• No results found

Het functioneren van HBO-verpleegkundigen in de praktijk van de gezondheidszorg

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het functioneren van HBO-verpleegkundigen in de praktijk van de gezondheidszorg"

Copied!
110
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Het functioneren van HBO-verpleegkundigen in de praktijk van

de gezondheidszorg

Citation for published version (APA):

Pieterse, B. T. M. M., & Verwey, J. A. (1983). Het functioneren van HBO-verpleegkundigen in de praktijk van de

gezondheidszorg. (EUT - BDK report. Dept. of Industrial Engineering and Management Science; Vol. 8).

Technische Hogeschool Eindhoven.

Document status and date:

Gepubliceerd: 01/01/1983

Document Version:

Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be

important differences between the submitted version and the official published version of record. People

interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the

DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page

numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners

and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights.

• Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research.

• You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please

follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at:

openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)

Eindhoven

University of Technology

the Netherlands

Department of

Industrial Engineering

& Management Science

Tabellenboek

behorende bij :

Onderzoek naar het functioneren van afgestudeerde

HBO-verpleegkundigen in de praktijk van de gezondheidszorg .

Drs . B .Th .M .M . Pieterse

Dr. J .A . Verwey

Project

'Opleiding en werksituatie verplegenden'

juli 1983

(3)

TABBLLENAO$X

---behorende bij :

Onderzoek naar het functioneren van afgestudeerde F3BO-verpleegkundigen

in de praktijk van de gezondheidszorg .

drs . B .Th .M .M . Pieterse

dr . J .A . Verwey

Technische Hogeschool Eindhoven

Afdeling der Bedrijfskunde

Project "Opleiding en werksituatie verplegenden"

juli 1983 .

(4)

TABELLEN

BIJ

HOOFDSTUK 5

(5)

Tabel 5 .4 . ~enen ~r de voorkeur voor een ector van do gezondheidszorg bij afstudereae

sector van voorkeur geen

ant-reden voorkeur woord A B Z V W AGG.Z Anders Totaal

geen antwoord 60 21 17 2 95,2% 7,3% 9,3% 5,0% (1) aard verpl ./ 0 30 31 5 type hulpvraag 0,0% 10,4% 17,0% 12,5% (2) werksituatie/ 1 4 6 0 arDeidsvoorw . 1,6% 1,4% 3,3% 0,0% 0 6 2 10 118 0,0% 1,98 10,0% 23,3% 12,2% 2 59 9 7 143 20,0% 18,4% 45,0% 16,3% 14,6% 0 27 2 0 40 0,0% 8,4% 10,0% 0,0% 4,1% (3) opdoen van 0 122 5 3 0 4 0 3 137 ervaring 0,0% 42,2% 2,7% 7,5% 0,0% 1,2%' 0,0% 7,0% 14,2% (4) stage-ervaring 1 8 25 14 1 9 0 4 62 1,6% 2,8% 13,7% 35,0% 10,0% 2,8t 0,0% 9,3% 6,4% (1+2) hulpvraag en 0 4 15 2 1 169 3 7 201 werksituatie 0,0% 1,4% 8,2% 5,0% 10,0t 52,6% 15,0% 16,3% 20,81 1/2/3 of 4 0 27 19 2 1 12 1 2 64 0,0% 9,3% 10,4% 5,0% 10,0% 3,7% 5,0% 4,7% 6,6% meerdere + 0 41 48 7 3 28 0 6 133 anders 0,0% 14,2% 26,4% 17,5% 30,0% 8,7% 0,0% 14,0% 13,7% anders 1 32 16 5 2 7 3 4 70 1,6% 11,1% 8,8% 12,5% 20,0% 2,2% 15,0% 9,3% 7,2% totaal 63 289 182 40 10 324 20 43 9" 10010% 100,0! 100,0t 100,0% 100,0% 10010% 100,0% 100,0% 100 0,0i

(6)

Tabel 5 .7 . Voorkeur, realiseren van de voorkeur en instroom betreffende de zwakzinnigenzorg voo . verschillende afstudeerjaren . afstudeerjaar 1976 en 1977 1978 en 1979 1980 1981 voorkeur 11 9 10 10 6,6% 3,6% 4,1% 3,3% realiseren 6 3 7 5 voorkeur 54,5% 33,3% 70,0% 50,0% instroom 9 5 8 12 5,4% 2,0% 3,3% 4,0%

Tabel 5 .8 . Voorkeur, realiseren van de voorkeur en instroom betreffende het verpleeghuis voor verschillende afstudeerjaren . afstudeerjaar 1976 en 1977 1978 en 1979 1980 1981 voorkeur 1 6 1 2 0,6% 2,4% 0,4% 0,7% realiseren 1 3 1 1 voorkeur 100,0% 50,0% 100,0% 50,0% instroom 6 8 7 13 3,2% 3,2% 2,8% 4,3%

Tabel 5 .9 . Voorkeur, realiseren van de voorkeur en instroom betreffende de ambulante geestelijke gezondheidszorg voor verschillende afstudeerjaren .

afstudeerjaar 1976 en 1977 1978 en 1979 1980 1981 voorkeur 4 6 4 6 2,4% 2,4% 1,6% 2,0% realiseren 3 - 1 voorkeur 75,0% 25,0% instroom 3 1 1 2 1,8% 0,4% 0,4% 0,7%

(7)

Tabel 5 .10 . Relatie tuaran doctor aerate baan en realiseren voorkeur bij afstuderen .

sector voorkeur voorkeur niet onbekend totaal eerste baan gerealiseerd gerealiseerd

A 236 72 15 323 73,1% 22,3% 4,6% 100,0% B 122 39 10 171 71,3% 22,8% 5,8% 100,0% Z 21 11 2 34 61,8% 32,4% 5,9% 100,0% V 6 22 6 34 17,6% 64,7% 17,6% 100,0% W 218 19 5 242 90,1% 7,9% 2,1% 100,0% AGGZ 4 2 1 7 57,1% 28,6% 14,3% 100,0% anders 0 82 62 144 0,0% 56,9% 43,1% 100,0% onbekend 13 968

Tabel 5 .11 . Sollicitatie in het veld van voorkeur na afstuderen .

sollicitatie sector geen

voorkeur antwoord ja nee totaal

geen antwoord 51 9 3 63 81,0% 14,3% 4,8% 100,0% A 1 270 18 289 0,3% 93,4% 6,2% 100,0% 8 1 170 11 182 0,5% 93,4% 6,0% 100,0% Z 0 32 8 40 0,0% 80,0% 20,0% 100,0% V 0 8 2 10 0,0% 80,0% 20,0% 100,0% W 0 274 47 321 0,0% 85,4% 14,6% 100,0 % A®GZ 0 14 6 20 0,0% 70,0% 30,0% 100,0% Anders 3 36 4 43 7,0% 83,7% 9,39 100,Oi Totaal 56 813 99 968 5,8% 84,0% 10,2% 100,0 %

(8)

Tabel 5 .12 . Instroom van respondenten naar andere banen en tijds-bestedingen gedurende de afstudeerjaren 1976 t/m 1981 .

aantal respondenten pct . van totaal aantal eerste baan/ afgestudeerde respondenten tijdsbesteding (1976 - 1981) (1976 - 1981)

andere baan binnen de 48 5,0% gezondheidszorg

andere baan niet in 20 2,1% de gezondheidszorg

andere opleiding binnen 6 0,6% de gezondheidszorg opleiding buiten de 11 1,1% gezondheidszorg buitenland, in gezond- 9 0,9% heidszorg werkzaam buitenland, niet in de 6 0,6% gezondheidszorg werkzaam militaire dienst 26 2,7%

(9)

Tabel 5 .13 . merete baan van 150-verpleegkundigen afkomstig van diverse scholen, voor het afstudeerjaar 1981 .

Sector

Afstudeerjaar 1981 school herkomst

Am 8hv Leu Nij Sit Vb Totaal

geen antwoord 0 0 1 1 0 0 2 0,0% 0,0% 1,86 1,7% 0,0% 0,0% 0,7% A 23 5 15 11 4 14 72 45,1% 14,3% 27,3% 18,64 11,1% 21,9% 24,0% s 5 4 Is 8 4 5 41 9,8% 11,4% 27,3% 13,6% 11 .1e 7,8% 13,7% Z 0 1 2 5 2 2 12 0,0% 2,9% 3,6% 8,51 5,6% 3,1$ 4,0% V 2 2 3 3 1 2 13 3,9% 5,7% 5,5% 5,1% 2,8% 3,1% 4,3% W 11 16 11 18 22 34 112 21,6% 45,7% 20,08 30,5% 61,1% 53,1% 37,3% AGVSZ 1 0 1 0 0 0 2 2,0% 0,0% 1,8% 0,0% 0,0% 0,0% 0,7% Anders 1 2 3 2 1 5 14 Gezondheidszorg 2,0% 5,1% 5,5% 3,4% 2,8% 7,8% 4,7% Anders 8 5 4 11 2 2 32 15,7% 14,3% 7,3 % 18,68 5,6! 3,1% 10,71 Totaal 51 • 35 55 59 365 64 300 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0e 100,08

(10)

Tabel 5 .14 . Gemak vinden baan per sector .

gemak vinden baan

sector gemakkelijk niet zo moeilijk geen totaal eerste baan gemakkelijk antwoord

A 296 13 11 3 323 91,6% 4,0% 3,4% 0,9% 100,0% $ 150 11 6 4 171 87,7% 6,4% 3,5% 2,3% 100,0% Z 28 5 1 0 34 82,4% 14,7% 2,9% 0,0% 100,0% V 26 3 2 3 34 76,5% 8,8% 5,9% 8,8% 100,0% W 223 12 3 4 242 92,1% 5,0% 1,2% 1,7% 100,0% AGGZ 7 0 0 0 7 100,0% 0,0% 0,0% 0,0% 100,0% anders 89 12 7 36 144 61,8% 8,3% 4,9% 25,0% 100,0% onbekend 9 0 0 4 13 69,2% 0,0% 0,0% 30,8% 100,0% totaal 828 66 30 54 968 85,5% 5,8% 3,1% 5,6% 100,0%

Tabel 5 .15 . Hat gemak waarmee een baan (in de gezondheidszorg) gevonden werd per afstudeerjaar .

afstudeerjaar

q~ttak vinden geen 1976 en 1978 en

baan antwoord 1977 1979 1980 1981 totaal

geen antwoord 0 5 2 4 3 14 0,0% 3,3% 0,9% 1,8i 1,1% 1,6t gemakkelijk 1 137 202 207 227 774 100,0% 89,5% 91,8% 94,5% 85,3% 90,1% niet zo 0 8 13 6 20 47 gemakkelijk 0,0% 5,2% 5,98 2,7% 7,51 5,5% weilijk 0 3 3 2 16 24 0,0% 2,0% 1,4% 0,9% , 6,0% 2,8% totaal 1 153 220 219 266 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,01 100,0t

(11)

Tabel 5 .16 . De periode na afstuderen waarin am een baan vond per neotor eerste baan .

hoelang na af- sector eerste baan studeren bent

U in de ge- geen zdndheidazorg

ant-~n werken woord A B Z V W AGGZ Anders 9btaelj

geen antwoord 4 2 4 0 3 3 0 36 52 30,8i 0,6% 2,3% 0,0% 8,3% 1,2% 0,0% 25,0% 5,4% 0-2 mnd• 6 197 101 20 18 144 4 41 531 48,2% 61,0% 59,1% 58,8% 52,9% 59,5% 57,1% 28,5% 54,9t 3-4 mnd . 0 89 35 11 9 69 2 23 238 0,2% 27,6% 20,5% 32,4t 26,5% 28,5! 28,6% 16,0% 24 .4% 5-6 land . 1 17 9 1 2 12 ' 0 15 57 7,7% 5,3% 5,3% 2,% 5,9i 5,0% 0,0% 10,4% 5,46 7-12 mnd . 2 10 9 1 1 10 1 12 16 15,48 3,1% 5,3% 2,9% 3,9! 4,2% 14,3% 3,3$ 4,3% 13-18 and. 0 2 1 1 0 1 0 11 16 0,0% 0,6% 0,6% 2,94 0,0' 0,4% 0,0% 7,68 1,75 19-24 end . 0 0 0 0 0 0 0 2 2 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,01 1,4% 0„3* langer dan 0 6 12 0 1 3 0 4 26 24 mnd . 0,0% 1,9% 7,0% 0,0% 2,9% 1,2% 0,0% 2,8% 2,70 totaal 13 323 171 34 34 242 , 7 144 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,0! 100,0% 100,0% 100,0a 100,01 100 ."

