• No results found

OBN Jaarverslag 2017

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "OBN Jaarverslag 2017"

Copied!
36
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)ontwikkeling+beheer natuurkwaliteit. Kennisnetwerk obn. Jaar 2015 Jaarverslag 2015. 2017. JAARVERSLAG.

(2) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. VOORWOORD Met plezier bied ik u het OBN Jaarverslag 2017 aan.. verstuiving in de duinen, met positieve effecten. We kunnen terugkijken op een productief jaar. Veel. op flora en fauna. Maar hun populatiedynamiek is. werk is verzet om nieuwe kennis te ontwikkelen en. zeer grillig door vooral ziektes. In dit onderzoek. te verspreiden om natuurkwaliteit te bevorderen.. wordt bekeken hoe dit precies zit en of introductie van konijnen een goed idee is. Drie provincies heb-. Een mooi voorbeeld is de handreiking voor omvor-. ben aanvullende financiering ingebracht om deze. ming van landbouwgronden naar schrale natuur.. studie mogelijk te maken. De trend van financie-. Dit helpt de beheerder om een onderbouwde keu-. ring door provincies heeft zich in 2017 doorgezet.. ze te maken welk middel in te zetten om voedingsstoffen kwijt te raken: afgraven, uitmijnen of toch. Afgelopen jaar is een evaluatie uitgevoerd over. de nutriëntrijke bodemlaag laten zitten?. de huidige OBN-periode. Conclusie is dat de OBN-formule goed werkt en dat er goed werk is. Een ander voorbeeld is de vernieuwing van de OBN. geleverd. Maar er zullen ook zaken beter moe-. website www.natuurkennis.nl. Het is een prach-. ten. Samen met de provincies, het ministerie van. tig visitekaartje geworden voor het werk van de. Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en vooral. deskundigenteams, waarbij alle nieuw ontwikkel-. de deskundigenteams gaan we dit jaar een nieuwe. de kennis van de afgelopen decennia samenkomt. OBN-periode vormgeven. Belangrijke bouwsteen. in de inhoudelijke teksten over de natuurtypen.. daarvoor is de PAS-kennisagenda, en daarnaast. Daarnaast biedt het een prachtig overzicht van. zijn in het natuurherstel – en beheer nog uitdagin-. alle nieuwe producten en activiteiten die onder. gen genoeg!. georganiseerd.. Teo Wams Voorzitter OBN Adviescommissie. Er zijn ook weer nieuwe onderzoeken opgestart in 2017, zoals een studie naar herstel van konijnenpopulaties in de duinen. Konijnen bevorderen. Foto: Saxifraga-Mark Zekhuis. begeleiding van de teams worden ontwikkeld en.

(3) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. ORGANISATIE Het Kennisnetwerk Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit (OBN) bestaat sinds het begin van de jaren negentig als advies- en onderzoeksprogramma van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Het kennisnetwerk was van oudsher gekoppeld aan het Subsidieprogramma Effectgerichte Maatregelen dat zich richtte op het tegengaan van de effecten van verzuring, vermesting en verdroging in natuurgebieden. Vanwege de goede resultaten van het kennisnetwerk is in 2006 de doelstelling verbreed naar natuurherstel in het algemeen en naar landschapsschaal.. Doel Het Kennisnetwerk OBN heeft als doel de ontwikkeling, ontsluiting, verspreiding en benutting van kennis over natuurherstel en natuurbeheer ten behoeve van Natura 2000, PAS, leefgebiedenbenadering, ontwikkeling van nieuwe natuur (het nationaal natuurnetwerk) en het cultuurlandschap. Binnen het netwerk signaleren bos- en natuurbeheerders, onderzoekers van universiteiten en adviesbureaus en beleidsmakers van rijk, provincies en natuur en zetten deze om in onderzoeksvragen. Het onderzoek moet leiden. Samenwerking. Deskundigenteams. tot concrete maatregelen voor beheer, behoud en herstel van bos en natuur.. Het Kennisnetwerk OBN streeft naar samenwerking met. De motor van het OBN-netwerk. Het onderzoek wordt via een aanbestedingentraject aan onderzoeksinstel-. andere organisaties en kennisprogramma’s bij de financie-. zijn de acht deskundigenteams:. lingen gegund. Tijdens de gehele cyclus van probleemverkenning tot aan de. ring van onderzoek, publicaties en activiteiten: de Stichting. verspreiding van kennis werken beheerders, onderzoekers en beleidsmakers. Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA), Ruimte voor de. intensief samen in deskundigenteams. Het Kennisnetwerk OBN wordt geco-. Rivier/Deltaprogramma, het Programma Rijke Waddenzee, het. ördineerd door de VBNE.. Waddenfonds, het Prins Bernard Cultuurfonds, de Nederlandse. De laatste jaren zien steeds meer mensen de waarde in van de breed samengestelde onafhankelijke deskundigenteams.. BIJ12 heeft in 2017 het Kennisnetwerk OBN laten evalueren. organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO), de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) en Europese programma’s als LIFE+ en het Natura 2000 Biogeographical Process.. Lees meer. ›. Het Kennisnetwerk is in 2016 lid geworden van de Society for Ecological Restoration Europe.. • Beekdallandschap • Cultuurlandschap • Droog zandlandschap • Duin- en kustlandschap • Heuvellandschap • Laagveen- en zeekleilandschap • Nat zandlandschap • Rivierenlandschap en de Expertisegroep Fauna.. Foto: Cora de Leeuw. waterschappen samen problemen in het herstel, ontwikkeling en beheer van.

(4) ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. Kennisnetwerk OBN doorgelicht: positief maar ruimte voor verbetering Op 31 december 2018 lopen de huidige afspraken tus-. daarnaast een belangrijke bijdrage aan de actuele. De voornaamste aanbeveling uit de evaluatie is dan ook. sen rijk, provincies en VBNE af over het Kennisnetwerk. ontwikkeling van natuurbeleid in Nederland. Zo worden. het advies om meer werk te maken van de interactie. OBN. Dan zullen partijen voor een nieuwe periode van. normen, leefgebieds- en soortenherstelplannen geba-. tussen en binnen de drie OBN-geledingen om tot een. vier jaar afspraken moeten maken voor de toekomst.. seerd op OBN-kennis en ligt OBN-kennis ten grondslag. betere en meer systematische vraagarticulatie te. Afgesproken was om dit te doen tegen het licht van een. aan de procesindicatoren en herstel­strategieën van de. komen. De interactie zou moeten worden gebaseerd op. evaluatie van het Kennisnetwerk. In 2017 is die evalu-. Programmatische Aanpak Stikstof (PAS).. een helder en onderling door Rijk en provincies afge-. atie uitgevoerd door Bureau Zet. De evaluatie is over. stemd overzicht van beleidsverantwoordelijkheden en. het algemeen positief over het OBN Kennisnetwerk.. Tegelijkertijd is er ruimte voor verbetering, blijkt uit. daarmee verbonden kennisopgaven. Investering hierin. Uit de evaluatie blijkt dat de samenwerking tussen. de evaluatie. Zo is niet altijd duidelijk wie (provincies. draagt bij aan een betere vraagsturing vanuit beleid. onderzoek, beheer en beleid in een niet-hiërarchische. of Rijk) in eerste instantie verantwoordelijk is voor de. en beheer en een meer toekomstgerichte inzet van de. netwerkstructuur waardevol is en tot goede resultaten. kennisinfrastructuur. Eigenlijk is er nauwelijks een ge-. beschikbare capaciteit en middelen op de meest ‘cen-. leidt. Zonder OBN-kennis zou het veel slechter gesteld. coördineerde afstemming tussen beheerders, deskun-. trale’ en relevante kennisvragen voor het natuurbeleid. zou zijn met herstelbeheer en de natuur in Nederland,. digenteams, overheden en onderzoekers over wat nu. in het algemeen en het herstelbeheer in het bijzonder.. zo stellen de onderzoekers. OBN-kennis levert. eigenlijk de belangrijkste onderzoeksvragen zijn. Bekijk de evaluatie op www.natuurkennis.nl (pdf). Foto: Cora de Leeuw. VOORWOORD.

(5) ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. COMMUNICATIE Essentieel voor OBN-onderzoek is dat de onderzoeken resulteren in concrete herstelmaatregelen zodat terreinbeheerders de natuur kunnen herstellen. Een onderzoek of een advies zal dan ook altijd op een passende manier bij de gebruikers van kennis terecht moeten komen. In de praktijk zet Kennisnetwerk OBN een scala aan communicatiemiddelen in. In 2017 is een nieuwe, beter toegankelijke website gelanceerd. Daarnaast zijn dit jaar zeven rapporten van onderzoeken uitgebracht, vier OBN-nieuwsbrieven verschenen, twaalf veldwerkplaatsen gehouden, drie adviezen gegeven, diverse presentaties gegeven en is een handboek gepubliceerd. Alles met hetzelfde doel: zorgen dat de beschikbare kennis gebruikt kan worden in het natuurbeheer.. 1 Publicaties. 2 Veldwerkplaatsen. 3 Bijeenkomsten. 4 Adviezen. Foto: Cora de Leeuw. VOORWOORD.

