De diepe zakken van de vakbond
De Tijd 30 april 2016
De vakbonden halen jaarlijks 733 miljoen euro op. Hoewel ze het de jongste jaren financieel iets moeilijker hebben, hoeven ze zich weinig zorgen te maken. De reden: 3,5 miljoen leden die elke maand hun lidgeld betalen.
Welk voordeel hebben wij erbij dat onze financiën op de straatstenen liggen?’, vraagt Marc Leemans, de voorzitter van de christelijke vakbond ACV. ‘Is er één onderneming die informatie publiek zou maken die haar minder sterk maakt? Ik denk het niet.’ Officieel is er nauwelijks wat geweten van de geldstromen achter de drie grote vakbonden. Of zoals een prominente vakbondsman uitdagend opmerkt: ‘Het is gemakkelijker het geheime recept van Coca-Cola te bemachtigen dan zicht te krijgen op onze stakingskassen.’
De drie grote vakbonden samen draaien een omzet van 733 miljoen euro.
Daarmee zijn ze even groot als de olietankrederij Euronav.
De drie grote vakbonden, naast het ACV zijn dat het socialistische ABVV en de liberale ACLVB, kunnen hun financiën geheim houden doordat ze geen jaarrekeningen hoeven neer te leggen. Daarbovenop komt bij het ACV en het ABVV nog eens een heel ingewikkelde
structuur, waar een leek tureluurs van wordt. De bonden bestaan uit regionale verbonden of gewesten en sectorcentrales, die elkaar aanvullen. Daar rond hangen vzw’s, bijvoorbeeld voor het beheer van de gebouwen, voor de opleiding van werklozen of
ontwikkelingssamenwerking.
Daar lijn in brengen is een haast onbegonnen opdracht. Enkel op de Aeropolis in Schaarbeek, de hoofdzetel van de christelijke zuil, zijn een tiental organisaties aangemeld die van ver of dichtbij iets met het ACV van doen hebben. Elke vakbond heeft ook nog eens een
vastgoedpoot en sommige centrales beschikken nog over vakantiedomeinenen, waar de leden aan een gunstig tarief kunnen verblijven.
In de provinciehoofdsteden hangt rond de verschillende zetels ook nog eens zo’n vertakte structuur. Zo zijn er in het iconische gebouw van de socialistische zuil aan de Vrijdagmarkt in Gent zo’n 20 organisaties van het ABVV ingeschreven. Het gaat onder meer over
opleidingscentra en de werkloosheidsdienst. Toch horen de vakbonden niet graag dat ze niet bepaald uitblinken in transparantie. ‘Wij werken niet in het ijle’, bromt ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw. ‘We zijn bereid inzage te geven over onze cijfers, maar niet over onze weerstandskas, zoals wij onze stakingskas noemen. Want dat is ons ultieme wapen.’
3 miljoen voor propaganda
Zowel het ACV als het ABVV geeft cijfers vrij over hun federale koepel. Die leren dat jaarlijks zo’n 31 miljoen euro naar de Aeropolis in Schaarbeek vloeit. De Brusselse
Hoogstraat, waar het federale ABVV is gehuisvest, ontvangt zo’n 24 miljoen euro. Daaruit wordt bijvoorbeeld het loon van de voorzitters en het andere personeel van de koepel betaald.
Of de propaganda, waarvoor de socialistische bond in het ‘stakingsjaar’ 2014 bijna 3 miljoen euro voor uittrok.
“Wij werken niet in het ijle. We zijn bereid inzicht te geven in onze cijfers, maar niet in onze weerstandskas.” Rudy De Leeuw ABVV-voorzitter
Maar bij de koepels passeert slechts een fractie van het geld van de vakbond. Afhankelijk van de bond en de regio zijn het immers de regionale afdelingen en de centrales die het lidgeld, dat veruit de belangrijkste inkomstenbron van de vakbonden is, innen. Zij storten vervolgens een deel van dat geld - zowel bij het ACV als het ABVV is dat zo’n 10 procent van het totale bedrag - door naar de nationale afdeling.
De enige andere openbare cijfers zijn die over de uitbetaling van de werkloosheid, die de bonden doen in opdracht van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening (RVA) en waarvoor ze in 2014 bijna 176 miljoen euro kregen. ‘Daarover doen veel wilde verhalen de ronde, maar wij verdienen daar geen euro op’, zegt ACLVB-voorzitter Mario Coppens. ‘Er staat een Chinese muur tussen de uitbetaling en de vakbondsactiviteiten en we worden gecontroleerd door de RVA en het Rekenhof.’
Besparingen
In principe is de toelage van de RVA kostendekkend, maar door de recente afname van het aantal uitkeringstrekkers en enkele bijkomende besparingen maken twee van de drie vakbonden verlies. Het ACV krijgt zo’n 80 miljoen euro, maar legt daar naar eigen zeggen bijna 13 miljoen euro aan toe. De ACLVB boekt een verlies van zo’n 3 miljoen euro, het ABVV draait break-even.