(12)

Tabel 5 .17 . Vragen en antwoorden betreffende de afstemming tussen de opleiding en het werkveld ( HBO-verpleegkundigen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) .

Wat is Uw totaalindruk voldoende matig onvol- geen mening of totaal van de afstemming tussen doende geen antwoord

de opleiding HBO-V en de

---praktijk van de gezond- 615 188 26 30 859

heidszorg 71,6% 21,9% 3,0% 3,5% 100,0%

Hoe beoordeelt U de wij-ze waarop de tijdens de opleiding verworven

ken-nis en vaardigheden aan- voldoende matig onvol- geen mening of totaal sloten bij Uw eerste func- doende geen antwoord

tie in de gezondheidszorg---kennis 659 153 29 1 17 859 76,7% 17,8% 3,4% 0,1% 2,0% 100,0% ---verpleegtechnische 494 255 78 7 25 859 vaardigheden 57,5% 29,7% 9,1% 0,8% 2,9% 100,0% ---°---°---sociaal-agogische 772 50 9 2 26 859 vaardigheden 89,9% 5,8% 1,0% 0,2% 3,0% 100,0%

kwam het werk tijdens de het kwam het kwam het kwam geen antwoord totaal inwerkperiode overeen overeen min of niet

over-met wat U ervan verwacht meer een had overeen

---^---515 262 65 17 859

60,0% 30,5% 7,6% 2,0% 100,0%

Waren de verwachtingen die men in de instelling tijdens de inwerkperiode ten aanzien van Uw kennis en vaardigheden stelde te hoog juist goed, te hoog of

te laag

juist te laag geen goed mening geen totaal antwoord verwachtingen t .a .v . 195 526 78 35 25 859 kennis 22,7% 61,2% 9,1% 4,1% 2,9% 100,0% verwachtingen t .a .v . 190 436 158 49 26 859 verpleegtechnische 22,1% 50,8% 18,4% 5,7% 3,0% 100,0% vaardigheden ---verwachtingen t .a .v . 72 526 174 57 30 859 sociaal-agogische 8,4% 61,2% 20,3% 6,6% 3,5% 100,0% vaardigheden

(13)

Tabel 5 .18 . Aspecten van het verpleegkuaW tg beroep die naar de mening van de resprnfQenten meer aandacht behoeven tijden* de opleiding .

aspecten van het verpleeg-ktlndig beroep die meer aandacht behoeven tijdens

de opleiding aantal malen pot . van het totaal genoemd aantal respondenten

verpleegtechnische 193 19,9% vaardigheden

sociaal-agogische, 149 15,4% vaardigheden

verpleegkundige vakken 465 48,0%

onderverdeling aantal malen genoem9

--- verpleegkunde, 35 algemeen - speciele ver- 33 pleegkunde en verpleegkunde betrekking heb-bende op een bepaalde sector van de gezond-heidszorg - jeugdgezond- 187 heidszorg en kinderhygiene - methodiek 49 - psychiatrie 56 - gezondheids- 22 voorlichting en opvoeding - sociale kaart 15 - dieeetiek 6 - anders 62 469 recht-economie- 151 15,6% organisatiekunde sociologie-psychologie 85 8,8% andragogiek-agogiek wiskunde en natuurkunde 2 0,2% geneeskunde en anatomie- 127 13,1% fysiologie creatieve vakken en vrije expressie practische vaardigheden 182 en stages 18,8% anders 194 20,0% totaal 1561

(14)

~1 5 .19 . Aspecten van het verpleegkundig beroep, die siRder aandacht zouden behoeven tijdens de opleiding naar de mening van da respondenten .

aspecten van het verpleegkundig beroep diek minder aandacht behoeven tijdens de

opleiding HBO-V aantal malen pct . van het totaal genoemd aantal respondenten

verpleegtechnische 4 0,4% vaardigheden sociaal-agogische 69 7,11 'Vaardigheden verpleegkundige 24 2,54 vakken recht-economie 54 5,6% organisatiekunde sociologie-psychologie 65 6,7% andragogiek Nederlands 13 1,3% wiskunde, natuurkunde 38 3,9% scheikunde ge+neeskunde 12 1,2% creatieve vakken 30 3,1% praktische vaardigheden 4 0,4% anders 59 6,1% totaal 372

(15)

Tabel 5 .20 . De totaalindruk van de afstemming tussen de 880-V en de praktijk van de gezondheidszorg par afstudeerjaar t~verploegknMigm . indien huidige baan is in de geaondheidagorg) .

afstudeerjaar

geen 1976/ 1978/

totaalindruk antwoord 1977 1979 1980 1981 totaal

geen antwoord 0 7 4 10 8 29 0,0% 4,6% 1,8% 4,6% 3,08 3,4% voldoende 1 102 166 155 191 615 100,0% 66,7% 75,5% 70,8% 71,8% 71,6% ,matig 0 36 44 50 58 188 0,0% 23,5% 20,0% 22,8% 21,8% 21,9% onvoldoende 0 8 6 4 8 26 0,0% 5,2% 2,7% 1,8% -3,0% 3,0% geen mening 0 0 0 0 1 1 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,44 0,1% totaal 1 153 220 219 266 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

Tabel 5 .21 . Totaalindruk van de afstemming tussen de 88o-v en de praktijk van de qezondàeidsrorg per school (8B0-verpleegkundigen, indien huidig* baan is in de gezondheidszorg) . '

school

totaalindruk Ais 8hv Leu mij sit Vb Totaal

geen antwoord 5 0 7 12 1 4 29 3,7% 0,0% 2,88 5,0% 2,91 2,4% 3,4% voldoende 92 26 159 178 33 127 615 68,7% 86,7% 63,1% 74,2% 94,3% 75,6% 71,6% matig 36 4 70 43 1 34 188 26,9! 13,36 27,8% 17,9% 2,9% 20,2% 21,9% onvoldoende 1 0 15 7 0 3 26 0,7% 0,0% 6,0% 2,9% 0,0% 1,8! 3,0% geen mening 0 0 1 0 0 0 1 0,0% 0,0% 0,4% 0,0% 0,0% 0,0% 0,1% totaal 134 30 252 240 35 168 859 15,6% 3,5% 29,3% 27,9% 4,1% 19,6% 100,0%

(16)

Tabel 5 .22 . Beoordeling van de wijze waarop de tijdens de opleiding verwerven kennis aansluit bij de eerste functie in de gezondheidszorg

per afstudeerjaar (HBO-verpleegkundigen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) .

afstudeerjaar

aansluiting geen 1976/ 1978/

kennis antwoord 1977 1979 1980 1981 totaal

geen antwoord 0 6 1 4 6 17 0,0% 3,9% 0,5% 1,8% 2,3% 2,0 % voldoende 1 112 181 175 190 659 100,0% 73,2% 82,3% 79,9% 71,4% 76,7% Imatig 0 27 32 36 58 153 0,0% 17,6% 14,5% 16,4% 21,8t 17,8% onvoldoende 0 8 5 4 12 29 0,0% 5,2% 2,3% 1,8% 4,5% 3,4% gsen mening 0 0 1 0 0 1 0,0% 0,0% 0,5% 0,0% 0,0% 0)1t totaal 1 153 220 219 266 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,01 100,0%

Tabel 5 .23 . Beoordeling van do wijze waarop de tijdens de opleiding verworven kennis aansluit bij de eerste functie in de gezondheidszorg per school (oordeel HBO-verpleegkundigen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) .

aansluiting school

kennis Am 81sv Leu mij sit Vb Totaal

geen antwoord 3 0 5 8 0 1 17 2,2% 0,0% 2,0% 3,3% 0,0% 0,6% 2,0% voldoende 103 17 172 197 31 139 659 76,9i 56,7% 68,38 82,1% 88,6% 82,7% 76,7% matig 22 12 57 31 4 27 153 16,4% 40,0% 22,6% 12,9% 11,4% 16,1% 17,8% onvoldoende 5 1 18 4 0 1 29 3,7% 3,3% 7,1% 1,7% 0,0% 0,6% 3,4% geen mening 1 0 0 0 0 0 1 0,7% 0,0% 0,03 0,0 1 0,0% 0,01 0,1% totaal 134 30 252 240 35 168 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(17)

Tabel 5 .24 . Beoordeling van de wijze waarop da tijdens de opleiding verworvb verpleegtechnische vaardigheden aansluiten bij de eerste functie in de gezondheidszorg per afstudeerjaar (EBO-verpleegkanidgen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) .

aansluiting afstudeerjaar

verpleegtech-nisohe vaar- geen 1976/ 1978/

digheden antwoord 1977 1979 1980 1981 totaal

geen antwoord 0 8 4 7 6 25 0,0% 5,2% 1,8% 3,2% 2,3% 2,9% voldoende 1 80 132 125 156 494 100,0% 52,3% 60,0% 57,1% 58,6% 57,5% matig 0 48 65 68 74 255 0,0% 31,4% 29,5% 31,1% 27,8! , 29,7% onvoldoende 0 15 18 16 29 78 0,0% 9,E% 9,2% 7,3% 10,9% 9,1 % geen msning 0 2 1 3 1 7 0,09 1,3% 0,5% 1,4% 0,45 0,8% totaal 1 153 220 219 266 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

Tabel 5 .25 . Beoordeling van de wijze waarop de tijdens de opleiding verworven verpleegtechnische vaardigheden aansluiten bij de eerste functie in de gezondheidszorg per school (HBO-verpleeg-kundigen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) . aansluiting school

verpleegtech-nische

vaar-digheden Am ICtv Len Nij sit Vb Totaal

geen antwoord 4 0 10 9 0 2 25 3,0% 0,0% 4,0% 3,8% 0,0% 1,2% 2,9% voldoende 77 22 128 145 32 90 n 494 57,5% 73,3% 50,8% 60,41 91,4% 53,68 57,5% matig 37 7 87 60 3 61 255 27,6! 23,3% 34,5% 25,0% 8,6% 36,3% 29,7% onvoldoende 14 1 26 22 0 15 78 10,4% 3,3% 10,3% 9,2% 0,0% 8,9i 9,1% geen mening 2 0 1 4 0 0 7 1,5% 0,0% 0,4% 1,7% 0,09 0,0% 0,8^ totaal 134 30 252 240 35 168 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,01 100,0% 100,0% 100,0%

(18)

Tabal 5 .26 . Beoordeling van de wijze waarop de tijdens de opleiding verworven sociaal-agogische vaardigheden aansluiten bij de eerste functie in de gezondheidszorg per afstudeerjaar (oordeel

H80-verpleegkundigen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) . aansluiting afstudeerjaar

sociaal-agogi-sche vaardig- geen 1976/ 1978/

heden antwoord 1977 1979 1980 1981 totaal

geen antwoord 0 8 5 8 5 26 0,0 % 5,2% 2,3! 3,7% 1,9b 3,0% voldoende 1 130 195 201 245 772 100,0% 85,08 88,6% 91,8% 92,1% 89,9% matig 0 10 17 10 13 50 0,0% 6,5% 7,7% 4,6% 4,9% 5,8+t onvoldoende 0 3 3 0 3 9 0,0% 2,0% 1,41 0,0% 1,1% 1,0 1 9ean mening 0 2 0 0 0 2 0,08 1,3% 0,0% 0,0% 0,0% 0,2% totaal 1 153 220 219 266 859 100,0$ 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0!

