• No results found

Onderzoek ‘Groene Veredeling’ stopt: Goede resultaten van samenwerking vragen om vervolg

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Onderzoek ‘Groene Veredeling’ stopt: Goede resultaten van samenwerking vragen om vervolg"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

september – 2019 | EKOLAND 12

Goede resultaten van

samenwerkinG vraGen

om vervolG

De diversiteit in biologische voedselgewassen is groot, maar de biologische

sector zelf is nog klein. De kleine afzetmarkt geeft beperkt financiering van

veredelingsonderzoek en commerciële veredeling. Op beperkte schaal

wordt er specifiek voor biologische landbouw veredeld, in de praktijk volgt

de sector vooral het gangbare aanbod. Hierdoor krijgen knelpunten die

vooral bij de biologische teelt voorkomen nog onvoldoende aandacht.

TeksT Peter Keijzer & Olga SchOlten | fOTO’s grOene Veredeling

R

esistentieveredeling is

maatschap-pelijk gewenst, maar vanuit de markt lang niet voor alle gewassen vanuit de markt te financieren. Een over-heidsinspanning is daarom maatschap-pelijk gewenst en verantwoord. In 2010 is het onderzoeksprogramma Groene Veredeling gestart om de veredeling voor de biologische sector te ondersteunen, dit gefinancierd door het ministerie van LNV en veredelingsbedrijven. Binnen het programma was 10 jaar lang een miljoen euro (inclusief btw) beschikbaar voor onderzoeksprojecten, op voorwaarde dat het bedrijfsleven zorgde voor 40 procent cofinanciering in-kind of in-cash (natura of geld). Een stuurgroep bestaande uit

vertegenwoordigers van LNV, Bionext, Plantum en LTO zag toe op de program-mering van projecten bij Wageningen University & Research en Louis Bolk instituut.

Het eerst project binnen Groene Verede-ling was het, al in 2009 opgestarte, project Bioimpuls, dat gericht was op de verede-ling van Phytophthora-resistentie in aardappelolanten, een samenwerking van WUR, Louis Bolk Instituut, zes verede-lingsbedrijven en een groep ‘boeren’-kwe-kers. In dit project zijn 11 resistentiegenen beschikbaar gemaakt voor de bedrijven en kwekers om nieuwe rassen te

selec-teren aangepast aan biologische teelt in Prei kruising maken

Prei Veldbezoek

OnderzOek

REsuLtAtEN vAN GROENE vEREDELiNG

het huidige programma groene Veredeling loopt eind dit jaar af. het heeft meerdere resultaten en instrumenten opgeleverd. resultaten zijn: resistente selecties, krui-singsouders, toetsmethoden, merkers en kennis voor ver-deling en vermeerdering van geschikte rassen. daarnaast is er een zeer effectieve struc-tuur ontstaan waarbinnen de beide kennisinstellingen en de vele veredelingsbedrijven (en in het geval van Bioimpuls ook hobbykwekers) nauw en openhartig samenwerken. die samenwerking is niet vanzelfsprekend, maar zorgt wel relatief snel voor kosten-effectieve resultaten.

‘ GrOene

VeredelinG’

stOpt

(2)

13 EKOLAND | september – 2019

ONDERZOEK

Nederland. Na 10 jaar zijn de eerste selecties vanuit Bioimpuls via aangesloten kweekbedrijven onderweg naar de markt. De laatste groep van vijf resistentie-genen, alle afkomstig uit ‘wilde’ Zuid-Amerikaanse verwanten van onze cultuuraardappel, zijn al flink ‘getemd’, maar nog niet voldoende om door bedrij-ven en kwekers tot rassen te worden afgewerkt. Een voortzetting van Groene Veredeling na 2020 geeft Bi-oimpuls de kans dit unieke materiaal beschikbaar te maken voor de Nederlandse aardappeltelers in duur-zaam resistente rassen, aangepast aan veranderende consumentenwensen en klimaatomstandigheden. Nieuwe resistente rassen geven een belangrijke impuls waardoor de binnenlandse teelt flink kan uitbreiden. Maar ook voor de gangbare aardappel-teelt bieden deze rassen voordelen en kansen voor verduurzaming. De impact van het programma reikt dus verder dan alleen de bio aardappelteelt.

Een tweede groot onderzoeksproject richt zich op tripsresistentie in prei. WUR werkt in dit project samen met vier veredelingsbedrijven aan het overzet-ten van de resisoverzet-tentie uit een wilde verwant van prei in onze cultuurprei. Dat neemt extra veel tijd omdat prei een tweejarig gewas is, d.w.z. dat elke generatie twee jaar in beslag neemt voor bloei-zaadzetting-zaailing-bloei. Na tien jaar is de resistente soort suc-cesvol gekruist met prei en zijn er nakomelingen ver-kregen uit een zelfbevruchting , maar is het nog niet gelukt om die soortshybride terug te kruisen met prei. Verder is er onderzoek gedaan bij paprika, spinazie, appel en tomatenonderstammen. Door WUR en twee veredelingsbedrijven is gewerkt aan bladluis-resistentie in paprika door WUR en twee verede-lingsbedrijven. In dit project is vastgesteld in welke wilde verwanten van paprika resistentie te vinden is, wat het mechanisme van resistentie is en zijn er mo-leculaire merkers ontwikkeld. Daarmee kunnen de veredelingsbedrijven aan de slag om resistente rassen te kweken.

