AFZETTINGEN WTKG 29(3),2008 59
Snoepjes
uit de Delta
Anton Janse*Nuculana
Deze
schelpjes
komen al vanafhetvroegstePlioceen inonsfaunagebied
voor.Dezesoortenkomenvoorin koudere ofdiepere (dus
ookkoudere)
milieus.Van detweehier beken-devormenhierbij
eenafbeelding.
Nuculana minuta(Möl-ler, 1776)
enNuculanapernula (Möller, 1776).
Deplaatjes
zijn
vanmateriaal dat isopgedregd
van250meterdiepte
in de buurtvande Shetland eilanden. De reden hiervan is dat het materiaal uitboringen
meestalfragmentarisch is,
kennelijk
bezit deze soorteenfragiele
schaal. Ookstrand-vondsten
zijn
uiterst zeldzaam.Fragmenten
hiervanzijn
meestalduidelijk
herkenbaaraande dubbelekiel overde helelengte
vandeachterzijde aanwezig.
Het
jongst
waargenomenvoorkomenvanN. minuta isvanbodemmonsterstennoordenvan
Terschelling
uitlaatPleis-tocene
afzettingen.
Gedurende het vroeg-enmidden Pleistoceen komt deze
soort
regelmatig
voor.Tot nogtoeheb ik slechts hetvoor-komenvan Nucula
pernula
constateren inboring
Dirks-land,
opeendiepte
van 164meterenden Osse op 150me-terin
gezelschap
vanandere arctischesoorten.Deze
schelp
verschilt vanN. minuta dooreenslankereendunnere schaalen
fijnere
ofnauwelijks
ontwikkelderib-sculptuur.
Gezien de milieuvoorkeur is hetbegrijpelijk
dat dezesoorten hier in het Pleistoceen voorkomen.In een aantal
boringen
worden ook dezesoorten in eenhoofdzakelijk
Plioceengezelschap aangetroffen.
Gilbert(1957)
vermeldt N. minuta uit de ZandenvanLuchtbal.Het voorkomenvan deze koudesoortwordt
toegeschre-ven aan ‘koude
opwelling’.
Ikweetnietwatikmij bij
deze kreetmoetvoorstellen. Feit is dat dezuidelijke doorgang
vande Noordzee vaak
langdurig afgesloten
isgeweest.Demogelijkheid
is daterinperioden
van eenanderpatroon van deGolfstroom, noordelijke
soorten aan onzekustenterechtgekomen zijn.
In lateretijden,
het Pleistoceen is dat inderdaad diverse kerenvoorgekomen.
Enkele voorbeel-den hiervanzijn:
Acilacobboldiae,
Tridonta borealisen Mactromerispolynyma.
Wat echter in de
Deltaboringen opvalt is,
dat ineenogen-schijnlijk
Plioceengezelschap
vaak slechts enkele stukkenvan eenkoudere herkomst tevinden
zijn.
Vaak werd ditaan ‘naval’geweten.Voor de lezer; Naval is
verontreini-ging
van eenboormonstermetmateriaal uiteenhoger
ge-legen
niveau. Dat isbij dergelijk
veldwerkaltijd mogelijk.
In deboringen
die iktotnogtoeonder ogen hebgehad
is dit enkele kerenvastgesteld.
Echter de
constatering
in deeerstezin vandeze alinea is tesystematisch
om vanverontreiniging
tekunnen spre-ken. Ook de conservatietoestendvan demonsters
spre-ken dit tegen.
Het is dan ook
mogelijk
dattijdens
ofnabijvoorbeeld
hetPraetiglien
deonderliggende
Mio-Plioceenafzettingen
om-gewerkt zijn
envermengd
met dearmekoude faunaele-menten uit die
periode.
Om hieromtrentmeerzekerheidte
krijgen
is ernogmeeronderzoek
nodig.
Hiermeehoop
ikmein de toekomstbe-zig
tehouden.*AntonJanse, Gerardvan Voornestraat165,3233 BE Brielle, tel.0181-416238,email:
acjanse@hetnet.nl
Nuculapernula Nucula minuta
Onderzoeknaarde
Deltaboringen
eninventarisatievoor denieuwe
Fossielenatlas,
wat betreft het deelvanzuidwestNederland,
vormen eendeelvanmijn bezigheden.
Zonu en dan wordt het oog
getroffen
door iets fraais ofvoor hier onbekends. Vaneenaantalvandeze zaken wil
ik