Tabel 5 .27 . Beoordeling van de wijze waarop de tijdens de opleiding verworven sociaal-agogische vaardigheden aansluiten bij de eerste functie in de gezondheidszorg per school (oordeel ~-verpleegkundigen, indien huidige baan is in de gezondheidszorg) .

aansluiting school sociaal-agogi-gische

vaar-digheden Am Ehv Leu wij sit Vb Totaal

geen antwoord 3 0 10 10 0 3 26 2,2% 0,0% 4,0% 4,2% 0,0% 1,8% 3,0% voldoende 117 30 222 215 34 154 772 87,3% 100,0% 88,1% 89,6% 97,1% 91,7% 89,90 matig 10 0 16 13 - 1 10 50 7,5% 0,0% 6,3% 5,4% 2,9% 6,0% 5, % onvoldoende 4 0 3 1 0 1 9 3,0i 0,0% 1,2% 0,4% 0,0% 0,6% 1,04 geen mening 0 0 1 1 0 0 2 0,0E 0,0% 0,4% 0,4% 0,01 0,0% 0,21 totaal 134 30 252 240 35 168 859 100,0% 100,01 100 .01 100,0i 100,0% 100,0% 100,0%

(19)

Tabel 5 .28 . Aelatie tussen stage in instelling waar sea na afstuderen gi~ werken en de beoordeling van de aansluiting van kennis en vaar-digheden op de eerste functie (indien huidige baan is in de gezondheidszorg) .

stage gelopen in instelling aansluiting geen

kennis antwoord j a nee totaal

geen antwoord 10 3 4 17 71,4% 1,0% 0,7% 2,0% voldoende 3 227 429 659 21,4% 79,1% 76,9b 76,7% matig 1 49 103 153 7,1% 17,1 % 18,5% 17,8% onvoldoende 0 8 21 29 0,0% 2,8% 3,8i 3,4% geen mening 0 0 1 1 0,0% 0,0% 0,2% 0,1% totaal 14 287 558 859 100,0L 100,0% 100,0% 100,0 %

aamaln.iting stage gelopen in instelling verpleeqte~

nische vaar- geen

digheden antwoord ja nee totaal

geen antwoord 10 6 9 25 71,4% 2,1% 1,6% 2,9% voldoende 3 171 320 494 21,4% 59,68 57,3% 57,5% matig 0 79 176 255 0,0 % 27,5% 31,56 29,7% onvoldoende 1 30 47 78 7,1% 10,5% 8,49 9,18 geen mening 0 1 6 7 0,0% 0,3% 1,1% 0,8% totaal 14 287 558 859 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(20)

aaneluitiny stage gelopen in lmtellinq

sociaal-agogi-sche vaardig- geen

heden antwoord ja nee totaal

geen antwoord 10 9 7 26 71,4% 3,1% 1,3% 3,0% voldoende 4 262 506 772 28,61 91,3% 90,79 89,9t matig 0 12 38 50 0,01 4,2% 6,8% 5^ onvoldoende 0 4 5 9 0,0% 1,4% 0,9% 1,0% geen mening 0 0 2 2 0,0% 0,0% 0,4i 0,2% totaal 14 287 548 $59 100,0% 100,0% 100,OS 100 , M

(21)

Tabel 5 .29. FBalatie tussen het al dan niet realiseren van de voorkeur in da eerste functie en de beoordeling van de aansluiting van kennis en vaardigheden op de eerste functie .

realiseren voorkeur aansluiting niet vaat

kennis op te stel-eerste functie

len ja nee totaal

geen antwoord 49 5 2 56 46,2% 0,8% 0,8% 5,8% voldoende 41 470 290 711 38,7% 77,4% 78,4% 73,5% matig 14 110 43 711 13,2% 18,1% 16,9% 17,3% onvoldoende 1 21 10 33 0,9i 3,6% 3,9a 3,41 geen mening 1 0 0 1 0,9% 0,0% 0,0% 0,1% totaal 106 607 235 968 100,01 100,0% 100,01 100,0+% realiseren Voorkeur aansluiting

verpleegtech- niet vast nische vaar- te

stel-digheden len ja nee totaal

geen antwoord 52 10 5 67 49,1% 1,6% 2,0% 6,9% voldoende 30 345 157 532 28,3% 56,8g 61,6% 55,0 % matig 16 197 60 273 15,1% 32,5% 23,5% 28,2% onvoldoende 7 49 33 89 6,6% 8,2% 12,9% 9,2% geen mening 1 6 0 7 0,01 1,0% 0,0% 0,71 totaal 106 607 235 968 100,0% 10G,.08 100,0% 100,0%

(22)

realiseren voorkeur *~Uiting

meiaal -aqpgi- niet vast scha vaardig- te

stel-heden len ja nee totaal

geert antwoord 51 11 3 65 48,11L 1,8% 1,21 6,7% v03.40ende 50 550 237 837 47,2% 90,6% 92,9% 86 .a1 utig 3 38 11 52 2,8{ 6,3% 4,3% 5,4* onvoldoende 2 6 4 12 1,9% 1,0% 1,6i 1, at goes mening 0 2 0 2 0,0% 0,3% 0,0% 0,2% totaal 106 69 7 235 968 100,0% 100,0% 100,0# tee .ip1

(23)

Tabel 5 .30 Afstamming opleiding - werkveld algemeen ziekenhuis (oordeel N9o-verpleagkurodigen) .

Algemeen ziekenhuis (n - 323)

voldoende matig onvoldoende geen antwoord of geen mening

Totaalindruk van de af- 215 89 10 9 stemming van de opleiding 66,6% 27,66 3,1% 2,8 % op de gezondheidszorg

Aansluiting van de kennis 256 53 10 4 op de eerste functie 79,3% 16,4% 3,1% 1,2%

Aansluiting van verpleeg- 153 119 43 8 technische vaardigheden op 47,4% 36,8% 13,3% 2,5% de eerste functie

Aansluiting van de sociaal-301 13 1 8 agogische vaardigheden op 93,2% 4,0% 0,3% 2,5% de eerste functie

het kwam het kwam het kwam geen antwoord overeen min of niet

meer overeen overeen

Xwam het werk in de in- 183 101 34 5 werkperiode overeen met de 56,7 % 31,3% 10,5% 1,5% verwachtingen

te hoog juist te laag geen mening

goed of geen antwoord

Verwachtingen in instel- 95 181 26 21 lingen t .o .v . kennis 29,4% 56,0% 8,0% 6,56 Verwachtingen in instel- 101 126 76 20 lingen t .o .v . verpleeg- 31,3% 39,09 23,5% 6,2% technische vaardigheden Verwachtingen in instel- 17 184 82 40 lingen t .o .v . sociaal- 5,31! 57,0% 25,4% 12,4% agogische vaardigheden

(24)

%bel 5 .31 . Afstemming opleiding -werkveld psychiatrische Instelling (oordeel ~-verpleegkundigen) .

Psychiatrische instelling (n = 171)

voldoende matig onvoldoende geen antwoord of geen mening

Totaalindruk van de af- 118 40 5 8 steaming van de opleiding 69,0% 23,41 2,9% 4,7% gezondheidszorg

Aansluiting van de kennis 123 33 12 3 op de eerste functie 71,9i 19,3% 7,0% 1,8%

Aansluiting van de ver- 111 40 12 8 pleegtechnische vaardig- 64,9% 23,4% 7,01 4,71 heden op de eerste functie

Aansluiting sociaal- 141 14 9 agogische vaardigheden 82,5% 8,2% 4,1% 5,3%

het kwam het kwam het kwam geen antwoord overeen min of niet

over-meer een overeen

M~ het werk tijdens de 100 53 14 4 inwerkperiode overeen met 59,5% 31,0% 8,2% 2,31 de verwachtingen

te hoog juist te laag geen mening of goed geen antwoord

Verwachtingen in instel- 39 93 26 13 lingen t .o .v . kennis 22,8% 54,4% 15,2% 7,61 Verwachtingen in instel- 30 101 24 18 lingen t .o .v . verpleeg- 17,5% 59,1% 14,0% 9,41 technische vaardigheden Verwachtingen In instel- 17 107 32 is linger t .o .v, sociaal- 9,9% 62,6% 18,74 8,e% agogische vaardigheden

(25)

1~l 5 .32 . Afstemming opleiding werkveld zwakzinnigenzorg (oordeel ~ v®rpleeyksmdigen) .

2»akzinnigenzorg (n - 34)

voldoende matig onvoldoende geen antwoord of geen mening

Totaalindruk van de afstem- 25 6 - 3 ming van de opleiding op 73,5% 17,68 - 8,8%

praktijk van de

gezond-zorg

~uiting van de kennis 31 3 -o p de eerste functie 91,2% 8,8%

-Aansluiting van de ver- 24 7 1 2 pleegtechnische vaardig- 70,6% 20,6% 2,9% 5,9, heden op de eerste functie

Aansluiting van de sociaal- 33 1 agogische vaardigheden op 97,1% 2,9% de eerste functie

het kwam het kwam het kwam geen antwoord overeen min of niet

over-meer een overeen

Kwam het werk tijdens de 22 10 2 inwerkperiode overeen met 64,7+R 29,4% 5,9% de verwachtingen

te hoog juist te laag geen mening of goed gom antwoord

Verwachtingen in instelling 8 22 2 2 t .o .v . kennis 23,5% 64,7% 5,9% 5,9% Verwachtingen in instel- 5 20 5 ling t .o .v . verpleegtech- 14,7% 58,8% 14,7% nische vaardigheden Verwachtingen in instel- 6 23 4 lingen t .o .v . sociaal- 17,6% 67,6% 11,8% agogische vaardigheden

(26)

Tabel 5 .33 . Afstemming opleiding - werkveld verpleeghuis ( oordeel MO-verpleegkundigen) .

Verpleeghuis (n s 34)

voldoende matig onvoldoende geen mening of geen antwoord

Totaalindruk van de afstem- 19 10 2 3 ming van de de opleiding op 55,9% 29,4% 5,9% 8,8%

praktijk van de gezondheids-zorg

Aansluiting van de kennis 24 5 2 3 op de eerste functie 70,6% 14,7% 5,9% 8,8%

aansluiting van de verpleeg- 16 8 7 3 technische vaardigheden op 47,1% 23,5% 20,6% 8,8% de eerste functie

Aansluiting van de sociaal- 29 2 - 3 Agogische vaardigheden op 85,3% 5,9% - 8,8% de eerste functie

het kwam het ksram het kwam geen antwoord overeen min of niet

over-meer een overeen

Kwam het werk tijdens de in- 12 38 5 4 werkperiode overeen met de 35,3% 2s 14,7% 11,8% verwachtingen

te hoog j uist te laag geen mening of goed geen antwoord

Verwachtingen in instel- 7 19 2 2 4 lingen t .o .v kennis 20,6% 55,9% 5,9% 5,9% 17,61 Verwachtingen in instel- 10 12 6 2 6 lingen t .o .v . verpleegtech- 29,4% 35,3% 17,6% 5,9% 17,6% nische vaardigheden Verwachtingen in instel- 2 16 8 4 8 lingen t .o .v . sociaal- 5,9% 47,1% 23,5% 11 .8% 23,5% agogische vaardigheden

(27)

Tabel 5 .34 . riftteaminq opleiding - werkveld kruisvereniqinq (oordeel HBO-verpleegkundigen)

.

1Crnisvereniging (n - 242)

voldoende matig onvoldoende geen antwoord of geen mening

9btaalindruk van de afstem- 193 35 8 6 Ming van de de opleiding op 79,8i 14,5% 3,3% 2 .5% praktijk van de

gezondheids-zorg

Aansluiting van de kennis 185 45 5 7 op de eerste functie 76,4% 18,6! 2,1% 2,9%

Aansluiting van de verpleeg- 158 66 11 7 technische vaardigheden op

65,3% 27,3% 4,5% 2,9 % de eerste functie

Aansluiting van de sociaal- 218 16 - 8 agogische vaardigheden op de 90,1% 6,6% - 3,3% eerste functie

het kwam het kwam het kvam geen mening overeen min of niet

over-meer een overeen

~va het werk tijdens de in- 167 68 4 3 werkperiode overeen met de 69,01 28,1%

1,7% 1,2% verwschtinqen

te hoog juist te laag geen mening <>£ goed geen antwoord

Verwachtingen in instel- 39 172 17 14 hagen t .o .v . kennis 16,18 71,18 7,08 5,8% Verwachtingen in instel- 35 146 43 18 lingen t .o .v . verpleegtech- 14,5% 60,3% 17,8% 7,4% nieahe vaardigheden Verwachtingen in instel- 25 163 35 19 linqen t .o .v . sociaal- 10,3% 67,4% 14,5% 7,9% agogische vaardigheden

(28)

Tabel 5 .35 . Afstemainq opleidiaq - werkveld ~~to geestelijke gezondheidssorg (oordeel ~verplesq7cqndigen) .

aqgz (n s 7)

voldoende matig onvoldoende geen antaooord

Totaalindruk van de afstem- 6 1 ming van de de opleiding op 85,7% 14,3%

praktijk van de gezondheids-zorg

Aansluiting van de kennis op 3 4 de eerste functie 42,9% 57,1%

Aansluiting van de verpleeg- 4 2 - 1 technische vaardigheden op 57,11 28 .6% - 14,3% de eerste functie

