• No results found

Onderzoek natamycinegehalte van kazen uit de Wageningse regio

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Onderzoek natamycinegehalte van kazen uit de Wageningse regio"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Afd. Additieven VERSLAG 82.102

1982-12-06 Pr.nr. 404.0210 Onderwerp: Onderzoek natamycinegehalte

van kazen uit de Wageningse regio.

Voorgaande verslagen: 80.53, 81.57.

Verzendlijst: direkteur, sektorhoofd (2x), direktie VKA, afd.

82102

Additieven (4x), afd. Contaminanten, afd. Normalisatie (Humme), Projektbeheer, Projektleider (De Ruig).

t'\

I!''

(2)
(3)

Afdeling Additieven 1982-12-06

VERSLAG 82.102 Pr.nr. 404.0210

Projekt: Inventariserend onderzoek naar het voorkomen van natamycine Onderwerp: Onderzoek natamycinegehalte van kazen uit de Wageningse

regio

Voorgaande verslagen: 80.53, 81.57.

Doel:

In verslag 81.57 is een inventariserend onderzoek beschreven over het gehalte aan natamycine op Nederlandse kaas bepaald met de spectrofoto-metrische en de HPLC methode. De gehaltes gevonden met beide methoden stemden redelijk overeen (HPLC in het algemeen iets lager).

Bij een eerder onderzoek in de Wageningse regio, uitgevoerd in het kader van ontwikkeling van de HPLC methode (Pr.nr. 7.245, verslag 80.53) werden aanzienlijk hogere gehalten gevonden.

In opdracht van de directeur RIKILT heeft een hernieuwd onderzoek op kleine schaal plaatsgevonden aan kazen uit de Wageningse regio, uitge-voerd met beide methoden, met het doel klaarheid te brengen in

bovengenoemde discrepantie.

Samenvatting:

Uit de Wageningse regio zijn 10 kazen onderzocht op natamycine. Het onderzoek is uitgevoerd volgens de HPLC methode (F 52) en volgens de spectrofotometrische methode (3e ontwerp).

De gehalten die in dit onderzoek gevonden ~verden, komen overeen met die uit het inventariserend onderzoek van Nederlandse kaas (verslag 81.57).

De in verslag 80.53 gerapporteerde hoge gehalten werden met de spectrofotometrische noch met de HPLC methode bevestigd.

(4)

Conclusie:

De lagere gehaltes zijn door dit onderzoek bevestigd. Er is geen reden

tot paniek die noodzakelijk zou zijn als de hoge gehaltes bevestigd

zouden zijn.

Hoe destijds deze hoge gehalten zijn gevonden blijft giswerk.

Verant,.,oordelijk: dr H .G. de Ruig

Medewerker/samensteller: J,J , van Oastrom

Projektleider: dr W.G. de Ruig

(5)

Inleiding

In het onderzoek van 31 Nederlandse kazen (verslag 81.57) werden nata-mycinegehalten gevonden van 0,11 tot 2,38 mg/dm2. In een onderzoek van

kazen uit de Hageningse regio (verslag 80.53) \<laren de natamycine-gehalten 0,03 tot 7,04 mg/dm2 • De natamycine-gehalten uit dit laatste onderzoek waren onwaarschijnlijk hoog, temeer daar dit onderzoek is uitgevoerd

in een buitenlaag van 0-0,8 mm. Aangezien natamycine enigszins in de

kaas indringt (tot ± 2,5 mm) en natamycine in bovengenoemd onderzoek in alle kazen is aangetoond in een laag van 1,6-2,4 mm zullen de ge

-halten per dm2 als een laag van 5 mm, zoals nu gebruikelijk is, wordt onderzocht nog hoger zijn.

Een herniemo1d onderzoek was dus zeker te rechtvaardigen.

Nonsterneming

Evenals bij het eerdere onderzoek zijn alleen extra belegen, oude en boerenkazen in het onderzoek betrokken. De kazen zijn gekocht in Hageningse levensmiddelenwinkels, supermarkten en z.g. kaaswinkels. De monsters bestonden alle uit sectoren.

