• No results found

Model-1848 echt niet meer van deze tijd

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Model-1848 echt niet meer van deze tijd"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

22

"

-~ -, c ~ ~

-"

>

-~ " L c

"'

>

-"

-:: c r

"'

> I DISCUSSIE

Model-1848 echt niet meer van

deze tijd

DRS. D.J. BOLDERHEIJ

De manier waarop mr. drs. F.]. Paas het rapport van de Staatscommissie-Elzinga over dualisme en lokale democratie in de prullenbak gooit in zijn column Dwars in het februari-nummer van CDV is wei erg gemakkelijk. De voorstellen van de commissie moeten serieus worden genomen: Model-1848 is echt niet meer van deze tijd.

Kort samengevat: Volgens Paas is een aantal professoren bevallen van een them·e-tisch rapport met 'simpele modelbouw', als de oplossing voor de fundamentele problemen in het lokale bestuur. Hoewel Paas zich twee keer de vraag stelt wat bet probleem is, komt hij zelf niet over de brug. Of is er geen probleem? Qua voorstellen komt hij vanuit 'de dofte praktijk' niet verder dan 'meer budgetten en bevoegdheden op gemeentelijk niveau'. Kort en goed komt zijn kritiek erop neer dat we niets moeten verwachten van structuuringrepen. Met model-1848 moet de klus te klaren zijn.

Sinds 1848 is 'de omgeving' van de lokale politiek drastisch veranderd, 'van post-koets tot internet' in de woorden van Elzinga c.s. Vaststaat c\at de burger van de 21e eeuw niet Ianger gezagsgetrouw is, maar juist vrij, mondig en over bet alge-meen minder betrokken bij de publieke zaak. Dit uit zich onder meer in een dalenc\e opkomst bij lokale en provinciale verkiezingen en een afnemende wert~ kracht van politieke partijen. Een ~meier probleem is bet gebrek aan transparan-tie en herkenbaarheid in het gemeentelijk bestuur. Raadsleden worstelen met hun c\ubbelrol van controleur en mec\ebestuurder; de wethouder is behalve bestuurder ook raadslid, fractielid en vaak ook voorzitter van een of meer raads-commissies. Niet ten onrechte wordt hier gesproken van 'rolverwarring' en 'inclusief bestuur'.

Voorop moet staan dat institutionele voorstellen niet als panacee voor c\e funda-mentele problemen in bet lokale bestuur gezien moeten worden. Iedereen is het erover eens dat een cultuurverandering in de lokale politick dringend nodig is. Toch is bette gemakkelijk om te zeggen dat aileen cultuurverandering geboden is. Bepaalc\e institutionele voorstellen zouclen op zijn minst geduid kunnen wor-den als hefboom voor het openbreken van de inclusieve bestuurscultuur.

(2)

CDV

I

NR

41

APRIL 2000

~,~c Waarom zou

een bij de publieke zaal< betrokken en deslmndige woningcorporatie-directeur met een cluisten-democrati-sche uitstraling geen wethouder mogen worden zon-der zich eerst te kandideren voor de raad?

Dualisering

Met dualisering in het lokaal politiek stelsel worden rollen en bevoegdheden

scherper afgebakend. De gemeentelijke bestuursfunctie wordt geconcentreerd bij

het college van burgemeester en wethouders en de raad blijft haar autoriserende (bijvoorbeeld bestemmingsplan), regulerende, budgetterende en algemeen-con-trolerende taak houden. Op een aantal punten zouden deze taken aangescherpt kunnen worden. Daarnaast zou introductie van een lokale rekenkamer en een gemeentelijk enquêterecht kunnen bijdragen aan de positie van de raad. Een onderbelicht thema in het rapport van de Staatscommissie is de positie van poli-tieke partijen. Een forse verhoging van budgetten voor fractieondersteuning is wenselijk en versterkte bestuurdersverenigingen van politieke partijen zouden zich kunnen ontwikkelen tot serviceburo's à la IPOfVNG voor raadsfracties. Via bovenstaande voorstellen wordt de raad mijns inziens nadrukkelijker uitgeno-digd en in staat gesteld om haar volksvertegenwoordigende taak waar te maken en 0111 fundamentele besluitvorming niet in de fractiekamer, maar in de lokale politieke arena te laten plaatsvinden. Resultaten van interactieve beleidsvorming kan de raad onafhankelijker toetsen op inhoud, goede procesgang en representa-tiviteit zonder dat vooraf sprake is van bestuurlijke mede-verantwoordelijkheid. En waarom zou de raad de politiek-beleidsmatige lijnen niet kunnen uitzetten'? Wellicht moet de lijsttrekker à la Bolkestein geen wethouder maar fractievoorzit-ter (willen) worden.

