• No results found

GVS-advies wijziging bijlage 2 voorwaarde fingolimod (Gilenya®) bij actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "GVS-advies wijziging bijlage 2 voorwaarde fingolimod (Gilenya®) bij actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS)"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Zorginstituut Nederland Pakket Eekholt 4 1112 XH Diemen Postbus 320 1110 AH Diemen www.zorginstituutnederland.nl info@zinl.nl T +31 (0)20 797 89 59 Contactpersoon mw. J.E. de Boer T +31 (0)20 797 85 23 Onze referentie 2016088937 0530.201608893

> Retouradres Postbus 320, 1110 AH Diemen

Aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Postbus 20350

2500 EJ ’S-GRAVENHAGE

7

Datum 12 juli 2016

Betreft Wijziging bijlage 2 voorwaarde fingolimod (Gilenya)

Geachte mevrouw Schippers,

Het Zorginstituut wil u met deze brief adviseren de bijlage 2 voorwaarde zoals die is gesteld aan de vergoeding van het geneesmiddel fingolimod (Gilenya®) aan te passen.

Aanleiding voor dit advies vormt het verzoek van de fabrikant van fingolimod aan het Zorginstituut om de vergoedingsvoorwaarde zodanig aan te passen dat inzet bij patiënten met actieve relapsing remitting multiple sclerose (RRMS) na falen van één ziektemodificerende behandeling mogelijk wordt in plaats van na twee ziektemodificerende behandelingen. Deze toepassing is overigens ook verwoord in de geregistreerde indicatie van fingolimod.

Huidige situatie

Fingolimod capsules 0,5 mg zijn geplaatst op bijlage 1B in het

Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS). Vergoeding is alleen mogelijk op basis van de volgende voorwaarde:

Voorwaarde:

voor een verzekerde van achttien jaar of ouder:

a. met zeer actieve relapsing-remitting multiple sclerose, die in het voorafgaande jaar tijdens behandeling minimaal één schub heeft doorgemaakt en bij wie op een craniale MRI minimaal één door gadolinium aangekleurde laesie of minimaal negen T2-hyperintense laesies aantoonbaar zijn, die:

1. niet heeft gereageerd op een behandeling met interferon β en glatirameer, of

2. niet heeft gereageerd op een adequate behandeling met interferon β of glatirameer van minimaal 1 jaar en waarbij het starten met of continueren van het andere eerstelijns middel niet mogelijk is vanwege de volgende zwaarwegende contra-indicaties:

(2)

Datum 12 juli 2016 Onze referentie 2016088937

voor glatirameer: overgevoeligheid voor glatirameer of

mannitol, of patiënten die na langdurig gebruik van interferon β de injecties niet meer verdragen vanwege lokale reacties op de injectieplaats, of

b. die is behandeld met natalizumab vanwege zeer actieve relapsing-remitting multiple sclerose en bij wie de behandeling met natalizumab wordt gestaakt vanwege een positieve test op JC-virus.

Overwegingen

Het Zorginstituut heeft geoordeeld dat de recente beoordeling van alemtuzumab (Lemtrada®), waarover wij u op 24 maart jl hebben bericht, voldoende

onderbouwing vormt om de bijlage 2 voorwaarde van fingolimod aan te passen en daarmee vergoeding bij volwassen patiënten met zeer actieve RRMS na falen van één ziektemodificerende behandeling mogelijk te maken.

In het genoemde beoordelingsrapport van alemtuzumab wordt namelijk

geconcludeerd dat bij patiënten met actieve relapsing remitting multiple sclerose met onvoldoende respons op voorgaande therapie alemtuzumab een

therapeutische gelijke waarde heeft ten opzichte van de tweedelijnsmiddelen fingolimod en natalizumab (Tysabri®).

Tevens adviseren wij u de huidige voorwaarde “die is behandeld met natalizumab vanwege zeer actieve relapsing-remitting multiple sclerose en bij wie de

behandeling met natalizumab wordt gestaakt vanwege een positieve test op JC-virus.” te schrappen. De reden hiervoor is dat het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG) adviseert aan artsen om waakzaam te zijn voor het risico van progressieve multifocale leuko-encefalopathie (PML) bij gebruikers van fingolimod, omdat nu ook bij dit middel PML is gemeld met positief JC-virus DNA. Bij een therapieswitch vanwege angst voor optreden van PML lijkt het nu

verstandiger om eerst te over te stappen op een middel waarbij PML niet is gemeld.

