• No results found

Het cliché: biologisch is goed voor het milieu - ook in de biologische melkveehouderij moeten we scherp blijven op stikstofverliezen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het cliché: biologisch is goed voor het milieu - ook in de biologische melkveehouderij moeten we scherp blijven op stikstofverliezen"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

In het veld wordt de Nitracheck gebruikt om het nitraatgehalte van grondwater te meten.

EKOLAND 11-2004 12

D

e Bioveembedrijven ver-schillen onderling en per jaar sterk in gemiddelde nitraatgehalten maar de rangorde was ongeveer gelijk voor de jaren waarin is gemeten (Tabel 1). De bedrijven met de hogere waarden hebben percelen met lagere grond-waterstanden, zijn intensiever en/of hebben minder (blijvend) grasland. Omdat het aantal Bioveembedrijven op zandgrond maar klein is, is het statistisch niet mogelijk om onder-scheid te maken tussen deze facto-ren. De relatie met het aandeel blij-vend grasland is echter duidelijk te zien in Figuur 1.

Het cliché: Biologisch is goed

voor het milieu

Ook in de biologische melkveehouderij moeten we scherp blijven op stikstofverliezen

Ina Pinxterhuis, Praktijkonderzoek Animal Sciences Group

V

E E H O U D E R I J

In project Bioveem is op de

bedrijven met zandgrond

jaar-lijks het grondwater

bemon-sterd en geanalyseerd op

nitraat. De meeste bedrijven

blijven onder de norm van de

nitraatrichtlijn maar enkele

bedrijven overschrijden de

EU-nitraatrichtlijn. Er is gezocht

naar factoren die uitspoeling

veroorzaken.

NITRAATNORM

De EU-nitraatrichtlijn voor grondwater is 50 mg nitraat/liter gemiddeld over het bedrijf gemeten, de streefwaarde is 25 mg/liter.

Boons: "Na

het scheuren

van grasland

is bemesten

van snijmaïs

niet nodig."

Verschil grasland bouwland

Bouwland heeft vaak hogere nitraatgehal-ten dan grasland. Gegevens van Bioveem-bedrijven (1998-2000) illustreren dit (Ta-bel 2). Dit verschil tussen grasland en bouwland wordt ook gevonden door het RIVM in hun landelijk meetnet (www.rivm.nl).

Een belangrijke factor voor deze hogere cij-fers is dat voedergewassen vaak worden ge-teeld op gescheurd grasland. Het is bekend dat gescheurd grasland veel stikstof levert en dat het daarna geteelde gewas die stik-stof niet volledig benut. In Bioveem heeft dat item de laatste jaren aandacht gekregen op verschillende bedrijven. Deze resultaten komen later dit jaar beschikbaar.

Beweidingsdruk en

klaveraan-deel

De nitraatgehalten van meetpunten op grasland (en daarmee percelen) van de bedrijven met de hogere nitraatcij-fers lagen ver uiteen. Met gegevens van graslandpercelen uit de eerste fase van Bioveem (1998-2000) is gepro-beerd te bepalen welke kenmerken die

(2)

Tabel 2. Gemiddelde nitraatgehalte voor grasland, snijmaïs en triticale en het aantal bemonsterde percelen waaruit de gemiddelden zijn berekend.

Tabel 1. Gemiddeld nitraatgehalte van grondwater (mg/liter) van Bioveembedrijven op zandgrond, bemonsterd in najaar of winter volgend op genoemd groeiseizoen.

EKOLAND 11-2004 13

weidedagen, aantal koeien en melk-productie). De verschillen tussen de percelen waren met deze factoren lang niet volledig te verklaren. Toch werd gevonden dat een hogere beweidings-druk of een hoger klaveraandeel samen ging met een hoger nitraatgehalte.

Minder nitraat na omschakeling

Op het Praktijkcentrum voor de bio-logische melkveehouderij Aver Heino is het nitraatgehalte van grondwater jaarlijks bepaald. In Figuur 2 zijn de gemiddelde nitraatcijfers te zien van verschillende clusters van percelen. Al direct na de omschakeling voldeed het blijvend grasland aan de nitraatricht-lijn. Het bouwland van Aver Heino voldoet nog niet in alle gevallen aan de EU-richtlijn. Maar het is duidelijk zichtbaar dat de omschakeling een blijvend verlagend effect heeft gehad op het nitraatgehalte van grondwater.