(6) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. • Akker, J., van den, et al. 2017. De organische veenbasis; Afbraakprocessen in relatie tot hydrologie. Rapport 2017/OBN218-NZ • Waal, R.W. et al. 2017. Noodzaak en lokalisering van bufferstroken rond Natura 2000-gebieden in het Heuvelland. Rapport 2017/OBN217-HE • Verdonschot, P, et al. 2017. Integraal natuurherstel in beekdalen; ontwikkeling van diffuse afvoersystemen, gedempte afvoerdynamiek en beekprofielherstel. Rapport 2017/OBN215-BE • Loeb, R, et al. 2017. Ontwikkeling van droge heischrale graslanden op voormalige landbouwgronden; eindrapportage fase 2. Rapport 2017/OBN216-DZ • Mars, H, de et al. 2017. Herstel van de Zuid-Limburgse hellingmoerassen, het Kalkmoeras in het bijzonder. Rapport 2017/OBN213-HE • Dijk, G, van et al. 2017. Verbrakking in het laagveenlandschap; fase III. Rapport 2017/219-LZ • Aggenbach, C. et al. 2017. Evaluatie strategieën omgang met overmatige voedingsstoffen. Rapport 2017/OBN214-NZ. • Duinen, G. van et al. 2017. Duurzaam herstel van hoogveenlandschappen; kennis, praktijkervaring en kennisleemten bij de inrichting van hoogveenkernen, randzones en bufferzones. Rapport 2017/OBN212-NZ. Publicaties. Artikelen • Besselink, D, Jansen, A, Reeze, B, Talsma, M & W. Wiersinga, 2017. Handboek Ecohydrologische Systeemanalyse Beekdallandschappen: door beter systeembegrip naar mooiere beekdalen’. H2O • Vogels, J.J.; Verberk, W.C.E.P.; Lamers, L.P.M & H. Siepel, 2017. Can changes in soil biochemistry and plant stoichiometry explain loss of animal diversity of heathlands? Biological Conservation 212 (2017) pt. B. - ISSN 0006-3207 - p. 432 447. • Nijssen, M.E., WallisDeVries, M.F. & H. Siepel, 2017. Pathways for the effects of increased nitrogen deposition on fauna. Biological Conservation Volume 212, Part B, August 2017, Pages 423-431. • Bij, A.U., van der, Pawlett M., Harris, J.A. Ritz, K. & R. van Diggelen 2017. Soil microbial community assembly precedes vegetation development after drastic techniques to mitigate effects of nitrogen deposition. Biological Conservation Volume 212, Part B, August 2017, Pages 476-483 • Kooijman, A.M. Til, M., van, Noordijk, E., Remke, E., & K. Kalbitz 2017 Nitrogen deposition and grass encroachment in calcareous and acidic Grey dunes (H2130) in NW-Europe. Biological Conservation (2017) 212: 406–415 • Dijk, G. van, 2017. Peatlands affected by biogeochemical stressors, PhD thesis, Radboud University Nijmegen (December 14, 2017). Brochures • De Kennis van het lage land. Lees meer. • Kansen scheppen voor de kwartelkoning (pdf). Nieuwsbrieven • Voorjaar 2017 (pdf). • Herfst 2017 (pdf). • Zomer 2017 (pdf) • Winter 2017 (pdf). Specials • Poster Kansen scheppen voor de kwartelkoning • Handboek ecohydrologisch systeemanalyse beekdallandschappen. Lees meer Lees meer. • Handreiking voor de omvorming van landbouwgronden naar schrale natuur • Flyer Herkenning en beoordeling van bodemerosie en sedimentatie in en rond Natura 2000-gebieden in het Heuvelland • Themanummer Landschap over het Droge zandlandschap. Foto: Roos Loeb. OBN-rapporten.

(7) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Publicaties De kennis van het lage land Het ‘lage land’ is het gedeelte van Nederland dat onder water komt te staan als de dijken en duinen zouden verdwijnen. Naast het rivierenlandschap zijn dat het laagveenlandschap en het zeekleilandschap. Over die laatste twee heeft het gelijknamige deskundigenteam een brochure gemaakt waarin de kennis is gebundeld van vijftien jaar onderzoek: wat is bekend over diverse processen, effecten en maatregelen en hoe kan deze kennis worden toegepast in het beheer? Aan bod komen ten eerste de sturende processen in dit type landschap waarvan de verlanding van open belangrijke is. Vervolgens komen het peilbeheer, verbrakking en bevloeiing aan bod. Voor beheerders zijn deze vier processen van groot belang omdat ze met beheermaatregelen zijn te beïnvloeden. Dat geldt weer minder voor de vijfde sturende factor: de stikstofdepositie. Wel geven de auteurs enkele effectgerichte beheermaatregelen die zowel het vermestende als het verzurende effect van stikstof moeten compenseren zolang de depositie zo hoog is. De brochure bevat vier praktijkvoorbeelden waaruit blijkt hoe beheermaatregelen uit kunnen pakken en hoe belangrijk het is dat natuurbeheerders samen werken met waterbeheerders. Meer informatie op www.natuurkennis.nl (pdf). Tips voor het beheer van de kwartelkoning In 2017 bracht het Deskundigenteam Rivieren-. worden zo niet verstoord. Spaar een ongemaaide. landschap samen met Vogelbescherming een. cirkel uit rond een roepende vogel, met een straal. brochure uit over de kwartelkoning. Die brochure. van minimaal 250 meter. En maai altijd van binnen. is dit jaar ook in een zeer verkorte vorm als poster. naar buiten, met een lage snelheid. Volwassen. uitgegeven. De bedoeling van de poster is dat deze. vogels én kuikens kunnen dan ontsnappen. En bij. zichtbaar en toegankelijk is voor iedereen die met. het maaien: Stel de maaibalk hoger af, zodat er een. het praktisch beheer bezig is in een gebied waar. hogere stoppel blijft staan en de kwartelkoningen. deze bijzondere vogel kan voorkomen. Zo bevat de. kunnen ontsnappen.. poster enkele heel praktische tips: Maai hooilanden niet eerder dan half augustus, liefst pas begin september. De kwartelkoning kan dan tweemaal broeden en de jonge en ruiende volwassen vogels. Download de poster op www.natuurkennis.nl (pdf) Download de brochure op www.natuurkennis.nl (pdf). Foto: Cora de Leeuw. water en de natuurlijke successie tot uiteindelijk een moerasbos een heel.

(8) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Publicaties. Handboek ecohydrologische systeemanalyse in de praktijk Samen met de STOWA heeft het Deskundi-. kun je de effecten van regelmatige overstro-. nodig zijn voor een systeemanalyse. En de. advies aan waterschap Vechtstromen over de. genteam Beekdallandschap het handboek. ming inschatten op de omgeving, en welke. kern van de systeemanalyse is dat hierin de. inrichting van het gebied en aan Staatsbos-. ’Ecohydrologische systeemanalyse beekdal-. peilfluctuaties zijn eigenlijk gewenst? Heel. sturende processen en de samenhang daar-. beheer over het beheer van het natuurge-. landschappen’ uitgebracht. In dit boek staat. veel vragen die de deskundigen bij water-. tussen, in een beekdal zichtbaar worden,. bied. In een vergelijkbare bijeenkomst in het. heel nauwkeurig welke stappen je zou moe-. schappen en terreinbeherende organisaties. waar zij anders door fixatie op individuele. Limburgse Beeselsbroek was het nog niet zo. ten zetten voordat je aan de slag gaat met. zich afvragen, maar waarop maar moeilijk. onderdelen buiten beeld zouden blijven.. duidelijk hoe het watersysteem in elkaar zit. beekherstel. Als hydrologen en ecologen. antwoord te vinden was. Tijdens twee cursusdagen in 2017 konden. het in kaart brengen er van.. van een beekdallandschap, komen vaak al-. Het nieuwe handboek richt zich op die. hydrologen en ecologen het handboek. lerlei vragen los. De meesten proberen dan. instrumenten die nodig zijn om, vanuit een. uitproberen in twee concrete casussen.. In het voorjaar van 2018 organiseren STOWA. om van te voren zo veel mogelijk informatie. aantal beleidsvragen, een goede systeem-. Tijdens de eerste bijeenkomst onderzochten. en OBN nog een derde veldbijeenkomst.. te verzamelen over het gebied. Maar hoe. analyse van het stroomgebied op te stellen.. deelnemers hoe het systeem van de. verzamel je data, tot welke details ga je,. Het gaat erom te snappen welke processen. Rheezermaten in elkaar steekt en of het. hoe neem je bijvoorbeeld de waterkwaliteit. bijdragen aan het herstel van levensge-. nieuwe herinrichtingsprofiel van invloed kan. mee in het ontwerp, waar is de informatie. meenschappen in beek en beekdal. Het boek. zijn op de natuurwaarden van de Rheezerma-. te vinden en vooral ook: waar begin je? Hoe. beschrijft de opeenvolgende stappen die. ten. De veldonderzoeken mondden uit in een. Meer informatie op www.natuurkennis.nl (pdf). Foto: Ronald Messemaker. namelijk aan de slag gaan met het herstel. en hebben de deelnemers juist geholpen bij.

