• No results found

Verslag over de bestrijding van Tetranychus urtucae in jonge perziken met behulp van de roofmijt Phytoseiulus riegeli, 1961

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Verslag over de bestrijding van Tetranychus urtucae in jonge perziken met behulp van de roofmijt Phytoseiulus riegeli, 1961"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

r

Bibliotheek Proefstation Naaldwijk

STATION VOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS, TE NAALDWIJK.

A

3

T 27

Verslag over de bestrijding van Tetranychus urticae (spintj in jonge perziken met behulp van de roofmijt Phytoseiulus riegeli,196l.

door:

Mej.D.Theune.

(2)

//V

f-

3 ne 77

- 1

PROEFSTATIOÏÏJTOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS TE NAALDWIJK

Verslag over de bes trijding van Tetran.ycMso^ti^a^^sj)int)

Ff'*

1

*"**

t S n t in .jonge perziken met behulp van de roofmi.jt Phy %oke^ufus**?

riegeli 1961 *

Inleiding

In aansluiting op een proef in I960'1 (zie het desbetreffende ver­

slag) werd dit jaar opnieuw een proef uitgevoerd om na te gaan of de roof-mijt Phytoseiulus riegeli zich bij een lage spintpopulatie zou kunnen hand­ haven. Uit onderzoekingen was reeds bekend dat de roofmijt zelfs hoge spint­

populaties (+ 1000 per blad) binnen korte tijd op kon ruimen. Bij lage spintpopulaties is het echter niet onmogelijk dat de roofmijt door voedsel­ gebrek zelf volledig te gronde gaat waardoor een hernieuwde spintinfectie zich ongelimiteerd zou kunnen uitbreiden.

Opzet

De proef werd genomen op jonge perzikbomen die afgeschermd waren met hoezen om infectie van buitenaf te voorkomen. Bovendien was elke hoes omgeven door een goot gevuld met water. Alle bomen werden op hetzelfde tijdstip geïnfecteerd met spint s 1 wijfje per blad. Deze spint was af­ komstig uit de normale spintkweek van het Proefstation. De roofmijt Phytoseiulus riegeli werd op verschillende tijden na de spintinfectie in de hoezen gebracht. Hierdoor ontstonden de volgende objecten in duplo.

1 Direct na de spintinfectie P. riegeli op de boom brengen. 2 7 dagen na de spintinfectie P.riegeli op de boom brengen. 3 14 dagen na de spintinfectie P.riegeli op de boom brengen. 4 21 dagen na de spintinfectie P.riegeli op de boom brengen. 5 Contrôle.

Van de roofmijt werd 1 wijfje per 10 bladeren gebruikt. Deze waren eveneens afkomstig van een kweek op het Proefstation. Om een in­ druk te verkrijgen over het verloop van de populaties werd 1 x per week op een monster van 10 bladeren alle levende stadia van Tetranychus urticae en Phytoseiulus riegeli geteld. De eerste telling geschiedde 7 dagen

(3)

Uitvoering

26 juni en 27 juni : bomen geïnfecteerd met Tetranychus urticae 28 juni

4 juli

s Phytoseiulus riegeli gebracht op boom 1 A en 1 B. t aantasting door T. urticae en P. riegeli geteld.

Omdat verwacht werd dat de populaties nog zeer laag zouden zijn, werden 20 bladeren per boom geplukt. 5 juli 11 juli 12 juli 18 juli 21 juli 25 juli

; Phytoseiulus riegeli gebracht op boom 2 A en 2 B s aantasting door T. urticae en P. riegeli geteld.

t Phytoseiulus riegeli gebracht op boom 3 A en 3 B. : aantasting door T. urticae en P. riegeli geteld.

t Phytoseiulus riegeli gebracht op boom 4 A en 4 B.

i aantasting door T. urticae en P. riegeli geteld. 1, 9, 16, 22, 29 aug.,

5, 12, 19 en 26 sep­ tember

26 september

{ aantasting door T. urticae en P. riegeli geteld, î proef gestaakt.

Resultaten

Een overzicht van de populatietellingen wordt gegeven in tabel 1 en de grafieken 1, 2, 3 en 4» In deze grafieken zijn de duplo's afzon­ derlijk weergegeven omdat de verschillen tussen twee hoezen soms zeer groot zijn. Tabel 2 en grafiek 5 geven vervolgens de gemiddelden weer van de verschillende behandelingen.

