• No results found

De waarde van natuurlijk kapitaal

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De waarde van natuurlijk kapitaal"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

De waarde van natuurlijk kapitaal

Foto Frank Magdelyns

Oostvaardersplassen. ‘Natuurlijk kapitaal’, als metafoor voor de waarde van natuur, is niet meer weg te denken uit het groene

jargon. Het is een term die sterk tot de verbeelding spreekt en veel ingang vindt, maar ook op kritiek kan rekenen. Is ‘natuurlijk kapitaal’ een waas vermomd als inzicht? Of biedt het weldegelijk aanknopingspun-ten voor een nieuw leidend natuurverhaal, een gedeelde overtuiging?

Ecosysteemdiensten, groenblauwe infrastructuur, na-tuurinclusief ondernemen – het ecologisch lexicon is de laatste jaren steeds meer doordrongen geraakt van dit soort economische termen. Het zijn uitingen van een groen gedachtegoed waarin vooral de functie van na-tuur voor de mens centraal is komen te staan en, in het bijzonder, de vraag hoe de mens met natuur een hoger economisch doel kan bereiken. Een instrumentele na-tuuropvatting dus. Oude axioma’s, zoals die van een scheiding tussen natuur en maatschappij, of van natuur als intrinsieke waarde, leken weinig effectief bij het be-schermen van natuur. Het klassieke natuurverhaal, met technocratische termen als ‘habitattypen’ en ‘doelsoor-ten’ bracht een diepe kloof tussen natuurbeschermers en burgers aan het licht. Daarbij ontstond het benauw-de beeld dat Natura 2000-regels Nebenauw-derland ‘op slot’ zet-ten en tal van (economische) activiteizet-ten in en rondom Natura 2000-gebieden onmogelijk maakten. Wel belas-ting betalen voor natuur, maar steeds minder mogen in die natuur – dat ging steeds meer wringen. Tegen die achtergrond is ‘natuurlijk kapitaal’ een term die sterk tot de verbeelding spreekt. Gerenommeerde onderzoeksin-stituten, zoals het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het RIVM, lopen warm op dit woord, wat onder meer heeft geresulteerd in het PBL-programma Natuurlijk Kapitaal Nederland (2014-2016) en de lance-ring van de Atlas Natuurlijk Kapitaal door het RIVM in 2015 (zie www.atlasnatuurlijkkapitaal.nl).

Critici en sceptici (zie bijvoorbeeld Monbiot, 2014; Büscher, 2016; Büscher & Fletcher, 2016) stellen daar te-genover dat ‘natuurlijk kapitaal’ gelijk staat aan het

be-prijzen van natuur. Daarmee is het een concept dat na-tuur ondergeschikt maakt aan kapitalisme en bedrijfs-leven. “'Natuurlijk kapitaal' is een roze bril die de harde werkelijkheid verbloemt achter een zoete retoriek van cij-fertjes, balansen en 'rationele bedrijfsvoering'”, schre-ven Hirsch & Büscher (2016) in dagblad Trouw. Als je de kritische tegengeluiden naast elkaar legt, lijkt het of er een ideologisch debat wordt uitgevochten. In vrijwel alle kritieken klinkt namelijk de roep door om een volledige omwenteling van ons economisch systeem. Het neoli-beralisme is te ver doorgeschoten - óók in het natuurbe-leid - en daarom moeten we af van wat de Duitse filosoof Vogl (2013) de ‘alleenspraak’ van het geld noemt. De on-dertoon in de kritiek op het ‘natuurlijk kapitalisme’ sluit hierop aan. “Moeten we niet af van een economie gericht op de eindeloze dynamiek van kapitaal?”, vraagt Büscher (2016) zich bijvoorbeeld af.