(9) ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Veldwerkplaatsen. Veldwerkplaatsen in 2017 Vochtige bossen. Kwartelkoning. Informatie en presentaties op website. Zuid-Limburgse hellingmoerassen en kalktufbronnen. Informatie en presentaties op website. Watercrassula Lees meer. Integraal Beekdalherstel Informatie en presentaties op website. Informatie en presentaties op website. Omgang effecten stikstof overgangs- en trilvenen Informatie en presentaties op website. Grote modderkruiper Informatie en presentaties op website. Overmatige voedingsstoffen Informatie en presentaties op website. Heischrale graslanden Lees meer. Informatie en presentaties op website. Informatie en presentaties op website. Connectiviteit van het wad Informatie en presentaties op website. Beheer pingoruïnes Informatie en presentaties op website. Erosieprocessen en bufferstroken Heuvelland Informatie en presentaties op website Foto: Cora de Leeuw. VOORWOORD.

(10) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Veldwerkplaatsen Veldwerkplaats grote modderkruiper Binnen Natura 2000-gebieden is de grote modderkruiper een belangrijke instandhoudingsdoelsoort. Daarom nemen natuurorganisaties verschillende maatregelen, zoals het herstel van ondiepe sloten, graven van poelen en het verbinden van sloten. Op 15 juni kwamen geïnteresseerden luisteren derzoek van onder andere RAVON. Zo blijkt dat met andere technieken voor. Veldwerkplaats kwartelkoning. slootonderhoud er veel vissen gespaard kunnen blijven. En ook de inrichting. De kwartelkoning is een geheimzinnige vogelsoort. de natuurgebied Buitenlanden Langenholte langs. van een gebied kan veel goeds doen. Het creëren van geleidelijke overgangen. die voorkomt in hooilanden (vaak beheerd door. de Overijsselse Vecht. Het is een gebied waar de. van water naar land en het in stand houden van sterk verlande, ondiepe en. pachters) langs rivieren en beekdalen maar ook in. afgelopen jaren regelmatig een of meerdere kwar-. geïsoleerde zones zijn van belang voor de grote modderkruiper.. grootschalige akkerbouwgebieden van Oost-Gro-. telkoningen zijn gehoord en hebben gebroed. Dit is. ningen. Sinds de eeuwwisseling gaat het eigenlijk. mede te danken aan een hooilandbeheer dat goed. De veldwerkplaats vond plaats in het Brabantse natuurgebied de Kornsche. steeds slechter met de soort dus is het de vraag. past bij het biotoop dat de kwartelkoning graag. Boezem waar in 2016 drie nieuwe sloten zijn aangelegd met een flauw. welke beheermaatregelen beheerders van deze. heeft. Maar vooral van belang is dat de beheerders. profiel, die geleidelijk overlopen in bestaande rietlanden. Daarnaast zijn hier. gebieden kunnen nemen. En wat is de ecologie. flexibel zijn in hun planning en werkzaamheden. enkele ondiepe greppels verdiept om het oppervlak paai- en opgroeigebied. van deze soort? Welke afspraken zouden terrein-. kunnen uitstellen of aanpassen als er kwartelko-. te vergroten. Beheerder Staatsbosbeheer en RAVON verwachten dat de grote. beheerders met pachters moeten maken? En hoe. ningen zijn gesignaleerd in het gebied.. modderkruiper hier over 2-3 jaar zal zijn teruggekeerd.. kunnen akkerbouwers inspelen op de behoefte van de kwartelkoning? Al deze vragen kwamen aan bod. www.veldwerkplaatsen.nl/veldwerkplaats/grote-modderkruiper. tijdens een veldwerkplaats op 20 juni in en rondom.  ww.veldwerkplaatsen.nl/veldwerkplaats/ w veldwerkplaats-kwartelkoning. Foto: Cora de Leeuw. en meepraten tijdens een veldwerkplaats over de resultaten van recent on-.

(11) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Bijeenkomsten Symposium: Successen en uitdagingen in het lage land Het Deskundigenteam Laagveen- en. afkalving van oevers en legakkers, menging. zeekleilandschap van Kennisnetwerk OBN. van water en bodem, etc. Maar je kunt vol-. organiseerde samen met de Vereniging. gens Lamers ook zeggen dat het goed gaat:. van Bos- en Natuurterreineigenaren op 13. Want we hebben nog steeds veel, deels zeer. september 2017 een symposium over de. bijzondere, soorten. Hoopgevend is dat de. ontwikkeling en het beheer van natuur en. waterkwaliteit op veel plaatsen verbetert. water in laagveen- en zeekleigebieden. De. en ook met het laagveenonderzoek gaat het. tijd was rijp om weer eens bij te praten over. goed. Verlanding lukt steeds beter en er. onderzoek, nieuwe inzichten en de behaalde. zijn innovatieve ideeën als paludicultuur die. resultaten in het veld. Natuurlijk ging het. een ecologische en economische redding. over verlanding en herstel van de botanisch. van dit unieke landschap zouden kunnen. rijke trilvenen, maar ook over grootschalige. betekenen.. derzee, waarvan vooral vogels profiteren.. Aan al deze aspecten is tijdens het symposium aandacht gegeven door de nieuwste. Hoogleraar Leon Lamers en vice-voorzitter. onderzoeken te presenteren, praktijkvoor-. van het deskundigenteam verwoordde het. beelden te laten zien, beleidsveranderingen. gevoel van veel aanwezigen door te stellen. toe te lichten en ervaringen uit het veld te. dat het zowel goed als slecht gaat met het. delen.. laagveen in Nederland. Slecht, want het kost heel veel moeite om alle successiestadia te behouden, zoals trilvenen. Elk natuurgebied heeft de landbouw als directe buur. Tijdens het symposium is ook de OBN-brochure ‘De kennis van het lage land’ gepresenteerd.. en dus hebben ze allemaal te maken met verdroging, instroom van voedingsstoffen,. Symposiumverslag op natuurkennis.nl (pdf). Foto: Hans van de Bos. moerasontwikkeling in de voormalige Zui-.

(12) ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Adviezen. Adviezen in 2017 • Doorstroommoeras Wijffelterbroek. Lees meer. • Natuurherstel door dynamisering op de Boschplaat Af te ronden in 2018. Download pdf • Beheeradvies de Schorren, Texel Download pdf • Beheeradvies activering eolische dynamiek duinen Noordwijk als PAS-maatregel voor habitattype H2130 Grijze duinen Download pdf • Potentiële effecten van de invoering van een meer flexibel peilbeheer op de Natura 2000-doelstellingen in het Naardermeer Download pdf • Advies herinrichting omgeving Heidsche Peel (Limburg) Download pdf. Foto: Cora de Leeuw. VOORWOORD.

(13) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE 1. 2. 3. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 4. COMMUNICATIE. Adviezen Advies over een doorstroommoeras krijgt dat gestoeld is op ervaringen elders in. die hier liggen voor een beekmoeras waarin. Noord-Limburg in de omgeving van Weert. Het. Nederland. Voor dit project willen we graag. veel water wordt vastgehouden met bijzondere. natuurgebied is ernstig verdroogd. Daarom. van te voren weten waar we aan toe zijn. Niet. natuurwaarden maar ze geven ook aan dat er. gaan Natuurmonumenten en het waterschap. alleen voor onszelf maar ook voor de betrok-. nog zorgpunten zijn. Een goede doorstroming. maatregelen uitvoeren om de verdroging tegen. ken omgeving en vele vrijwilligers. We willen. en goede waterkwaliteit zijn belangrijk. De. te gaan. Het Wijffelterbroek zal in die plan-. goed beargumenteerd keuzen maken die we. waterkwaliteit zal redelijk zijn omdat er via het. nen dan een doorstroommoeras worden dat. straks ook goed kunnen uitleggen aan die. oppervlaktewater alleen natuurwater breed. ingezet kan worden als klimaatbuffer. Maar. mensen.”. over maaiveld door het gebied zal stromen.. eigenaar van het gebied Natuurmonumenten. Landbouwwater zal worden omgeleid.. wil eerst goed weten wat de potenties zijn voor. De onderzoekers schrijven in hun advies dat. waardevolle natte natuur na herinrichting en. er een stabielere waterstand zal komen en. Geujen: “In grote lijnen ondersteunt het wat. vernatting van het gebied en wat de ecolo-. een deel van het gebied uiteindelijk een soort. wij eigenlijk al dachten, maar met dit advies. gische consequenties kunnen zijn voor het. doorstroommoeras of beekmoeras zal worden.. is het voor ons wel duidelijker wat de kansen. aanwezige broekbos.. Daarmee zal een deel van het nu verdroogde. en gevolgen zijn en weten we ook beter wat. broekbos weer vitaler worden met een rijkere. nog belangrijke vraagpunten zijn die we nog. Corine Geujen van Natuurmonumenten vroeg. ondergroei door het herstel van kwel. Een deel. moeten uitzoeken.. daarom aan het Deskundigenteam Beekdal-. van het broekbos zal nog natter worden waar-. landschappen om een advies. “Dan weet je. door bomen niet zullen overleven. De deskun-. zeker dat je een gedegen ecologisch advies. digen zijn enthousiast over de mogelijkheden. Bekijk het advies op natuurkennis.nl (pdf). EEN DEEL VAN HET GEBIED ZAL MOERAS WORDEN Foto: Piet Verdonschot. Het Wijffelterbroek is een natte natuurparel in.