1 Pht^r-t^s^XTj-lTis ri^eg;e3^± -t_eg_elmet Tetranychus urti_cae in_d£

hoezen_gebracht (grafiek 1)

Bij deze behandeling is vanaf het begin een verschil te zien tussen hoes A en hoes B. Bij hoes B blijkt de roofmijt zich in de eerste week sterker ontwikkeld te hebben dan in hoes A. Tot 25 juli blijft dit merkbaar in de ontwikkeling van het spint s de spint­ populatie in hoes B is geringer. Na 25 juli is juist het omgekeerde het geval en blijkt nog duidelijker hóe de ontwikkeling van het spint afhankelijk is van het aantal roofmijten. Zowel in hoes A als in hoes B begint het spint zich na 25 juli op dezelfde wijze uit te breiden. De opbouw van P. riegeli in hoes B begint echter op een later tijdstip, waardoor het spi$t zich sterk kan uitbreiden. In hoes A is dit niet het geval. Doordat voldoende roofmijten

(4)

3.

aanwezig zijn, loopt de spintpopulatie na een aanvankelijke op­ bouw weer snel terug.

2 Phytoseiulus riegeli dagen na_T_et rany£hu s_ur t i_oae_in de_hoezen gebracht_(grafiek 2)

In grote lijnen is de populatieopbouw van de beide hoezen gelijk. Per + 250 spintmijten werd 1 roofmijt in de hoes gebracht. Het blijkt dat bij deze verhouding het spint zich kan uitbreiden tot een maximum van + 200 per blad. Door de aanwezige roofmijten (maximaal 20 - 50 per blad) wordt het spint tot zeer geringe aan­ tallen teruggebracht. Daarna heeft weer een zekere opbouw van de spintpopulatie plaats. De opbouw van de roofmijt is in beide hoezen nu niet gelijk. Om een duidelijk beeld te krijgen over het verdere verloop van de populaties van spint en roofmijt is de waarnemings­ periode te kort geweest. De bomen zonder P. riegeli (5 A en 5 B) zijn in een tijd van 7 weken zo ernstig aangetast dat bladval op­ treedt.

3 Ph£tose_iulus_rie_geli_14. dagen na_T£tranyc_hus_urti.cae_in de_hoezen gebracht_(grafi ek 3 ) •

Beide hoezen zijn gedurende de gehele waarnemingsperiode zeer gelijk wat de opbouw van het spint en de roofmijt betreft. Er werd 1 roofmijt per 4 a 500 spintmijten in de hoezen gebracht, waardoor de spintpopulatie op kon lopen tot een maximum van + 750 per blad. Hierna wordt een snelle teruggang van het spint geconstateerd. Door voedselgebrek loopt de populatie van de roofmijt eveneens snel terug. Een nieuwe opbouw van P. riegeli vindt niet meer plaats. Het spint heeft daardoor de kans om zich opnieuw uit te breiden. Over het verdere verloop konden geen gegevens meer verzameld worden. 4 Ph^r t£s eiulus_ri egeJL i_2_1_ dagen na_Ï£trany£hus_ur td^cae_in de_hoe_zen

gebracht (grafiek 4)

De populatieopbouw van de beide hoezen vertoont grote overeen­ komst met de opbouw van het spint in de hoezen zonder P. riegeli. De maximale populatie bereikt een grens waarbij ernstige bladval optreedt. Toch blijict het voor P. riegeli nog mogelijk om in een zeer korte tijd de spintpopulatie tot slechts 2 a 3 individuen per blad terug te brengen. Hierna begint de spintpopulatie weer op te lopen. Door het gevorderde seizoen was het niet mogelijk het verdere

(5)

4.

verloop te volgen.

Grafiek 5 geeft een totaal overzicht weer, waaruit blijkt dat er een duidelijke samenhang "bestaat tussen de spintpopulatie en die van de roofmijt : bij hoge spintpopulatie kan de roofmijt zich sterker uitbreiden. Bij een lage spintpopulatie (bijvoorbeeld object 1) is het gevaar niet denkbeeldig dat de roofmijt geheel verdwijnt waardoor het spint zich weer sterk kan uitbreiden.

