voorstel aan de raad
Opgesteld door Ontwikkelorganisatie Ruimte Verheij, E.R. (Eefke)
Kenmerk 5740741
Vergadering Vergaderdatum
Geheim Nee
Beleidsveld Mobiliteit
Addendum Nota parkeernormen fiets en auto
Het college van burgemeester en wethouders stelt de raad voor het volgende te besluiten:
1 Het addendum op de Nota parkeernormen fiets en auto vast te stellen, waarmee: a) een concrete invulling wordt gegeven aan de toepassing van maatwerk in de aangewezen gebieden (o.a. lagere parkeernormen of direct invoeren betaald parkeren), b) het college de bevoegdheid krijgt om nieuwe maatwerkgebieden aan te wijzen, c) bij sociale en
middenhuurwoningen lagere parkeernormen kunnen worden toegepast en d) een aantal technische en juridische onvolkomenheden in de nota worden rechtgezet.
Burgemeester en wethouders van Utrecht, De secretaris,
Drs. G.G.H.M. Haanen
De burgemeester,
Mr. J.H.C. van Zanen
Conclusie commissie
Bijlages
Voorstel: Voorstel_10501
Bijlage: Addendum Nota parkeernormen fiets en auto
Bijlage: Artikelsgewijze toelichting technische wijzigingen addendum
Bijlage: Bijlage over fietsparkeren woningbouw bij addendum Nota Parkeernormen
Bijlage: Raadsbrief Nieuw Parkeerbeleid en noodzakelijke maatregelen voor de korte termijn Bijlage: Hoofdlijnenplanning parkeervisie Utrecht en bijbehorende modules
Eerdere besluitvorming Uitvoering
Context
In het coalitieakkoord ‘Utrecht: Ruimte voor iedereen’ is aangekondigd dat er in deze coalitieperiode een nieuwe parkeernota aan de Raad zal worden voorgelegd.
Het geactualiseerde parkeerbeleid wordt vastgelegd in een overkoepelende parkeervisie, die in verschillende modules wordt uitgewerkt. De parkeervisie, de module parkeernomen, en de module invoering betaald parkeren worden naar verwachting in de tweede helft van 2019 voorgelegd aan de gemeenteraad.
Voor een aantal ontwikkelingen in de stad laat de nieuwe parkeernota te lang op zich wachten. Om te voorkomen dat een aantal bouw- en gebiedsontwikkelingen vertraging oplopen, of
parkeernormen worden toegepast die te hoog zijn om een goede bereikbaarheid en leefbaarheid in de stad te waarborgen, is het noodzakelijk om aan de Nota parkeernormen fiets en auto uit 2013 (bijlage 1 bij de Nota Stallen en Parkeren) een addendum toe te voegen. Deze nota maakt al maatwerk mogelijk voor een aantal bijzondere locaties. Het addendum biedt de mogelijkheid om nieuwe maatwerklocaties aan te wijzen, en geeft een nadere invulling aan het toe te passen maatwerk. Ook zet het addendum een aantal technische en juridische onvolkomenheden in de nota recht.
Het addendum biedt een kader voor de toepassing van maatwerk bij bouw- en gebiedsontwikkelingen.
Beslispunt
1 Het addendum op de Nota parkeernormen fiets en auto vast te stellen, waarmee: a) een concrete invulling wordt gegeven aan de toepassing van maatwerk in de aangewezen gebieden (o.a. lagere parkeernormen of direct invoeren betaald parkeren), b) het college de bevoegdheid krijgt om nieuwe maatwerkgebieden aan te wijzen, c) bij sociale en
middenhuurwoningen lagere parkeernormen kunnen worden toegepast en d) een aantal technische en juridische onvolkomenheden in de nota worden rechtgezet.
Argumenten
1.1 Door maatwerktoepassingen op te nemen in het beleid kan al bij de planontwikkeling uit worden gegaan van lagere parkeernormen en/of de invoering van betaald parkeren, en is het mogelijk om beperkingen op te leggen ten aanzien van het aantal te realiseren parkeerplaatsen bij de in de nota genoemde maatwerklocaties.