Aansluiting van de sociaal- 6 - 1 agogische vaardigheden op 85,71 - 14,3% de eerste functie

het kwam het kwam het kwam geen antwoord overeen min of niet

over-meer een overeen

swam het werk tijdens de in- 6 - 1 werkperiode overeen met de 85,7e - 14,31 verv~ iaqen

te hoog juist te laaq geen ~ng of goed geen antwoord

Verwachtingen in instel 1 6 -lingen t .o .v . kennis 14,3% 85,7% -Verwachtingen in instel- - 5 - 2 lingen t .o .v . verpleegtech- - 71,4% - 28,6% nische vaardigheden Verwachtingen in instel- 2 3 1 1 lingen t .o .v . sociaal- 28,6% 42,9% 14,3% 14,3% sgogische vaardigheden

(29)

i+abel 5 .36 . Aspecten van het verpleegkundig beroep die seer aandacht behoeven tijdens de opleiding B90-V per sector (oordeel MO-verpleegkundigen) (de percentages hebben betrekking op het aantal respondenten per sector) .

aspect van het sector waarin men in de eerste baan werkzaam wme verpleegkundig

beroep dat meer aandacht be-hoeft tijdens

de opleiding totaal A B Z V W AGGZ

Verpleegtech- 193 80 26 8 9 43 1 nische vaar- 19,96 24,8% 15,2% 23,5% 26,5% 17,8% 7,8% digheden 8ociaal-ago- 149 45 35 7 2 39 1 gische vaar- 15,4% 13,9% 20,5% 20,6% 5,9% 16,1% 7,81 digheden Verpleegkun- 465 - 102 72 11 10 197 7 dige vakken 48,0% 31,6% 42,1% 32,4% 29,4% 81,4% .100,0% ABcht-economie 151 60 36 5 4 21 1 organisatie- 15,6% 18,6% 21,0% 14,7% 11,8% 8,7% 7,8% kunde sociologie 85 22 23 6 3 20 -psychologie 8,8% 6,8% 13,5% 17,6% 8,8% 8,3% -andragogiek ~18kunde 2 2 Watuurkunde 0,2% 0,6% natie 127 5 20 4 3 45 fysiologie 13,1% 13,9% 11,7% 11,8a 8,8! 18,6% geneeskunde Vrij esp=essie 13 3 6 2 2 -creatieve 1,3% 0,9! 3,5% 5,9% - 0, EM -vakken Praktische 182 79 34 8 11 36 1 vaardigheden 13,1= 24,5% 19,9% 23,5% 32,4% 14,9% 7,8% stages Anders 194 64 41 10 5 49 2 20,0% 19,8% 24,0% 29,4% 14,7% 20,3% 15,4% 968 323 171 34 34 242 7

(30)

tabel 5 .37 . pe mate ~ln de !0}O-y g.alaaqd ia in haar doelstelling ven algemene inzetàaarheid naar de auaning van de respondenten . oordeel aantal respondenten

voldoende 640 66,1% matig 134 13,8% onvoldoende 34 3,5% geen mening 5 0,5 % geen antwoord 155 16,19 968 100,0%

(31)

Tabel 5 .38 . Voorzieningen inwerkperiode per sector (oordeel MBO-verpleeg-kundigen)

.

Sectoren

Voorzieningen A B Z V W

AGGZ Anders Totaal

Heeft U tijdens de inwerkperiode over verschillen-de afverschillen-delingen/ wijken gerou-leerd ja 31 20 8 nee 9,6t 11,7t 23,58 290 144 25 89,8% 84,2% 73,5% geen 2 7 1 antwoord 0,6% 4,1% 2,9% 323 171 34 100,0% 100,0% 100,0% 6 83 3 23 177 17,6% 34,3% 42,9% 16,0% 18,3% 24 155 4 84 731 70,6% 64,0% 57,1% 58,3% 75,5% 4 4 - 37 60 11,8% 1,7t - 25,7% 6,2% 34 242 7 144 968 100,0 16 10010% 100,0% 100,0% 100,0% Was er sprake van speciaal

voor U (en ande-re 8B0 V`ers) opgezet inwerk-p rogramma ja 62 20 1 4 151 3 15 258 19,2% 11,7% 2,9% 11,8% 62,4% 42,9% 10,4% 26,7% nee 255 146 33 26 85 4 13 647 78,9% 85,4% 97,1% 76,5% 35,1% 57,1% 72,2% 66,8t geen 6 5 - 4 6 - 4 63 antwoord 1,9% 2,9% - 11,8% 2,5% - 22,2% 6,5% 323 171 34 34 242 ' 7 32 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0t Was er sprake van een van te-voren schrifte-lijk vastgelegd programma antwoord 0,9% 4,1% - 11,8t 1,2% - 25,7% 6,91 323 171 34 34 242 7 144 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,01 100,0% 1000" ja 41 13 1 1 125 - 23 206 12,7% 7,6% 2,9% 2,9% 51,7% - 16,0% 21,35 nee 279 153 33 29 114 7 84 706 86,4% 89,5% 97,1% 85,3% 47,1% 100% 58,0% 72 .9% geen 3 5 - 4 3 - 37 56 Naren er afspra- ja ken over de duur van de totale in- nee werkperiode 4 37 369 57,1% 25,7% 38,1% 3 70 541 42,9% 48,6% 55,9% - 37 5e - 25,7% 6,0% 7 144 968 100,0% 100,0% 100,0 16 100,0 16 100,0t 100,0 1h 105 47 5 10 157 32,5% 27,5% 14,7% 29,4% 64,9% 215 117 29 20 82 66,6% 68,4% 85,3t 58,8% 33,9% geen 3 7 - 4 3 antwoord 0,9% 4,1% - 11,8% 1,2% 323 171 34 34 242 100,0% 10l 0, 0s

Werden aan het ja 79 27

3 5 110 1 27 254 begin van de

in-24,5% 15,8% 8,8% 14,7% 45,5% 14,3% 18,8% 26,2% werkperiode de nee 236 138 31 25 127 6 78 647 leerdoelen met u 73,1% 80,7% 91,2% 73,5% 52,5% 85,7% 54,2% 66,9% besproken geen 8 6 - 4 5 - 39 67 antwoord 2,5% 3,5% - 11,8% 2,1% - 27,1% 6,9% 323 171 34 34 242 7 144 9" 100,01 100,0% 100,01 100,0t 100,0% 100,0% 100,0% 1f0,*t

(32)

Worden aan het ja 60 30 5 3 89 begin van de in- 18,68 17,5% 14,7%

8,8% 36,8% werkperiode de nee 260 134 29 27 148 evaluatiecriteria 80,5% 78,4% 85,3%

79,4% 61,2% net U besproken geen 3 7 - 4 5

antwoord 0,9% 4,1% - 11,8% 2,1% 323 171 34 34 242 100,00% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% Vonden er regel- ja 141 65 12 10 200 matig evaluaties 43,7% 38,0% 35,3% 29,4% 82,6% plaats nee 176 97 22 19 37 54,5% 56,7% 64,7% 55,9% 15,3% geen 6 9 - 5 5 antwoord 1,9% 5,38 - 14,7t 2,16 323 171 34 34 242 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% Werd tijdens de ja 238 89 inwerkperiode de 73,7% 52,0% te dragen verant- nee 76 76 woordelijkheid 23,5% 44,4% langzaam opge- geen 9 6 voerd antwoord 2,8% 3,5% 80 46,8% 83 48,5% 8 323 171 34 100,0% 100,0% 100,0% Wrd tijdens uw ja 32 8 inwerkperiode een 9,9% 3,5% lijst met hand- nee 283 157 grepen of speci- 87,6% 91,8% fieke vaardighe- geen 8 8 den gebruikt antwoord 2,5! 4,7%

323 171 100,0% 100,0%

Waren er afspra- ja 138 ken over de per- 42,7% soon van wie u nee 176 gedurende de in- 54,5% rrorkperíode bege- geen 9 leiding zou antwoord 2,8% krijgen 323

100,08

Hoe vond -door 1 ver- 32 de bege- pleegkundige 9,98 leiding -door een 32 tijdens staflid van 9,9% de in- de afdeling werkpe- -door een HWc7 4 riode van de basis- 1,2% plaats eenheid -door een 16 praktijkbe- 5,0% geleider -door ver- 92 schillende 28,5% personen af-hankelijk van de situatie -door wille- 46 keurige per- 14,2% sonen -anders n .l . 52 16,1% -geen bega- 44 leiding 13,61 -geen 5 antwoord 1,5% 323 100,0! 15 12 161 44,1% 35,3% 66,5% 19 17 75 55,9i 50,0 % 31,0% - 5 6 - 14,7% 2,50 1 2,9% 32 94,1% 1 2,9% 34 100,0% 2 19 210 28,6% 13,24 21,7% 5 88 698 71,4% 61,1% 72,1% - 37 60 - 25,7% 6,2% 7 144 968 100,0 % 100,0s 100,0% 3 55 490 42,9% 38,2% 50,6% 4 52 412 57,1% 36,1% 42,6% - 37 66 - 29,7% 6, ft 7 144 968 100,0% 100,0% 100,0 % 6 68 597 85,7% 47,2% 61,7% 1 39 304 14,3% 27,1% 31,4% - 37 67 - 25,71 6,9% 34 242 7 100,0% 100,0% 100,0% 144 968 100,0% lee*" 2 9 - 5 56 5,9% 3,7% - 3,51 S . 9b 28 228 7 102 84S 82,4% 94,2% 100% 70,8% 97,31 4 5 - 37 67 11,8i 2,1% - 25,7% 6,9% 34 242 7 144 945 100,0% 100,0! 100,0% 100,0% 100,0% 11 12 216 32,4 1 35,31 89,3% 22 18 18 64,78 52,<^ 7,4% 1 4 8 6 60 S29 85,7% 41,7% 54.6% 1 46 367 14,3% 31,9% 37,9% - 38 72 4,7% 2,9% 11,84 3,3% - 26,4; 7,4* 171 34 34 242 7 144 9q 100,0% 100,0 1 100,0 1 100,01 100,0% 100,0% t00,sa 30 4 6 36 1 16 127 17,5% 11,8% 17,6% 14,9% 14,3% 11,1% 13,1% 19 - 3 - 1 9 65 11,1$ - 918% - 14,3% 6,3% 6,7% 2 -1,2% -2 63 1 4 77 5,9% 26,38 14,3% 2,8% 8,0• 3 1 1 - - 1 23 1,8% 2,9E 2,9% - - 0,7% 2,4% 42 24,6% 6 3 26 1 22 194 17,6% 8,8% 10,7% 14,3% 15,3% 20,0% 21 3 12,3% 8,8% 20 7 11,7% 20,6% 29 13 17,0% 38,2% 5 -2,9% -171 34 100,0% 100,0% 3 2 - 8 84 8,8i 0,8% - 5,6% 8,7% 2 101 3 34 220 5,9% 41,71 42,9% 23,5% 22,7% 10 6 - 13 115 29,4% 2,5% - 9,0% 11,9f 4 8 - 37 63 11,8! 3,3% - 25,7% 6,5% 34 242 7 144 968 100,0% 100,0 1 100,0% 100,0% 100 .0!

(33)

Tabel 3 .39 . Tevredenheid organisatie inwerkpsriode en begeleiding per (oordeel ~-verpleegkundigen) .

