• No results found

Archeologische prospectie met ingreep in de bodem Brustem - Kapelhof

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Archeologische prospectie met ingreep in de bodem Brustem - Kapelhof"

Copied!
31
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

A

RCHEOLOGISCHE PROSPECTIE MET INGREEP IN DE BODEM

B

RUSTEM

K

APELHOF

A.

D

EVROE

,

J.

C

LAESEN

&

R

IK

V

ANDEKONIJNEBURG

F

EBRUARI

2014

ARCHEBO-RAPPORT 2014/01

(2)

COLOFON

Opgraving Prospectie

Vergunningsnummer: 2014/022

Datum aanvraag: 15 januari 2014

Naam aanvrager: Annika Devroe

Naam site: Brustem, Kapelhof

Project

Archeologische prospectie met ingreep in de bodem – Brustem, Kapelhof

Opdrachtgever

Nieuw Sint-Truiden cvba Gorsemseweg 53 3800 Sint-Truiden Opdrachtnemer ARCHEBO bvba +32 (0)491/74.60.77 Merelnest 5 info@archebo.be B-3470 Kortenaken, België BE 0834.280.172 Projectuitvoering

Jan Claesen, ARCHEBO bvba Annika Devroe, ARCHEBO bvba Stefaan Dondeyne, KULeuven Rik Vandekonijnenburg, HAAST bvba

ARCHEBO-rapport 2014/01 ISSN 2034-5615

(3)

Inhoud

ADMINISTRATIEVE FICHE ... i

1. INLEIDING ... 1

2. PROJECTBESCHRIJVING ... 1

3. SITUERING VAN HET ONDERZOEKSGEBIED ... 1

4. BODEMKUNDIGE SITUERING EN EVALUATIE ... 2

5. GEPLANDE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING ... 8

6. ARCHEOLOGISCHE VERWACHTING ... 8

7. METHODE ... 10

8. RESULTATEN PROEFSLEUVEN ... 11

8.1. ARCHEOLOGISCHE NIVEAUS ... 11

8.2. ARCHEOLOGISCHE SPOREN EN STRUCTUREN ... 11

8.3. ARCHEOLOGISCHE VONDSTEN ... 15

9. EVALUATIE, WAARDERING EN AANBEVELINGEN ... 16

9.1. Evaluatie en beantwoording onderzoeksvragen ... 16

9.2. Waardering ... 17

9.3. Aanbevelingen ... 17

10. BIBLIOGRAFIE ... 18

(4)

A

DMINISTRATIEVE FICHE

Opdrachtgever Nieuw Sint-Truiden

Uitvoerder ARCHEBO bvba

Vergunninghouder Annika Devroe

Bewaarplaats archief Nieuw Sint-Truiden Bewaarplaats vondsten Nieuw Sint-Truiden

Vergunningsnummer 2014/022

Projectcode BRKA

Vindplaatsnaam Brustem, Kapelhof

Locatie Provincie Limburg

Gemeente Sint-Truiden Deelgemeente Brustem Plaats Kapelhof Lambertcoördinaten A x 209924 Y 165802 B x 209991 Y 165829 C x 209978 Y 165896 D x 210045 Y 165923

Kadaster (CadGIS 2014) Afd.11, sec. C percelen : 209G, 210A, 212, 211D, 217S, 198A en openbaar domein.

C

(5)

Kaart onderzoeksgebied

Begin- en einddatum terreinwerk 4/02/2014 en 6/02/2014

Grootte projectgebied 6050,2 m² Grootte onderzochte oppervlakte 773,25 m²

(6)

1. I

NLEIDING

Binnen de stedenbouwkundige vergunning voor een verkaveling werd een archeologische prospectie met ingreep in de bodem opgelegd door het Agentschap Onroerend Erfgoed aan de bouwheer. De opdracht werd door de bouwheer, Nieuw Sint-Truiden, toegekend aan ARCHEBO bvba op 6 januari 2014.

De prospectievergunning werd afgeleverd op 24 januari 2014. Dit document vormt het eindrapport van deze opdracht.

2. P

ROJECTBESCHRIJVING

Doel van het onderzoek is een archeologische evaluatie van het onderzoeksgebied. Hierbij moeten volgende vragen beantwoord worden:

- Hoe is de stratigrafische situatie/ bodemgesteldheid van het terrein? - Zijn er meerdere archeologische niveaus?

- Zijn er sporen aanwezig?

- Zijn de sporen natuurlijk of antropogeen?

- Hoe is de bewaringstoestand van de sporen (goed, gebioturbeerd, …)? - Maken de sporen deel uit van één of meerdere structuren?

- Behoren de sporen tot één of meerdere periodes?

- Welke aspecten verdienen bijzondere aandacht bij een eventueel vervolgonderzoek? De opgeleverde eindproducten omvatten (in overeenstemming met de BVS):

 Het eindrapport

 Het werkputinplantingsplan  Sporenplannen

 Het onderzoeksarchief, met onder meer:

 Inventarislijsten vondsten, sporenbeschrijving, plannen/tekeningen, foto’s  Dagboek

 Rapport

 Foto’s, plannen/tekeningen, profieltekeningen en beschrijvingen  Vondsten

3. S

ITUERING VAN HET ONDERZOEKSGEBIED

(7)

Fig. 1 Detail topografische kaart met middenschalige kleurenortho als achtergrond en aanduiding van het plangebied (rood gebied). (Bron: AGIV)

Het onderzoeksgebied bevindt zich tussen 58,19 en 61,35 m TAW.

4. B

ODEMKUNDIGE SITUERING EN EVALUATIE

Omwille van de dichte bebouwing werd het gebied niet gekarteerd en kreeg het de kartering OB (onder bebouwing) mee. In de iets verdere omgeving vallen de bodemtypes Aba0, ADp(c) en AFp aan te stippen als overwegende bodemtypes.

(8)

Twee profielputten werden bestudeerd ter oriëntatie van het aanleggen va proefsleuven: profiel “Brustem-01” bevond zich in het laagst gelegen perceel (kadastraal nr. 209g) aan de voet van de Kapelhof heuvel; het tweede profiel bevond zich op de heuvelrug in een grasland ten noorden van de 12de-eeuwse kerk (kadastraal nr. 210a). Profiel "Brustem-01" werd gekozen ongeveer 10 m westelijk

van een eerste kuil waar archeologische sporen gevonden werden (Fig. 3). Door de aanwezigheid van de sporen kon deze eerst gekozen profielput niet diep genoeg gezet worden. Spijtig genoeg heeft deze proefput het spoor al redelijk sterk verstoord.

