H .3 2 7 2 4 1 .1 2 19
Oogspieroperatie
kind
Inleiding
In overleg met u is besloten dat uw kind een oogspieroperatie zal ondergaan om de oogstand te verbeteren.
Vaak is het doel van de operatie een cosmetische rechte
oogstand of de samenwerking tussen de ogen te verbeteren. Bij kinderen die dubbel zien, hoofdpijn of vermoeide ogen hebben is de operatie bedoeld om de klachten te verminderen. Een operatie aan de oogspieren heeft geen invloed op de brilsterkte of de gezichtsscherpte.
De orthoptist bespreekt samen met de oogarts welke oogspieren er geopereerd zullen worden.
Wachtlijst
De orthoptist geeft u (zo snel mogelijk) de operatiedatum door. U krijgt een overzicht van de controles voor en na de operatie.
Voorbereiding in het ziekenhuis
Na het voorbereidende onderzoek door de orthoptist is het vaak mogelijk, om direct door te gaan naar de poli anesthesie, voor de voorbereiding op de narcose. Dit overlegt u met de assistente. Als u niet direct bij de poli anesthesie terecht kunt, dan krijgt u een brief met een oproep voor het spreekuur van de
anesthesioloog.
Voorbereiding thuis
U krijgt een recept mee voor oogdruppels. Deze haalt u voor de operatie op bij uw apotheek.
Kinderen die een goede voorlichting hebben gehad, laten de narcose en behandeling beter toe en zijn rustiger en minder angstig. Wij bieden u de mogelijkheid om samen met uw kind: Het digitale fotoboek te bekijken via:
3
leeftijdsniveau van uw kind. Hiervoor kunt u een afspraak maken door te bellen naar 0523 – 27 68 68 of te mailen naar medischpedagoog@sxb.nl
Wat neemt u mee
Een geldig identiteitsbewijs van uw kind. Actueel medicatieoverzicht.
Waar meldt uw kind zich
Meld uw kind aan bij de aanmeldzuil in de centrale hal van het ziekenhuis. Na aanmelding kunt u direct plaats nemen in de aangegeven wachtruimte. Om uw kind aan te melden, gebruikt u een geldig identiteitsbewijs van uw kind (paspoort, rijbewijs of identiteitskaart).
De operatie
De operatie wordt verricht door de oogarts. De oogspieroperatie is een operatie aan de spieren die de ogen bewegen. Deze spieren zitten aan de buitenkant van het oog, onder het vlies van het oogwit. Recht kijken is een samenspel van de hersenen en beide ogen. Daarom kan het zo zijn dat uw kind aan één oog maar ook aan twee ogen geopereerd wordt, u hoort van uw orthoptist wat voor uw kind van toepassing is.
Tijdens de operatie wordt een kleine opening gemaakt in het vlies van het oogwit. De oogspier wordt dan losgemaakt van de oogbol en verplaatst of iets ingekort. Daarna wordt het oogvlies weer gesloten en soms gehecht. Uiteindelijk blijven er kleine littekens over, die bij het ene kind iets duidelijker te zien zijn dan bij het andere kind.
Duur van de operatie
De operatie zelf neemt circa een half uur in beslag. Met in- en uitslapen erbij duurt het ongeveer anderhalf uur voordat u uw kind weer ziet.
Na de operatie
Uw kind komt bij in de uitslaapruimte van de operatieafdeling. Hier mag u weer bij uw kind zijn. Er kan een infuus in de arm zitten. Van de narcose kan uw kind misselijk, beroerd en suf zijn. Er wordt geen verband op de ogen gedaan. De ogen kunnen dichtgeplakt zitten van het bloed, traanvocht en de oogzalf. Dit mag u met een beetje water schoonmaken. Uw kind mag aan de ogen komen zolang het maar niet heel hard gaat wrijven. De ogen kunnen er rood en gezwollen uitzien, prikkelen vaak en zijn soms moeilijk open te houden.
Veel kinderen ervaren bij het bewegen van de ogen een trekkerig gevoel. Omdat de ogen extra gevoelig zijn is het aan te raden om een zonnebril mee te nemen. Als de narcose voldoende
uitgewerkt is, gaat u met uw kind terug naar de kinderafdeling. De verpleging beoordeelt wanneer uw kind voldoende is hersteld om naar huis te gaan. Het kan zijn dat uw kind zich na de operatie niet lekker voelt. Wij adviseren u om iemand mee te nemen die u en uw kind samen thuis brengt.
Weer thuis
De oogdruppels die u bij uw apotheek heeft gehaald bevorderen het herstel en voorkomen infecties. U druppelt drie keer per dag in beide ogen van uw kind.