(14) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. DESKUNDIGENTEAMS De motor van het OBN-netwerk zijn de acht op landschapsniveau georganiseerde deskundigenteams. Ieder team heeft een voorzitter, een vicevoorzitter, een secretaris en daarnaast circa 12 leden. De voorzitters zijn afkomstig uit het natuurbeheer, de vicevoorzitters uit het onderzoek. De secretarissen hebben tevens zitting in het door de VBNE ingestelde. 1 Beekdallandschap. 2 Cultuurlandschap. 4 D  uin- en kustlandschap. 5 Heuvellandschap. 7 Nat zandlandschap. 8 Rivierenlandschap. secretarissen-overleg. Voorzitter, vicevoorzitter en secretaris vormen. 3 D  roog zandlandschap. samen het bestuur van het deskundigenteam. Dit bestuur zorgt voor de onderlinge afstemming, opstellen van onderzoeksvoorstellen, bijdragen aan het jaarplan en het jaarverslag van OBN, de begeleiding van onderzoek, goedkeuring van rapporten en de verspreiding van OBN-kennis.. 6 L  aagveen- en zeekleilandschap. Foto: Fabrice Ottburg. 9 Expertisegroep fauna.

(15) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Beekdallandschap. Beekdallandschappen vertegenwoordigen een grote landschappelijke en cultuurhistorische waarde. Het zijn zeer gradiëntrijke gebieden die daarom van grote waarde zijn voor een breed scala aan moeras-, hooiland-, en broekbosvegetaties en hieraan gebonden fauna. In veel beekdalen vindt momenteel herstel van beken en hier omheen gelegen (natte) natuur plaats.. Lopend onderzoek 2017 • Aangepast beheer- en onderhoud en kleinschalige maatregelen in beken Af te ronden in 2020. • De nutriëntenhuishouding van broekbossen. Bestuur. Af te ronden in 2020. Duovoorzitters: U. Vegter (Stichting Het Drentse Landschap) en R. v. Dongen (Staatsbosbeheer) Vicevoorzitter: R.M. Bekker (BIJ12). • Hydrologie van beekdalvenen Af te ronden in 2018. • Invloed van vermest grondwater op kwelafhankelijke ecosystemen Opgestart in 2018. • Extra metingen in het kader van internationaal REPEAT programma Secretaris: T. Termaat (Bosgroep Midden Nederland). Looptijd 2018. Afgerond onderzoek Leden: zie website. • Integraal natuurherstel in beekdalen. Lees meer. • Herstelexperiment voor elzenbroek door bevloeiing met oppervlaktewater in het Lankheet Vervolgmonitoring 2016. Lees meer. › ›.

(16) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Beekdallandschap Integraal herstel beekdallandschappen. Monitoring bevloeiingsexperiment Het Lankheet. Er is de afgelopen decennia al heel wat gewerkt en. Elzenbroekbossen zijn in Nederland sterk in areaal en kwaliteit achter-. hersteld aan beken. Meestal betrof het echter een klein. uitgegaan door verdroging, verzuring en eutrofiering. In beekdalgebieden. deel van een beekdal waardoor nauwelijks ecologisch. waar het niet mogelijk is om het waterregime en kwel van basenrijk. herstel optrad. En ook al snapt iedereen dat het beter. grondwater te herstellen door aanpak van ontwatering, is bevloeiing met. is om een beekdal als geheel te zien en aan integraal. basenrijk oppervlaktewater soms een alternatief. In een veldexperiment. herstel te werken, toch blijkt de praktijk weerbarstig.. op het Overijsselse landgoed Het Lankheet zijn gedurende de periode. Het Deskundigenteam Beekdallandschappen liet. 2005-2009 de effecten onderzocht van bevloeiing in de winter en het. daarom een set handvatten ontwikkelen waarmee. voorjaar op de abiotische toestand en vegetatie. Het bevloeiingswater. waterbeheerders en natuurbeheerders samen aan de. bestond uit beekwater dat vooraf werd gezuiverd in zuiveringsmoeras-. slag kunnen met beekdalherstel.. sen. Dit onderzoek liet zien dat de humusvorm, de basentoestand en de. Lastigste blijkt het om daadwerkelijk het terrestrische deel samen met het aquatische deel van een beekdal te ontwikkelen. Juist omdat iedereen het nut er eigenlijk wel van inziet, en eigenlijk ook wel begrijpt dat de beek ecologisch gezien alles te maken heeft met de andere delen van het beekdal, zijn de handvatten ontwikkeld. Hiermee kunnen inrichters, natuur- en waterbeheerders op de schaal van het stroomgebied integraal afgewogen keuzes maken voor hersteldoelen en herstelmaatregelen voor beek- en natte beekdalnatuur. Meer informatie op www.natuurkennis.nl (pdf). nutriëntentoestand ingrijpend veranderden door de bevloeiing. Vooral de zuurgraad en de fosfaatverzadigingsindex hebben waarden bereikt die vrijwel overeenkomen met de opgestelde streefwaarden. In 2017 is de monitoring herhaald om er achter te komen wat de langetermijneffecten van bevloeiing zijn. In grote lijnen zijn de resultaten dezelfde als tijdens de eerste periode. Het herstel van het Gewoon elzenbroek vanuit verdroogde en verzuurde bodems door middel van bevloeiing met basenrijk oppervlaktewater heeft zich ook de latere jaren doorgezet. Essentieel is dat in de zomer droogval van de bodem optreedt en de basenrijkdom van de bodemtoplaag herstelt. Meer informatie op www.natuurkennis.nl (pdf). INTEGRAAL HERSTEL IS VAN BEEK TOT RAND.

(17) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Cultuurlandschap De provincies hebben in totaal € 65 miljoen subsidie beschikbaar voor het vernieuwde agrarisch natuuren landschapsbeheer. Het Deskundigenteam Cultuurlandschap is opgericht om de landbouw optimaal van de benodigde kennis te voorzien die nodig is voor een nieuwe aanpak door de boeren.. DT Cultuurlandschap Voorzitter: D. Hoogland. Lopend onderzoek 2017 • Gebiedskenmerken van Open akkerland en Droge dooradering Af te ronden in 2018. Vicevoorzitter: D. Melman (WER) Secretaris: W. Hakkeling (BoerenNatuur.nl) Secretaris a.i. per 1/1/2018: Willemien Geertsema (BoerenNatuur.nl) Leden: zie website. • Perceelgebruik Kievit Af te ronden in 2018. Lees meer. ›. COLOFON.

(18) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Cultuurlandschap Kenmerken van het open akkerlandschap. LOKALE KENNIS KOPPELEN AAN WETENSCHAPPELIJKE DATA. Wat zijn de landschapskenmerken van. Met behulp van verspreidingsgegevens. of gewasbeschermingsmiddelen, hoe. de leefgebieden open akkerland en. van akkervogels, en grondgebruikgege-. is ter plaatse de groenindex? Uit onze. droge dooradering? In eerste instantie. vens zijn de onderzoekers aan de slag. analyses blijkt dat het per regio heel. misschien niet de meest ingewikkel-. gegaan om in kwantitatieve termen te. erg kan verschillen welke kenmerken. de vraag. Toch is het bij nader inzien. voorspellen welke landschaps- en ge-. het meest belangrijk zijn en daarmee. helemaal niet zo eenvoudig om goed te. bruikskenmerken bepalen waarom be-. dus bepalen of vogelsoorten al dan niet. omschrijven wat de specifieke kenmer-. paalde akkervogels al dan niet ergens. voorkomen. In sommige regio’s is dat. ken er van zijn en al helemaal niet als. voorkomen. Er zijn namelijk heel veel. bijvoorbeeld het bodemtype, elders. je dat dan ook nog eens koppelt aan. data maar die zijn nog nooit gekoppeld. juist de waterhuishouding of de mate. het al dan niet voorkomen van speci-. aan het grondgebruik. In grote lijnen is. van openheid. En dan kan dit ook nog. fieke vogels. Wolf Teunissen van Sovon. bekend waar akkervogels graag ver-. eens per vogelsoort verschillen. Al. kreeg samen met Alterra, Wagenin-. toeven, maar er is veel minder bekend. deze kennis geeft collectieven al een. gen Universiteit en bureau Altenburg. over de details: hoe lang of hoe breed. aardig handvat om er mee aan de slag. en Wymenga deze vraag. Want zeker. moeten akkerranden zijn, hoe moet een. te gaan. Verwacht echter geen menu. collectieven die met agrarisch natuur-. houtwal eruit zien, welke rol speelt het. of een voorschrift hoe je een gebied in. beheer bezig zijn, willen graag weten. bodemtype?. een keer helemaal perfect kunt maken. op welke manier zij het voorkomen van. voor verschillende soorten akkervogels.. akkervogels kunnen bevorderen. Dus. Wolf Teunissen: “Behalve de land-. Je moet altijd nog gebruik maken van. waar moeten we welke maatregelen. schappelijke kenmerken hebben we. lokale kennis om uiteindelijk een keuze. uitvoeren, wat kunnen we verwachten. ook het grondgebruik meegenomen. te maken voor bepaalde beheermaat-. en welke maatregelen zijn wellicht niet. in onze analyses: waar wordt al dan. regelen.". zo zinvol?. niet gebruik gemaakt van kunstmest. COLOFON.

