal met Turkije enkel maar zal dienen voor Turkije om zich met geld van de Europese

Juist op deze drukke dagen zijn er geen mogelijkheden om spontaan en groepsgewijs uitgebreid uitleg te geven.. Op deze dagen zijn alle ogen en handen nodig voor