Monstervoorbehandeling

De monstervoorbehandeling is conform het 3e ontwerp voorschrift uitge-voerd.

Dit houdt in: afschillen van 5,0 mm buitenlaag

bepalen s.g. met behulp van bekende oppervlak en gewicht homogeniseren en malen met behulp van moulinette.

Het op deze manier verkregen materiaal is verdeeld over 2 monsterpot-ten, êên voor HPLC- en êên voor spectrafotometrisch onderzoek.

Analyse

De analyse van de kazen is uitgevoerd volgens het intern voorschrift F 52 (HPLC) en volgens het 3e ontwerp voorschrift (spectrofoto

-metrisch).

(6)

-- 2

-Resultaten

RIKILT- HPLC spectrafotometrisch gem.

nummers mg/dm2 mg/dm2 mg/dm2 21758 0,12 0,21

o,

16 759 0,86 1,43 1,14 760

o,

16 0,32 0,24 761 1,02 1,78 1, 40 762

o,

16 0,27

o,

22 763 0, 21

o,

27 0, 24 764

<

0,03 0,08

o,

05 765

<

0,03

o,

12 0,07 766 0, 21 0,44 0,32 767 1,02 1,36 1,19 Conclusie

Hoewel er nog verschillen bestaan tussen de beide methoden komt de

orde van grootte overeen.

Als we gehalten uit de verschillende onderzoeken onderverdelen in

klassen met als grenzen de huidige wettelijke regelingen of ont~verpen

van 1 of 2 mg/dm2 verkrijgen we het volgende beeld:

0-0,99 ~ 1,00 ~ 2,00 Verslag 80.53 30 kazen Wageningse 30% 70% 33,3% regio Verslag 81.57 31 kazen Nederland 67,7% 32,3% 12,9% Dit verslag 2e 10 kazen \~ageningse regio 70% 30% 0%

Gesteld kan worden dat het natamycinegehalte van kazen uit de regio

Wageningen niet afwijkt van het landelijk beeld, en zelfs iets

gunstiger uitvalt. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat in het

laatste onderzoek slechts 10 kazen zijn betrokken.

De hoge gehalten uit verslag 80.53 werden niet ~vederom gevonden.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Omschrijving De schoenhersteller bepaalt aan de hand van de staat van de lederwaren hoe hij de reparatie gaat uitvoeren, welke materialen hij daarvoor nodig heeft en hoe duur

Uitgezonderd in parallel B, waar enkele planten niet of bijna niet door knol waren aangetast, waren alle kurkwortelresistente onderstammen ernstig door knol aangetast.. Gemiddeld

Moonen: “Ik ben ervan overtuigd dat multidisciplinair overleg de zorg voor de patiënt alleen maar ten goede komt en daarom moet er ook in worden geïnvesteerd.” te bundelen

Niet alleen werden alle partijen hooi bij het inbrengen in de verschillende tassen en later bij het uithalen uit deze tassen nauwkeurig bemonsterd, ook werd bij alle percelen,

3 Relatie tussen kwetsbare product- groepen, en Europees onderzoek Op basis van de informatie vergaard in hoofdstuk 2 is de beschikbare informatie op het vlak van

cczzlzn vüter vsrit Hij A-12 ia sc« cslcssi« -ït tij verschil- ler.lt i*oa\,t?v;&gt;laatc«» ofctf&amp;cjsäa cUocriCKjshftlt© is ecn gevoXs van rsi-dur-.ia..; doj- r.wcr-lcj. In

ÎOEFSTATION VOOR DE GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS, TE NAALDWIJK.. De kwaliteit van het oppervlaktewater in het Waalblok en de

In Noorwegen en Zweden, waar tularemie ende- misch voorkomt, zijn deze aspecifieke ziektever- schijnselen en soms ook braken en buikpijn beschreven bij honden na contact met besmette