U kunt uw kind het beste laten liggen en het onderste ooglid iets naar beneden trekken. In het “zakje” dat ontstaat kunt u druppel laten vallen. Zorgt u ervoor, dat het flesje niet de huid of de wimpers raakt, omdat de druppels dan niet meer steriel zijn. Na één week stopt u met de druppels.
De ogen blijven een aantal weken rood na de operatie. Ook kan uw kind door de zwelling minder goed zien. De roodheid en zwelling nemen geleidelijk af. De hechtingen kunnen irriteren, maar lossen vanzelf op na een week of drie. Als uw kind pijn heeft kunt u paracetamol geven. Als uw kind een bril draagt, mag
5
Sommige kinderen zien de eerste dagen dubbel omdat de ogen aan de nieuwe oogstand moeten wennen. Dit gaat na een paar dagen meestal over.
Nazorg
Om een ontsteking zo veel mogelijk te voorkomen mag uw kind de eerste twee tot drie weken:
niet zwemmen
niet in de zandbak spelen niet gymmen
niet in een stoffige omgeving spelen geen make-up of contactlenzen gebruiken.
Douchen is toegestaan, de eerste dagen liefst zonder shampoo. Als de roodheid plotseling toeneemt is er kans op ontsteking. Neem dan contact op de polikliniek oogheelkunde of in het weekend met de huisartsenpost.
Wanneer uw kind weer naar school kan is afhankelijk van hoe uw kind zich voelt. De meeste kinderen willen na een dag of vier weer naar school.
Oefenen
De geopereerde spieren hebben wat oefening nodig om aan de nieuwe situatie te wennen. Daarom is het van belang, dat uw kind de ogen minimaal drie keer per dag goed naar alle kanten
beweegt. Daarvoor kunt u het beste een voorwerp op circa 40 centimeter afstand van de ogen zo ver mogelijk naar links, rechts, boven, beneden en naar de neus bewegen. Dit kan zeker de eerste dagen wat pijnlijk zijn, maar geleidelijk aan zal het steeds soepeler gaan. Deze oefeningen doet u met uw kind minimaal drie weken.
Gedrag
Na een verblijf in het ziekenhuis kunnen bij uw kind reacties optreden, afhankelijk van het kind en de leeftijd. Voorbeelden hiervan zijn: eetproblemen, slaapstoornissen, bedplassen, stotteren, lusteloosheid en angst om verlaten te worden. Ieder kind verwerkt een ziekenhuisopname op zijn eigen manier door erover te praten, te spelen of te tekenen. Dit verwerken vraagt tijd en uw kind heeft uw begrip en geduld nodig. Eventueel kunt u voor ondersteuning en adviezen terecht bij het consultatiebureau, uw huisarts of de medisch pedagoog op de kinderafdeling.
Resultaat
Er zijn verschillende punten van invloed op het resultaat van de operatie:
de oogstand
de oorzaak van de afwijking de beweeglijkheid van de ogen de gezichtsscherpte van beide ogen.
Ook het feit of het gaat om een eerste operatie of een tweede operatie is van invloed. De orthoptist bespreekt met u welk resultaat u bij uw kind mag verwachten. Ieder kind is anders en daarom is het resultaat nooit helemaal te voorspellen. Dit is mede afhankelijk van de coördinatie in de hersenen. Het kan zijn dat de operatie te weinig effect heeft, dan wijkt het oog nog steeds af, maar iets minder erg.
Ook is het mogelijk dat de operatie teveel effect heeft. Het oog gaat dan in de tegenovergestelde richting afwijken. De oogstand kan de eerste weken en maanden nog veranderen. Het
uiteindelijke resultaat van de operatie is meestal pas na enkele maanden te beoordelen. Mocht er na een half jaar duidelijk teveel of te weinig effect van de operatie zijn, dan kan de orthoptist een aanvullende behandeling of operatie adviseren.
7
Verhindering
Als uw kind ziek is kan de operatie niet doorgaan (veel hoesten, koorts of een kinderziekte). Meld uw kind af voor de operatie van maandag tot vrijdag van 08.30 uur tot 12.00 uur en van
13.00 uur tot 16.30 uur. (0523) 276000.
Vragen
Als u vragen heeft, kunt u contact opnemen met de polikliniek oogheelkunde van maandag tot en met vrijdag van
08.30 uur tot 12.00 uur en van 13.00 uur tot 16.30 uur. (0523) – 27 63 15
Voor dringende vragen in het weekend kunt u contact opnemen met de huisartsenpost (0900) 333 6 333