Conclusie

Op de meeste Bioveem bedrijven met zandgrond wordt de EU-nitraatricht-lijn gehaald, slechts enkele bedrijven komen boven deze norm. Op Aver Heino bleek dat de nitraatgehaltes veel lager zijn geworden na omschake-ling. Gebruik van stikstof uit alleen organische mest en klaver kan dus winst betekenen voor het milieu. Een goede benutting is echter wel een ver-eiste. Zorg er bijvoorbeeld voor dat u na het scheuren van grasland een ge-was teelt dat veel van de vrijgekomen stikstof kan benutten en voorkom een hoge beweidingsdruk.

BIOVEEM

In het project Bioveem bundelen 17 biologische veehouders en een aantal onderzoekers en adviseurs de komende jaren hun specifieke kennis, ervaringen en vaardigheden. Het doel is de biologische veehouderij te verbeteren en uit te breiden. Ook de gangbare melk-veehouderij kan van die kennis profiteren. Bioveem is een initiatief van Praktijkonderzoek Veehouderij, het Louis Bolk Instituut en DLV. In Ekoland wil Bioveem een aantal clichés over de biologische melkveehouderij beschrijven en, zo mogelijk, ontzenuwen.

METHODE

In de najaar/winterperiode is het grond-water bemonsterd op een diepte van één meter onder het grondwaterpeil. De pun-ten waren verdeeld over het bedrijf met behulp van de methode die het RIVM ge-bruikt in het Landelijk Meetnet effecten Mestbeleid. Het nitraatgehalte was in het veld bepaald met behulp van nitraat-strips.

Gewas 1998 1999 2000 3 jaar Gemiddelde nitraatgehalte (mg/liter)

Grasland 21 23 17 20

Mais 99 35 46 55

Triticale 100 77 70 85

Wagenvoort:

"Ik zweer bij

zomergraan,

want bij

wintergraan is

het

stikstofver-lies na

scheu-ren van

gras-land vrij fors."

Figuur 2. Nitraatgehalte van grondwater van Aver Heino; percelen zijn verdeeld in clusters met overeenkomend gebruik en grondsoort.

Deelnemers aan de Huidige deelnemers eerste fase van Bioveem

Bedrijf 1998 1999 2000 Bedrijf 2001 2002 1 <4 8 A 5 9 2 <4 7 10 B 23 22 3 13 15 C 25 37 4 19 19 23 D 33 28 5 36 28 24 E 42 50 6 43 50 41 F 45 53 G 46 73 H 58 62

verschillen kunnen verklaren. De ken-merken die zijn meegenomen in deze analyse zijn de leeftijd van het gras-land (maat voor vruchtwisseling en frequentie van scheuren van gras-land), de N-gift (kg N/ha), het ge-middelde klaverpercentage van gras-land en de geschatte grasgras-landproduc- graslandproduc-tie voor beweidingen (als maat voor beweidingsdruk; op basis van aantal

Figuur 1. Relatie tussen nitraatgehalte van grondwater (mg/l) en aandeel grasland in het areaal van Bioveembedrijven.

0 10 20 30 40 50 60 70 80 50 60 70 80 90 100 % van areaal in grasland

nitraat (mg/l) 2001 2002 0,0 50,0 100,0 150,0 200,0 250,0 300,0 350,0 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 mg/liter Bouwland bos

Es Grasland

Nieuw bouwland bos Gemiddeld bedrijf

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

• How will UFS accommodate a knowledge platform at the undergraduate level made up of disciplinary knowledge, professionally oriented knowledge and applied and vocationally

Ander indrukwekkende aanbiedings is die transkripsies van drie stadige bewegings, almal kort in tydsduur, uit die Don Quixote Symphonic Gravures (1960), asook uittreksels uit

Thus, this study also explores perceived organisational support (POS), acting as a moderator, to counteract workplace bullying in this regard. POS is defined by

chlorocarpum Solanum abuti- loides Solanum pandurae- forme Solanum cervan- tesii Solanum ottonis Solanum nigrum Solanum gibberu- losum Solanum verrucosum Schlecht

Dit is alssehisa aed« van invloed op de wateropname, maar waar« ohijalijk niet ae«r dan een bij­ oorzaak, vaat laat b*haad «ld« planten h «bb«a al v««l wortels «a

kolganzen, grauwe ganzen of smienten, op percelen met overjarig grasland, welke niet door het provinciaal bestuur als foerageergebied voor deze diersoorten zijn aangewezen:

Ik ben toen wat meer gaan rond- kijken, ging ook de vallei in en vond daar een beek die nog kronkelde en heel proper water had en zo’n smal begeleidend boske met veel soorten die

Daar de waardering plaatsheeft op basis van het loon van een betaalde arbeider, wordt in feite de post levensonderhoud van de fruitteler en zijn gezin gesteld op het loon van