Voor spinazie is gekeken door WUR en twee verede-lingsbedrijven naar tolerantie tegen het zogenaamde ‘damping off’, de uitval van kleine kiemplantjes. Die uitval wordt veroorzaakt door een samenspel van verschillende schimmels, ongunstige

omstandighe-den tijomstandighe-dens de kieming (te nat, te warm, te weinig zuurstof,…) en de groeikracht van de betreffende zaadpartij. In dit project werd eerst een betrouw-bare toets ontwikkeld om damping off te simuleren, waarna tolerantie van rassen en partijen zaad kon worden vastgesteld. Deze toets kan nu worden ge-bruikt door de veredelingsbedrijven in de veredeling van spinazie.

In appel is samen met een groep boomkwekerijen aan drie problemen tegelijk gewerkt: appelbloedluis, vruchtboomkanker en appelschurft. Na het ontwik-kelen van betrouwbare toetsen zijn resistentiebron-nen geïdentificeerd. Voor appelbloedluis lijken de toetsresultaten weliswaar reproduceerbaar, maar niet overeen te komen met waarnemingen in de boomgaard. Voor appelschurft is een betrouwbare toets ontwikkeld en zijn resistentiebronnen gevon-den die worgevon-den ingezet in de rasontwikkeling. Voor vruchtboomkanker blijft toetsen over meerdere jaren nodig, maar zijn al wel resistentiebronnen geïden-tificeerd die ook worden gebruikt in de veredeling. In een eventueel vervolg kan de ontwikkeling van moleculaire merkers worden opgepakt, met evidente voordelen in een dergelijk meerjarig gewas met lange generatieduur.

Verder is er nog een project uitgevoerd om biomer-kers te ontwikkelen voor tomaten-onderstammen, en een project om lupinerassen te selecteren geschikt voor kalkrijke (klei) bodems.

Stopt Groene veredeling nu? De inzet is om het programma voort te zetten. Maar dit vraagt om poli-tieke steun. De Tweede Kamer heeft op 24 juni in het debat met minister Schouten over de realisatie van haar Landbouwvisie naar aanleiding van de motie Bisschop (SGP) unaniem gevraagd om verlenging/ voortzetting van Groene Veredeling. Op Prinsjesdag hopen we te horen of en hoe de minister aan deze wens van de Kamer tegemoet is gekomen. Voorzetting van groene veredeling past in het hui-dige landbouwbeleid waarin kringlooplandbouw centraal staat. De maatschappelijke opgaven op het gebied van duurzaamheid, kringlooplandbouw en biodiversiteit, en nieuwe problemen en uitdagingen daarbij, worden beslist niet altijd vanzelfsprekend door ‘de markt’ opgelost. Een tweede programma Groene Veredeling draagt bij aan een verdere ver-duurzaming van de landbouw en daarmee aan het realiseren van de doelstellingen van de Landbouw-visie 2030.

Peter keijzer (Louis Bolk Instituut) en Olga scholten, (Wageningen University & Research) zijn programmacoördinatoren Groene Veredeling Meer informatie:

www.groeneveredeling.nl/ www.louisbolk.org/bioimpuls/. www.biokennis.nl thema Uitgangsmateriaal

foto links boven: Bioimpuls Veldwerk; Het eerst project (Bioimpuls) was gericht was op de veredeling van Phytophthora-resistentie in aardappelplanten. ONDERstAmmEN EN biO-mERKERs

Bio-merkers stellen veredelaars in staat om onderstammen te selec-teren die ook bij wisselende teeltcondities een goede groeikracht en opbrengst garanderen. Dergelijke robuuste onderstammen moeten het mogelijk maken om het nutriëntgebruik van zowel de gangbare als biologische tomatenteelt efficiënter te maken. Onderstammen worden in de bio-teelt ook gebruikt tegen veel voorkomende bodemgebonden ziekten en plagen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Rassen voor duurzamere teelten Het onderzoeksprogramma Groene Veredeling biedt uitgelezen kansen om voor de gangbare en biologische sector nieuwe rassen te ontwikkelen

10 Genen die deze complexe samenwerkingsverbanden mogelijk maakten, vermoedelijk zijn de genen die spraak mogelijk maakten daarbij erg belangrijk geweest, hebben zich

Tog weet ek ook van baie mense wat, ondanks dieselfde wete en ervaring, steeds in God bly glo – nie omdat hulle die kwaad geringskat of minder sensitief daarvoor is nie, maar

Ook bij bestudering van de nawerking van een bemesting op het gehalte in het voorjaarsgras (paragraaf 2b) bleek veen zich niet meer als zand te gedragen. Kennelijk is het effect

de bemonsteringsdata liepen i.v.m. de ontwikkeling van het gewas en de werkzaamheden op het laboratorium wat uiteen. Opvallend zijn de grote verschillen in beworteling tussen de

The collection of data and the presentation of the findings in Chapter 4 aimed to address the remaining research objectives of the study as contained in Objective 2: To

The proposed best practice model validation framework is designed to assist firms in the construction of an effective, robust and fully compliant model validation programme

Genetic Structure Analysis of Sclerotinia Sclerotiorum (Lib.) de Bary Population from different host plant species in North of Iran. The effect of temperature and period of high