Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017
BRONCHITIS, TRACHEOBRONCHITIS:
COMMUNITY ACQUIRED INFECTIE BIJ PATIENTEN ZONDER COPD
• Klinische aspecten en commentaren
o Milde, matige of ernstige community acquired infectie van de lage luchtwegen, die meestal geen zieken-huisopname vereist. Soms geassocieerd met levensbedreigende obstructie van de luchtwegen.
o Ernstige pathologie is meestal te wijten aan bacteriële superinfectie van een initieel virale pathologie. o Persisterende hoest na een acute tracheobronchitis is vaak het gevolg van post-infectieuze bronchiale
hy-perreactiviteit en geen indicatie voor herhaalde antibioticakuren (te behandelen door inhalatie van cortico-steroïden of bronchodilatatoren). Andere oorzaken moeten eveneens in overweging genomen worden: ast-ma, gastro-oesofageale reflux, postnasale drip, kinkhoest, ....
o Indicaties voor rx thorax: ademhalingsfrequentie > 25/min, hoge koorts (≥ 38.5 °C), afwijkende auscultatie (rhonchi, verminderd ademgeruis), bilaterale wheezing. Bij patiënten met unilaterale wheezing moet naar andere oorzaken voor bronchiale obstructie gezocht worden zoals tuberculose, aanwezigheid van een vreemd lichaam, ....
• Betrokken pathogenen
o Respiratoire virussen (6 tot 61%). o Mycoplasma pneumoniae (0,5 tot 9%). o Chlamydia spp. (0 tot 3%).
o Streptococcus pneumoniae (3 tot 30%). o Haemophilus influenzae (3 tot 14%). o Moraxella catarrhalis (1 tot 3%). • Empirische anti-infectieuze behandeling
o Geen (gedocumenteerde behandeling). Purulent sputum alleen is geen indicatie voor het gebruik van antibiotica.