Fig. 3 Eerste kuil, met archeologische sporen (vermoedelijk Romeinse periode)

Zoals te zien in Fig. 4a, bevinden de percelen zich op de zuidelijke helling van een langere heuvelrug die ZW-NO georiënteerd is, en die mee de noordelijke rand vormt van het leemplateau. De site is verder gelegen langs de Hoogbeek dit net langs de zuidelijk grens van het te onderzoeken perceel komt.

De percelen vallen op de bodemkaart binnen "bebouwde zone" (OB) (Fig. 4b); dit houdt in dat bodems hier niet onderzocht werden. In de omgeving zijn de bodems op de hogere delen van de leemplateaus gekarteerd als goed gedraineerde leembodems met textuur B horizont (Aba0); in de vallei en aan de rand van de hellingen zijn complexen van alluviale en colluviale bodems gekarteerd - AFp en ADp(c) (Fig. 4b).

(9)

Fig. 4(a) De site "Kapelhof” in Brustem is gelegen op de zuidelijk kant van een ZW-NO heuvelrug; (b) Bodems van de percelen zijn niet gekarteerd (OB, bebouwde zone), profiel Brustem-01 is echter aan de voet van de helling, nabij colluviale en alluviale bodems gekarteerd als AFp en ADp(c); (c) topografisch transect met locatie

van de bodemprofielen (bron: Digitale bodemkaart van Vlaanderen, kaartbladen 105E & 106W)

Wat de bodemprofielen ons vertellen

De gedetailleerde profielbeschrijvingen worden in bijlage gegeven, hier worden de belangrijkste bevindingen besproken.

(10)

Onderaan de helling

Profielput "Brustem-01" bevindt zich onderaan de helling (Fig. 4b&c). Deze bodem bestaat uit haast 1m colluviaal materiaal, dat blijkbaar zo oud is dat zich een zwakke maar duidelijk Bt horizont gevormd heeft (Fig. 5); de bodemstructuur elementen hadden hier dunne maar continue klei-humus huidjes. Het colluviaal materiaal contrasteert in kleur met de onderliggende bodem. Verder bevatte de begraven bodem kalksteenconcreties. De kalksteenconcreties kwamen in de twee begraven horizonten voor, maar waren geconcentreerd in het bovenste deel, net onder het contact met het colluvium (Fig. 5).

De concentratie aan kalksteenconcreties in het bovenste deel van de begraven horizont (2Bt1) wijst erop dat de begraven bodem, eerst een erosiefase heeft ondergaan, waarbij het fijner materiaal is weggespoeld en de kalksteenconcreties residueel zijn achter gebleven. Later is het geheel met colluvium afgedekt. Uit de eerste observaties leken de archeologische sporen in de "eerste kuil" (Fig. 3) te liggen ongeveer ter hoogte van dit contact. Verder onderzoek zal hier meer licht op moeten werpen.

Boven op de heuvelrug

Op het bovenste perceel (kadastraal nr. 210a) heeft zich door menselijke activiteit grond rijk aan organische stof opgestapeld en heeft zo aanleiding gegeven aan een antropogene bodem. Deze diepe antropogene laag (ongeveer 50 cm) in profiel put "Brustem-02" heeft een goed gedraineerde leembodem begraven (type Aba0). In het antropogeen materiaal vonden we onderaan potscherven (Maaslands wit aardewerk), en bovenaan baksteen resten (ongeveer 10% Vol.) als ook houtskool resten.

In het begraven profiel in "Brustem-02" waren nog de resten van een oude oppervlakte horizont (2Ah, in Fig. 6) en een oude E horizont herkenbaar. De "2Ah" kon onderscheiden worden daar deze duidelijk minder baksteenresten of andere artefacten had; de E horizont heeft wel een inloging van organisch materiaal ondergaan, en is daarom als "2EB" beschreven. Deze "2EB" horizont is bleker dan de overliggende teelaarde, en grijzer dan de onderliggende "2Bt" horizont. De 2EB horizont had ook een zwakkere structuur en zwakkere consistentie.

(11)

Fig. 5 Profiel Brustem 01

Conclusies en aanbevelingen

Bij het aanleggen van proefsleuven in het onderste perceel zal men best niet alleen de teelaarde maar ook het colluvium verwijderen. De kalksteenconcreties kunnen de grens tussen beide lagen aangeven, maar er kan niet vanuit gegaan worden dat deze overal aanwezig zullen zijn; typisch worden deze aangetroffen aan de voet van de helling en/of in concave helling.

In het bovenste perceel zal de diepte van de proefsleuven wel best beperkt blijven tot de dikte van de teelaarde. Bij het machinaal graven zal het allicht niet mogelijk zijn, de "2Ah" horizont te onderscheiden van de "Ap" horizont. Mogelijks kan de grijze blekere kleur van de "2EB" horizont wel als aanwijzing dienen; gesteld dat deze continue over het perceel te vinden is.

Profiel "Brustem-01" heeft een Mollic horizon (Ap1 en Ap2) die samen met de Bt horizon uit colluviaal materiaal bestaat.

Deze bodem dekt een oudere bodem die rijk aan kalksteenconcreties is af. De kalksteentjes kwamen in beide begraven horizonten voor maar waren geconcentreerd in het bovenste deel van de 2Bt1 horizont (witte vlekken rond 95 cm).

(12)

Fig. 6 Profiel Brustem 02

Profiel "Brustem-02" heeft een Terric horizon (Ap); deze antropogene aangereikte laag, bevatte naast baksteen resten (circa 10%) ook Maaslands wit en die samen met de Bt horizon uit colluviaal materiaal bestaat.

(13)

5.

G

EPLANDE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING

Nieuw Sint-Truiden zal op het terrein een sociaalwoningbouwproject, met parkeerplaatsen en aanleg publiek domein realiseren.

6. A

RCHEOLOGISCHE VERWACHTING

Op de Centrale Archeologische Inventaris (CAI) staat in het projectgebied zelf een vondstlocatie aangeduid, namelijk locatie 51982. Het gaat om een bruine kraal in glaspasta met gele vlechtband uit de Merovingische periode die als losse vondst werd aangetroffen.