(19) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Droog zandlandschap. Het droog zandlandschap bestaat uit stuifzanden, droge heide, droog schraalgrasland en droge bossen van het pleistocene zandlandschap. Door atmosferische depositie van stikstofverbindingen en –voorheen- zwavelverbindingen is zowel verzuring als vermesting opgetreden. Oplossing daarvoor ligt meestal in het toevoegen of verwijderen van elementen uit de bodem.. Lopend onderzoek 2017 • Kansen voor oude droge heide in het heidelandschap Af te ronden in 2020. Lees meer. ›. Lees meer. ›. • Effectief herstel van kruiden- en faunarijke graslanden in het droge zandlandschap Af te ronden in 2019. • Herstel loofbossen op droge zandgronden Af te ronden in 2019. • Slow release mineralengift natte en droge heide Af te ronden in 2018. Bestuur. • Continuering praktijkproef heideherstel Noordenveld. Vicevoorzitter: T.J. Verstrael (Sovon) Secretaris: W.R.M. van Heusden (RVO). Leden: zie website. Af te ronden in 2018. • Langtermijn effecten van minerale bosbemesting Af te ronden in 2018. Afgerond onderzoek • Evaluatie strategieën omgang overmatige voedingsstoffen Bekijk hier de handreiking (pdf) Bekijk hier het rapport (pdf) • Ontwikkeling van droge heischrale graslanden op voormalige landbouwgrond Download pdf. Foto: Geurt Besselink. Voorzitter: H.N. Siebel (Natuurmonumenten).

(20) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Droog zandlandschap De waarde van oude heide. Terug naar 1987. De afgelopen decennia zijn veel heidegebieden geplagd. Idee was om op. Door verzuring zijn de bodems van arme zandgronden. die manier af te komen van het overschot aan stikstof in de bodem. Dat. vrijwel helemaal ‘leeggespoeld’: het kalk en de voe-. lukt, maar tegelijkertijd werden ook allerlei andere essentiële sporene-. dingstoffen P, K en Mg zijn bijna helemaal weg met alle. lementen afgevoerd uit de vaak toch al arme systemen. Door dat plaggen. gevolgen voor flora en fauna van dien. Mogelijk dat het. is dus de productiviteit gedaald en is de voedselkwaliteit voor kleine. toedienen van steenmeel een oplossing voor deze arme. fauna afgenomen. In Nederland hebben we daarom nu eigenlijk alleen. bodems is. Dergelijke onderzoeken worden momenteel. nog maar betrekkelijk jonge en door struikhei gedomineerde droge. voorbereid en uitgevoerd, maar dat betekent dat de. heide. Bovendien blijkt uit onderzoek op de resterende kleine stukjes. resultaten pas over enkele jaren bekend zijn en dat het. relatief oude heide (niet geplagd, niet gechopperd), dat de effecten van de. al helemaal lang wachten is op de langetermijneffecten. accumulatie van stikstof misschien helemaal niet zo desastreus zijn als. van de maatregel.. altijd is gedacht. Het humusprofiel van droge heide blijkt de stikstof uit depositie namelijk voor een aanzienlijk deel te immobiliseren.. Om nu toch iets over de langetermijneffecten van steenmeel te kunnen zeggen, is er dit jaar onderzoek. Het deskundigenteam is daarom een onderzoek gestart dat inzicht moet. gedaan aan enkele bospercelen die al in 1986 en 1987. geven in de werking van de oude heiden en de rol van plaggen en bekal-. zijn behandeld met steenmeel. Het ging om het opnieuw. king in relatie tot bodemchemie. Uiteindelijk zal dit onderzoek moeten. inmeten van de experimentele plots, het uitvoeren. bijdragen aan goede beheermaatregelen voor heide die geen aanslag. van vegetatieopnamen en metingen aan de bodem. meer zijn op de voorraad aan voedingselementen als magnesium en. pH (waarvan ook nulmetingen beschikbaar zijn). Op. kalk.. basis van deze resultaten wordt bekeken of het nodig en interessant is om op deze locatie ook de bodem- en plantchemie, detritivore en herbivore fauna nog te inventariseren.. INZICHT GEVEN IN DE WERKING VAN OUDE HEIDEN. COLOFON.

(21) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Duin- en kustlandschap De Nederlandse kust heeft zich de afgelopen eeuwen ontwikkeld onder de invloed van wind en water, waardoor de kust voortdurend veranderde. Mensen hebben die natuurlijke processen de laatste eeuwen beïnvloed en steeds gestuurd door. Lopend onderzoek 2017. het bouwen van dijken en dammen, het planten van helm en bos. De vraag is hoe we de bijzondere. • Herstel konijnenpopulaties in de kustduinen. natuurwaarden van de kust kunnen behouden en. Af te ronden in 2019. laten samengaan met voldoende kustveiligheid.. Lees meer. ›. • Herstel grijze duinen door reactiveren kleinschalige dynamiek Af te ronden in 2018. Bestuur. • Rotatie begrazing op kwelders Duovoorzitters: C. Bakker (It Fryske Gea) en E.J. Lammerts (Staatsbosbeheer) Vicevoorzitter: T. van der Heide (Radboud Universiteit Nijmegen) Secretaris: S. Terlouw (Staatsbosbeheer) Leden: zie website. Af te ronden in 2018. Lees meer. • Habitat overstijgende interacties Waddengebied Af te ronden in 2019. • Populatiedynamiek en bescherming Tapuiten in de Noordduinen 2017 Af te ronden in 2018. Afgerond onderzoek • Monitoring effecten duinbegrazing Vallei van het Veen - Vlieland Download pdf. ›. COLOFON.

(22) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Duin- en kustlandschap Waarom herstelt de ene populatie konijnen wel en de andere niet? Konijnen zijn belangrijk voor de instand-. moet geven in de randvoorwaarden voor de. in deze complexe populatiedynamiek is. houding van grijze duinen, een prioritair. terugkeer van konijnen.. onvoldoende duidelijk welke maatrege-. habitattype. Met hun graaf- en eetgedrag. VOOR BEHOUD VAN GRIJZE DUINEN ZIJN KONIJNEN EEN SLEUTELFACTOR. len duinbeheerders kunnen nemen om. houden konijnen de vegetatie open en. Nog steeds is namelijk grotendeels onbe-. konijnenpopulaties te versterken om bij te. zorgen ze er voor dat kalkrijk zand naar. kend waarom populaties zo verschillend. dragen aan het herstel en instandhouding. het oppervlakte komt. De laatste decennia. reageren op nieuwe uitbraken van virus-. van de grijze duinen.. is het aantal konijnen in de duinen echter. ziekten en zo verschillend herstellen na. dramatisch lager geworden. Door de. sterke afname. Populaties regenereren. Onderzoekers willen weten wat de effec-. virusziekten myxomatose en RHD zijn. goed in veel, vooral kalkrijke, duingebieden. ten zijn geweest van drie ‘bijplaatsingen’. complete duingebieden verstoken geraakt. aan de Hollandse kust. Sommige kalkarme. konijnen in Voornes duin, Zwanenwater en. van konijnen. Gevolg is een verruiging en. duingebieden hebben daarentegen al lang. Forteiland. Nadat extra konijnen in deze. vergrassing van de vegetatie. Beheerders. zeer lage dichtheden, ondanks habitather-. gebieden zijn uitgezet, is nooit meer goed. voeren tal van beheermaatregelen uit. stel. In sommige terreinen komen hoge en. geëvalueerd hoe deze nieuwe populaties. (bijvoorbeeld stuifkuilen openmaken) die. lage dichtheden naast elkaar voor. Factoren. zich hebben gehouden. En daarnaast willen. het effect van konijnen ‘nabootsen’, maar. die een bepalende rol zouden kunnen spe-. de onderzoekers langjarige trendanalyses. telkens blijkt dat voor een duurzaam. len zijn habitatkwaliteit, facilitatie door gro-. van populaties koppelen aan mogelijk rele-. behoud van de grijze duinen de konijnen. te grazers, populatieomvang, genetische. vante factoren zoals genetische diversiteit,. toch echt een sleutelfactor zijn. Dit jaar is. diversiteit, resistentie tegen virusziekten. habitatkwaliteit en populatiestructuur.. een onderzoek gestart dat meer inzicht. en predatie. Door het gebrek aan inzicht. COLOFON.

(23) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Duin- en kustlandschap Meerdere begrazingsregimes Begrazing is positief voor veel flora en fauna. Maar te inten-. (1 rund/ha). Mogelijk zou een van jaar op jaar sterk wisse-. sief begrazen is vaak nadelig. En te extensief begrazen heeft. lende begrazing een positief effect kunnen hebben op de. weinig zin. Wellicht zijn er nog tussenvormen te bedenken of. bloem- en zaadproductie van planten en minder negatieve. is het juist slim om de verschillende vormen te combineren. neveneffecten hebben dan een begrazing met een constante. in grotere beheereenheden. Onderzoekers voerden op de. graasdruk. Een dergelijke begrazing die over de jaren sterk. kwelders van Noord-Friesland Buitendijks een jarenlang. fluctueert wordt nog nauwelijks toegepast.. experiment uit om de verschillende vormen van begrazing met elkaar te kunnen vergelijken. Dit jaar kwamen ze met het eindrapport.. De belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat er niet één begrazingsregime is dat gunstig is voor alle onderzochte aspecten van de biodiversiteit. De onderzoekers denken. Zonder begrazing zouden veel kwelders vrij snel het climax-. daarom dat een combinatie of mozaïek van verschillende. stadium bereiken met een soortenarme vegetatie gedomi-. beheervormen waarschijnlijk het beste werkt om alle soor-. neerd door zeekweek. De vraag welk begrazingsbeheer wel-. ten en soortgroepen te beschermen. Daarom adviseren zij. ke natuurwaarden oplevert, bleef echter lang onbeantwoord.. om verschillende beheervormen ruimtelijk gespreid uit te. Voor een antwoord op deze vraag zijn van 2009 t/m 2016 op. voeren in het kweldergebied: een deel niet beweiden, een. kwelders van It Fryske Gea in Noord-Friesland Buitendijks. deel intensief, een deel extensief en zo mogelijk een deel. verschillende begrazingsregimes met elkaar vergeleken:. met een fluctuerende begrazing. En verder is het mogelijk. intensieve begrazing met paard of rund (1 dier/ha) of een. om te variëren met runderen en paarden omdat die laatste. extensieve begrazing (1/2 rund of paard/ha). Een vijfde be-. waarschijnlijk wel beter zijn in het opruimen van zeekweek.. handeling bestond uit een zogenaamd rotatiebeheer. Hierbij wordt het ene jaar niet en het andere jaar wel begraasd. MOZAÏEK VAN VERSCHILLENDE BEHEERVORMEN. COLOFON.