Voorstel nieuwe bijlage 2 voorwaarde fingolimod

Op basis van bovenstaande overwegingen adviseren wij u om de huidige bijlage 2 voorwaarde in zijn geheel te schrappen en te vervangen door de volgende

voorwaarde:

Voorwaarde:

Voor een verzekerde van achttien jaar of ouder:

met zeer actieve relapsing‐remitting multiple sclerose (RRMS) die niet heeft gereageerd op een behandeling met ten minste één ziektemodificerende behandeling.

Aanpassing van deze voorwaarde zoals hierboven voorgesteld gaat gepaard met geschatte meerkosten voor het farmaciebudget van ongeveer € 1.945.614 na drie jaar. Dit betreft een maximaal scenario (zie bijlage).

(3)

Pagina 3 van 3 Zorginstituut Nederland Pakket Datum 12 juli 2016 Onze referentie 2016088937 Omdat de meerkosten lager zijn dan 2,5 miljoen euro is vrijstelling verleend voor

een farmaco-economische analyse. Evaluatie

Op initiatief van uw ministerie en Zorginstituut Nederland is er voor de Multiple Sclerose (MS) zorg breed een Ronde Tafel geïnitieerd. Aanleiding vormde de behoorlijke verandering in het voorschrijfbeleid en voorschrijfmogelijkheden van MS specialisten. Onderwerp van gesprek zijn de onzekerheden en

uitvoeringsrisico’s van de pakketcriteria kosteneffectiviteit, noodzakelijkheid en uitvoerbaarheid. De inrichting van een MS registratie maakt deel uit van dit traject. Het Zorginstituut wil dat de deelnemende partijen in 2017 een overzicht geven van de plaatsbepaling van de verschillende individuele middelen in het totale behandeltraject.

Hoogachtend,

Arnold Moerkamp

Voorzitter Raad van Bestuur

Bijlage

(4)

Budget impact analyse fingolimod (Gilenya®)

bij de behandeling van volwassenen met

actieve relapse-remitting multiple sclerose

(RRMS), vastgesteld door klinische testen of

beeldvormende technieken: aanpassing van

de nadere voorwaarden.

onderdeel van de beoordeling van geneesmiddelen voor opname in het geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS)

Datum 8 juli 2016 Status Definitief

(5)
(6)

Colofon

Zaaknummer 2010137640

Volgnummer 2016080211

+31 (0)20 797 8544 Auteur(s) mw. dr. C. Sweegers

(7)
(8)

Inhoud

Colofon—1 Inleiding—5 1 Uitgangspunten—7 1.1 Aantal patiënten—7 1.2 Indicatieverbreding—8 1.3 Substitutie—8

1.4 Kosten per patiënt per jaar—8

1.5 Marktpenetratie & overzicht aannames—9

2 Kostenconsequentieraming—11

3 Conclusie—13

(9)
(10)

Inleiding

In dit rapport worden de (meer)kosten geraamd ten laste van het farmaciebudget, die ontstaan als de nadere voorwaarden voor vergoeding van fingolimod (Gilenya®) worden aangepast. Uitgangspunten zijn hierbij de geregistreerde indicatie, het potentieel aantal patiënten, geneesmiddelkosten, substitutie met de huidige behandeling, en marktpenetratie.

Het uitgangspunt is de patiëntendoelgroep waarvoor Zorginstituut Nederland heeft aangegeven dat het middel gezien het belang van de volksgezondheid een

therapeutische gelijke waarde heeft ten opzichte van natalizumab en alemtuzumab, bij patiënten die niet hebben gereageerd op tenminste één ziektemodificerende behandeling.1,2

Geregistreerde indicatie

Fingolimod (Gilenya®) is geregistreerd ‘als monotherapie bij zeer actieve relapsing remitting multiple sclerose (RRMS): bij een zeer actieve ziekte ondanks een

volledige en geschikte behandeling met ten minste één ziektemodificerend middel of bij snel ontwikkelende ernstige RRMS (in 1 jaar minimaal twee invaliderende schubs èn – vergeleken met een eerdere hersen-MRI – toename met ten minste één door gadolinium aangekleurde laesie of een significante toename in T2-laesies).‘3 Patiëntenpopulatie

Voor de behandeling van actieve RRMS worden in de CBO richtlijn Multiple Sclerose (2012)4 de volgende disease modifying treatments (DMT’s) aanbevolen:

1e lijnsmiddelen: interferon bèta (1a of 1b) of glatirameer. De nieuwe 1e lijnsmiddelen teriflunomide en dimethylfumaraat zijn niet in de richtlijn

opgenomen. Er is geen voorkeur voor interferon bèta of glatirameer. Interferon bèta wordt in de praktijk het meest gebruikt als eerste middel in de

behandeling; 

2e lijnsmiddelen: natalizumab of fingolimod. Alemtuzumab is nog niet in de richtlijn opgenomen.