Bij deze locaties is het voor de leefbaarheid en de doorstroming van het verkeer
noodzakelijk om de hoeveelheid autoverkeer, met name in de spits, te beperken. Met de maatwerktoepassingen die in het addendum zijn benoemd is het mogelijk om bij de
ontwikkeling een maximumaantal te realiseren parkeerplaatsen af te dwingen, in combinatie met andere maatregelen, zoals deelmobiliteit en MAAS-oplossingen, extra
fietsparkeerplekken, en parkeren buiten loopafstand. Ook kunnen er afspraken worden gemaakt over de locatie van de te realiseren auto- en fietsparkeervoorzieningen. Hierbij kan de minimum parkeernorm als maximumnorm worden opgelegd, of een parkeernorm worden toegepast die lager is dan de minimumnorm. Met dit addendum wordt de toepassing van lage parkeernormen voor zowel gemeente als ontwikkelaars in de verdere uitwerking van plannen geborgd. In de praktijk, en dan vooral tijdens rechtszaken, blijkt dat er in hoofdzaak alleen gekeken wordt naar de vooraf, in de Nota parkeernormen fiets en auto, gedefinieerde afwijkingsmogelijkheden (maatwerkoplossingen). In de nota staat dat dit voorbeelden zijn en geen limitatieve lijst.
Door nu vooraf al meer afwijkingsmogelijkheden te definiëren wordt het mogelijk nog specifieker maatwerk te leveren, gericht op de specifieke locaties. Ook wordt hiermee het juridisch risico beperkt. De maatregelen die zijn benoemd in het addendum kunnen worden toegepast bij ontwikkelingen waarvoor nog geen omgevingsvergunning is verleend. Bij het
vaststellen van visies, Stedenbouwkundige programma’s van eisen, en
bestemmingsplannen worden de toegepaste maatregelen expliciet ter besluitvorming aan de gemeenteraad raad voorgelegd. In de gevallen waarin een raadsbesluit geen onderdeel uitmaakt van de procedure, zoals bij projectbesluiten, informeert het college de raad bij ter inzage leggen, dus voor besluitvorming, over de invulling van maatwerk op de betreffende locatie.
1.2 Het addendum biedt de mogelijkheid om fietsparkeren beter te organiseren
Door fietsparkeerruimte bij bouwontwikkelingen toegankelijker en beter bereikbaar te maken, wordt fietsgebruik gestimuleerd.
1.3 Met het addendum worden technische en juridische onvolkomenheden in de Nota parkeernormen fiets en auto gerepareerd
In de afgelopen jaren is in rechterlijke uitspraken over bestemmingsplannen nadere motivering of aanpassing gevraagd op een aantal parkeeronderwerpen. Met een aantal tekstaanpassingen wordt de gevraagde duidelijkheid gecreëerd. De technische wijzigingen dragen bij aan een betere uitvoerbaarheid van de Nota parkeernormen fiets en auto.
1.4 Het addendum biedt de mogelijkheid om zonder draagvlakmeting betaald parkeren in te voeren rondom de grote maatwerklocaties die zijn benoemd in de Nota Stallen en Parkeren Het is op dit moment al mogelijk om op de ontwikkellocaties zelf zonder draagvlakmeting betaald parkeren in te voeren. Hierdoor kan een lagere parkeernorm worden toegepast.
Zolang in de directe omgeving gratis geparkeerd kan worden, ontstaat het risico dat bewoners/gebruikers en bezoekers uitwijken naar de omliggende wijken. Door in deze wijken de mogelijkheid te hebben om betaald parkeren in te voeren wordt voorkomen dat hier parkeeroverlast ontstaat. Over de precieze invulling van betaald parkeren en de afbakening van het gebied waarin betaald parkeren wordt ingevoerd, wordt per locatie door de raad besloten.
1.5 Er zijn naast de maatwerkgebieden die genoemd zijn in de nota Stallen en Parkeren in de omgeving van deze gebieden en bestaand betaald parkeergebied naar verwachting nog meer locaties waar toepassing van maatwerk wenselijk of noodzakelijk is
Om te voorkomen dat in plannen met onnodig hoge parkeernormen moet worden gerekend, is toepassing van maatwerk naar verwachting op meer locaties noodzakelijk. Bij deze locaties is het voor de doorstroming van het verkeer en de leefbaarheid noodzakelijk om een lagere parkeernorm toe te passen, of kan de ontwikkelaar aantonen dat het autobezit/- gebruik onder bewoners/gebruikers laag is. Nieuwe maatwerklocaties liggen in zone A of B en liggen in, of grenzen aan betaald parkeergebied. Hiertoe worden ook de gebieden gerekend waarvan al besloten is dat er in de toekomst betaald parkeren komt. De maatregelen die zijn benoemd in het addendum kunnen worden toegepast bij
ontwikkelingen waarvoor nog geen omgevingsvergunning is verleend. Bij het vaststellen van visies, Stedenbouwkundige programma’s van eisen, en bestemmingsplannen worden de toegepaste maatregelen expliciet ter besluitvorming aan de gemeenteraad raad voorgelegd.
