Mulo-B Examen 1937 Meetkunde Rooms-Katholiek (1
12uur)
Volgorde naar verkiezing
Opgave 1
Van een koordenvierhoek ABCD verlengt men de diagonaal AC met 1 2
CE BC, en de zijde AD met 1
2
DF BD.
Bewijs, dat DBF EBC.
Opgave 2
Van ABC zijn de zijden AC, AB en BC respect. 24, 30 en 36 lang. De bissectrice van C
snijdt AB in D. Men trekt de omgeschreven cirkel van BCD. Deze snijdt AC in F. Hoe lang is FC?
Opgave 3
Van een gelijkbenige
zijn gegeven:a. De voetpunten der hoogtelijnen op de benen;
b. 't Punt, waar de zwaartelijn uit de top de basis snijdt. Construeer deze driehoek. (Geen discussie!)