In het zuiden bevond zich een laat-middeleeuwse motte (locatie 52613). In het noorden is een motte met donjon en brug (locatie 51406) aanwezig. Het gebied dat nog meer noordelijk staat aangeduid (locatie 158244) betreft het slagveld tussen het Bourgondische en het Luikse leger (15de eeuw).

Fig. 7 Detail van de Centrale Archeologische Inventaris met aanduiding van het plangebied (rood). (Bron: CAI) Op de Ferrariskaart kan afgeleid worden dat het gebied nog veranderingen heeft ondergaan. Het huidig nog bestaande gebouw, de pastorij, is reeds aanwezig, maar strekte zich verder uit naar het noorden met een tweede L-vormig gebouw. Dit gebouw is momenteel verdwenen, maar valt net buiten het onderzoeksgebied. Verder zijn nog 2 rechthoekige gebouwen zichtbaar naar het westen toe. Deze gebouwen liggen in het onderzoeksgebied, deze kunnen worden aangetroffen in het proefsleuvenonderzoek. Voor de rest is het onderzoeksgebied in gebruik als boomgaard. In het meest noordelijk deel kunnen nog 3 kleine rechthoekige gebouwen herkend worden. Deze liggen vermoedelijk buiten het onderzoeksgebied.

Tevens dient nog opgemerkt dat de kerkhofmuur (rode lijn) tevens aanwezig is, die momenteel nog zichtbaar is in het onderzoeksgebied.

(14)

Fig. 8 Detail van de Ferrariskaart met lokalisatie van het plangebied in zwart. (Bron: Koninklijke Bibliotheek van België).

(15)

7. M

ETHODE

Voorafgaand aan proefsleuven werd een bodemkundig onderzoek uitgevoerd. Het doel van deze bodemkundige proefputten was de bodemkundige situatie en antropogene lagen vast te stellen. Vervolgens werden proefsleuven aangelegd. De proefsleuven werden volgens de methode van parallelle continue sleuven aangelegd. De afgraving gebeurde door een kraan op rupsbanden van 21 ton met tandeloze graafbak van 2m breed. De afstand tussen de sleuven bedraagt ca. 12m. Doordat bij de aanleg van profielputten aan de kop van de proefsleuven telkens sporen zaten en deze dus sterk verstoord zouden worden, werd geopteerd om geen profielputten meer aan te leggen. De bodemopbouw was in het proefputtenonderzoek echter al duidelijk.

Na het aanleggen van de proefsleuven werden deze gecontroleerd met een metaaldetector. De storthopen werden eveneens met een metaaldetector gescreend.

Brustem project 2014-022 Kapelhof

afmetingen werkputten

WPnr lengte m breedte m opp m²

1 22,75 2 45,5 2 27,5 2 55 3 30,8 2 61,6 4 30,55 2 61,1 5 42,5 2 85 6 34 2 68 7 7,6 2 15,2 8 39,8 2 79,6 9 57,3 2 114,6 10 65,5 2 131 11 20,4 2 40,8 proefput 1 2,5 1,7 4,25 proefput 2 3 2 6 proefput 3 2,8 2 5,6 vrijgelegde oppervlakte in m² 773,25 terrein oppervlak 6050,2 onderzocht percentage 12,781

(16)

8. R

ESULTATEN PROEFSLEUVEN

8.1.

A

RCHEOLOGISCHE NIVEAUS

Er werd één archeologisch interessant niveau aangetroffen. Op het plateau werden de sporen zichtbaar 80cm onder het maaiveld, 60,30m Taw. Aan de kop van de helling zaten de sporen slechts 30cm onder het maaiveld, 60m Taw. Tenslotte werd het archeologisch niveau onderaan de helling pas aangetroffen op 1,10m onder het maaiveld of 57,10m Taw.

8.2.

A

RCHEOLOGISCHE SPOREN EN STRUCTUREN

In totaal werden 11 proefsleuven aangelegd. Er werden 86 sporen aangetroffen. Veel sporen zijn moeilijk dateerbaar omdat ze geen vondsten bevatten. Omwille van de densiteit aan sporen en het beperkt ruimtelijk zicht bij een prospectie, werd geopteerd om geen enkel spoor te couperen.

De dateerbare sporen worden gegroepeerd weergegeven en ingedeeld per periode. Metaaltijd

De oudst dateerbare sporen zijn deze uit de metaaltijd. Er werden 7 sporen aangetroffen met handgevormd aardewerk. Het gaat hier om sporen 1, 53, 54, 56, 63, 66 en 75. Opvallend is dat al deze sporen ondanks hun ouderdom zeer goed bewaard zijn. Als voorbeeld kan hier spoor 63 dienen. Het gaat om een rond spoor met een diameter van 40 cm. De vulling bevat houtskoolbrokken en verbrande leem. Doordat het naastliggend spoor 62 een gelijkenis toont qua vulling en kleur hoort dit spoor wellicht ook thuis in de metaaltijd.

(17)

Fig. 12 Grof besmeten handgevormd aardewerk uit spoor 75. (ARCHEBO bvba 2014)

Romeinse periode

Vervolgens kan spoor 74 toegeschreven worden aan de Romeinse periode. Bij de aanleg van de eerste profielput werd dit spoor geraakt. Er werd geopteerd om een profielput aan te leggen op een andere plaats, maar de initiële graafwerken hebben dit spoor (spijtig genoeg) reeds sterk verstoord. Het gaat hier om een quasi perfect vierkantig spoor met zijden van om en bij de 1,5meter. De vulling bevat zeer veel houtskool. Aan de zuidelijke rand werden dakpannen aangetroffen die rechtop stonden. Deze vondsten dateren het spoor in de romeinse periode. Mogelijk gaat het hier om een haardplaat. Dit kan dan weer wijzen op een ambachtelijke activiteit.