Op dit moment zijn de bijlage 2 voorwaarden voor vergoeding van fingolimod: 1 Voor een verzekerde van achttien jaar of ouder die is behandeld met

natalizumab vanwege zeer actieve relapsing-remitting multiple sclerose en bij wie de behandeling met natalizumab wordt gestaakt vanwege een positieve test op JC-virus, of

2 Voor een verzekerde van achttien jaar of ouder met zeer actieve relapsing- remitting multiple sclerose, die in het voorafgaande jaar

tijdens behandeling minimaal één schub heeft doorgemaakt en bij wie op een craniale-MRI minimaal één door gadolinium aangekleurde laesie of minimaal negen T2-hyperintense laesies aantoonbaar zijn, die:

• niet heeft gereageerd op een behandeling met interferon bèta en glatirameer.

• niet heeft gereageerd op een adequate behandeling met interferon bèta of glatirameer van minimaal 1 jaar en waarbij het starten met of continueren van het andere eerstelijns middel niet mogelijk is vanwege de volgende zwaarwegende contra-indicaties:

(11)

DEFINITIEF | Budget impact analyse fingolimod (Gilenya®) bij de behandeling van volwassenen met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS), vastgesteld door klinische testen of beeldvormende technieken: aanpassing van de nadere voorwaarden. | 8 juli 2016

2016080211 Pagina 6 van 15

- overgevoeligheid voor interferon bèta of humaan albumine. - ernstige depressie en/of zelfmoordneiging.

voor glatirameer:

- overgevoeligheid voor glatirameer of mannitol

- patiënten die na langdurig gebruik van interferon bèta de injecties niet meer verdragen vanwege lokale reacties op de injectieplaats

De fabrikant vraagt nu aanpassing van deze voorwaarden zodat fingolimod al ingezet kan worden na één ziektemodificerende behandeling.

(12)

1

Uitgangspunten

1.1 Aantal patiënten

Met de uitbreiding van de nadere voorwaarden komen er meer patiënten in

aanmerking voor behandeling met fingolimod. In deze budget impact analyse wordt alleen gekeken naar de extra patiënten die nu in aanmerking komen (de patiënten die nu dus al na 1 ander MS middel kunnen kiezen voor fingolimod). Om een schatting te maken van het aantal patiënten dat na een eerste MS middel zal kiezen voor fingolimod, zal de jaarlijkse incidentie van MS als uitgangspunt genomen worden. Het RIVM geeft aan dat er in 2007 bij 300 mannen en 1470 vrouwen MS werd vastgesteld.5 Om uit te zoeken of deze incidentie varieert over de tijd, is er een korte analyse gedaan met behulp van de GIP databank.6 Er is gekeken naar het aantal patiënten dat in de periode 2010-2014 startte met een eerstelijnsmiddel (in die periode waren alleen interferonen en glatirameer als eerstelijnsmiddel

beschikbaar). Omdat dit aantal vrij stabiel is (van 6946 patiënten in 2010 naar 7041 in 2014), kan hieruit geconcludeerd worden dat er jaarlijks ongeveer evenveel patiënten zijn die starten met een eerstelijns geneesmiddel. In deze budget impact analyse wordt daarom gerekend met een stabiele incidentie van 1800 nieuwe MS patiënten per jaar.

Niet al deze patiënten zullen direct starten met behandeling, maar in deze budget impact analyse wordt toch een maximale schatting gemaakt waarbij al deze 1800 patiënten worden meegenomen. Een deel van deze patiënten stopt weer met dit eerste geneesmiddel. Omdat het percentage patiënten dat na 1 jaar stopt met een eerstelijnsmiddel op ongeveer 30% ligt,7,8 wordt er in deze budget impact analyse vanuit gegaan dat er na 1 jaar ongeveer 600 patiënten zullen overstappen op een tweede middel. Ook dit betreft enigszins een overschatting omdat er ook patiënten zullen zijn die helemaal stoppen met de behandeling. Deze 600 patiënten hebben vervolgens de keuze uit verschillende ziektemodificerende middelen: interferonen, glatirameer, teriflunomide, dimethylfumaraat, alemtuzumab, natalizumab en fingolimod. Eén van deze middelen is al gebruikt, dus er kan een keuze gemaakt worden uit 6 middelen. Er wordt in deze BIA vanuit gegaan dat er een gelijk deel voor elke behandeling zal kiezen. Dit komt neer op 100 extra patiënten per jaar die starten met fingolimod. Uitgaande van een therapietrouw van 100%, komt dit neer op ongeveer 300 patiënten in 2019.