Tevredenheid organi-satie inwerkperiode en begeleiding

Hant U tevre- -tevre-den over de -tevre-den wijze waarop -matig de

inwerkpe-riode werd -onte-gearganiseerd vreden A 131 40,68 94 29,1% 80 24,8% -geen 12 mening 3,7% -geen 6 antwoord 1,9% 323 100,09 B 64 37,48 47 27,5% 47 27,5% 5 2,9% 8 4,7% 171 100,08

Z V W AGGZ Anders Totaal

sector 15 9 152 44,1% 26,5% 62,8% 8 8 47 23,5% 23,5% 19,4% 7 8 37 20,6% 23,5% 15,3% 2 4 2 5,% 11,8% 0,8% 2 5 4 5,% 14,7% 1,7% 34 34 242 100,0% 100,0% 100,0%

Hoe vond U de -goed 114 59 begeleiding 35,31 34,5% tijdens de -matig 119 59 werkperiode 36,8i 34,5% -slecht 62 27 19,2% 15,8 1h -geen me- 21 18 ning 6,5% 10,5% -geen 7 8 antwoord 2,2% 4,7% 323 171 100,0% 100,0%

Vond U de pe- -vol- 161 79 riode van be- doende 49,81 46,2% geleiding -matig 69 37 voldoende 21,4% 21,6% -onvol- 70 36 doende 21,7% 21,1% -geen 23 19 antwoord 7,1% 11,1% 323 171 100,0% 100,0%

Dienen er naar -ja 231 Uw mening verbe- 71,5% teringen aanga- -nee 70 bracht te worden 21,7% in de organisa- -geen 22 tie van inwerk- antwoord 6,8% periode en bege- 323 leiding 100,0% 10 29,4% 9 26,5% 4 11,83 11 32,4% 34 100,08 10 29,4% 6 17,8% 7 20,68 7 20,6% 4 11,8% 34 100,0% 155 64,0% 56 23,1% 23 9,5% 3 1,2% 5 2,1• 242 100,0% 15 14 184 44,1% 41,2% 76,0% 9 3 27 17,6% 8,8% 11,2% 10 12 24 29,4% 35,3% 9,96 3 5 7 8,8% 14,7% 2,9% 34 34 242 100,0% 100,0% 100,0% 116 22 19 133 67,83 64,7% 5S,% 55,0% 41 9 11 102 24,0% 26,5% 32,4% 42,1% 14 3 4 7 8,2% 8,8% 11,8% 2,9% 171 34 34 242 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 4 48 428 57,1% 33,3% 44,21 3 30 239 42,9% 20,86 24,7% - 22 202 15,39 20,% 5 31 3,5% 2,2% 39 68 27,1% 7,0% 7 144 968 100,0% 100,0% 100,0 % 2 48 404 28,6% 33,3% 41,7% 5 35 290 71,4% 24,3% 30,0t - 10 135 - 6,98 13,9 t - 12 72 - 8,5% 7,4% - 39 67 - 27,1% 6,9% 7 144 9&8 100,0% 100,0% 100,0% 5 57 520 71,4% 39,6% 53,7d 2 24 171 ' 28,6% 16,7% 17,7% - 18 170 - 12,5% 17,6% - 45 107 - 31,3% 11 .0% 7 144 968 100,0! 10010% 10010% 6 60 591 85,7% 41,7% 61,1% 1 41 280 14,3% 28,5% 28,96 - 43 97 - 29,% 10,08 7 144 968 100,0% 10,0% 100,0%

(34)

Tabe1 5 .40. Periode van begeleiding tijdens de inwerkperiode van de

eerste baan per sector (mening HBO-verpleegkundigen) .

periode sector begeleiding A B Z V W AGGZ geen antwoord 14 9 2 4 11 4,3% 5,3% 5,9% 11,8% 4,5% geheel niet 68 39 15 12 15 -21,1% 22,83 44,1% 35,3% 6,2% 0-2 mnd . 167 85 16 15 90 3 51,7% 49,7% 47,1% 44,1% 37,2% 42,9% 3-4 mnd . 48 24 1 2 41 3 14,9! 14,0% 2,9% 5,9% 16,9% 42,9% 56 mnd . 19 10 1 28 -5,9% 5,88 2,9s 11,65 7-8 mnd . 1 1 18 0,3 % 0,6% 7,4% 9-10 mnd . 1 - 11 0,3% 4,5% 11-12 mnd . 4 - 26 1,2% 10,7% 13-18 and . 1 1 0,3% 0,6% langer dan - 2 2 18 mnd . 1,2% 0,8t totaal 323 171 34 34 242 7 100,0% 100,0% 100,04 100,0% 100,0% 100,0%

Tabel 5 .41 . ~zakelijke verbeteringen aan ds orgenisatie van de inwerk-periode volgens de HBO-verpleegkandigen .

Verbeteringen Aantal respondenten

begeleiding 150 15,5% FK ogr a wla 211 21,8% s~ l begelei- 72 7,4% als programna anders 119 12,3% geen antwoord 416 43,0%

a6'® 1ÓÓ3%

(35)

Tabel 5 .42 . Lengte inwerkperiode naar de mening van de respondent per sector .

na hoeveel sector eerste baan -tijd was U geen

naar Uw mening

ant-ingewerkt woord A B Z V W AGGZ Anders Totaal

geen antwoord 4 6 5 30,8% 1,9% 2,9% 0 4 7 0 40 66 0,0% 11,88 2,9% 0,0% 27,8% 6,8% nog niet 1 13 6 2 2 20 0 10 54 ingewerkt 7,7% 4,0% 3,5% 5,9% 5,9% 8,3% 0,0% 6,9i 5,6% 0-2 mnd . 4 68 61 20 12 38 1 38 242 30,8% 21,1% 35,7% 58,8% 35,3% 15,7% 14,3% 26,4% 25,0% 3-4 mnd . 1 120 47 7 8 49 1 30 263 7,7% 37,2% 27,5% 20,6% 23,5% 20,28 14,3% 20,8! 27,2% 5-6 wind . 3 80 39 4 5 80 1 18 230 23,1% 24,8% 22,8% 11,8% 14,7% 33,1% 14,3% 12,5% 23,Si 7-8 mnd . 0 20 8 1 1 10 0 2 42 0,09 6,2% 4,7% 2,9i 2,9% 4,1% 0,0% 1,4% 4,3% 9-10 mnd . 0 9 0 0 0 7 1 1 18 0,0% 2,6% 0,0% 0,0% 0,0% 2,98 14,3% 0,7% 1,9L 11-12 mnd . 0 8 4 0 1 21 3 4 39 0,0% 1,9% 2,3% 0,08 2,9% 8,7% 42,9% 2,8% 4,0% 13-14 mnd . 0 1 1 0 1 8 0 1 12 0,0% 0,3% 0,6% 0,0% 2,9% 3,3% 0,0% 0,7% 1,2% langer dan 0 0 0 0 0 2 0 0 2 18 mnd . 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,8i 0,0% 000% 0,2% totaal 13 323 171 34 34 242 7 144 96 8 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0i 100 , Á%

(36)

Tabel 5 .43 . Lengte inwerkperiode naar de mening ran da instelling (volgans respondent) per sector .

na hoeveel sector eerste baan tijd was U

4e mening van geen de instelling

ant-ingewerkt woord A B Z V W AGGZ Anders Totaal

geen antwoord 4 7 7 0 4 9 0 38 69 30,8% 2,2% 4,11 0,0% 11,8ft 3,2% 0,0% 25,4% 7,1% nog niet 1 11 2 1 1 12 0 7 35 ingewerkt 7,7% 3,4% 1,2% 2,9% 2,9% 3,8% 0,0% 4,9% 3,6% 0-2 end . 3 177 94 26 16 80 2 48 386 23,19 36,2% 55,0% 76,5% 47,1% 33,11 28,6% 33,3% 39,9! 3-4 end . 1 94 34 3 3 44 1 27 207 7,7% 29,1% 19,9% 8,8% 8,8% 18,2% 14,3% 18,8% 21,4% 5-6 and . 2 46 16 2 15,4% 14,2% 9,41 5,9i 3 38 0 9 116 8,8% 15,7% 0,0% 6,3% 12,0% 7-8 mnd . 0 8 2 0 0 9 0 1 20 0,0% 2,5% 1,2% 0,0% 0,0% 3,7% 0,0% 0,7% 2,1% 9-10 and . 0 1 2 0 0 3 0 0 6 0,0% 0,3% 1,2% 0,0% 0,0% 1,2% 0,0% 0,0% 0,$ 11-12 mnd. 1 9 2 0 1 24 1 2 42 7,7% 2,86 1,2% 0,0% 2,9% 9,9% 42,9% 1,4% 4,311 13-18 end . 0 0 0 0 0 2 0 0 2 0,0% 0,0% 0,0% O,Ot 0,0% 0,81 0,0t 0,0% 0,2% langer dan 0 0 0 18 land . 0,0t 0,0% 0,0% 0 0 1 0 0 10,0% 0,0% 0,4% 0,0% 0,0% 0,1% mast ik niet 1 30 12 2 6 20 1 12 84 7,7% 9,3% 7,0% 5,95 17,61 8,3% 14,31 8,31 8,74 totaal 13 323 171 34 34 242 7 144 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(37)

'kabel 5 .44 . Overeenstemming over de lengte van de Inwerkperiode tussen

respondent en instelling per sector (oordeel HBO-verpleegkundigen) . sector eerste baan

mate van

overeen-stea m ing A B Z V W AGGZ Anders

Overeenstemming HBO- 174 as 26 is 116 1 60 verpleegkundige in- 53, <A 49,7% 76,5% 44,1% 47,99 14,3% 41,7% stelling over lengte

inwerkperiode Inwerkperiode naar 12 4 - 1 25 1 mening functionarissen 3,7% 2,3% - 2,9% 10,3% 14,3% in instellingen langer Inwerkperiode naar 99 63 6 8 72 5 33 mening functionarissen 30,7% 36,81 17,6% 23,5% 29,88 71,4% 22,9% in instellingen korter Onbekend 38 19 2 10 29 1 51 11,8% 11,1% 5,9% 29,4% 12,0% 14,3% 35,4% totaal 323 171 34 34 242 7 144 100,0% 100,0 1 100,08 100,04 100,0% 100,0% 100,0%

(38)

Tabel 5 .45 . Periode waarna na de 6iep-verplesgkun ttigon somt enige regel mat verantwoordelijke diensten vervulde (oordeel ~verpleegkundigen) .

A B Z v w AGGZ Anders Totaal

geen 8 6 2 4 7 0 40 71 antwoord 2,5% 3,5% 5,9% 11,8% 2,9% 17,8% 7,3% nog niet 10 5 0 2 2 0 2 24 ingewerkt 3,1% 2,96 5,9% 0,8% 1,4% 2,5% 0-2 mnd . 129 104 27 20 103 1 66 453 39,9% 60,8% 79,4% 58,8% 42,6% 14,3% 45,8i 46,8t 3-4 end . 120 43 5 5 99 5 26 305 37,2% 25,1% 14,76 14,7% 40,9% 71,4% 18,0% 31,51 5-6 end . 41 12 0 3 22 1 6 86 12,7% 7,08 8,8% 9,0% 1 4,3% 4,2% 8,9! _ 7-8 =id . 10 1 0 0 8 0 2 21 3,1% 0,6% 3,3% 1,4% 2,2% 9-10 mnd . 1 0 0 0 1 0 0 2 0,3% 0,4% 0,2 % 11-12 mnd . 2 0 0 0 0 0 1 3 0 ,6% 0,7% 0,3 % 13-18 mnd . 1 0 0 0 0 0 1 2 0,3% 0,7% 0,2% langer 1 0 0 0 0 0 0 1 1e land . 0,3% 0,1% onbekend totaal 13 323 171 34 34 242 7 144 9" 100,0% 100,0% 100,0• 100,0% 100,01 100 .0% 100,05 100,Ot

(39)

Tabel 5 .46 . Het vervullen van verantwoordelijke diensten en de mate waarin de respondenten zich daartoe in staat voelden .

A B Z V W A(;GZ Anders Totaal

MO-V'er vervulde ver- 176 87 25 15 142 4 63 151 aatwoordelijke dien- 54,5% 50,9% 73,5% 44,1% 58,7% 57,1% 43,8% 52,9% ten en voelde zich

hiertoe in staat

De BBO-V'er vervulde 121 70 7 13 80 3 33 327 verantwoordelijke 37,5% 40,9% 20,6% 38,2% 33,0% 42,9% 22,9% 33,8% diensten maar voelde

zich er nog niet toe in staat

tlSO-V'er vervulde nog 6 4 - 1 10 - 5 26 geen verantwoordelijke 1,9% 2,3% - 2,9% 4,1% 3,5% 2,7% diensten maar voelde

zich er wel toe in staat

Onbekend 20 10 2 5 10 - 43 103 6,2% 5,8% 5,9% 14,7% 4,18 29,9% 10,6%

Totaal 323 171 34 34 242 7 144 968 100,0t 100,0% 100,0% 100,0i 100,0i 100,0% 100,01 190yOs

(40)

Tabel 5 .47 . Betrouwbaarheidsanalyse voor schaal voorzieningen inwerkperiode eerste baan, voor de sectoren Algemeen ziekenhuis, Psychiatrische instelling, zwakzinnigenzorg, verpleeghuis .