Dwaallicht

We beginnen ons steeds meer te realiseren dat we moe-ten stoppen met grenzeloos consumeren – ‘ontspullen’, minimaliseren en ‘consuminderen’ zijn al een paar jaar een trend – maar het is volgens de criticasters gevaar-lijk om te denken dat het concept natuurgevaar-lijk kapitaal ons hierbij zal helpen. Het is een concept dat juist voortkomt uit de neoliberale revolutie, zo stellen ze. Door te sugge-reren dat natuur een waarde heeft, maak je haar vatbaar voor financieel gewin en daarmee ondergeschikt aan het kapitalistische groeidenken. Het mechanisme van marktwerking, met haar leidende principes van effici-ency en concurrentie, krijgt zo als het ware grip op alles

maatschappelijke

waar-dering

natuurlijk kapitaal

E.F. Schumacher

natuurverhaal

kapitalisme

C.M. (Martijn) van der Heide

Wageningen Economic Research, Postbus 29703, 2502 LS Den Haag

(3)

162 Landschap 35(3) wat groeit en bloeit. Sterker nog, natuur zal voortdurend

worden vertrapt onder de ijzeren hak van de markt. In plaats van een verlicht begrip in donkere tijden is ‘na-tuurlijk kapitaal’ volgens Monbiot (2014) een gevaarlijk dwaallicht, dat ons linea recta de afgrond in leidt. Daar komt bij, aldus de critici, dat het concept ‘natuurlijk ka-pitaal’ automatisch inhoudt dat het belang van natuur wordt platgeslagen tot kwantitatieve cijfertjes. En omdat vandaag de dag geld als de voornaamste kwantificeer-der wordt gezien, wordt de ondoorzichtige, verankwantificeer-derlij- veranderlij-ke en complexe natuur gereduceerd tot euro’s. Daarin schuilt volgens de tegenstanders een groot gevaar. Want niet alles is in geld uit te drukken, en wat niet uitgedrukt kan worden verdwijnt. Bovendien: als je niet kunt meten wat belangrijk is, ga je belangrijk maken wat je wél kunt meten. Inmiddels echter hebben Groeneveld (2016) en het PBL (in het eerder genoemde programma Natuurlijk Kapitaal Nederland, 2016) erop gewezen dat het in geld uitdrukken van het natuurlijk kapitaal voor beleidsma-kers en besluitvormers maar beperkt relevant is (zie ook Daly, 2014). ‘Natuurlijk kapitaal’ is meer een bewustwor-dingsconcept dan een geldelijke maat voor natuur, meer gericht op retorisch effect dan op rekenkundige preci-sie. Vergelijk het met de term ‘sociaal kapitaal’ dat het belang van sociale netwerken en de normen, relaties en het vertrouwen die mensen op basis hiervan ontwikke-len weergeeft. Deze term heeft nooit een sterk financi-ele connotatie gekregen. Evengoed besef je – zonder dat er euro’s aan te pas komen – dat sociaal kapitaal ons in staat stelt waarde te creëren, dingen gedaan te krijgen, doelen te bereiken.

Natuur en mens: een ontwarbare kluwen

Natuur heeft hoe dan ook een sociaaleconomische com-ponent. Menselijke en natuurlijke processen zijn in Nederland volledig met elkaar vervlochten en niet meer

los van elkaar te zien. Vrijwel alles wat wij in ons dage-lijks leven doen, doen we dankzij de natuur. Om ons be-staan te verbeteren kunnen we simpelweg niet zonder natuur. ‘Natuurlijk kapitaal’ moet bij mensen dit besef (weer) tussen de oren brengen. Aan de andere kant kan natuur in Nederland alleen overleven ‘dankzij de mens’, in plaats van ‘ondanks de mens’. Zonder actief beheer en onderhoud zullen heidevelden, blauwgraslanden en rietlanden dichtgroeien en verzanden. Victor Westhoff – één van de belangrijkste natuurbeschermers van de af-gelopen eeuw – pleitte niet voor niets voor beheren in plaats van behouden. Vandaar ook de term ‘natuurbe-heer’.

De relatie tussen mens en natuur is dus wederkerig. Waar het in essentie om draait, is dat deze wederkeri-ge relatie een realiteit is die moet worden beheerd, niet een probleem dat moet worden opgelost. Maar dat laat-ste proberen de criticalaat-sters nu juist wel, waarbij het pro-bleem voor het gemak gereduceerd wordt tot het verma-ledijde kapitalistische systeem. ‘Natuurlijk kapitaal’ lost “het achterliggende probleem van onze niet-duurzame, gewelddadige kapitalistische economie niet op”, aldus Hirsch & Büscher (2016). Dat klopt, maar dat is ook nooit het doel van de term geweest.