Wethouder van buiten de raad'

Een ander voorstel betreft de mogelijkheid van de 'wethouder van buiten de raad'. Met het afnemen van het percentage van de bevolking dat lid is van een politieke partij valt hier iets voor te zeggen. Het rekruteringsbereik wordt

immers steeds kleiner. Waarom zou een bij de publieke zaak betrokken en

des-kundige woningcorporatiedirecteur met een christen-democratische uitstraling geen wethouder mogen worden zonder zich eerst te kandideren voor de raad') Waar het in de kern om gaat is de politieke herkenbaarheid. Ook zonder een plaats op de kandidatenlijst blijven hiervoor voldoende waarborgen aanwezig. De raad blijft wethouders - op basis van politiek vertrouwen - immers

benoe-men en kandidaten zullen door een 'CDA-assessmcntproccclul'c' heen moeten. In de

landelijke politiek komen ministers overigens ook vaak van buiten de Kamer. Dat vindt niemand een legitimatieprobleem.

23 c V' V' Cl z

(3)

24 ~ "' () c

"'

"' <::> c > ....

"'

3:

"'

"'

z .... 0

"'

> .... "' <::>

"'

3: 0 ()

"'

> .... "' Gekozen burgemeester

Het voorstel van de commissie-Elzinga om in een aantal grote steden ervaring op

te gaan doen met een rechtstreeks door de burgers gekozen burgemeester, zoals in oktober jl. ook door de partijvoorzitter bepleit, zou niet a-priori moeten wor-den afgewezen. Heel bewust wordt hier niet gekozen voor een presiwor-dentiele bur-gemeester, die zijnfhaar eigen wethouders uitkiest en hen aanwijzingen kan geven, maar voor een gekozen burgemeester die past binnen de principes van collegiaal bestuur. De burgemeester blijft in deze variant aangewezen op samen-werldng in het college. Winst: meer ruimte voor gecontroleerd politiek leider-schap en verlevendiging van de lokale politiek.

Kortom, laten we serieus in debat gaan over de voorstellen van de Staatscommissie-Elzinga. Model-1848 is echt niet meer van deze tijd.

drs. Dirk ]an Bolderheij is beleidsmedewerker Binnenlandse Zaken

van

de CDA-Tweede

Kamerfractie

.

Deze reactie is op persoonlijke titel

geschreven.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Maar om niet met het bovenstaande in strijd te komen: die beweging heeft het fundament van de gezamenlijke politieke overtuiging, maar vindt op nationaal

Als wij echter de hoop vooral lokaliseren niet in wat nu als mogelijk verschijnt, noch in ons verlangen naar verandering, maar in wat zich als onverwachte, vaak ook nog

Christenen kunnen de christelijke traditie niet claimen, omdat deze ook voor hen vaak een zaak van prikkelende tegenspraak is, maar zij zullen wel bewust dit kritische gesprek met

Deze twee voorbeelden van de ontmanteling van de katholieke zuil en de Rode Familie wijzen op een algemeen patroon in onze democratische samenleving: een democratie biedt de

Als wij met de bril van deze ontwikkeling kijken naar wat zich in de samenleving afspeelt, worden we de nieuwe verhoudingen gewaar: de op- mars van kleinschalige,

Toch moet techniek niet alleen een zaak van wetenschappers en lief- hebbers zijn, maar ook van politici en verantwoordelijke burgers, juist omdat techniek zo’n impact heeft op

10 Alle grote sociale kwesties van nu en van de komende jaren hangen samen met deze vraag naar rechtvaardig- heid: hoe kunnen we ervoor zorgen dat mensen tot bloei kunnen komen en

gedoemd is slechts het kwade te doen, maar hij heeft volgens het conservatisme de onuitroeibare geneigdheid ertoe. Deze noopt tot een innerlijke strijd en gewe- tensvorming en