Conclusie

1 Phytoseiulus riegeli is in staat zowel lage als hoge spintpopulaties volledig op te ruimen.

2 Bij lage spintpopulaties is de kans dat Phytoseiulus riegeli zelf eveneens te gronde gaat groter dan bij hogere spintpopulaties. 3 Bij deze proef werd bij een verhouding prooi - predator van 400 : 1

nog juist geen economische schade (+ 1000 individuen/blad) aan het gewas veroorzaakt.

De Proefneemster, D. Theune. «

Naaldwijk, augustus 19^5 MM.

(6)

j tabel 1

i '

Bestrijding T. urticae (spint) op perziken met behulp van de roofmijt P. riegeli 1961 populatie per 10 bladeren j

I

1' A 1l B

datum T.u. P.r. T.u. P.r.

27 juni 4 juli 1) 10 1 10 1 27 juni 4 juli 1) 683 12 233 27 11 juli 84 4 38 52 18 juli 7 30 2 21 25 juli - NM» «•M

«.

1 augustus 5 m Im 2 9 augustus 26 - 33 « 16 augus tus 18 1 96 m 22 augustus 91 12 167 -29 augustus. 374 158 226 -5 september 1 2 1800 24 12 sgptember m mm 4734 32 19 s eptember 1 mm 11008 338 26 september 17 m* I' niet

getelc niet geteld

2 A T.u. 10 377 .544 840 1855 248 59 2 57 28 18 '509 220 46

>

P.r. 2 25 59 130 157 79 30 9 6 10 21 12 43 2 B .3 'A 3 B 4 à 4 s 5

k

5.'B

T.u. P.r. T.u. P.r. T.u. P.r. T.u. P.r. : T.u. P.r. T.u. P.r. T.u. P.r.

10 10 10 10 mm 10 ««• 10 m 10 570 2 290 » 599 m 774 668 - 633 - 758 -369 12 381 1 513 1 269 - . 301 PW 227 m 334 -1941 22 3288 29 2061 16 2032 1 2208 1 1190 tm 2274 -1298 183 7709 65 7553 132 7041 38 4952 26 6503 1 5294 m 525 478 6196 346 6829 466 11965 56 5951 73 6906 53 6 596 -1 28 28 3223 3223 1773 1773 2928 1902 12931 496 I353O 696 14790 298 46038 16 6386 963 8845 819 niet niet niet niet

-, 1 33 779 48 17 6386 963 8845 819 geteld geteld geteld geteld 324 664 niet niet niet niet 1 -

J;

1 16 11 1 373 1071 324 664 geteld ; geteld geteld geteld

30 14 niet ' niet niet niet

28 - 2 - 5 - 30 — 14 3 geteld ; geteld geteld geteld

-24 niet \ niet niet niet

25 ' 1 « 151 1 33 3 24 geteld j geteld geteld geteld

1 86 niet i niet niet niet 126 1 -, - 228 - 578 - 249 1 86 m• geteld getelc getelc geteld

564 217 1 165 niet ; niet niet niet

88 - "•'254

. • •

Ml 564 - 217 1 165 m

geteld 'i geteld geteldj geteld

niet niet 1 ge te] d geteld t " 1 1 1)

(7)

tabel 2

Bestrijding T. urticae (spint) op perziken met behulp van de roofmijt P. riegeli 1961, gemiddelde populatie pet 10 bladeren

i

g

i

• 4

f 5

datum T.u. P.r. T.u. P.r. T.u. P.r. T.u. P.r. T.u. 27 «juni 4 juli 1) 11 juli 18 juli 25 juli 1 augus tus 9 augustus 16 augustus 22 augustus 29 augustus 5 september 12 september 19 september 26 september 10 458 61 5

<m

3 30 57 129 300 901 2367 5505 17 1 20 28 26 1 1 6 79 13 16 169 M 10 474 457 1391 1577 387 30 1 29 28 22 318 154 46 2 19 41 157 318 54 . 16 5 3 6 11 6 43 > 10 444 427 2675 7631 6513 3076 41 6 4 76 503 409 1 23 99 406 1838 398 9

tm

1 « « 10 721 285 2120 5997 8958 13231 7616 349 22 29 168 191 1 1 32 65 596 891 868 2 2 2 1 V 10 696 281 1732 5899 6751 30414

(8)

t

/am

rooJ-m

(9)

Bcïif/jdincj T. uriiCQC. (5jotni)oio perz.'Kern '/net keJiuLp van de. soojm Ljt P- ric.cje.Li igé»i

cjfa pcK i .