Vraag 22 . Speciaal inwerkprogramma voor HBO-verpleegkundigen Vraag 23 . Schriftelijk vastgelegd inwerkprogramma

Vraag 24 . Afspraken duur inwerkperiode Vraag 25 . Bespreken leerdoelen

Vraag 26 . Bespreken evaluatiecriteria Vraag 27 . regelmaat evaluaties Vraag 35 . Afspraken over begeleiding . Correlatie matrix

vraag 22 vraag 23 vraag 24 vraag 25 vraag 26 vraag 27 vraag 35

vraag 22 1 .00 vraag 23 0 .46 1 .00 vraag 24 0 .40 0 .37 1 .00 vraag 25 0 .44 0 .44 0 .44 1 .00 vraag 26 0 .22 0 .36 0 .37 0 .48 1 .00 vraag 27 0 .30 0 .25 0 .41 0 .40 0 .31 1 .00 vraag 35 0 .32 0 .27 0 .39 0 .39 0 .35 0 .41 1 .00 Aantal respondenten : 524

Reliability coefficients 7 items

alpha = 0 .79809 Standardized i tem alpha - 0 .80453

Tabel 5 .48 . Betrouwbaarheidsanalyse voor schaal voorzieningen inwerkperiode eerste baan, voor de sectoren kruisverenigingen en AGGZ .

Vraag 22 . Speciaal inwerkprogramma voor HBO-verpleegkundigen Vraag 23 . Schriftelijk vastgelegd inwerkprogramma

Vraag 24 . Afspraken duur inwerkperiode Vraag 25 . Bespreken leerdoelen Vraag 26 . Bespreken evaluatiecriteria Vraag 27 . regelmaat evaluaties Vraag 35 . Afspraken over begeleiding .

Correlatie matrix

vraag 22 vraag 23 vraag 24 vraag 25 vraag 26 vraag 27 vraag 35

vraag 22 1 .00 vraag 23 0 .51 1 .00 vraag 24 0 .46 0 .45 1 .00 vraag 25 0 .38 0 .49 0 .42 1 .00 vraag 26 0 .32 0 .37 0 .38 0 .49 1 .00 vraag 27 0 .43 0 .38 0 .48 0 .43 0 .39 1 .00 vraag 35 0 .35 0 .30 0 .40 0 .30 0 .23 0 .47 1 .00 Aantal respondenten : 349

Reliability coefficients 7 items

(41)

Tabel 5 .49 . De correlatie tussen de voorzieningen, getroffen ten behoeve van inwerkperiode van HBO-verpleegkundigen en de lengte van de inwerkperiode .

1 . Correlatie tussen schaal voorzieningen inwerkperiode (vraag 22 t/m 27 en vraag 35) en de lengte van de inwerkperiode : 0 .17 .

2 . Correlatie tussen schaal voorzieningen inwerkperiode (vraag 22 t/m 27 en vraag 35) en de lengte van de inwerkperiode per school :

Amstelveen correlatie 0 .22 Eindhoven correlatie 0 .04 Leusden correlatie 0 .2 Nijmegen correlatie 0 .15 Sittard correlatie 0 .25 Voorburg correlatie 0 .17 .

3 . Correlatie tussen schaal voorzieningen inwerkperiode (vraag 22 vraag 35) en de lengte van de inwerkperiode per sector : Algemeen ziekenhuis correlatie 0 .11

Psychiatrische instelling correlatie 0 .19 Zwakzinnigenzorg correlatie -0 .21 Verpleeghuis correlatie 0 .26 Kruisvereniging correlatie -0 .14 AGGZ correlatie 0 .7 .

(42)

Tabel 5 .50 . Relatie tussen tevredenheid over de organisatie van de inwerkperiode en de lengte van de inwerkperiode .

tevredenheid organisatie inwerkperiode lengte inwerk- geen onte- geen

periode antwoord tevreden matig vreden mening totaal

geen antwoord 57 23 14 18 8 120 83,8% 5,4% 5,9% 8,9% 25,86 0-2 and . 6 133 54 37 12 242 8,8% 31,1% 22,6% 18,3% 38,7% 3-4 end . 2 118 78 58 7 263 2,96 27,6% 32,6% 28,79 22,6% 5-6 mnd . 2 110 56 59 3 230 2,9% 25,7% 23,4% 29,2% 9,7% 7-8 end . 1 15 14 12 0 42 1,5% 3,5% 5,9i 5,9% 0,0% 9-10 end . 0 8 6 4 0 18 0,0% 1,96 2,59 2,0% 0,0% 11-12 mnd . 0 18 10 10 1 39 0,0t 4,2% 4,2% 5,0% 3,2% 13-18 mnd . 0 2 7 3 0 12 0,0% 0,5% 2,9i 1,5% 0,0% lanqer dan 0 1 0 1 0 2 18 *ad . 0,0% 0,2% 0,01 0,5% 0,0% tOtaal 68 428 239 202 31 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,01 100,0% 100,0%

Tabel 5 .51 . Relatie tussen de tevredenheid over de organisatie van de inwerkperiode en de lengte van de inwerkperiode voor de intramurale gezondheidszorg .

lengte inwerkperiode geen

tevredenheid ant- 0-2 3-4 5-6 7-8 9-10 11-12 13-18 organisatie woord tand . mnd . mnd . land . mnd . mnd . mnd . totaal

geen antwoord 11 6 2 1 1 0 0 0 21 52,4% 28,6% 9,5% 4,8% 4,8% 0,0% 0,0% 0,01 100,0s tevreden 6 78 68 51 6 5 5 0 219 2,7% 35,6% 31,1% 23,3% 2,7% 2,3% 2,3% 0,0% 100,0% matig 4 40 57 35 13 2 4 2 157 2,5% 25,5% 36,3% 22,3% 8,3% 1,3% 2,5% 1,3% 100,0% ontevreden 11 28 49 40 10 2 1 1 142 7,7% 19,7% 34,5% 28,2% 7,0% 1,4% 0,7% 0 .7% 100,01 geen mening 6 9 6 1 0 0 1 0 23 26,1% 39,1! 26,1% 4,3% 0,0% 0,0% 4,3% 0,0% 104,91 totaal 38 161 182 128 30 9 11 3 96 2 6,8t 28,6% 32,4% 22,8% 5,3% 1,6t 2,0% 0,5% 100,09

(43)

Tabel 5 .52 . Relatie tussen de tevredenheid over de organisatie van de inwerkperiode, en de lengte van de inwerkperiode voor de extra-murale gezondheidszorg .

lengte inwerkperiode geen

tevredenheid ant- 0-2 3-4 5-6 7-8 9-10 11-12 13-18 langer organisatie woord and . mnd . mnd . mnd . mnd . end . mnd . dan 18 totaal

geen antwoord 4 0 0 0 0 0 0 0 0 4 100% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 100,0 1 tevreden 12 33 37 49 8 3 11 2 1 156 7,7% 21,2% 23,7% 31,4% 5,1% 1,9% 7,1% 1,3% 0,6% 100,0% matig 7 5 9 16 1 3 5 4 0 50 14,0% 10,0% 18,0% 32,0% 2,0% 6,01 10,0% 8,0% 0,0% 100,0% ontevreden 3 1 4 15 1 2 8 2 1 37 8,1% 2,78 10,8% 40,5% 2,7% 5,4% 21,6% 5,4% 2,78 100,0% geen mening 1 0 0 1 0 0 0 0 0 2 50,0% 0 .0% 0,0% 50,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 100,0% totaal 27 39 50 81 10 8 24 8 2 249 10,8R 15,7% 20,1% 32,5% 4,0% 3,2% 9,6% 3,2% 0,8% 100,0%

Tabel 5 .53 . Relatie tussen tevredenheid over de organisatie van de inwerk-periode en de lengte van de eerste functie .

tevredenheid over de organisatie inwerkperiode lengte eerste geen onte- geen

functie antwoord tevreden matig vreden mening totaal

0-2 mnd . 34 45 19 20 7 125 50,0% 10,5% 7,9% 9,9% 22,6% 3 t/m 6 mnd . 7 65 42 26 13 153 10,3% 15,2% 17,6% 12,9% 41,9% 6 t/m 12 [Md . 15 136 73 62 4 290 22,1% 31,8% 30,58 30,7% 12,9% 12 t/m 24 mnd . 7 123 69 53 6 258 10,3% 28,7% 28,9% 26,2% 19,4% langer dan 5 59 36 41 1 142 24 mnd . 7,4% 13,8% 15,1% 20,3% 3,2% totaal 68 4?8 239 202 31 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(44)

3tisbel 5 .54. relatie tussen tevredenheid over de organisatie van d® inwerk-periode en de lengte van de eerste functie voor de intramurale gezondheidszorg

tevredenheid lengte inwerkperiode

organisatie 0-2 3 t/m 6 6 t/m 12 12 t/m 24 langer

inwerkperiode mnd . mnd . mnd . mnd. dan 18 totaal

geen antwoord 7 2 7 3 2 21 33,3% 9,5% 33,3% 14,3% 9,5% 100,0% tevreden 18 40 67 8,2% 18,3% 30,6% 64 30 219 29,2% 13,7% 100,0% matig 11 29 42 55 20 157 7,0% 18,5% 26,8% 35,0% 12,7% 100,dB ontevreden 16 24 44 34 24 142 11,3% 16,9% 31,0% 23,9$ 16,9% 100,0% geed mening 4 11 4 4 ' 0 23 . 17,4% 47,8% 17,4$ 17,46 0,0% 1001" totaal 56 106 164 160 76 562 i 10,0% 18,% 29,2% 28,5% 13,5% 1001 %~9

Tabel 5 .55 . Relatie tussen tevredenheid Over de organisatie van de inlrqrk-periode en de lengte van de eerste functie voor de extramprale gezondheidszorg .

tevredenheid lengte inwerkperiode

organisatie 0-2 3 t/m 6 6 t/m 1'2 12 t/m 24 langer

inwerkperiode mnd . mnd . mnd . mnd. dan 18 totaal geen antwoord 1 1 2 0 0 4 25,0% 25,0% 50,0% 0,0% 0,0% 100,0% tevreden 14 14 58 44 26 156 9,0% 9,0% 37,2% 28,2% 16,7% 100,9% matig 3 5 20 9 13 50 6,0% 10,0% 40,0% 18,0% 26,0% 100,01 ontevreden 0 1 11 9 16 37 0 .0% 2,7% 29,7% 24,3% 43,2% 100,0 % geen mening 1 0 0 0 1 2 50,0% 0,0% 0,0% 0,0% 50,0% 100,0% totaal 19 21 91 62 56 249 7,6% 8,4% 36,5% 24,9% 22,5% 100,0e

(45)

TABELLEN BIJ

HOOFDSTUK 6

(46)

Tabel 6 .1 . De eerste functie van HBO-verpleegkundigen . functie aantal HBO-verpleegkundigen

basiszorg 825 85,2% leidinggevende of 22 staffunctie 2,3% anders 88 9,1% geen antwoord 33 3,4% totaal 968 100,08

Tabel 6 .4 . Het bekleden van leidinggevende functies per afstudeerjaar en sector huidige baan .