(24) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Heuvellandschap. Het kleinschalige heuvellandschap herbergt levensgemeenschappen, zoals kalkgraslanden en kalkrijke hellingbossen die elders in Nederland nauwelijks voorkomen. De achteruitgang aan biodiversiteit in het heuvellandschap is echter vergelijkbaar met de situatie elders in Nederland. Verdroging en vermesting hebben ook hier hun tol geëist. Een aangepast beheer kan gelukkig veel herstellen.. Lopend onderzoek 2017 • Effectiviteit lijnvormige elementen als verbindingszones Af te ronden in 2018. • Herstel en kwaliteit veldbies-beukenbos Af te ronden in 2018. Lees meer. ›. • Vervolg-monitoring OBN-onderzoek betreffende de ontwikkeling van zinkvegetaties in het Geuldal in Zuid Limburg Af te ronden in 2018. Voorzitter: B.F. van Tooren (Natuurmonumenten) Vicevoorzitter: R. Bobbink (Onderzoekscentrum B-Ware) Secretaris: F.F. van der Zee (Wageningen Environmental Research). Afgerond onderzoek • Kalktufbronnen Download pdf • Ecohydrologie van de Zuid-Limburgse hellingmoerassen (Fase II) Download pdf • Noodzaak en lokalisering van bufferstroken rond Natura 2000-gebieden in het Lees meer › Heuvelland • Monitoring herstel hellingbossen op kalkrijke bodem. Leden: zie website. Foto: Marijn Nijssen. Bestuur.

(25) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Heuvellandschap Het beheer van een Veldbies-beukenbos. Actie tegen erosie. De uiterste zuidoostpunt van Zuid-Limburg (“de bossen. In heuvelachtig terrein is erosie een heel normaal verschijnsel. Door allerlei. van Vaals”) is het enige gebied waar het habitattype Veld-. activiteiten (landbouw, infrastructuur) kan de erosie soms echter proble-. bies-beukenbos in Nederland voorkomt. Het zijn loof-. matisch worden. Zo kunnen de natuurwaarden op hellingen grenzend aan. bossen op oude, zure bodems waarin altijd witte veldbies. landbouwpercelen last hebben van de toestroom van voedselrijk water en. voorkomt. Omdat het in Nederland maar om een heel. verspoeld bodemmateriaal. Ook kunnen binnen de natuurgebieden door. klein areaal gaat, en dat uiteraard behouden moet blijven,. insnijding van het afstromende water geulen en steilwandjes ontstaan. Bij. is het de vraag hoe je het bos zou moeten beheren en of. ernstige vormen van erosie zullen de natuurwaarden verdwijnen en dus is. er mogelijkheden zijn om het areaal te vergroten. Het. het zaak om de ernstige erosie zoveel mogelijk te voorkomen.. doel van het onderzoek dat in 2017 is uitgevoerd was om voor de specifieke Zuid-Limburgse situatie inzicht te krijgen in de soortensamenstelling, structuur en dynamiek van een meer of minder natuurlijk Veldbies-beukenbos.. Het Deskundigenteam Heuvelland liet onderzoeken of bufferstroken tussen landbouwgrond en natuurgebied deze negatieve invloeden kunnen beperken door directe inwaai en oppervlakkige toestroom van meststoffen en bodemmateriaal af te vangen. De bevinden zijn gepubliceerd in een brochure. Heel belangrijk is in ieder geval een zo veel mogelijk on-. met daarin oorzaken van erosie en mogelijke oplossingen. De onderzoe-. gestoorde ontwikkeling van deze bossen. De aangeplante. kers raden aan om in ieder geval eerst te kijken op de speciaal gemaakte. loofbossen zouden wel kunnen worden omgevormd tot. erosiegevoeligheidskaart of de beheerder daadwerkelijk te maken heeft met. spontaan loofbos door langdurig open plekken te creëren. een risico. Vervolgens zijn de aanleg van bufferstroken tussen de landbouw-. ten gunste van het biotoop van hazelmuis en wilde kat.. percelen op de plateaus en de natuurgebieden op de hellingen heel effectief.. De ingrepen moeten leiden tot het ontstaan van een. Als een erosiestroom niet tegen te houden is, adviseren de onderzoekers om. kruidenrijke vegetatie en ontwikkeling van braamstru-. het (voedselrijke) sediment vooral buiten het natuurgebied op te vangen.. welen. Uitbreiding van het areaal kan sporadisch op niet te zwaar bemeste voormalige landbouwgronden of door het omvormen van bossen met uitheemse soorten en naaldhout.. Meer informatie over het onderzoek op www.natuurkennis.nl (pdf) Flyer over het onderzoek (pdf). BUFFERSTROKEN VOORKOMEN NADELIGE EFFECTEN VAN EROSIE OP NATUUR.

(26) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Laagveen- en zeekleilandschap Het lage deel van Nederland is voor een groot deel door veenvorming, zeeafzettingen en inpolderingen op de kaart gezet. De voorheen zeer dynamische processen zijn door de mens gaandeweg beteugeld waardoor veel bijzondere successiestadia nauwelijks meer voorkomen. krijgt dat alle stadia blijvend aanwezig zijn.. Bestuur. Lopend onderzoek 2017 Voorzitter: C.J.M. van Vliet (Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden) Duo vicevoorzitters: A.M. Kooijman (Sciencepark IBED) en L.P.M. Lamers (Radboud Universiteit Nijmegen) Secretaris: vacature Contact via voorzitter: k.vliet@kpnmail.nl. Leden: zie website. • Bevloeiing trilvenen Af te ronden in 2019. • Onderzoek van effecten van stikstof in overgangs- en trilvenen Af te ronden in 2018. • Verbrakkingsonderzoek Fase IV (in samenwerking met provincie Noord-Holland) af te ronden in 2019. Afgerond onderzoek • Verbrakkingsonderzoek Fase III. Lees meer. ›. Foto: Marco van der Roest. De vraag is hoe je de omstandigheden weer zo.

(27) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Laagveen- en zeekleilandschap Van brak naar zoet naar brak In 2017 promoveerde Gijs van Dijk op een. bodems bloot te stellen aan inlaatwater. Gijs van Dijk: “De volgende stap is daad-. onderzoek naar verbrakking van polders in. met verschillende zoutconcentraties.. werkelijke inlaat van brakwater en een. Noord-Holland. Het oppervlaktewater in veel. Gedurende een half jaar is de verandering. grootschalig veldexperiment. De bedoeling. van deze polders was van oudsher brak door. van de chemische samenstelling van. was om daar in 2013 al mee te beginnen. overstromingen van zeewater uit de Zuider-. het poriewater in de waterbodem, de. maar het is een gevoelig thema. Polder. zee. Dit zout gaf weliswaar beperkingen aan. bodemsamenstelling en de afbraak-. Westzaan is aangewezen voor de instand-. de mogelijkheden voor de landbouw, maar. snelheid van organisch materiaal gevolgd.. houding van aan brakwater gerelateerde. bracht tegelijkertijd een unieke brakke. Het bleek dat onder brakkere condities de. habitattype H6430B Ruigten en Zomen met. natuur voort met plantensoorten zoals. fosforbeschikbaarheid in de bodem daalde. Echt lepelblad. Ondanks dat verbrakking op. heemst, groot nimfkruid, snavelruppia,. omdat het fosfor aan het calcium uit het. schaal van een hele polder nog op zich laat. zilte rus en echt lepelblad. Op enkele kleine. zout en de bodem bindt.. wachten, willen provincie Noord-Holland en. plekjes in Noord-Holland kun je dit soort. de VBNE toch graag een veldexperiment in. vegetaties nog vinden. Gijs van Dijk van. In een daaropvolgend veldexperiment zijn in. drie sloten om de effecten van brakwater in. Onderzoekcentrum B-WARE voerde in op-. enclosures verschillende zoutconcentraties. combinatie met enkele beheermaatregelen. dracht van het Deskundigenteam Laagveen. vergeleken. De enclosures bestonden uit. en de ontwikkeling van echt lepelblad op de. en zeekleigebied onderzoek uit naar de. flexibele buizen die in de veenbodem werden. oevers te onderzoeken.”. (a-)biotische effecten van verbrakking in. vastgemaakt en aan de bovenkant boven het. voormalig brakke laagveengebieden.. wateroppervlakte uit staken. Dit experiment bevestigde dat ook op langere termijn de. De eerste stap in het onderzoek vond. methaanproductie en P-beschikbaarheid. plaats in het laboratorium door de. daalde.. Meer informatie op www.natuurkennis.nl (pdf). POLDERS MET EEN UNIEKE BRAKKE NATUUR.