Tabel 1: Geschatte aantal patiënten met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS), vastgesteld door klinische testen of beeldvormende technieken, dat jaarlijks in aanmerking komt voor behandeling met fingolimod. De berekening start in het jaar 2016, omdat een deel van deze patiënten het jaar erop in aanmerking zal komen voor fingolimod.

2016 2017 2018 2019

Incidentie van MS 1800 1800 1800 1800

Patiënten die na 1 jaar overstappen op een

ander middel 600 600 600

Patiënten die na 1 jaar overstappen op

(13)

DEFINITIEF | Budget impact analyse fingolimod (Gilenya®) bij de behandeling van volwassenen met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS), vastgesteld door klinische testen of beeldvormende technieken: aanpassing van de nadere voorwaarden. | 8 juli 2016

Totale aantal patiënten dat jaarlijks

voor fingolimod in aanmerking komt 100 200 300

1.2 Indicatieverbreding

Het risico op indicatieverbreding is klein. De verwachting is dat artsen vrijwel altijd (indien mogelijk) zullen starten met een eerstelijnsmiddel, en niet direct voor fingolimod zullen kiezen.

1.3 Substitutie

Het is lastig in te schatten in welke mate welke middelen worden voorgeschreven voor de huidige RRMS patiënten in Nederland, helemaal gezien er recentelijk verschillende nieuwe middelen tot de markt toegetreden zijn. Patiënten hebben in ieder geval de keuze uit: interferonen, glatirameer, teriflunomide,

dimethylfumaraat, alemtuzumab en natalizumab. Er wordt in deze budget impact analyse vanuit gegaan dat al deze middelen een gelijk aandeel hebben bij de berekening van substitutie.

1.4 Kosten per patiënt per jaar

Dosering

De apotheekinkoopprijs (AIP) van fingolimod is €61,60 per capsule. De patiënt neemt iedere dag 1 capsule, waarmee de jaarlijkse kosten uitkomen op €22.485. Zoals hierboven aangegeven kan er subsitutie worden berekend. Vier van deze alternatieve middelen zijn eerstelijnsmiddelen, waarvan de gemiddelde prijs in een eerdere budget impact analyse van het Zorginstituut (alemtuzumab, 2015) is vastgesteld op ongeveer €12.000 per persoon per jaar. De overige 2 middelen zijn tweedelijnsmiddelen met een gemiddelde prijs van ongeveer €24.000 per persoon per jaar (ongeveer €20.800 per jaar voor natalizumab (zie budget impact analyse natalizumab), en ongeveer €28.000 voor alemtuzumab (dit is het gemiddelde van de eerste en tweede kuur). De gewogen gemiddelde substitutieprijs komt daarmee op (2/3 x €12.000) + (1/3 x €24.000) = ongeveer €16.000 per patiënt per jaar. Hierbij moet opgemerkt worden dat door de aanpassing van de nadere

voorwaarden, de huidige groep fingolimod gebruikers uiteindelijk

zal krimpen. Dit komt doordat patiënten nu in een eerder stadium al kunnen kiezen voor fingolimod.

Tabel 2: Kosten per patiënt voor toepassing van fingolimod en de kosten voor toepassing van andere eerstelijns- en tweedelijnsmiddelen (gewogen gemiddelde) bij patiënten met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS).

fingolimod Gewogen gemiddelde van

andere MS geneesmiddelen

Dagelijkse dosering* 1 capsule

Inkoopkosten per capsule (A.I.P.)

€61,60

Kosten per patiënt per jaar €22.485 €16.000

(14)

* gebaseerd op de DDD van de WHO 1.5 Marktpenetratie & overzicht aannames

De berekeningen zijn gebaseerd op de volgende aannames:

• Er wordt vanuit gegaan dat alle nieuwe MS patiënten zullen starten met behandeling - dit is enigszins een overschatting.

• Er wordt vanuit gegaan dat alle patiënten die stoppen met een eerste

behandeling direct zullen starten met een tweede behandeling - ook dit is een overschatting.

• Er wordt geen rekening gehouden met mogelijke veranderingen in de jaarlijkse incidentie van MS.

(15)
(16)

2

Kostenconsequentieraming

In tabel 3 staat een overzicht van de geraamde kosten ten laste van het farmaciebudget, wanneer de nadere voorwaarden voor fingolimod, voor de behandeling van volwassenen met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS), worden aangepast.

In de tabel zijn alleen kosten ten laste van het farmaciebudget meegenomen, mogelijke kosten of besparingen ten laste van het gezondheidsbudget zijn hierbij buiten beschouwing gelaten.