E.F. Schumacher

Het begrip ‘natuurlijk kapitaal’ werd ruim veertig jaar geleden geïntroduceerd door de Duits-Engelse econoom E.F. Schumacher. Hij was een van de eersten die pleit-te voor een herwaardering van de menselijke maat, de kleine schaal en een leven in harmonie met de natuur. Bij velen is hij bekend geworden met zijn boek Small is Beautiful (1973), in het Nederlands uitgebracht onder de

titel ‘Hou het klein’. In dit boek zet Schumacher zich af tegen de manier waarop het Westen zijn economie heeft ingericht, maar ook tegen wat Jesse Klaver het

(4)

‘econo-misme’ is gaan noemen: het proces om ieder fenomeen door middel van een fictieve berekening te kwantifice-ren en te rationalisekwantifice-ren. Met het concept ‘natuurlijk ka-pitaal’ wilde Schumacher de collectieve weigering om na te denken over de invloed van ons handelen op de groene leefomgeving doorbreken. Schumacher (1973) beschrijft dit zelf als volgt: “Als wij het natuurlijk kapitaal verspil-len, bedreigen wij het leven zelf. De mensen worden zich van deze dreiging bewust en zij eisen dat er een eind komt aan de vervuiling. Zij zien de vervuiling als een kwalijke gewoonte van zorgeloze of hebzuchtige lieden die als het ware hun afval over de schutting in de tuin van de buurman gooien.” Waar voor de erflaters van het antikapitalismedenken ‘natuurlijk kapitaal’ een deel van het probleem is, is het voor Schumacher deel van de op-lossing. Hij ziet ‘natuurlijk kapitaal’ niet als symptoom van onbeteugeld kapitalisme, maar juist als een corrige-rende reactie erop: het onverschillige systeem wordt er ietsje minder onverschillig door.

Met het besef dat de mens voor zijn voortbestaan afhan-kelijk is van natuurlijk kapitaal is natuur binnen het ge-zichtsveld van de economie gekomen. En in de econo-mie draait per definitie alles om de behoeftes van de mens: geen verlangen zonder tekort, doceert econoom Arnold Heertje. De term ‘natuurlijk kapitaal’ sluit aan op dit economisch adagium. Maar zijn economen daar-mee ook de aangewezen personen om een nieuw leidend natuurverhaal te vertellen - een ecologisch-economisch narratief dat minder wringt met de werkelijkheid dan het ‘oude’ natuurverhaal waarin nog volop sprake was economische smetvrees?

Cijfers en (hun) verbeelding

Het is al eerder gezegd, ‘natuurlijk kapitaal’ is meer dan geld alleen. Dat neemt niet weg dat het beschouwen van natuur vanuit een economisch perspectief meerwaarde

kan hebben ten opzichte van het louter op ethische of ecologische gronden beschermen van dier- en plan-tensoorten. Door het belang van ‘natuurlijk kapitaal’ in geld uit te drukken krijgen natuurbeschermers een economisch argument om natuur te behouden (Ruijs & van der Heide, 2016). Hoe pareer je verzoeken om na-tuur op te geven voor de economie? Door te laten zien wat de natuur oplevert. Biesmeijer (2018) beschrijft bij-voorbeeld dat bijen en andere bestuivers wereldwijd een waarde van tussen de 230 miljard en 570 miljard euro vertegenwoordigen, omdat we zonder deze insec-ten amper over fruit, groente, noinsec-ten, koffie of cacao zouden beschikken. Zo laat hij zien dat je op basis van afgewogen betogen en onderbouwde argumenten in-zicht kunt verschaffen in het belang van de natuur voor de mens. Want juist als het om 'kwetsbare' zaken als natuur gaat, lopen opwinding en emotie nogal eens vooruit op een op feiten gebaseerde analyse. Maar der-gelijke, op economische feiten gefundeerde inzich-ten moeinzich-ten dan wel ergens kunnen landen. Met alleen droge wetenschappelijke rapporten – gebaseerd op me-tingen, berekeningen en cijfers – overtuig je de samen-leving niet. “We zeggen niets wezenlijks over de ka-thedraal als we alleen over de stenen spreken”, schreef Antoine de Saint-Exupéry ooit. Ofwel: in het getal be-zwijkt het verhaal en wordt geen beeld geboren. We hebben daarom behoefte aan verbeelding. Want voor