Fig. 13 Links : Zicht op spoor 74. Rechts : zicht op de onderkant van de initiële profielput. (ARCHEBO bvba 2014)

Volle middeleeuwen

Vier sporen leverden keramiek op die in de volle middeleeuwen kan gedateerd worden. Telkens ging het om Maaslands wit. Het gaat om sporen 5, 42, 50 en 52. De datering moet onder voorbehoud overwogen worden. Over het gehele terrein is in de antropogene laag Maaslands wit aardewerk aanwezig. Dit materiaal kan intrusief zijn. Mogelijk is dit bij spoor 5 en 42 het geval. Deze sporen vertonen veel kenmerken met de leemextractiekuilen (zie infra), maar zijn grijzer van kleur. Omwille van de uitgestrektheid en de onregelmatige vorm kan er geen andere reden worden gegeven aan het

(18)

bestaan van deze kuil. Sporen 50 en 52 zijn beter afgelijnd en beperkter van omvang. In beide gevallen gaat het om kuilen van om en bij de 1m doorsnede met in de vulling ook baksteen.

Recente periode

6 kuilen zijn zeer groot van omvang: 15, 26, 32, 42, 45 en 70. Mogelijk gaat het hier om leemextractiekuilen. Ter hoogte van de 2de profielput werd heel wat zacht gebakken veldsteen aangetroffen in het profiel. Vermoedelijk gaat het hier om resten van een veldoven. (zie fig. 6 links bovenaan) De leemextractiekuil met spoornummer 45 is de grootste en heeft een omvang van om bij de 15m. Deze sporen hebben het terrein dan ook zeer sterk verstoord. Opmerkelijk ook is dat het spoor 45 nog steeds zichtbaar was als een grote depressie in het landschap. Daarom ook dat deze sporen wellicht vrij recent zijn. Een andere datering kan bekomen worden door het vermoedelijk gebruik van de baksteen. Op het terrein is in de noordoostelijke hoek nog een broodbakoven aanwezig. Deze staat nog niet op de ferrariskaart, maar is opgetrokken uit veldovensteen. Mogelijk werden de stenen ter plaatse gebakken.

3 Sporen bevatten in hun vulling zeer veel rot hout : 4, 17 en 23. Mogelijk hebben deze kuilen te maken met het opkuisen van een boomgaard. Deze boomgaard zou tot 35 jaar geleden aanwezig zijn geweest op het hoogst gelegen gedeelte van het onderzoeksgebied (mondelinge mededeling buurtbewoner). Opmerkelijk ook is dat deze 3 kuilen mooi symmetrisch zijn van vorm : 4 en 17 zijn rechthoekig, 23 is vierkant. Spoor 4 meet 1m bij 2m, spoor 17 : 0.80m bij 1.20m. Tenslotte heeft spoor 23 zijden van 70cm. Deze sporen zijn vermoedelijk vrij recent aangezien het hout nog herkenbaar was en de vulling zeer donker(grijs) van kleur.

(19)

Fig. 15 Zicht op spoor 40 en paalkuil 41. (ARCHEBO bvba 2014)

Andere mogelijk interessante sporen vallen op door hun kleur. De kleur wijkt sterk af van deze van de huidige bouwlaag. Hierdoor kunnen deze sporen ‘oud’ zijn. De ‘interessantste’ sporen worden hier beschreven.

Spoor 2 in werkput 1 is rond met een diameter van 80cm. De vulling is homogeen en grijs van kleur. Spoor 7 is rond, 40cm van doorsnede en blauwgrijs van kleur. Dit spoor wordt oversneden door spoor 6. Dit is bruingrijs van kleur en onregelmatig van vorm. Spoor 8 is rond, 50cm breed en heeft een donkere kern. De vulling is heterogeen.

Spoor 9 in werkput 2 is rond, bruingrijs en zeer heterogeen. Sporen 12 en 13 zijn rond, hebben een beperkte doorsnede van 10cm en lijken op paalkuilen, maar zijn zeer heterogeen. Het rechthoekig spoor 14 is blauwgrijs van kleur en meet 1m bij 30cm en verdwijnt in het profiel.

Spoor 18 in werkput 3 is ovaal en heeft een homogene licht blauwgrijze kleur. Spoor 19 is

vergelijkbaar met spoor 18, maar is ronder van vorm. Spoor 20 is rechthoekig en meet 1m bij 20cm. De vulling is homogeen en blauwgrijs van kleur.

Spoor 43 in werkput 5 heeft een grijsblauwe kleur, is zeer homogeen, rond van vorm en heeft een diameter van 60cm. Spoor 44 is lichtgrijsblauw, homogeen en onregelmatig van vorm.

Spoor 51 in werkput 6 is een paalkuil. Deze paalkuil is heterogeen van vulling en niet duidelijk afgelijnd. Mogelijk is deze ook oud. De paalkuil kan niet in verband worden gebracht met andere. Spoor 55 in werkput 8 is quasi perfect rond met een diameter van 40cm. De vulling is homogeen en blauwgrijs van kleur. Sporen 59 en 60 in dezelfde werkput hebben ook een zelfde kleur. Spoor 59 is bijna een vierkant met zijden van 70cm. Spoor 60 is ovaal.

Spoor 61 in werkput 8 is mogelijk een paalkuil. De vulling is heterogeen en bruin –grijsblauw van kleur. Dit spoor kan niet in verband worden gebracht met een ander spoor.

In werkput 9 werden 3 sporen net naast elkaar aangetroffen. Het gaat om sporen 71, 72 en 73. Qua vorm verschillende deze sterk : ovaal, onregelmatig en rond. De vulling zijn homogeen en blauwgrijs van kleur.

(20)

Sporen 79, 80 en 81 zijn vergelijkbaar. Allen hebben bijna een ronde vorm met een diameter van 70cm. De vulling is vlekkerig heterogeen. De kleur is bruin tot blauwgrijs.

Spoor 83 is rond met een diameter van 20 cm, maar niet direct herkenbaar als paalkuil. De vulling is homogeen en blauwgrijs van kleur.

Nog is werkput 10 werd spoor 84 aangetroffen. De blauwgrijze kleur is wat vervaagd. Het spoor is ovaal met een grote diameter van 35cm.

Verder werden nog 4 greppels aangetroffen die niet dateerbaar zijn in dit onderzoek. De greppels lopen echter niet parallel of staan niet haaks op huidige herkenbare perceelindelingen. Een eerste greppel, spoornummer 11 in werkput 2 heeft een noordwest zuidoost oriëntering. De vulling is donkergrijs en bevatte proto-steengoed. Een tweede greppel in werkput 7 met spoornummer 53 heeft een noordoost zuidwest oriëntering. De vulling is lichtgrijs en is vermoedelijk ‘oud’. Een derde greppel met spoornummer 56 heeft noordwest-zuidoostoriëntering. In de vulling werd handgevormd aardewerk aangetroffen. Deze keramiek is echter in dit deel van het onderzoeksgebied veelvuldig aanwezig. Een laatste greppel in werkput 11 met spoornummer 86 heeft een zeer vage aflijning. De vulling is zeer lichtgrijs met bruin. Er werden geen vondsten aangetroffen in de vulling.