1

(

retranuchus urticae

t

PHLitosiiuLus neçjeLi

,

re ira mu chus urii cae

'

2 ö

I H

P H u i o s e { u u 4 5 r i e g e i i

eft

r e t r a n y c t a q s u / t r c a e .

çpj

Tetranijclnu

5

uriicqe

ƒ / / / n \ / V1

it

V

h

/

-

N

X v

r

7

'

/

/

('

J

1 /

,7

//

>\

' • \ s x \ 0 N

-\

x

\ \

•: \ \ X-- / \ \ \ \ / \ \ \ Xx . \ * / \ \ / ; 0 / K /\

/ /

-^

/

\ w

\

w;

\ V'

v /

éroLe-.Jatu

(10)

behuL

P

VQM d<z. coo

fru

u{ P. fi'ecjeLi 19 é/

3* /

farcinudnu<3 urLiCQt

I

pHytoSeiuLus riaqeli

I

TctranLjchi-i^ urtjeae.

'

PÜU t osetuLu^ rieadi

5 A

TCtrarntjchut> urticxie

5

&

Teiranqchus urkicae.

(11)

ÖesifLjdiinj f urticae (spirri) of? pevzi Ken nâ eé. behuLp Vqyi cje foaJn^Ljl P rieqe.Li I9i>i

• //' s

qtrafi ie H h.

//>•" N \ •. W

— TetranucHWi unicac

- . . PHUT05eiULU5 R l t & e u

TeEranycHus urttcae

PHuroseiuLUs RiegeU

Te&anucHWb urticae

— TetrancjcHus un (cat

\ ..

s

\

1

/

' /

//

//

• \ x 4 w -, \ -

/

l \ V "

~Lrole, dcrlum

\

\ ,/\

» \ / \ 1 /y 25-/7 1

lis

els

/6/<P ! iz/S 1

I

il! 9

s! 9

1 —

izk

if!9

21/9

(12)

Bestrijd i'iskj

l.uréicae (ôjpinL) op pe.r^< Kzn ^/mnei beim Ij? t/an de roo^wcjl P. rieye-Li 11 Li

///

. '• y

//

\

/

:'/

/% \ /

4

* • a •r^, . y §•* ««•

0 m'm t

• \

/ .

»

-*. M

ßt/ape.fC

5". _piReet PH.Rie.Qcu .m 7 DbZEN PH Rl6.6C.Ll •m mPM&ï pH Riesa.!

.mu DAêEti PH Rice eu

.co wrote

dun: T uriicae

diii : P

riegeJi

—t .—r nil t

*'l

1*1}

troLe. -da'tüm

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De totale investeringen zijn exclusief investeringen in grond, immateriële activa (quota), woningen en plantopstanden. Omdat de indicator DP01 alleen gebaseerd wordt op

Aan de vroegtijdige bladval in de vruchtboomkwekerij bij Golden Delicious en zijn mutanten gaan bladvlekken en bladverkleuring vooraf.. Zowel de bladsymptomen als de bladval

(Unpublished report from University of Minnesota, Cooperative learning center, Winter 1990).. Efficient change strategies - matching drivers and tracers in change

Based on manuscripts studying the epidemiology of virus infections in South East Asia and ProMED-mail reports, hepatitis A, West Nile virus, Japanese encephali- tis,

Placental hemodynamics Pregnancy Childhood Thyroid function hCG Homocysteine Pre-eclampsia Fetal growth Thyroid function Body composition Cardiovascular function

1.18 While shared space appears to work well for most people, some disabled and older people can feel apprehensive about using the space, particularly where a level surface is

De benodigde uren voor het houden van toezicht bij kleine evenementen (milieu en brandweer) valt binnen de uren voor piket/klachten. De totale urenraming per regionale

Op grond van artikel 4.11, lid 2 onder a APV geldt het verbod voor het maken van reclame dan niet meer voor steigerdoekreclame.. Daarmee wordt door een aantal stadsdelen ook