Huidige functie is leidinggevend sector huidige baan

A B Z V W anders totaal geen antwoord 1 0 0 0 0 0 1 2,67 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 1,1% 1976/1977 14 7 2 2 8 1 34 35,9% 38,9% 50,0% 20,0% 57,1% 33,3% 38,6% 1978/1979 15 6 1 4 5 0 31 39,5% 33,3% 25,0% 40,0% 35,7% 0,0% 35,2% 1980 7 5 0 0 1 1 14 17,9% 27,8% 0,0% 0,0% 7,1% 33,3% 15,9% 1981 2 0 1 4 0 1 R 5,1% 0,0% 25,0% 40,0% 0,0% 33,3% 9,1% totaal 39 18 4 10 14 3 88 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(47)

Tabel 6 .5 . De carriere van mannelijke en vrouwelijke HBO-verpleegkundigen (alle respondenten) . carriere geslacht man vrouw gedurende loopbaan in 116 515 basiszorg gebleven 50,4% 70,2%

uitstroom naar leiding- 37 38 gevende en staffuncties 16,0% 5,2%

uitstroom naar andere 27 92 functies 11,8% 12,5%

van leidinggevende en 12 27 staf en andere functies 5,2% 3,7% naar basiszorg anders 27 43 11,7% 5,9% Onbekend 11 19 4,8% 2,6% totaal 230 734 100% 100%

?abel 6 .7 . Tevredenheid over do wijze waarop de loopbaan zich na afstuderen heeft ontwikkeld per afetudNrjaar (allo respondenten) . tevredenheid afstudeerjaar loopbaan- geen 1976-1977 1978-1979 1980 1981 totaal ontwikkeling antwoord geen 2 9 9 22 28 70 antwoord 50,0% 5,4% 3,68 8, % 9,4% 7,2% tevreden 1 120 193 190 218 722 25,0% 71,9% 76,9% 77,2% 72,7% 74,6% matig 1 30 33 26 30 120 25,0% 18,0% 13,1% 10,6% 10,0% 12,4% ontevreden 0 4 15 6 13 38 0,0% 2,4% 6,0% 2,4% 4,3% 3,9% geen mening 0 4 1 2 11 18 0,0% 2,4% 0,4% 0,8% 3,71 1,9% totaal 4 167 251 246 300 968 0,4% 17,5% 25,9% 25,4% 31,0% 100%

(48)

Tabel 6 .8 . Tevredenheid over de wijze waarop de loopbaan zich na afstuderen ontwikkeld heeft per huidige functie .

huidige functie

tevredenheid basiszorg staf- of ontwikkeling leidinggevende loopbaan functie geen antwoord 20 0 3,0% 0,0% tevreden 529 78 78,3% 84,4% matig 87 11 12,9% 12,18 ontevreden 27 2 4,0% 2,2% geen mening 13 1 1,9% 1,1% totaal 676 92 100,0% 100,0%

Tabel 5 .9 . Tevredenheid over de ontwikkeling van de loopbaan na afstuderen bij mannen en vrouwen (alle respondenten) .

geslacht geen

tevredenheid antwoord man vrouw totaal

geen antwoord 2 17 51 70 50,0% 7,4% 6,9% 7,2% tevreden 1 155 566 722 25,0% 67,4% 77,1% 74,6% matig 1 38 81 120 25,0% 16,5% 11,0% 12,4% ontevreden 0 14 24 38 0,0% 6,1% 3,3% 3,9% geen mening 0 6 12 13 0,0 % 2,6% 1,6% 1,9% totaal 4 230 734 968 100,0% 100,0 1 100,0% 100,0%

(49)

Tabel 6 .13

. Beoordeling van de mogelijkheden tot functieverhoging in het leidinggeven door alle respondenten en degenen die een leidinggevende functie bekleden .

mogelijkheden huidige functie totaal aantal tot functiever- is leiding- respondenten hoging in het gevend

leidinggeven voldoende 50 428 54,56 44,2% matig 25 159 27,2% 16,4% onvoldoende 8 99 8,7% 10,2% geen mening 3 181 3,0% 18,7% geen antwoord 6 101 6,5% 10,4% totaal 92 968 100,0% 100,0% Tabel 6 .14

. Beoordeling van mogelijkheden tot ltlnctie"rhoging binnen de speciele verpleegkunde door respondenten die een specialistische opleiding volgden en de totale groep respondenten .

Mogelijkheden tot

functiever-hoging in spe- indien speciele

ciele ver- opleiding totale groep pleegkunde gevolgd respondenten

voldoende 56 324 47,9% 33,5% matig 24 175 20,5% 18,1% onvoldoende 16 112 13,7% 11,6% geen mening 16 259 13,7% 26,88 geen antwoord 5 98 4,3% 10,1% totaal 117 968 100,0% 100,0%

(50)

Tabel 6 .16 . Beoordeling van de carrieremogelijkheden binnen de instelling/ vereniging waar men werkt in de komende drie jaar per functie . beoordeling huidige

van de carrie- functie staf, lei- anders totaal remogelijkheden basiszorg dinggevend

geen antwoord 16 0 8 24 2,5% 0,0% 9,3% 3,0% voldoende 231 40 32 303 36,3% 45,5% 37,2% 37,4% matig 160 26 18 204 25,2% 29,5 % 20,9% 25,2% onvoldoende 113 14 14 141 17,8% 15,9% 16,3% 17,4% geen mening 116 8 14 139 18,2% 9,1 % 16,3% 17,1% totaal 636 88 86 811 100,0% 100,0 % 100,0% 100,0%

Tabel 6 .17 . De beoordeling van de carrieremogelijkheden binnen de instelling/vereniging waar men werkt in de kasende 3 jaar per afstudeerjaar .

afstudeerjaar beoordeling

van de carrie- geen 1976- 1978- 1980 1981 totaal remogelijkheden antwoord 1977 1979 geen antwoord 0 5 7 7 5 24 0,0% 4,2% 3,4% 3,2% 1,9% 3,0% voldoende 1 50 74 77 101 303 100,0% 41,7% 35,6% 35,5% 38,1% 37,4% matig 0 30 59 60 55 204 0,0% 25,0% 28,4% 27,6% 20,8% 25,2% onvoldoende 0 21 38 43 39 141 0,0% 17,5% 18,3% 19,8% 14,7% 17,4% geen mening 0 14 30 30 65 139 0,0% 11,7% 14,4% 13,8% 24,5% 17,1% totaal 1 120 208 217 265 811 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(51)

Tabel 6 .18 . Beoordeling van de carrieremogelijkheden binnen de instelling/vereniging waar men werkt in de komende 3 jaar door mannen en vrouwen .

geslacht beoordeling van

de carierre- geen man vrouw totaal mogelijkheden antwoord geen antwoord 0 5 19 24 0,0% 2,6% 3,1 % 3,0% voldoende matig onvoldoende 1 69 233 303 100,08 35,9% 37,7% 37,4% 0 51 153 204 0,0% 26,6% 24,8% 25,2% 0 39 102 141 0,0% 20,3% 16,5% 17,4% geen mening 0 28 111 139 0,0% 14,6% 18,0% 17,1% totaal 1 192 618 811 100,0% 100,01b 100,0 % 100,0 %

Tabel 6 .19 . De vervolgopleidingen, cursussen en voortgezette opleidingen die gevolgd werden per sector .

sector huidige baan gevolgde

opleiding A B Z V W AGGZ anders totaal

specialis- 63 13 2 1 22 2 11 114 tische ver- 27,0% 10,2% 7,4% 5,6% 6,5% 11,8% 5,7% volgoplei-ding kaderoplei- 1 1 - 3 10 4 2 21 ding 0,4% 0,8% - 16,7% 2,9% 22,6% 1,0% docentenop- 11 4 - 2 8 - 10 35 leiding 4,7% 3,1% - 11,1% 2,3% - 5,2% anders 18 17 6 3 48 5 "42 139 7,7% 13,3% 22,28 16,7% 14,1% 29,4% 21,9% Toelichting :

Er is gepercenteerd naar het totaal aantal in de betreffende sector werkzame t100-verpleegkundigen .

De specialistische opleidingen bij de kruisverenigingen en aggz betreffen veelal respondenten die gedurende de loopbaan van sector gewisseld zijn en eerder in een andere sector van de gezondheidszorg een specialistische opleiding volgden .

(52)

Tabel 6 .21 . De wens in de toekomst naast het werk een opleiding te gaan volgen bij respondenten die in de gezondheidszorg werkzaam zijn .

wens tot opleiding aantal pct .

ja 554 68,3% nee of geen antwoord 257 31,7%

totaal 811 100,0%

indien j a, wat voor soort opleiding4

aantal pct .

specialistische vervolgopleiding 87 15,7% kaderopleiding 112 20,2%

docentenopleiding 42 7,6%

anders 123 22,2% meer dan een opleiding genoemd 106 19,1% geen antwoord 84 15,2%

totaal 554 100,0%

Tabel 6 .22 . De wens een opleiding te gaan volgen bij respondenten die in de gezondheidszorg werkzaam zijn, per sector .

wens tot opleiding sector huidige baan ja nee of geen

antwoord A 164 69 70,4% 29,6% B 97 31 75,8% 24,2% Z 24 3 88,9% 11,1% V 11 7 61,1% 38,9% W 218 123 63,9% 36,1% AGGZ 12 5 70,6% 29,4% anders 28 19 59,6% 40,4% totaal 55 . 257 811 68,3% 31,7% 100%

(53)

Tabel 6 .23 . De wens in de nabije toekomest een vervolgopleiding te gaan volgen per huidige functie .

wens tot het volgen van een opleiding

huidige functie ja nee of totaal onbekend basiszorg 432 204 636 67,9% 32,1% 100,0% staf/leidinggevend 69 19 88 78,4% 21,6% 100,0% anders 53 19 86 61,6% 38,48 100,0% onbekend 0 1 1 0,0% 100,0% 100,0% totaal 554 257 811 68,3% 31,7% 100,0%

Tabel 6 .24 . De relatie tussen de wens een opleiding te volgen en de wens tot verandering van functie binnen het huidige werkveld .

andere functie gewenst binnen huidige werkveld wens tot opleiding ja nee totaal

ja 212 342 554 38,3% 61,7% 100,0%

nee of geen antwoord 54 263 317 17,0% 83,0% 100,0%

totaal 266 605 871 30,5% 69,5% 100,0%

(54)

Tabel 6 .25 . De relatie tussen de wens een opleiding te gaan volgen en de wens in een andere sector te gaan werken .

Zou U tussen nu en 3 jaar i n een andere sector willen gaan werken

wens tot opleiding ja nee geen mening of geen antwoord ja 197 304 70 571 34,5% 53,2% 12,3% 100% weet ik niet/nee/ 74 142 181 397 geen antwoord 18,6% 35,8$ 45,6% 100% 271 446 251

Tabel 6 .26 . De wens een opleiding te gaan volgen, indien~ een andere functie binnen het huidige werkveld ambieert .

ik zou in de toekomst (tussen nu en 3 jaar) een andere functie willen hebben n .l .

functie specia- leiding- praktijk- anders totaal binnen listi- gevende

begelei-basis- sche functie ding on-wens tot opleiding verpleeg-functie derwijs

kunde ja 11 21 140 31 9 343 64,7% 80,8% 82,4% 79,5% 64,3% 48,7% nee/weet ik niet/ 6 5 30 8 5 359 geen antwoord 35,3% 19,2% 17,7% 20,5% 35,7% 51,1% totaal 17 26 170 39 14 702 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(55)

Tabel 6 .27 . De wens een opleiding te gaan volgen bij mannelijke en vrouwelijke respondenten .

geslacht

wens tot opleiding man vrouw

ja 158 412 570 68,7% 56,1% 59,1% nee/weet niet of 72 322 394 geen antwoord 31,3% 43,9% 40,9% 230 734 964 100,0% 10010% 100,0% Tabel 6 .29 . Beoordeling

tussen de aansluiting tussen de Eigp-V en specialis-tische vervolgopleidingen

door respondenten die een specialistische opleiding volgden .

beoordeling specialistische vervolgopleidingen

binnen de instellingen

deze vervolgopleidingen zijn afgestemd 38 op de opleiding FOip-V 32,5% het niveau van de vervolgopleidingen 2 is te hoog

1,7%

deze vervolgopleidingen zijn een 22 gedeeltelijke doublure van de opleiding 18,88 HBO-V

deze vervolgopleidingen zijn een daublure van de opleiding H8p-V

het niveau van de vervolgopleiding 22 is (veel) te laag 18,8% geen mening 29 24,8% geen antwoord 4 3,4% totaal 117 100,0%

(56)

Tabel 6 .30 . Beoordeling van de bijdrage van een specialistische vervolg-opleiding tot een betere functievervulling door de HBO-verpleegkundigen .

beoordeling

bijdrage aantal HBO-verpleegkundigen

voldoende 80 matig 21 onvoldoende 4 geen mening 8 geen antwoord 14 68e48 17,98 3,4% 6,8% 12,0'0 117 100,0%

Tabel 6 .31 . Beoordeling van de bijdrage van een specialistische vervolg-opleiding tot functieverhoging .

beoordeling

bijdrage aantal HBO-verpleegkundigen

voldoende 46 matig 34 onvoldoende 18 geen mening 16 geen antwoord 3 39,3% 29,0% 15,4% 13,7% 2,6% 117 100, 0'

(57)

pct . resp . in eerste functie 1008 ; 90%1 1980 ._ . . . ~ = 1981 80% 70% 60% 50% 40% 30 % 20% 10% 09i L0 9 16 24 32 40 48 ~~ 56 ~ 64 7 3-aantal maandon Figuur 6 .2 . Weergave van het percentage respondenten dat het verloop van

maanden nog in áe eerste functie werkzaam is, per afstnAeerjaar .