8.3.

A

RCHEOLOGISCHE VONDSTEN

Een eerste vondst die dient aangehaald te worden, werd aangetroffen bij de aanleg van proefsleuf 2. Het gaat hier om een kling uit grijs gevlekte silex met 2 parallelle ribben. Deze montbani techniek laat ons toe dit stuk te dateren in het laat Mesolithicum of Neolithicum. Het stuk is zeer sterk beschadigd op de boorden en tevens gebroken. Deze beschadigingen zijn posterieur aan het originele gebruik. Aan de noordzijde van proefsleuf 5 werd op de storthoop een fibula aangetroffen met de metaaldetector. Het gaat hier om een Karolingische schijffibula met kruismotief emaille cloisonné. Dergelijke objecten worden gesitueerd tussen 800-950 na Chr. Het is een brons gegoten schijffibula met opstaande rand, waarin dunne koperen stripjes gebogen en rond gevormd, recht overeind geplaatst worden in het schijfvormige gedeelte. De lege ruimtes worden vervolgens opgevuld met glaspoeder en in een hete oven van ca. 800 graden Celsius geplaatst. Het glaspoeder smelt en er ontstaat een emaille laag. De kleuren kunnen variëren. (Met dank aan Robert Decock voor determinatie)

(21)

Fig. 16 Boven : de aangetroffen schijffibulae, onder een goed bewaard exemplaar. (Met dank aan Robert De Cock).

Tevens dienen we nog te vermelden dat we tijdens ons veldwerk geëerd werden met een bezoek van Dhr. Kamiel Stevaux , geschiedkundige uit de streek. Tijdens zijn bezoek werd de plaats aangewezen waar hij destijds een Merovingische kraal aantrof. Deze werd aan de zuidkant van spoor 45 gevonden.

9. E

VALUATIE

,

WAARDERING EN AANBEVELINGEN

9.1.

E

VALUATIE EN BEANTWOORDING ONDERZOEKSVRAGEN - Hoe is de stratigrafische situatie/ bodemgesteldheid van het terrein?

o Op het hoger gelegen gedeelte is een sterke antropogene invloed waarneembaar. - Zijn er meerdere archeologische niveaus?

o Er is slechts 1 archeologisch niveau aanwezig. - Zijn er sporen aanwezig?

o Er werden 85 grondsporen aangetroffen. - Zijn de sporen natuurlijk of antropogeen?

o De sporen zijn allen antropogeen.

- Hoe is de bewaringstoestand van de sporen (goed, gebioturbeerd, …)?

o De sporen zijn zeer goed bewaard. De aflijning is vrij sterk, zelfs van de oudste sporen, deze uit de metaaltijd. Toch zijn ook enkele minder duidelijk leesbare paalsporen aangetroffen. De bioturbatiegraad is over het gehele terrein vrij laag zodoende de sporen t.o.v. andere sites weinig verstoord werden.

- Maken de sporen deel uit van één of meerdere structuren?

o In werkput 5 en 9 werd mogelijk een structuur aangesneden. - Behoren de sporen tot één of meerdere periodes?

o Er zijn uit verschillende periodes sporen aanwezig. Met zekerheid kan gesteld worden dat er sporen uit de metaaltijd, de romeinse periode, de (late)middeleeuwen, nieuwe tijd en recente sporen aanwezig aangetroffen werden.

(22)

- Welke aspecten verdienen bijzondere aandacht bij een eventueel vervolgonderzoek?

o De sporen lijken goed leesbaar, doch is een ruime opgravingservaring op leembodems vereist.

o Het lager gelegen deel is vrij nat. Hierdoor zal het gebruik van bemaling onmisbaar blijken.

9.2.

W

AARDERING

Het gehele terrein sporen bevat die archeologisch zeer interessant zijn en voorlopig ongekend. De sporen tonen een ontginningsgeschiedenis vanaf de metaaltijden tot nu. De oudste sporen uit de metaaltijd zijn zeer goed bewaard en verspreid over het terrein. Er werd slechts 1 spoor uit de romeinse periode aangetroffen, maar dit krijgt omwille van de vorm eveneens een hoge waardering mee. Mogelijk zijn ook vele sporen in verband te brengen met de groei van Brustem in de volle tot late middeleeuwen en sluiten onmiddellijk aan bij de nog bestaande zaalkerk : Kapelhof. Tot slot dient de vroegere vondst van een Merovingische kraal en de nu aangetroffen Karolingische schijffibula aangestipt te worden. Dergelijke vondsten worden bijna uitsluitend gedaan op plaatsen waar ook sporen uit deze periodes voorkomen. Daar vele sporen niet gedateerd kunnen worden kunnen ze uit deze periodes zijn. Sporen en vondsten uit deze periodes krijgen omwille van hun zeldzaamheid dan ook de hoogste archeologische waardering mee.

9.3.

A

ANBEVELINGEN

Aangezien het gehele terrein waardevolle en goed bewaarde archeologische sporen bevat kan het terrein best volledig worden opgenomen in een vervolgonderzoek onder de vorm van een archeologische opgraving. Best kan men de methodiek van aaneensluitende werkputten toepassen. Aangezien er ook minder duidelijke sporen werden aangetroffen en gezien de textuur, is schaven noodzakelijk. De veelheid aan periodes vraagt om specialisten bij de studie van het aardewerk. Gezien de zeldzame vondsten van vroege middeleeuwen is een uitgebreid metaaldetectieonderzoek aangewezen, ook in de storthopen.

Tijdens dit onderzoek dient er ook extra aandacht besteed te worden aan de bodemkundige situatie. De sporen zijn echter reeds zichtbaar in het colluvium.

Volgende onderzoeksvragen dienen minimaal beantwoord te worden: - Is het colluvium dateerbaar?

- Zitten er onder het colluvium nog oudere sporen? - Is de erosiefase dateerbaar?

- Is er een relatie tussen de sporen uit de metaaltijd?