er anders gehandeld kan worden, moet er eerst anders gekeken worden. We hebben daartoe een natuurver-haal nodig dat inspireert, dat mensen aanspoort tot verandering; een verhaal dat niet is gebaseerd op on-dergangsgejammer, maar dat mensen perspectief biedt. Deze verbeelding is bij uitstek het metier van de kunst - van de filmmakers en romanschrijvers - en van landschapsarchitecten. Zij spreken niet alleen ons hoofd aan, zoals getallen doen, maar ook ons hart en

(5)

164 Landschap 35(3) onze buik. Denk bijvoorbeeld aan hoe natuur voor

men-sen is gaan leven door de film ‘De Nieuwe Wildernis’. De bezoekersaantallen in de Oostvaardersplassen – waar de film over gaat – stegen enorm. Hebben die ge-leid tot aantasting van natuur, tot verstoring? Ik weet het niet, maar ze hebben in ieder geval wél geleid tot meer betrokkenheid van burgers bij hun natuurlijke omge-ving. En dat kon niet gezegd worden van een spraak-makend rapport uit 1998, waarin de waarde van de Oostvaardersplassen op tenminste 600 miljoen gulden werd geschat (De Groot et al., 1998).

Tot slot

Geen enkele berekening kan ooit de plaats innemen van de aanschouwing. Het zijn bij uitstek beelden en woorden die betekenis geven aan hoe waardevol na-tuur feitelijk is, die het concept ‘nana-tuurlijk kapitaal’ als het ware inkleuren. Beelden en woorden die iets van hoop uitdrukken: als we ons natuurlijk kapitaal

spaarzaam gebruiken of oppotten zal het morgen beter gaan. Tegelijkertijd bieden diezelfde beelden en woor-den, als een soort ‘bijvangst’, ook ruimte voor de niet-instrumentele kant van natuur. Het softe sentiment zeg maar, zoals haar inspirerende schoonheid en betove-ring. Daarmee worden ook meteen de beperkingen van een concept als ‘natuurlijk kapitaal’ zichtbaar. Het be-grip is – net als elk ander ordeningsprincipe – een vorm van abstractie die niet volledig recht doet aan de netelige werkelijkheid. En juist om die complexe, meervoudige werkelijkheid te vatten is een ecologisch lexicon nodig dat niet minder, maar juist zwaarder doordrongen is van niet-groene vaktaal – van termen, beelden en verhalen die de betrokkenheid van mensen bij natuur aanwak-keren. Alleen op die manier kan een nieuw, aanvullend natuurverhaal ontstaan, een verhaal waarin recht wordt gedaan aan de rijkheid, verscheidenheid én essentie van de Nederlandse natuur.

Foto: Annemarie Bon

(6)

Summary

The value of natural capital

Martijn van der Heide

social recognition, natural capital, E.F. Schumacher, na-ture story, capitalism

‘Natural capital’ is one of the latest newcomers to the lexicon of ecology. It primarily serves as a metaphor for the value of the world’s stocks of natural assets that we benefit from. The concept has gained enthusiastic sup-port among scientists, research institutes and policy makers, but has also been heavily criticized by others who claim that ‘natural capital’ is a dangerous and mis-leading concept that leads us straight into the abyss. In this opinion article, it is claimed that natural concept is not a symptom of unbridled neoliberal capitalism, as is often alleged by critics. On the contrary, it can serve as a corrective response to it, as it helps to lift the veil of silence that often shrouds discussions about the

im-pact of human actions on the environment. Moreover, is important to bear in mind that the natural capital ap-proach is not inconsistent nor in conflict with protect-ing nature. Even stronger, without invokprotect-ing any ecologi-cal argument it makes much sense to protect the world’s stocks of natural assets, as it might be felt that the main-tenance of other living things is important to human satisfaction of well-being. As such, the concept of ‘nat-ural capital’ provides some good starting points for a new leading nature story, a shared conviction. This new story, however, should go well beyond putting a price on nature. By using images and words – provided by, for example, filmmakers, novelists and also landscape ar-chitects – a new nature story can be told that that of-fers perspective and encourages people to change their behavior. Images and words that express something of hope: if we use our natural capital sparingly and sus-tainably, our future would be much more secure.

