• No results found

Opmerkelijke vondsten: Miste. Philine en Diodora

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Opmerkelijke vondsten: Miste. Philine en Diodora"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

74 afzettingen wtkg 35 (3), 2014

van de schelp. Een flinke zeefbeurt en er is niets van over. Slechts met een beetje geluk èn geduld kan de collectie er-mee worden verrijkt!

Diodora

Op jacht naar haaientanden zat Sylvia verwonderd in de zeef te kijken naar deze fraaie schelp. In mijn argeloosheid merkte ik op: “Dat zou wel iets nieuws voor Miste kunnen zijn...”. “Wel, wanneer dat zo is, moet je er maar een stukje over schrijven”, was het antwoord.

Welnu bij deze!

Thuisgekomen bleek het echter geen noviteit te zijn, maar wel een zeer zeldzame verschijning en nog een mooi, gaaf exemplaar (fig. 3). Diodora subcostaria (d’Orbigny, 1852), een soort uit het Mioceen van de Aquitaine. Gedachtig aan de uitspraak van Arie “Wantrouw alles wat gedrukt staat” aan de slag gegaan. Deze familie komt al sedert het Eoceen in Europa voor, uit het Mioceen bekend in zuidwest en mid-den Frankrijk en het Bekken van Wenen. Allemaal regionen ver van Miste verwijderd, de hier te lande bekende vondsten stammen uit het Plioceen en Pleistoceen. Veel auteurs bena-drukken dat, gezien de vormvariatie en die van de sculptuur, er nog niet het laatste woord over is gezegd wat benaming betreft. Ook elke beschrijver heeft een eigen interpretatie van de soorten zoals graeca, italica en apertura. Glibert bena-dert de verschillende vormen academisch/mathematisch, een aantal soorten en ondersoorten brengt hij in grafieken onder. Na vergelijking van de diverse vindplaatsen uit mijn collec-tie, zowel fossiel als recent, constateer ik dat de vormvari-aties afhankelijk zijn van het milieu en de groeiomstandig-heden waaronder deze dieren geleefd hebben. Maar of het allemaal verschillende soorten zijn? Een echte evolutielijn is er niet direct in te ontdekken. Daarom blijft voor mij de naam Diodora subcostaria voorlopig staan.

Miste. Philine en Diodora

Door Anton Janse 1

Lucky shot - Philine

Tijdens het uitprepareren van een Phalium, brak het ge-lukkig erg zandige sediment zodanig af dat een flink stuk van een ingesloten schelp bloot kwam te liggen. Na dit te hebben verstevigd en met dunne naald en penseel verder zichtbaar gemaakt te hebben, kwam de hierbij afgebeelde schelp tevoorschijn, Philine complanata Von Koenen, 1882 (fig. 1). Diameter van de laatste winding: 16 mm. Helaas is er tijdens de bewerking een stukje van de mondrand verlo-ren gegaan, zulke schelpjes zijn dunner dan een bloemblad. Gelukkig is het restant goed herkenbaar gebleven. Uit het overige uitkomende sediment ook nog een juveniel exem-plaar kunnen veiligstellen, dit heeft een doorsnede van 3 mm (fig. 2). In het Misteboek wordt deze soort “zeer zeld-zaam” genoemd, dat is begrijpelijk, gezien de fragiele bouw

5 mm 5 mm 1 mm 1 2 3

(2)

75 afzettingen wtkg 35 (3), 2014

Dit verslagje werd mede mogelijk gemaakt door Ronald Pouwer die het fotowerk deed, Sylvia Verschueren die de schelp beschikbaar stelde en Henk Mulder, door het ver-strekken van literatuurgegevens. Hartelijk dank daarvoor! L i t e r a t u u r

Cossmann et Peyrot, 1909-1934. Conchologie Néogénique de l’Aquitaine. – Actes de la Société Linnéenne de Bor-deaux.

Janssen, A.W., 1984. Mollusken uit het Mioceen van Win-terswijk-Miste. Uitg. KNNV, NGV, RMG.

Glibert, M., 1949. Gastropodes du Miocène moyen du Bas-sin de la Loire. – Kon. Belg. Inst. voor Natuurweten-schappen, Tweede reeks, deel 90.

Glibert, M. 1957. Gastropodes du Diestien, du Scaldisien et du Merxemien de la Belgique. – Kon. Belg. Inst. voor Natuurwetenschappen. Mededelingen XXXIII, nr. 36. Wesselingh, F.P. & Ronald Pouwer, 2011. De fossiele schel-pen van de Nederlandse kust II. Patellogastropoda en Vetigastropoda (deel 1). – Spirula, nr. 383.

Marquet, R. 1998. De Pliocene Gastropodenfauna van Kallo (Oost-Vlaanderen, België). – Belgische Vereniging voor Paleontologie, publ. nr. 17.

Landau, B., R. Marquet & M. Grigis, 2003. The Early Plio-cene Gastropoda (Mollusca) of Estepona, southern Spain. – Palaeontos, 3.

1

Anton Janse, Gerard van Voornestraat 165, 3232 BE Brielle, tel. 0181 - 416 238, e-mail: acjanse@hetnet.nl

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dat in stap 1 inderdaad een hemiaminal gevormd was, kon aannemelijk worden gemaakt met behulp van

optrede van Jesus kom an aspek van sy karakter na vore wat soms oor die hoof gesien word, naamlik sy onverdraagsaamheid teenoor skenders van God se

Gladden siteer verskeie definisies van publieke admi- nistrasie soos opgestel deur verskillende skrywers, wat egter saamgevat kan word as die wee en miGdele wat

Teenstand as gevolg van verbarding en ongeloof van die kant van die J ode wat op kwaadsprekery uitloop, dwing Paulus om 'n ander bymekaarkom- plek te kry, en by vind

The study hypothesised that trust moderates the relationship between state of the psychological contract in a member-union relationship and union commitment and

volg die stappe soos hieronder uiteengesit. Die stelsel sal u neem na 'n skerm soos in Fig. 10 sal verskyn, maar in hierdie geval sal slegs u persoonlike inligting daarop wees. U

Dit is dus met groot dankbaarheid dat ons kan berig dat studente hulle nou nie meer hoef te staal teen hierdie uiterstes terwyl hulle die biblioteek gebruik nie.. Indien u dus dalk

Attachments: Wang_14270439_2016.pdf Beste Paulette