- Staat het romeins spoor op zich of maakt het deel uit van een cluster? - Kunnen er structuren afgeleid worden?

(23)

10. B

IBLIOGRAFIE

AGIV (Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen) (2011), http://www.agiv.be/gis/. CAI (Centrale Archeologische Inventaris) (2011), http://geovlaanderen.gisvlaanderen.be/geo-vlaanderen/cai/.

Koninklijke Bibliotheek van België (2010), Ferrariskaart,

http://belgica.kbr.be/nl/coll/cp/cpFerrarisCarte_nl.html.

11. BIJLAGEN

- Fotolijst - Sporenlijst - Vondstenlijst - Plannenlijst

(24)

Fotonummer Werkput Overzichtsfoto Spoor Datum 1 1 x 6/02/2014 2 1 1 6/02/2014 3 1 1 6/02/2014 4 1 2 6/02/2014 5 1 2 6/02/2014 6 1 3 6/02/2014 7 1 3 6/02/2014 8 1 4 6/02/2014 9 1 5 6/02/2014 10 1 5 6/02/2014 11 1 6 en 7 6/02/2014 12 1 6 en 7 6/02/2014 13 1 8 6/02/2014 14 1 8 6/02/2014 15 2 x 6/02/2014 16 2 9 6/02/2014 17 2 9 6/02/2014 18 2 10 6/02/2014 19 2 10 6/02/2014 20 2 11 6/02/2014 21 2 11 6/02/2014 22 2 12 6/02/2014 23 2 12 6/02/2014 24 2 13 6/02/2014 25 2 13 6/02/2014 26 2 14 6/02/2014 27 2 14 6/02/2014 28 2 15 6/02/2014 29 2 15 6/02/2014 30 3 x 6/02/2014 31 3 16 6/02/2014 32 3 16 6/02/2014 33 3 17 6/02/2014 34 3 17 6/02/2014 35 3 18 6/02/2014 36 3 18 6/02/2014 37 3 19 6/02/2014

FOTOLIJST

(25)

48 3 24 6/02/2014 49 4 x 6/02/2014 50 4 26 6/02/2014 51 4 26 6/02/2014 52 4 26 6/02/2014 53 4 27 6/02/2014 54 4 27 6/02/2014 55 4 28 6/02/2014 56 4 28 6/02/2014 57 4 29 6/02/2014 58 4 29 6/02/2014 59 4 30 6/02/2014 60 4 30 6/02/2014 61 5 x 6/02/2014 62 5 31 6/02/2014 63 5 31 6/02/2014 64 5 32 6/02/2014 65 5 33 6/02/2014 66 5 33 6/02/2014 67 5 34 6/02/2014 68 5 34 6/02/2014 69 5 35 en 36 6/02/2014 70 5 35 en 36 6/02/2014 71 5 37 6/02/2014 72 5 37 6/02/2014 73 5 38 6/02/2014 74 5 38 6/02/2014 75 5 39 6/02/2014 76 5 39 6/02/2014 77 5 40 en 41 6/02/2014 78 5 40 en 41 6/02/2014 79 5 42 6/02/2014 80 5 42 6/02/2014 81 5 43 6/02/2014 82 5 43 6/02/2014 83 5 44 6/02/2014 84 5 44 6/02/2014 85 6 x 6/02/2014 86 6 x 6/02/2014 87 6 46 6/02/2014 88 6 46 6/02/2014 89 6 47 6/02/2014 90 6 47 6/02/2014 91 6 48 6/02/2014 92 6 48 6/02/2014 93 6 49 6/02/2014 94 6 49 6/02/2014 95 6 50 6/02/2014 96 6 50 6/02/2014 97 6 51 6/02/2014

(26)

98 6 51 6/02/2014 99 6 52 6/02/2014 100 6 52 6/02/2014 101 7 53 6/02/2014 102 7 53 6/02/2014 103 8 x 6/02/2014 104 8 x 6/02/2014 105 8 54 6/02/2014 106 8 54 6/02/2014 107 8 55 6/02/2014 108 8 55 6/02/2014 109 8 56 6/02/2014 110 8 56 6/02/2014 111 8 57 6/02/2014 112 8 57 6/02/2014 113 8 58 6/02/2014 114 8 58 6/02/2014 115 8 59 en 60 6/02/2014 116 8 59 en 60 6/02/2014 117 8 61 6/02/2014 118 8 61 6/02/2014 119 9 x 6/02/2014 120 9 74 6/02/2014 121 9 74 6/02/2014 122 9 71 en 72 en 73 6/02/2014 123 9 70 6/02/2014 124 9 70 6/02/2014 125 9 69 6/02/2014 126 9 68 6/02/2014 127 9 67 6/02/2014 128 9 66 6/02/2014 129 9 66 6/02/2014 130 9 65 6/02/2014 131 9 65 6/02/2014 132 9 64 6/02/2014 133 9 64 6/02/2014 134 9 63 6/02/2014 135 9 63 6/02/2014 136 9 62 6/02/2014 137 9 62 6/02/2014

(27)

148 10 80 6/02/2014 149 10 81 6/02/2014 150 10 81 6/02/2014 151 10 82 6/02/2014 152 10 83 6/02/2014 153 10 83 6/02/2014 154 10 84 6/02/2014 155 10 84 6/02/2014 156 10 x 6/02/2014 157 11 profiel 6/02/2014 158 11 85 6/02/2014 159 11 85 6/02/2014 160 11 86 6/02/2014 161 11 overzicht puin 6/02/2014

(28)

Spoornummer Werkput Vorm Structuur Textuur Interpretatie Datering Vondstnummer hoofdkleur bijkleur soort grootte hoeveelheid

1 1 rond grijs bruin compact leem

2 1 rond grijs homogeen

3 1 onregelmatig grijs

4 1 rechthoekig grijs zwart hout brokken veel heterogeen afvalkuil opkuisen boomgaard

5 1 onregelmatig grijs bruin

6 1 ovaal grijs

7 1 rond grijs blauw

8 1 rond bruin grijs houtskool brokjes weinig heterogeen

9 2 rond bruin grijs heterogeen

10 2 rond bruin grijs baksteen brokjes weinig heterogeen

11 2 lineair grijs grijs greppel

12 2 rond grijs baksteen spikkels weinig heterogeen

13 2 rond grijs baksteen spikkels weinig heterogeen

14 2 rechthoekig grijs blauw houtskool spikkels weinig homogeen

15 2 onregelmatig grijs homogeen leemextractiekuil

16 3 onregelmatig grijs bruin baksteen brokjes weinig heterogeen

17 3 rechthoekig grijs blauw hout brokken matig homogeen afvalkuil opkuisen boomgaard