(28) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Nat zandlandschap. Het natte zandlandschap bestaat uit een groot aantal verschillende (grond)water afhankelijke ecosystemen zoals hoogvenen, vennen, vochtige heiden en bossen, blauwgraslanden of zelfs kalkmoerassen. Er vinden talrijke grootschalige herstelprojecten plaats om de negatieve effecten van verdroging, verzuring en vermesting op te heffen.. Lopend onderzoek 2017. Bestuur Voorzitter: A.J.M. Jansen (Unie van Bosgroepen). • Maatregelen ter versnelling van Acrotelmontwikkeling Af te ronden in 2020. • Systeemgerichte bestrijding van watercrassula Af te ronden in 2020. • Invloed van boszones rond heideveentjes in het natte zandlandschap Af te ronden in 2018. • Slow release mineralengift natte en droge heide Af te ronden in 2018. Secretaris (a.i.): H. v. Kleef (Stichting Bargerveen). • Monitoring natuurontwikkeling op minerale gronden. Secretaris per 1 april 2018: Jacob van der Weele (Landschap Overijssel). Afgerond onderzoek. Leden: zie website. Af te ronden in 2018. • Evaluatie strategieën omgang overmatige voedingsstoffen Bekijk hier het rapport (pdf) Bekijk hier de handreiking (pdf) • Handleiding herstel hoogveenlandschap • Veenbasis: Afbraakprocessen in relatie tot hydrologie. › Lees meer › Lees meer. Foto: Harry van Oosterhout. Vicevoorzitter: M.G.C. Schouten (Staatsbosbeheer).

(29) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. 2017. Kennisnetwerk OBN. FINANCIËN. 5. DESKUNDIGENTEAM. Nat zandlandschap Hoogveen beschermen in de praktijk. EEN ROBUUST EN ZICHZELF REGULEREND HOOGVEENSYSTEEM. De Natura 2000-opgave voor de sterk. hoogveen zijn. Deze kerntjes kunnen. wordt de waterstandsfluctuatie veel te. aangetaste restanten van hoogveen-. samengroeien en uitbreiden tot een of. groot. Dan is het nodig om een hydro-. landschappen is het behoud en de. meer robuuste hoogveenkernen. Een. logische bufferzone te maken die water-. verbetering van hoogveenkernen en. gezonde toplaag van veenmossen (de. verlies uit het reservaat kan beperken.. hun randzones. Het lukt inmiddels om. zogenaamde ‘acrotelm’) is daarvoor. veenmos te laten groeien in de aan-. noodzakelijk. Deze toplaag kan water. De handleiding die is gebaseerd op. gelegde compartimenten, maar wat. vasthouden zodat het veen kan krim-. de ervaringen in de Nederlandse en. zijn de volgende stappen om te komen. pen en zwellen in een droge of natte. buitenlandse hoogveengebieden laat. tot een robuust en zichzelf regulerend. periode. In de praktijk blijkt echter dat. zien hoe dit er in de praktijk kan uit-. hoogveensysteem, waarin de beheerder. het voor de noodzakelijke hydrologische. zien. Misschien is het in het begin om. nauwelijks meer hoeft in te grijpen? Het. stabiliteit onvoldoende is om alleen in. praktische redenen nog wel nodig om. Deskundigenteam Nat zandlandschap. het hoogveengebied zelf maatregelen te. water vast te houden in compartimen-. liet een handleiding maken met daarin. nemen. Vaak is het nodig om ook buiten. ten, maar als het veen hoog genoeg. de mogelijke aanvullende maatregelen. het hoogveenrestant aan de slag te. gegroeid is, zou ook in Nederland weer. in of rondom de hoogveenrestanten.. gaan. Als de veenlaag in een reservaat. echt hoogveen kunnen uitbreiden.. bijvoorbeeld bijna weg is en er alleen Een essentiële stap in het herstel van. een dunne laag sterk vergaan veen. de vergraven hoogveenrestanten is dat. (zwartveen) op de zandondergrond ligt,. er een of meerdere kerntjes van actief. is de wegzijging vrijwel altijd te groot en.  eer informatie op www.natuurkennis.nl M (pdf). COLOFON.

(30) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Nat zandlandschap Veenbasis: risico afbraak is klein Zou de veenbasis, de ondoorlatende laag onder. is. Uit de metingen bleek dat de grondwater-. het hoogveen, ook kunnen afbreken als daar. stand inderdaad regelmatig diep wegzakt, en de. zuurstof bij komt? Soms zakt immers in de zand-. onderkant droog staat. Uit de berekeningen blijkt. ondergrond het grondwater zo ver weg dat de. echter dat het horizontale transport door diffusie. onderkant van de ondoorlatende laag droog komt. van zuurstof vanaf de rand naar het middendeel. te staan en er zuurstof bij kan komen. Jan van. van de veengebieden niet verder komt dan ca 1,1. den Akker van Alterra deed in opdracht van het. meter vanaf de rand. Dat komt omdat de toevoer. deskundigenteam onderzoek en concludeert dat. van zuurstof door diffusie beperkt is en bovendien. het gevaar erg beperkt is.. tijdens het transport zuurstof wordt gebruikt voor. Onder een intact hoogveen ligt tussen het veen en de minerale ondergrond een ondoorlatende laag. Het regenwater blijft op die laag staan zodat hier hoogveen kan gaan groeien. Een probleem wordt het als de ondoorlatende laag lekt raakt, bijvoorbeeld als er een greppel doorheen is gegraven. Dan stroomt het water rechtstreeks naar de ondergrond waardoor het hoogveen verdroogt.. afbraak van organische stof in de zandlaag. Zelfs bij vervanging van het aanwezige fijne zand door een grover zand blijkt de zuurstof niet verder te komen dan ongeveer vier meter en dan niet eens met relevante zuurstofconcentraties. Hieruit blijkt dus dat de hoeveelheid zuurstof onder een veenbasis te weinig is voor afbraak van een organische veenbasis.. Afbraak van de organische veenbasis van bovenaf. Ditzelfde geldt ook voor de afbraak van een orga-. is dus een groot probleem. Zouden dat soort. nische veenbasis bij een verzadigde zandonder-. lekken ook aan de onderkant van een organische. grond. In sommige gevallen bevat dit grondwater. veenbasis kunnen ontstaan door aerobe afbraak. heel hoge concentraties nitraat en sulfaat. Maar. als het grondwater wegzakt?. ook die hoeveelheid en toevoer is bij lange na niet. Om grip te krijgen op deze mogelijke afbraak, is gemeten en berekend of dat een reëel gevaar. genoeg om de veenbasis wezenlijk aan te tasten. M  eer informatie op www.natuurkennis.nl (pdf). PROBLEEM ALS DE ONDOORLATENDE LAAG LEK RAAKT.

(31) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Rivierenlandschap. Rivieren hebben van nature een grote dynamiek. Uiterwaarden overstromen en vallen weer droog. Zand, slib en vloedmerk worden afgezet en weer meegevoerd. De gebieden zijn daardoor rijk aan landschappelijk structuren zoals stroomruggen, komgronden en rivierduinen. De kunst is om met de te verwachten waterstandveranderingen en veiligheidseisen, de natuur hier te ontwikkelen en te herstellen.. Lopend onderzoek 2017. Voorzitter: W. Lammers (Staatsbosbeheer) Vicevoorzitter: B. Peters (Bureau Drift) Secretaris: M. Brunsveld (VBNE). Leden: zie website. • Gecombineerde experimenten met begrazing en maaien op de Ewijkse plaat. Af te ronden in 2020. • Aanleg en beheer van kwelmilieus en kwelgeulenlangs de Terrassenmaas Af te ronden in 2018. Lees meer. ›. Foto: Beeldbank Rijkswaterstaat / Joop van Houdt. Bestuur.

(32) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. DESKUNDIGENTEAM. Rivierenlandschap Kwelwater langs de Terrassenmaas Kwelzones zijn grondwatergevoede, natte gebieden. het gebied onder druk als gevolg van de voorge-. met specifieke flora en fauna. In het rivierengebied. nomen grootschalige waterveiligheidprojecten en. is deze natuur te vinden aan de randen van hoger. delfstoffenwinning. Deze projecten bieden mooie. gelegen gebieden waar grondwater opwelt tot in het. kansen om tegelijkertijd te werken aan behoud en. maaiveld. Langs de grote rivieren zijn deze kwel-. ontwikkeling van kwelnatuur. Het is dus het perfec-. gebieden beperkt tot de randen van de stuwwallen. te moment om deze nieuwe kennis in de planvor-. van de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug en in het. ming toe te passen.. Maasdal van Noord- en Midden-Limburg. Dit laatste riviertraject, de Terrassenmaas tussen Roermond. De resultaten van dit onderzoek zijn uitgewerkt. en Mook heeft een bijzondere geologische wor-. in een rapport en vier facstsheets over de ver-. dingssgeschiedenis en een uniek samenspel tussen. schillende soorten kwelnatuur en een aantal. grond- en rivierwater gestuurde processen. Helaas. kansenkaarten, met daarop potentiële locaties om. gaat de kwelnatuur hier in areaal en kwaliteit snel. kwelnatuur te herstellen. De resultaten van deze. achteruit door vermesting en verdroging. Terrein-. studie kunnen worden gebruikt bij planuitwerking. beheerders, Rijkswaterstaat en provincies hebben. van natuurherstel in het kader van Natura 2000 en. daarom behoefte aan systeemkennis van dit bijzon-. de KRW-maatregelen. Bij het zoeken naar maat-. dere gebied om daarmee het herstel en de ontwik-. regelen in het kader van het Deltaprogramma en. keling van kwelnatuur langs de Terrassenmaas, in. Hoogwaterbeschermingsprogramma kunnen de. het bijzonder van kwelgeulen in te zetten.. uitkomsten vanuit deze studie als kaderstellend en richtinggevend gelden.. Zo zoeken zij in het kader van de Kaderrichtlijn Water naar kansen voor het realiseren van kwelafhankelijke riviergebonden natuur. Daarnaast staat. Meer informatie op www.natuurkennis.nl. KANSEN VOOR BEHOUD EN ONTWIKKELING VAN KWELNATUUR.