Tabel 3: Raming van de totale kosten van de toevoeging van fingolimod aan het behandelarsenaal voor volwassenen met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS), vastgesteld door klinische testen of beeldvormende technieken.

fingolimod Substitutie (gewogen

gemiddelde) jaar Aantal patiënten Kosten per patiënt per jaar Totale kosten/jaar Substitutie per patiënt per jaar Totale substitutie Totale meerkosten per jaar 2017 100 €22.485 €2.248.538 €16.000 € 1.600.000 € 648.538 2018 200 €22.485 € 4.497.076 €16.000 € 3.200.000 € 1.297.076 2019 300 €22.485 €6.745.614 €16.000 € 4.800.000 € 1.945.614

De meerkosten zijn in de eerste 3 jaar na aanpassing van de nadere voorwaarden respectievelijk: €648.538, €1.297.076 en €1.945.614. Hiermee blijven de kosten onder de drempel van €2,5 miljoen in het derde jaar.

De financiële consequenties op het budgettair kader zorg (BKZ) voor elk van de komende drie jaren door de toepassing van het geneesmiddel zijn niet berekend. De verwachting is dat opname van fingolimod niet leidt tot besparing op het BKZ.

(17)
(18)

3

Conclusie

Rekening houdend met een gelijk marktaandeel voor alle MS geneesmiddelen na inzet van een eerstelijnsgeneesmiddel en een stabiele jaarlijkse incidentie van MS, zal de uitbreiding van de nadere voorwaarden van fingolimod (Gilenya®) bij volwassenen met actieve relapse-remitting multiple sclerose (RRMS) gepaard gaan met totale meerkosten van ongeveer € 1.945.614. Dit betreft een maximaal scenario.

Hierbij bestaat grote onzekerheid over de marktverhoudingen van de verschillende MS geneesmiddelen. Dit komt vooral door de toetreding van meerdere nieuwe middelen, waardoor er nog geen stabiele marktsituatie is.

(19)
(20)

4

Referenties

1. Farmacotherapeutisch rapport natalizumab (Tysabri®), Zorginstituut Nederland, 2014.

2. Farmacotherapeutisch rapport alemtuzumab (Lemtrada®), Zorginstituut Nederland, 2016.

3. Farmacotherapeutisch Kompas

https://www.farmacotherapeutischkompas.nl/bladeren-volgens-boek/preparaatteksten/f/fingolimod

4. Richtlijn Multiple Sclerose 2012, Bohn Stafleu van Loghum (www.bsl.nl)

5. RIVM: http://www.nationaalkompas.nl/gezondheid-en-ziekte/ziekten-en-aandoeningen/achtergrondcijfers-bij-rangordetabellen/

6. www.gipdatabank.nl

7. Menzin, J., Caon, C., Nichols, C., et al. (2013). Narrative review of the literature on adherence to disease-modifying therapies among patients with multiple sclerosis. Journal of Managed Care Pharmacy, 19(1 Supp A), S24-S40.

8. Evans, C., Marrie, R. A., Zhu, F., et al. (2016). Adherence and persistence to drug therapies for multiple sclerosis: A population-based study. Multiple

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Villiers Homoseksualiteit In die voortdurende debat oor die morele aanvaarbaarheid van vaste homoseksuele verhoudinge wat in ons kerk gevoer word, wys Bybel- wetenskaplikes

Deur middel van die dekonstruksie van die postmoderne narratiewe pastorale terapie, in al sy elemente, is ’n gereformeerd-narratiewe pastorale terapie in hierdie artikel

• Deur uit die dood op te staan (soos Pannenberg met sy historiese ondersoek probeer aantoon het) neem die historiese figuur van Jesus ’n vorm aan wat só naby is aan dié van die

The aim of the study is to investigate three wetlands and one river site within the Oudebosch Valley (regarded as “surface water sites”) with regard to ground water

rnster risk redu ction - action taken to reduce the risk of disaster and adverse impacts of natural hazard s , th rough systematic e fforts to analyze and manage the causes o,f

Het hartfilmpje wordt beoordeeld door de cardioloog, als deze akkoord is, mag u de zelf meegebrachte Gilenya innemen.. De eerste zes uur worden de controles elk uur

A proper way to evaluate these phosphors for application in low-voltage field emission displays would be to study their luminescent properties including CL and surface

Er wordt onderscheid gemaakt tussen een transitprobleem (verminderde darmbeweging) en een evacuatieprobleem (ontlasting is klaar voor uitscheiding maar uitpersen lukt niet)