Tabel 6 .34 . Percentage respondenten dat na respectievelijk 6, 12 en 24 maanden nog in de eerste functie werkzaam is per afstudeerjaar .

nog in functie nog in functie nog in functie afstudeerjaar na 6 maanden na 12 maanden na 24 maanden

1976-1977 73,2% 54,7% 32,0%

1978-1979 68,1% 46,0% 33,5%

1980 72,5% 60,9%

(58)

Tabel 6 .35 . Aantal respondenten dat na vertrek uit eerste functie een tweede functie binnen de eerste baan bekleedt .

tweede functie

per sector pct . van aantal in eerste functie

A : 5 0 317 - 50 = 15, 8 % B : 31 169 - 31 = 1 8 ,3% Z : 3 34 - 3= 8,8% V : 2 33 - 2= 6, 0 % W . 7 229 - 7= 3,0% AGG Z :

(59)

--~ 14.

ti

IL Z t

zZ

08 1 0 8 16 24 32 40 48 56 64 72 aantal maan~ Figuur 6 .3 . Weergave van het percentage respondenten dat na verloop van

maanden nog in de eerste baan werkzaam is per sector van de gezondheidszorg .

Tabel 6 .36 . Percentage respondenten dat na respectievelijk 12, 24 en 36 maanden nog i n de eerste baan werkzaam i s, per sector van de gezondheidszorg .

sector Nog in functie na :

12 maanden 24 maanden 36 maanden

A 64,9% 47,3% B 71,8% 59,5% Z 59,2% 36,4% V 30,97 17,2% W 94,1% 86,2% AGCZ 66,7% 66,7% 36,7% 40,7% 27,3% 17,2% 78,9% 66,7%

(60)

pct . resp . in eerste functie 1009 i, -- = 1976 en 1977 \ &`• ~^= 1978 en 1979 1980 90% 80% 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10% 08 1 0 8 16 24 32 40 48 56 64 aantal maanden Figuur 6 .4. Weergave van het percentage respondenten dat na verloop van

maanden nog in de eerste baan werkzaam is per afstudeerjaar .

Tabel 6 .37 . Percentage respondenten dat na respectievelijk 12, 24 en 36 maanden nog in de eerste haan werkzaam is per afstudeerjaar . afstudeerjaar nog in eerste baan na :

12 maanden 24 maanden 36 maanden

1976-1977 66,5% 49,6Y 36,8% 197£i-1979 65,6% 55,6% 47,3% 19 8 0 74,1% 54,6%

(61)

-pct . reso . in eerste functie 10n 14t ~t

A

- 1 wa~~~ : , Z

l

~

\

6091 ~ , 1

i! ~

50a

1

1 ~ ~

40% 30% I 20% 10% 08 1 0 20 40 60 80 100 120 140 160 80 aantal oa~ Figuur 6 .5 . Weergave van het percentage respondenten dat na eaa asptal

maanden D09 in die eerste sector verkzaam te .

Tabel 6 .38

. Percentage respondenten dat na respectievelijk 12, 24 en 36 maanden nog in de eerste sector van de gezondheidszorg werkzaam is

. sector nog in sector werkzaam na :

12 maanden 24 maanden 36 maanden

A 69,57. 53,07, 42,9% 8 75,5% 61,3% 45,0% Z 58,4% 38,5% 30,8% V 32,5% 21,7% 21,7% W 94,17, p7,nX R0,9% AGGZ 66,7X, 66 .7% 66,7z

(62)

pct . resp . in eerste functie 1008 1 -+ = 1976 en 1977 1 ~11 ^= 1979 en 1979 -= 1980 1981

90%1

808 70% 60% 50% 40% 30% 20% 10 % 0t1 0 20 40 60 90 100 120 140 160 180 aantal maanden Figuur 6 .6 . Weergave van het percentage respondenten dat na een aantal

saaná*n nog in 8e sector werkzaam is, per afstv8iesrjaat .

Tabel 6 .39. Percentage respondenten dat na respectievelijk 12, 24 en 36 maanden nog in de eerste sector werkzaam is per afstudeerjaar .

Afstudeerjaar nog in functie nar

12 maanden 24 maanden 36 maanden

1976-1977 71,3% 54,R% 42,5%

1478-1979 70,5% 59,9% 52,6%

19R0 90,0% 57,8%

(63)

Tabel 6 .40 .

Wisseling van sector of baan/tijdsbesteding gedurende de loopbaan per sector waarin men de eerste baan bekleedde

. Totaal aantal wisselingen : 327 (33,8% van het totaal aantal respondenten) sector aantal i n aantal wisse- pct.

eerste baan ling sector gedurende loop-baan A 323 125 38,7% B 171 65 38,0% 34 V W ACGZ Anders 18 52,9% 34 25 73,5% 242 7 144 9 2 71 3,7% 28,6% 49,3%

Tabel 6 .42 . Wisseling van sector/baan/tijdsbesteding per afstudeerjaar . wisseling gedurende de loopbaan

geen wisse- wisse- totaal wisse- ling ling

afstudeerjaar ling sector anders

geen antwoord 4 0 0 4 0,6% 0,0% 0,0% 0,4% 1976-1977 71 40 56 167 12,1% 20,8% 41,5% 17,3% 1978-1979 143 65 43 251 22,3% 33,9% 31,9% 25,9% 1980 175 54 16 246 27,5% 28,1% 11,9% 25,4% 1 981 247 33 20 300 38,5% 17,2% 14,8% 31,0% totaal 641 192 139 968 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%

(64)

Tabel 6 .44 . Relatie tussen de tevredenheid over de ontwikkeling van de loopbaan na afstuderen en de wisseling van sector naar andere banen/tijdsbe-stedingen .

wisseling gedurende de loopbaan tevredenheid over onbekend

loopbaan- of geen wisseling wisseling

ontwikkeling wisseling naar sector naar anders totaal

geen antwoord 54 4 8,4% 2,1% 12 70 8,9% 7,2% tevreden 473 160 89 722 73,8% 83,3% 65,9% 74,6% matig 80 20 12,5% 10,4% 20 120 14,8% 12,4% ontevreden geen mening 22 5 3,4% 2,6% 12 3 l,v% 1,6% totaal 641 192 100,0% 100,0% 11 38 8,1% 3,9% 3 18 2,2% 1,Q% 135 968 100,0% 100,0%

Tabel 6 .45 . Relatie tussen het oordeel over de doelstelling van de HBO-V t .a .v . inzetbaarheid en de wisseling van sector of naar andere banen/ tijdsbestedingen .

Is de opleiding HBO-V naar Dw mening geslaagd in haar doelstelling verpleegkundigen op te

leiden die inzetbaar onbekend zijn in alle sectoren of geen van de gezondheidszorg wisseling

wisseling wisseling

van sector naar anders totaal

geen antwoord 83 9 12,9% 4,7% voldoende 430 152 67,1% 79,2% matig 100 22 15,6% 11,5% onvoldoende 25 8 3,9% 4,2% geen mening 3 1 0,5% 0,5% 63 155 46,7% 16,0% 58 640 43,0% 66,1% 12 134 8,9% 13,8% 1 34 0,7% 3,5% 1 5 0,7% 0,5% totaal 641 192 135 968 100,0i, 100,0% 100,0% 100,0%

(65)

Tabel 6 .46 . Wisseling van sector/baan/tijdsbesteding door degenen die

na afstuderen de voorkeur voor een sector met "het opdoen van ervaring" motiveerden .

Reden voorkeur sector bij afstuderen was "opdoen van ervaring" : gedurende loopbaan gedurende loopbaan van gedurende loopbaan uit

in sector gebleven sector gewisseld "beroep" vertrokken (n = 634) ( n = 198) (n = 136)

69 41 27

(66)

Tabel 6 .48 . Wens tot verandering per afstudeerjaar indien men in de huidige functie in de gezondheidszorg werkzaam is .

wens tot verandering afstudeerjaar van afdeling

ja nee 0

1976-1977 27 80 13 22,5% 66,7% 10,8%

wens tot verandering van instelling ja nee 0 56 42 2218, 46,7% 35,0% 30 1978-1979 41 155 12 85 B8 35 19,7% 74,5% 5,7% 1980 54 146 17 24,9% 67,3% 7,9% 1981 68 175 22 25,7% 66,0% 8,3% 40,9% 42,3% 16,8% 85 96 36 39,2% 44,2% 16,6% 93 117 55 35,1% 44,2% 20,8% totaal 190 557 64 320 343 148

wens tot verandering wens tot verandering wens tot verandering van f~ie

van veld van beroep

ja nee 0 j a nee 0 ja nee 0

54 38 28 20 82 18 30 73 17 45,0% 31,7% 23,4% 16,7% 68,3% 15,0% 25,0% 60,8% 14,2% 66 92 50 63 119 26 55 126 27 31,7% 44,28 24,0% 30,3% 57,2% 12,5% 26,4% 60,6% 13,0% 86 95 36 78 106 33 53 136 28 39,6% 43,8% 16,69 35,9% 48,8% 15,2% 24,4% 62,7% 12,9% 68 126 71 102 121 42 60 173 32 25,7% 47,5% 26,8i 38,5% 45,7% 15,8% 22,8% 65,3%, 12,1% 274 352 185 263 429 119 199 508 104

(67)

Tabel 6 .49 . Aantal en pct . respondenten dat 1 of 2(a beste aanstellings-mogelijkheden) heeft aangegeven per sector) .

Huidige baan Algemeen ziekenhuis - --°----°---°----°---Sectoren 1 . A : 149 s 63,9% 2 . V 97=41,68 3 . W 89 = 38,2% 4 . B : 55 = 23,68 5 . AGGZ : 26 = 11,2% 6 . Z . 25 = 10,78

Huidige baan Psychiatrische instelling ---°---°--°---°---°-Sectoren 1 . B : 109 = 85,2% 2 . AGGZ : 40 = 31,3% 3 . Z 36 =28,16 4 . W . 27 = 21,1% 5 . V : 26 m 20,3% 6 . A . 18 = 14,1%

Huidige baan Zvakzinnigenzorg ---°---Sectoren 1 . Z . 19 = 70,4% 2 . 8 . 16 = 59,38 3 . A 7=25,99c 4 . en 5 . W . 4= 14,9% AGGZ : 4 = 14,8% 6. V . 2 = 7,4% Huidige baan Verpleeghuis

---Sectoren 1 . V : 15 = 83,3% 2 . W . 9 = 50,06 3 . A 5= 27,8% 4 . en 5 . Z en ACaGZ : 3= 16,7% 6 . B . 2 = 11,1%

Huidige baan Kruisvereniging ---Sectoren 1 . W : 291 = 85,3% 2 . V : 106 = 31,1 % 3 . 8 94 = 27,6% 4 . A : 76 = 22,36 5 . AGGZ : 69 = 20,2% 6 . Z . 52 = 15,2%

Huidige baan AGGZ ---°---Sectoren 1 . en 2 . AGGZ en B :11 = 64,7% 3 . W . 6 = 35,3% 4 . Z : 4 - 23,5% 5 . V : 3 - 17,6% 6 . A . 2 = 11,8i

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op basis van de beschrijving van de operationele risico’s, de externe eisen, de interne eisen en de vergelijking met de andere lokale Rabobank op het gebied van

• Vinden verpleegkundigen dat zij over voldoende kennis en vaardigheden beschikken om levens- en zingevingsvragen te signaleren tijdens de verpleging van patiënten en, heeft

Vergeet niet uw vertrek te melden aan het zorgteam zodat zij zich ervan kun- nen vergewissen dat u over alle informatie, formulieren, medicatie, en andere, beschikt voor u

Een uitzondering hier- op is er voor deze patiënten die met hun bezoek nog niet naar de cafetaria kunnen (bij een gesloten beleid), hun bezoek kan dan wel van de koffie

Naar het oordeel van deskundigen (psychiaters, psychotherapeuten) zijn deze dagklinieken tot op zekere hoogte met elkaar vergelijkbaar... Onderstaande tabel illustreert

In het hier beschreven onderzoek stonden vier vra- gen centraal: (1) Wat is de prevalentie van persoon- lijkheidsstoornissen binnen deze tweedelijns ggz- instelling?; (2) Wat is

De Rekenkamer stelde tenslotte vast dat de resultaten die met het systeem van richtlijnen en tarieven bereikt zijn (het COTG is er in geslaagd voor alle sectoren in de

verzorgenden de inhoud beter kennen, zien zij het Kwaliteitskader vaker als geschikte leidraad die bijdraagt aan de kwaliteit van zorg.. De meeste verpleegkundigen en