(33) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. De Expertisegroep Fauna adviseert de deskundigenteams over onderzoek aan fauna en agendeert specifieke faunaproblemen. Knelpunten. DESKUNDIGENTEAMS 1. 2. 3. 4. 6. 7. 8. 9. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. 5. Expertisegroep Fauna. en kansen voor kenmerkende diersoorten worden uitgewerkt tot een fauna kennisagenda, welke wordt ingebracht bij de OBN deskundigenteams. Belangrijk aandachtspunt is het beheer van fauna in de PAS.. Bestuur Voorzitter: M. van der Weide (Natuurmonumenten) Vicevoorzitter: H. Siepel (Radboud Universiteit Nijmegen) Secretaris: H.H. van Kleef (Stichting Bargerveen). Foto: Cora de Leeuw. Leden: zie website.

(34) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. Financiën BIJ12 KENNISONTWIKKELING BIJ12 (de provincies) financiert het OBNonderzoek jaarlijks met € 800.000. Dit wordt elk jaar volledig vastgelegd in onderzoeksverplichtingen. Daarnaast zijn andere externe partijen (waaronder ook individuele provincies) die extra. Herstel konijnenpopulaties in de kustduinen. Maatregelen ter versnelling van acrotelmontwikkeling. Kans voor oude droge heide in het heidelandschap. € 97.471 € 102.500. €. €. 149.756. 194.892. Extern, provincies Zeeland, Zuid-Holland en Noord-Holland. financiering inbrengen. In totaal is daarmee in 2017 een onderzoeksbudget beschikbaar van ruim 1,1 miljoen.. Effectiviteit lijnvormige elementen als verbindingszones. Vergroten kwaliteit bosopstand door verbetering strooiselafbraak. Invloed van vermest grondwater op kwelafhankelijke ecosystemen. €. € 200.000 € 50.000. € 100.000 € 80.000. Extern, provincie Noord-Brabant. Extern, provincies Drenthe, Overijssel, Gelderland en Limburg. 59.517. Totaal BIJ12/provincies Extern Totaal inclusief externe financiering. € 800.000 € 232.500 € 1.032.500. IN NATURA BIJDRAGEN In de tripartite formule van het Kennisnetwerk OBN wordt uitgegaan van. De hoeveelheid tijd die de deelnemers besteden wordt niet betaald of slechts. ‘halen en brengen’ en een samenwerking die voor alle partijen voordeel heeft.. in beperkte mate (vacatiegeld). Daarnaast wordt in het experimentele OBN-. In de bijeenkomsten wordt door de leden van de deskundigenteams veel tijd. onderzoek tijd gestoken door beheerders in aanleg en beheer van de proef-. gestoken in de probleemverkenning, vraagarticulatie, beoordeling van onder-. locaties. Dit betekent dat zowel door beheerders als door onderzoekers in natura. zoeksvoorstellen, onderzoeksbegeleiding en verspreiding van kennis.. een grote bijdrage wordt geleverd vanuit de beheer- en onderzoekspraktijk.. +.

(35) VOORWOORD. ORGANISATIE. 2017. Kennisnetwerk OBN. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. FINANCIËN. Advisering door leden deskundigenteams en OBN algemeen. Kennisverspreidingsactiviteiten. Vergoeding deskundigenteams. Organisatiekosten VBNE (coördinatie, administratie, financiën, veldwerkplaatsen). €. € 156.079. € 241.119. €. Onderzoek en monitoring. Overige kosten (aanbestedingen, vergoeding beoordelingscommissies, reserveringen’). Kennisverspreiding Deskundigenteam Cultuurlandschap. Onderzoek Deskundigenteam Cultuurlandschap naar gebiedskenmerken Open akkerland en Droge dooradering.. €. € 23.832. €. Financiën LNV KENNISVERSPREIDING Het ministerie van van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit financiert de activiteiten van het kennisnetwerk voor kennisverspreiding, advisering, monitoring. 21.233. 218.681. en coördinatie door de VBNE. Daarnaast heeft het ministerie in 2017 extra 1 ton bijgedragen voor de activiteiten van het Deskundigenteam Cultuurlandschap.. 40.388. 4.315. €. 49.209. + Totaal uitgaven Verplicht in 2017 en uit te geven in 2018 Totaal budget . € € €. 754.856 145.144 900.000. OBN UITFINANCIERING PERIODE 2010-2013. VERPLICHT IN 2017 EN UIT TE GEVEN IN 2018. In 2014 heeft de VBNE de lopende verplichtingen voor 26 OBN-onderzoeken overge-. Voor de besteding van het budget van 2017 zijn verplichtingen aangegaan die in de eerste. nomen van het Bosschap. Hiervan waren in 2017 nog 3 in uitvoering en deze zijn alle 3. maanden van 2018 worden afgerond; grote budgetten zijn dit Jaarverslag/jaarrekening. eind van 2017 afgerond en is een rapport opgeleverd. Daarmee is de vorige OBN-. (€6.650), enkele aanbestedingen (€13.000), onderzoek van het DT Cultuurlandschap. periode helemaal afgesloten. Hieraan is € 161.783 uitgegeven en volledig gefinancierd. (€46.000) en enkele advies- en monitoringprojecten (€23.500). Van het totaalbudget. door LNV.. resteert dan €22.390 dat in 2018 een herbestemming krijgt. Het volledige financiële overzicht 2017 is op te vragen via w.wiersinga@vbne.nl.. COLOFON.

(36) VOORWOORD. ORGANISATIE. COMMUNICATIE. DESKUNDIGENTEAMS. COLOFON. 2017. Kennisnetwerk OBN. COLOFON. Kennisnetwerk OBN wordt gecoördineerd door de VBNE en gefinancierd door BIJ12 en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.. Een uitgave van: Kennisnetwerk OBN / www.natuurkennis.nl Vormgeving: Mariëtte Boomgaard, Ocelot Ontwerp Samenstelling en redactie: Geert van Duinhoven, Mark Brunsveld en Wim Wiersinga (VBNE). FINANCIËN. ontwikkeling+beheer natuurkwaliteit. Foto’s voorkant: Grote wolbij, Saxifraga-Frits Bink (grote foto); Cora de Leeuw (kleine foto’s) © VBNE, 2018 Het Kennisnetwerk ontwikkeling beheer natuurkwaliteit • is een onafhankelijk en innovatief platform waarin beheer, beleid en wetenschap op het gebied van natuurherstel en -beheer samenwerken; Vereniging van bos- en natuurterreineigenaren (VBNE) Princenhof Park 9 3972 NG Driebergen 0343-745250 drs. W.A. (Wim) Wiersinga Adviseur Plein van de kennis/ Programmaleider Kennisnetwerk OBN 0343-745255 / 06-38825303 w.wiersinga@vbne.nl M. (Mark) Brunsveld MSc Programmamedewerker Kennisnetwerk OBN 0343-745256 / 06-31978590 m.brunsveld@vbne.nl. Foto: Baukje Sietsma. • ontwikkelt en verspreidt kennis met als doel het structureel herstel en beheer van natuurkwaliteit..

(37)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Bij deze risters werden de bodemfysische metingen alleen bij de laagste en de hoogste snelheid (- U,5 en - 10 km/h) op het linker gedeelte van het perceel uitgevoerd.. Van

Onderhuidse weefsels worden door middel van hechtingen weer op zijn plaats ge- bracht.. Na controleren van eventuele kleine bloedingen, wordt de huid terug dichtgemaakt en wordt

- Er is geen verschil in technische resultaten van gespeende biggen die de eerste twee weken na het spenen melkzuur toege- diend krijgen via voer met antimicrobiële groeibevorderaars

To be able to assign the linguistic entities in question the status of "exaptation" one should, on the one hand, have a theory of the properties by which exaptations

The propositions in question are that there is sufficient evidence from the fossil record to reliably infer the evolutionary origins of the production and perception of music; that

Europa komt ook dichterbij als blijkt dat niet alle problemen op regionaal vlak kunnen worden opge-

• Een vergelijking tussen het basisbedrijf en de uiteindelijke situatie, na toepassen van alle maatregelen, leidt tot bijna ƒ 6,- minder netto bedrijfsresultaat per 100 kg melk voor

Bij het onderzoek is gebruik gemaakt van verschillende meetmethoden, gericht op het meten van het totaalgehalte NEN 5733 en Soxhletextractie en op meting van een deel van de