• No results found

Margarita

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Margarita"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Idee. april 2003 • Column. pagina 41

MARGARITA

De opschudding die prinses Margarita en haar man hebben verwekt in ons konink-rijkje heeft, los van de concrete beschuldigingen aan het adres van de koningin, twee aspecten van iets meer blijvende betekenis. Het eerste is de omvang van het Koninkli.fk Huis en het tweede is de verhouding tussen monarchie ,en parlementair stelsel.

Het begrip Koninklijk Huis is een staatsrechtelijke abstractie. Het is de wetgever die de omvang van dat huis aangeeft. Tegenwoordig omvat' het Huis al die personen die tot in de derde graad verwant zijn aan de regerende vorst.

Het gevolg is dat heel wat familieleden van de regerende vorst wel tot de familie behoren, maar niet tot het Huis. Waarom dat onderscheid? Om een beperking aan te brengen' tussen die familieleden die nog wel onder de ministeriële verantwoorde-lijkheid vallen en die familieleden die er buiten vallen. Dat klinkt ingewikkeld en dat is het eigenlijk ook.

Het probleem begint met het grondwetsartikel waarin staat dat de koning onschendbaar is en de ministers verant-woordelijk. De koning kan dus niet ter verantwoording worden geroepen voor zijn eigen optreden, dat moeten de ministers voor hem doen. Sinds jaar en dag bestaat de opvatting dat al die familieleden die meehelpen bij het uitoefe-nen van de monarchale functie ook onder een (afgeleide vorm van) ministeriële verantwoordelijkheid vallen. Het zijn die familieleden die tot het Koninklijk Huis behoren. Die afgeleide vorm komt er eigenlijk op neer dat die familieleden wat meer eigen speelruimte hebben dan de koningin. En voor al die-(amilie/eden die niet tot huis behoren bestaat vol -gens de theorie geen ministeriële verantwoordelijkheid.

Dat is mooi bedacht, maar in de praktijk niet goed houdbaar: zie Margarita. Weiiswaar heeft geen enkele minister iets te zeggen over het doen en laten van deze prinses, maar haar optreden bracht kabinet en Kamer toch aardig in beweging. I'remier Kok zei indertijd nog 'familieruzie', maar dat kon Balkenende zich niet meer veroorloven. De prin-ses bleek helemaal niet die gewone burger te zijn die de wetgever van haar heeft willen maken. Was dat wel zo dan zouden ministers en Kamerleden aan de kwestie geen woord hebben vuil gemaakt. Dan zou alleer de rechter in de kwestie zijn gemoeid.

Als politici het onderscheid niet willen accepteren heeft het niet veel betekenis.

Het tweede aspect betreft een probleem van alle koninkrijken. Hoe gaat een democratisch gekozen parlement en een democratisch gelegitimeerde regering om met het erfelijke koningschap?

Daar valt in theorie heel wat over-te zeggen, maar in de praktijk komt het vooral hierop neer: de koning moet ervoor zorgen de sympathie van zijn onderdanen te hebben en te houden, en bovendien moet uit niets blijken dat de koning over sommige zaken anders denkt dan'zijn ministers. In alle landen waar de vorsten verstandig genoeg waren om dat te begrijpen, bleef het koningschap in stand. En waar koningen dat niet begrepen, werd de republiek uitgeroepen. De theorie klinkt mooi, maar ook in dit geval is het de praktijk die beslist.

Hoeveel eigen speelruimte wordt de koning nog gelaten? En omdat de sympathie voor het koningschap ook afhanke -lijk is van het publieke oordeel over de familieleden van de koning, betreft diezelfde vraag ook zijn familieleden - ken-nelijk ook als zij niet tot het Huis behoren,

Als het even ka'1: geen zwarte schapen in de familie en de vuile was binnen houden.

Reken maar dat de sociale controle in koninklijke families heel wat strenger is dan in die van gewone stervelingen. Maar kan het anders? Rust in de familie kan van staatsbelang zijn.

Het onderzoek door de BVD moeten wij eigenlijk tegen die achtergrond beoordelen. Was het in dit geval een kwestie van staatsbelang dat de BVD werd ingesc~akeld? Een overtuigend antwoord op die vraag is 'nodig maar werd niet gegeven.

Naar typisch Nederlandse gewoonte hi~/d men zich vooral bezig met de procedure en dus met de ministeriële verant -woordelijkheid. Wist de verantwoordelijke minister ervan? Zo nee, waarom niet en wat voor maatrege/~n neemt hij om,herhaling te voorkomen?

Zo gaat dat vaak: de discussie gaat niet om de vraag of maar om de vraag hoe. Dat is typerend voor onze politieke cultuur: de feiten zijn voldongen, de procedure wordt besproken 'en eventueel aangepast.

In het geval Margarita was dat nogal armetierig. Juist waar het gaat om de verhouding tussen democratisch bestuur en erfelijk koningschap was een steviger discussie op z'n plaats geweest.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Maar voor mensen die het Nederlands niet of nauwelijks beheer- sen, is meer nodig, zegt Franklin Piers, beleidsmedewerker sociaal programma statushouders in Haarlem.. Zelf schrok

Je loopt het risico dat het pand wordt gebruikt voor productie van drugs, opslag van illegale handelswaar, illegale onderhuur of illegale kamerverhuur?. JE KUNT MAAR ÉÉN KEER

Toch wil dat volgens Van Bruchem niet zeggen dat gewetensbezwaarde verpleegkundigen hun recht om niet te willen meewerken aan euthanasie doorlopend moeten bevechten. „Van de

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of

Vaag, maar effectief: “bedankt voor het verzoek, maar het gaat me niet lukken”2. Het is niet persoonlijk: “bedankt voor je vraag, maar ik doe er momenteel geen

Middin/Ontwikkelmateriaal/Persoonlijke Competenties/Versie 1 Vraag 3 Nee zeggen is ook grenzen stellen.. “Stop, verder moet je

Halleluja Heilig heilig God Almachtig De Koning komt U bent waardig Niemand anders Zing hosanna de Koning komt!. Ik wacht op die dag, dag

In het eerste deel, het kwalitatieve gedeelte van het onderzoek, wordt door middel van interviews met behandelaren geprobeerd een antwoord te vinden op de vraag: Wat is de visie van