De christelijke bond moest het voorbije jaar zelfs herstructureren, waarbij zo’n 115 banen werden geschrapt, om de put niet te groot te laten worden. De RVA en minister van Werk Kris Peeters (CD&V) bevestigen dat de vakbonden het moeilijk hebben om voor de uitbetaling van de werkloosheid uit de rode cijfers te blijven, maar ze willen zich niet uitspreken over de exacte cijfers.
“We gaan niet akkoord met de kritiek dat wij wel varen bij meer werkloosheid.”
Rudy De Leeuw ABVV-baas
Daar komt nog eens bovenop dat Vlaanderen wil bezuinigen op de subsidies die de bonden krijgen voor onder meer ontwikkelingshulp en de diversiteitswerking, waarmee ze
discriminatie in de bedrijven willen tegengaan. Het gaat daarbij zelden om grote bedragen.
Naar schatting krijgen de drie bonden samen om zo’n 11 miljoen euro aan subsidies. Maar de besparingen maken enkele projecten wel onleefbaar. ‘We gaan niet akkoord met de kritiek dat wij wel varen bij meer werkloosheid, maar met zulke besparingen maakt Vlaanderen het ons wel moeilijk’, zegt De Leeuw.
De besparingen op de werkloosheid en de subsidies maken Mario Coppens triest. ‘De gouden tijden, als die al zouden hebben bestaan, zijn echt wel voorbij.’ De ACLVB heeft vorig jaar voor het eerst verlies gemaakt en moet de komende jaren wellicht beknibbelen op zijn personeel.
Ook voor het ACV zijn het geen gemakkelijke tijden, al zijn er geen winst- of verliescijfers voorhanden. De grootste vakbond van het land verloor veel geld door Arco, het financiële investeringsvehikel van de christelijke zuil dat mee ten val kwam met de grootbank Dexia.
‘Het gaat over meer dan 100 miljoen euro’, geeft Leemans toe. Ongeveer drie kwart van dat geld ging verloren in de stakingskas.
16 euro per lid
Het zegt veel over de financiële slagkracht van de vakbonden dat het ACV zo’n uppercut vrij snel te boven kwam. Het overleven van de bond is, net zoals dat van de twee andere,
gegarandeerd dankzij de 3,5 miljoen Belgen die vakbondslid zijn. Een lid dat voltijds aan de slag is, betaalt zo’n 16 euro per maand. Werklozen, gepensioneerden en jongeren betalen minder. Dat creëert een voorspelbare én gigantische inkomstenstroom die het bedje van de bonden spreidt.
De ACLVB haalt bij zijn 300.000 leden bijna 30,3 miljoen euro per jaar op. Bij het ABVV, dat 1,55 miljoen leden telt, is dat 220 miljoen euro. Het ACV wil geen precieze cijfers geven.
Maar een voorzichtige schatting doet vermoeden dat de christelijke bond, die zo’n 100.000 leden meer telt dan het ABVV, jaarlijks meer dan 230 miljoen euro op zijn rekeningen krijgt gestort.
347 miljoenHet ACV is met een geschatte omzet van 347 miljoen en 3.300 personeelsleden groter dan de bioscoopuitbater Kinepolis.
Samen halen de drie bonden jaarlijks bijna 500 miljoen euro aan lidgeld op, wat goed is voor zo’n twee derde van hun totale omzet van naar schatting 733 miljoen euro. Daarmee zijn ze groter dan de koekjesproducent Lotus en het lingeriemerk Van de Velde samen. Ter
vergelijking: zelfs voetbalclubs als Real Madrid of FC Barcelona komen niet aan zulke omzetcijfers. Het ACV is met een geschatte omzet van 347 miljoen en 3.300 personeelsleden groter dan de bioscoopuitbater Kinepolis.
Bewuste keuze
De vergoeding van de uitbetaling van de werkloosheid levert gemiddeld 24 procent van de inkomsten, de overige 10 procent komt van subsidies en enkele sectorfondsen. ‘Het is een bewuste keuze geweest om zo min mogelijk afhankelijk te zijn van subsidies, want dat maakt ons te afhankelijk van de overheid’, zegt Leemans.
Zolang de vakbonden hun ledenaantal op peil kunnen houden, hoeven ze zich geen zorgen te maken. Wel blijft het voor hen ontzettend belangrijk om de uitbetaling van de werkloosheid in handen te houden. Die is, samen met hun werking in de bedrijven en hun dienstverlening, de heilige graal die de leden aan hen bindt.
Vooralsnog slagen ze in hun opzet. Tegen de Europese trend in blijft het aantal
vakbondsleden in ons land jaar na jaar stijgen. De bonden mogen dan al beweren dat de regering-Michel hen kapot wil maken, de sloophamer daarvoor heeft die vooralsnog niet in handen. De meerderheidspartij CD&V zal nooit aanvaarden dat de uitbetaling van de werkloosheid uit de handen van de bonden wordt gehaald.