18 3 onregelmatig grijs blauw heterogeen

19 3 rond grijs blauw

20 3 rechthoekig grijs blauw homogeen

21 3 rond grijs bruin heterogeen

22 3 onregelmatig grijs bruin heterogeen

23 3 vierkant zwart grijs hout brokken veel afvalkuil opkuisen boomgaard

24 3 onregelmatig grijs bruin baksteen brokjes matig heterogeen

25 XXXXX

26 4 onregelmatig grijs bruin heterogeen leemextractiekuil

27 4 onregelmatig grijs blauw homogeen

28 4 rond grijs blauw homogeen

29 4 rond grijs bruin heterogeen

30 4 rond grijs blauw homogeen

Inclusies Kleur

(29)

47 6 rond grijs blauw homogeen

48 6 rechthoekig grijs blauw homogeen

49 6 onregelmatig grijs bruin heterogeen

50 6 onregelmatig grijs bruin heterogeen

51 6 rond grijs bruin heterogeen oude paalkuil

52 6 onregelmatig grijs bruin heterogeen

53 7 lineair grijs blauw homogeen greppel

54 8 onregelmatig grijs bruin heterogeen

55 8 rond grijs blauw homogeen

56 8 lineair grijs bruin heterogeen greppel

57 8 onregelmatig grijs bruin heterogeen

58 8 onregelmatig grijs blauw homogeen

59 8 vierkantig grijs blauw heterogeen

60 8 rond grijs blauw homogeen

61 8 rond grijs bruin heterogeen oude paalkuil

62 9 onregelmatig grijs bruin/blauw verbrande leem brokken veel heterogeen afvalkuil ijzertijd

63 9 rond grijs bruin verbrande leem brokken veel heterogeen afvalkuil ijzertijd

64 9 onregelmatig grijs blauw homogeen

65 9 rond grijs bruin heterogeen oude paalkuil

66 9 rond grijs bruin heterogeen oude paalkuil

67 9 onregelmatig grijs blauw homogeen

68 9 rechthoekig grijs blauw homogeen

69 9 onregelmatig grijs blauw heterogeen

70 9 onregelmatig grijs bruin heterogeen leemextractiekuil

71 9 rond grijs blauw homogeen

72 9 onregelmatig grijs blauw homogeen

73 9 ovaal grijs blauw homogeen

74 9 vierkantig zwart bruin houtskool brokken veel heterogeen romeinse brandkuil romeins romeinse dakpannen

75 10 onregelmatig grijs bruin heterogeen afvalkuil

76 10 rond grijs blauw homogeen

77 10 rond grijs blauw heterogeen

78 10 rond grijs bruin heterogeen

79 10 onregelmatig grijs blauw heterogeen

80 10 rond grijs bruin heterogeen

81 10 rond grijs bruin heterogeen

82 10 rechthoekig grijs blauw heterogeen

83 10 rond grijs blauw homogeen

84 10 rond grijs blauw homogeen

85 11 onregelmatig grijs bruin heterogeen

(30)

Vondstnummer Werkput Vlak Spoornummer/losse vondst Materiaalsoort Determinatie Datering

1 1 1 1 aardewerk handgevormd aardewerk metaaltijd

2 1 1 2 aardewerk rood dunwandig aardewerk late middeleeuwen-nieuwe tijd 3 1 1 5 aardewerk maaslands wit en handgevormd aardewerk volle middeleeuwen

4 2 1 11 aardewerk protosteengoed volle middeleeuwen-late middeleeuwen 5 2 1 15 aardewerk rood aardewerk, wit geglazuurd , 1 pootje van een grape nieuwe tijd

6 3 1 24 aardewerk rood geglazuurd aardewerk nieuwe tijd 7 4 1 26 aardewerk rood geglazuurd aardewerk nieuwe tijd 8 4 1 27 aardewerk rood geglazuurd aardewerk nieuwe tijd 9 4 1 28 aardewerk rood geglazuurd aardewerk nieuwe tijd

10 4 1 30 aardewerk dun rood geglazuurd aardewerk late middeleeuwen-nieuwe tijd 11 5 1 34 aardewerk protosteengoed met ijzerengobe en rood geglazuurd late middeleeuwen-nieuwe tijd 12 5 1 35 aardewerk pingsdorf(?) en grijs dunwandig aardewerk met geknepen standvoet late middeleeuwen-nieuwe tijd 13 5 1 37 aardewerk rood geglazuurd aardewerk nieuwe tijd

14 5 1 42 aardewerk maaslands wit en handgevormd aardewerk volle middeleeuwen 15 6 1 49 aardewerk maaslands wit en protosteengoed late middeleeuwen 16 6 1 50 aardewerk maaslands wit volle middeleeuwen 17 6 1 52 aardewerk maaslands wit volle middeleeuwen 18 7 1 53 aardewerk handgevormd aardewerk metaaltijd

19 8 1 54 aardewerk handgevormd aardewerk metaaltijd 20 8 1 56 aardewerk handgevormd aardewerk metaaltijd 21 9 1 63 aardewerk handgevormd aardewerk metaaltijd 22 9 1 66 aardewerk handgevormd aardewerk metaaltijd 23 9 1 70 aardewerk maaslands wit en dunwandig roodbakkend aardewerk late middeleeuwen 24 9 1 71 aardewerk silex afslag (vormeloos) en stuk brusseliaanzandsteen onbekend 25 9 1 72 aardewerk dunwandig grijsbakkend late middeleeuwen

(31)