Literatuur

Biesmeijer, K., 2018. Natuurlijk Kapitaal: fundament voor onze

toe-komst. Oratie uitgesproken op 9 maart 2018. Leiden. Universiteit Leiden.

Büscher, B., 2016. ‘Natuurlijk kapitaal’ is een gevaarlijke mythe.

Vork 3 (2): 74-77.

Büscher, B. & R. Fletcher, 2016. Nature is priceless, which is why

turning it into ‘natural capital’ is wrong. The Conversation, 21 sep-tember 2016 (theconversation.com/nature-is-priceless-which-is-why-turning-it-into-natural-capital-is-wrong-65189).

Daly, H., 2014. Use and abuse of the ‘Natural Capital’ concept.

Center for the Advancement of the Steady State Economy (www. steadystate.org/use-and-abuse-of-the-natural-capital-concept/ print/).

Groeneveld, R., 2016. Natural capital: nature’s saviour or sell-out?

Economics blog Wageningen University and Research (weblog.wur. eu/economics/natural-capital-natures-saviour-or-sell-out/).

Groot, A.W.M. de, K.H.S. van Buiren, I.W.D. Overtoom en M. Zijl, 1998. Natuurlijk vermogen: een empirische studie naar de

eco-nomische waardering van natuurgebieden in het algemeen en de Oostvaardersplassen in het bijzonder. Amsterdam. Stichting voor Economisch Onderzoek der Universiteit van Amsterdam (SEO).

Hirsch, D. & B. Büscher, 2016. Laat natuurbescherming niet over

aan ‘de markt’. Trouw, 27 juli 2016.

Monbiot, G., 2014. Put a price on nature? We must stop this

neoli-beral road to ruin. The Guardian, 24 juli 2014 (www.theguardian. com/environment/georgemonbiot/2014/jul/24/price-nature-neoli-beral-capital-road-ruin).

PBL, 2016. Natuurlijk Kapitaal: naar waarde geschat. Den Haag.

PBL-publicatienummer: 1455.

Ruijs, A. en M. van der Heide, 2016. De (on)schatbare waarde van

natuurlijk kapitaal. Milieu, Special Natuurlijk Kapitaal 2016 (3): 36-40.

Schumacher, E.F., 1973. Hou het klein; een economische studie

waarbij de mens weer meetelt. Baarn. Amboboeken.

Vogel, J., 2013. Het spook van het kapitaal. Amsterdam. Boom Uitgevers.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

This paper adapts the non-parametric Dynamic Time Warping (DTW) technique in an application to examine the temporal alignment and similarity across economic time series.. DTW

Bij de voorbereiding van de besluitvorming over bodembeschermde maatregelen op het Friese Front en de Centrale Oestergronden zullen de staatssecretaris van Economische Zaken en ik

Het maaibeheer kan het beste worden uitgevoerd met een cirkel- maar nog beter met een cyclomaaier in plaats van een klepelmaaier, zodat de bodem niet wordt losgeslagen (bevordert

Dit resulteert in een overzicht van alle gemeentelijke activiteiten die voor de dienstverlening worden verricht en de maximale kosten die kunnen worden verhaald.. Vervolgens wordt

Daarnaast is er een uitstekend vestigingsklimaat in Zeeland voor biobased economy bedrijven door de combinatie van beschikbare vestigingslocaties (o.a. Biopark

Percutaneous aortic valve (PAV) insertion has been reported since 2002 for the treatment of calcific aortic valve stenosis in elderly patients considered to be at unacceptably

Terms that refer to the MIC-service are: intensive care unit, intensive therapy unit, high dependency unit, maternal high dependency unit, post anaesthesia care unit, critical care

In de eerste plaats moet hier ook weer de ontwatering worden genoemd, maar daarnaast wijzen de verschillen in opbrengst tussen de weidestreken en de gemengde gebieden, welke in