Als een raadsbesluit geen onderdeel uitmaakt van de procedure, informeert het college de raad over de invulling van maatwerk op de betreffende locatie.
1.6 De huidige parkeernormen vormen een belemmering bij de realisatie van sociale- en middenhuurwoningen
We kennen in Utrecht nu geen onderscheid tussen huur- en koopwoningen en ook niet tussen goedkoop, midden en duur. In plaats daarvan maken we onderscheid naar het bruto vloeroppervlak, waarbij woningen tot 55 m2 BVO worden gezien als woningen voor
eenpersoonshuishoudens met (om die reden) een lager autobezit. Het verschil in
parkeernorm tussen woningen tot 55 m2 BVO en woningen groter dan 55 m2 BVO is groot.
Dit leidt soms tot het ongewenste bijeffect dat woningen alleen vanwege de parkeernorm worden verkleind tot 55 m2 BVO. Vanuit het woonbeleid wordt gesteld dat een
middenhuurwoning een minimale grootte heeft van 50 m2 gebruiksoppervlakte. Dit vertaalt zich in een grootte van ± 60 m2 BVO, waardoor voor deze woningen direct een veel hogere
parkeernorm wordt gehanteerd. Dit zelfde geldt voor sociale woningen die groter zijn dan 55 m2. Om deze woningen financieel haalbaar te maken is het belangrijk om bij sociale en middenhuurwoningen van meer dan 55 m2 BVO uit te kunnen gaan van een lagere
parkeernorm. Uit de nieuwste CROW-kentallen, onderzoek van de gemeente Haarlem en de Utrecht Monitor blijkt dat een verlaging van 25% verantwoord is. Zo laat de Utrecht Monitor o.a. zien dat het autobezit van huurders gemiddeld 48% lager ligt dan van
eigenaarbewoners en dat het autobezit van bewoners van woningen met lage, respectievelijk middelhoge WOZ-waarde gemiddeld 53% respectievelijk 79% is van woningen met hoge WOZ-waarde.
Kanttekeningen
1.1 Het addendum wordt vooruitlopend op het geactualiseerde parkeerbeleid vastgesteld, wat kan leiden tot onduidelijkheid bij ontwikkelaars
Omdat het nieuwe parkeerbeleid naar verwachting eind 2019 wordt vastgesteld, heeft dit addendum een beperkte geldigheidsduur. Op dit moment is nog niet duidelijk hoe het nieuwe parkeerbeleid eruit komt te zien. Mogelijk zitten hier wijzigingen in ten opzichte van de lijn die met vaststelling van dit addendum wordt ingezet. Dat kan leiden tot
onduidelijkheid bij ontwikkelaars.
1.2 In een aantal wijken die grenzen aan grote maatwerklocaties was in het (recente) verleden bij draagvlakmetingen een meerderheid tegen de invoering van betaald parkeren
Het kan op tegenstand stuiten bij bewoners als op deze locaties alsnog, zonder draagvlakmeting, betaald parkeren wordt ingevoerd. Als in deze wijken geen betaald parkeren wordt ingevoerd is het risico echter niet alleen dat er parkeeroverlast ontstaat, maar ook dat de verkeersaantrekkende werking toeneemt omdat er onvoldoende maatregelen kunnen worden genomen om dat tegen te gaan. De precieze invulling van betaald parkeren, zoals bijvoorbeeld de afbakening van het gebied, wordt per locatie ter besluitvorming aan de raad voorgelegd.
Raadsbesluit
Opgesteld door Ontwikkelorganisatie Ruimte Verheij, E.R. (Eefke)
Kenmerk 5740741
Vergadering Vergaderdatum Jaargang en nummer
Beleidsveld Mobiliteit
Addendum Nota parkeernormen fiets en auto
besluit
1 Het addendum op de Nota parkeernormen fiets en auto vast te stellen, waarmee: a) een concrete invulling wordt gegeven aan de toepassing van maatwerk in de aangewezen gebieden (o.a. lagere parkeernormen of direct invoeren betaald parkeren), b) het college de bevoegdheid krijgt om nieuwe maatwerkgebieden aan te wijzen, c) bij sociale en
middenhuurwoningen lagere parkeernormen kunnen worden toegepast en d) een aantal technische en juridische onvolkomenheden in de nota worden rechtgezet.
Aldus besloten in de vergadering van de raad, gehouden op
De griffier mr. M. van Hall
De voorzitter gemeenteraad mr. J.H.C. van Zanen