61.30 61.35 61.33 61.33 61.36 61.29 61.30 60.56 60.40 60.32 60.31 60.23 60.17 60.29 60.28 60.31 60.26 60.30 60.31 60.28 60.32 60.31 60.41 61.17 61.02 61.12 61.10 61.08 61.19 61.30 61.27 60.25 60.20 60.15 60.59 60.58 60.54 60.45 60.37 60.27 60.20 60.00 60.02 61.19 61.22 61.18 61.23 61.25 61.35 61.29 61.28 61.26 61.17 60.41 60.36 60.36 60.31 60.18 60.19 60.18 61.19 61.18 61.24 61.25 61.17 61.26 61.21 61.21 61.17 61.15 60.02 60.19 60.35 59.92 60.22 60.26 60.24 60.18 60.15 60.21 61.11 61.09 61.08 61.18 61.28 61.33 61.42 61.28 61.30 61.33 61.31 60.86 60.77 60.61 60.57 60.54 60.53 60.56 60.53 60.52 59.98 59.37 60.49 60.14 60.15 61.22 61.19 61.17 61.14 61.25 61.10 60.90 60.75 60.61 60.59 60.65 59.56 59.61 59.93 59.96 60.13 60.33 60.34 60.29 60.19 60.20 60.12 61.34 61.23 61.30 61.22 61.09 60.36 60.41 60.27 60.25 60.61 60.71 60.72 60.75 60.75 60.80 60.80 60.86 60.84 60.83 60.84 60.84 61.44 61.25 61.55 61.75 61.35 61.37 61.60 61.42 61.14 61.09 61.34 60.70 60.73 60.86 60.69 60.63 60.84 60.45 60.24 60.04 60.06 60.03 59.96 59.85 59.18 58.76 58.64 58.42 58.31 57.26 57.54 57.97 58.18 58.55 58.93 58.97 58.97 58.89 58.70 58.31 58.04 58.21 58.19 58.31 58.31 58.47 58.34 58.36 58.62 58.82 59.04 59.17 59.34 59.52 60.15 60.24 60.16 60.22 60.23 59.56 59.55 59.53 59.49 58.51 58.45 58.41 58.34 58.16 57.99 57.67 57.48 57.10 57.06 57.40 58.30 58.45 58.47 58.52 58.55 58.62 58.72 58.76 59.00 59.21 59.28 59.46 59.66 59.95 60.16 60.23 60.29 60.40 60.40 59.62 59.61 59.61 59.60 59.46 59.25 59.12 59.02 58.82 58.67 58.25 58.07 57.80 57.64 57.00 58.33 58.39 58.54 58.79 59.24 59.23 59.29 59.15 58.90 58.63 58.55 58.52 57.45 57.68 57.99 58.37 58.27 57.48 57.36 61.28 61.31 197 MV MV MV MV MV MV MV MV AV AV AV S1 S2 S3 S4 S5 S6 S7 S8

Wp2

MV MV MV MV MV MV MV AV AV AV AV AV AV S9 S10 S11 S12 S13 S14 S11 S11 S15

Wp3

MV MV MV MV MV MV MV MV MV S19 AV S25

Wp4

MV MV MV MV MV MV MV MV S26 PP S26 S27 S28 S29 S30 AV

Wp5

MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV S31 S32 S32 S33 S34 S35 S36 S37 S38 S39 S40 S41 S42 S43 S44

Wp6

MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV AV S45 S46 S47 S48 S49 S50 S51 AV AV AV AV S52

Wp7

MV MV MV AV AV AV W W W W W W W K K K K K K K K K K MUUR MUUR

SCHOOL

K K K K

Wp8

MV MV MV MV MV MV MV MV MV AV AV S54 S55 S56 S57 S58 S59 S60 S61

Wp9

MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV S62 S63 S64 S65 S66 S67 S68 S69 S70 S71 S72 S73 S74 AV AV AV AV

Wp10

MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV MV S75 AV AV AV S76 S77 AV AV AV AV AV AV AV AV AV S84 S83 S82 S81 S80 S79

Wp11

MV MV MV MV MV MV MV AV AV S85 S86 S86

Wp1

S53

209924.18

209937.64

209951.1

209964.56

209978.02

209991.48

210004.93

210018.39

210031.85

210045.31

165802.19

165815.65

165829.11

165842.57

165856.03

165869.49

165896.4

165909.86

165923.32

165882.94

60.58 60.59 60.65 60.48 60.37 S16 S17 S18 S19 S20 S21 S22 S23 S24

0 10 20 30 40 50 m

noord

S78

Proefput 1

Proefput 3

Brustem Kapelhof, project 2014-022

afmetingen werkputten

Wpnr lengte m breedte m opp m²

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

proefput 1

proefput 2

proefput 3

vrijgelegde oppervlakte in m²:

22.75

27.50

30.80

30.55

42.50

34

7.60

39.80

57.30

65.50

20.40

2.50

3

2.80

2

2

2

2

2

2

2

2

2

2

2

1.70

2

2

45.50

55

61.60

61.10

85

68

15.20

79.60

114.60

131

40.80

4.25

6

5.60

773.25 m²

KAPEL

GEASF

AL

TEERD VOETP

AD

58.42 MV 58.54 MV 58.56 MV 57.51 57.40

perceelscheiding

Proefput 2

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Met de nieuwe sensoren en satellietbeelden zou het mogelijk moeten zijn om ziekten en plagen vroegtijdig in het gewas op te sporen (detectie van besmettingshaarden) en

Daarnaast is de mechanische eenheid van belang, bijvoorbeeld bij het machinaal planten; - De hoeveelheid wit is bij gebruik van een plug meestal minder als bij een losse plant; -

Iets minder effectief, maar makkelijker, is een jute zak waar slakken zich onder kunnen verschuilen.. • Als (op basis van signalering) problemen met slakken zijn te verwachten, dan

Uit leliewortels met symptomen van het onbekende wortelrot zijn schimmels en bacteriën gevonden waarvan uit eerder onderzoek is gebleken dat ze niet in staat waren om in

De Kenniskring Weidevogels van het Ministerie van LNV, ingesteld in 2006, houdt zich bezig met de vraag welke kennis over weidevogels nodig is om te komen tot een

figuur 12: Totale kostprijs van een enkel geproduceerde pootvis van 5 gram (beneden) of 40g (boven) uitgezet tegen het uurloon voor de arbeid... De elektriciteitskosten kunnen

Mensen die via de media aan informatie komen zijn minder goed op de hoogte van de melkveehouderij en hebben een negatiever beeld dan mensen die hun kennis van de melkveehouderij uit

Onderzochte toedieningsvormen zijn poederformuleringen en vloeibare formuleringen van de totale bacteriekweek, van de door de bacterie geproduceerde groeiregulatoren en van de