Natuur versus Cultuur
InterScience De Jonge Akademie op 17 oktober 2018
Abstracts lezingen
Het politieke onderscheid tussen natuur en cultuur
Kim Hendrickx, Departement sociologie, KU Leuven, BelgiëVervanging van Marieke van den Brink, hoogleraar gender en diversiteit, Radboud Universiteit Nijmegen.
Bepalen hormonen hoe mensen kiezen?
Paul Smeets, universitair hoofddocent Finance, Universiteit Maastricht
Waarom nemen sommige mensen veel risico en andere juist weinig? Waarom gedragen sommigen zich sociaal en anderen juist asociaal? In hoeverre wordt gedrag bepaald door biologische factoren? Eerdere onderzoeken hintten naar de mogelijkheid dat hormonen rond de geboorte een langdurig effect hebben op keuzes later in het leven. Echter, deze studies kijken naar de lengte van de wijsvinger en ringvinger als mogelijke indicatoren van de hoeveelheid testosteron waaraan iemand werd blootgesteld in de
baarmoeder. Wij kijken als eerste naar het effect van daadwerkelijk testosteron, gemeten in de
navelstreng bij de geboorte, op keuzes later in het leven. In tegenstelling tot de eerdere studies die naar de ringvinger en wijsvinger keken, vinden wij geen effect van daadwerkelijk testosteron rond de geboorte op keuzes later in het leven. Wij vinden wel sterke verschillen in risicogedrag en sociaal gedrag tussen mannen en vrouwen.
De zin en onzin van hersenscans
Hanneke Hulst, universitair docent neurowetenschappen, Amsterdam UMC en lid van De Jonge Akademie Voor neurowetenschappers is het een van de meest fascinerende methoden om onze hersenen te
bestuderen: magnetic resonance imaging, oftewel MRI. Met behulp van deze beeldvormende techniek kunnen we de hersenactiviteit en hersenconnectiviteit bestuderen terwijl mensen een taak uitvoeren, bijvoorbeeld een geheugentaak. Hierbij worden gezonde mensen vaak vergelijken met mensen met een hersenziekte (zoals de ziekte van Alzheimer of Multiple Sclerose) zodat we de onderliggende biologische mechanismen van deze ziektes beter kunnen snappen. Ook kunnen we hersenscans maken bij
psychopaten en deze vergelijken met de hersenscans van niet-psychopaten. Belangrijkste uitgangspunt: als het op MRI zichtbaar is, dan zal er wel echt ‘iets’ mis zijn. Of maken we daar een denkfout? En misschien nog wel belangrijker: hoe beïnvloeden deze fascinerende hersenplaatjes, waarin onze natuur gevat zit, onze cultuur? Oftewel, hoe gebruiken wij als maatschappij MRI om te ‘kijken’ naar ziektes en gedrag?
Natuur en cultuur in het Antropoceen
Kristine Steenbergh universitair hoofddocent Engelse Letterkunde, Vrije Universiteit Amsterdam
De Nederlandse Nobelprijswinnaar Paul Crutzen stelde in het jaar 2000 dat de invloed van de mens op de aarde en haar ecosystemen zo groot is dat ons huidige tijdperk niet meer het Holoceen, maar het
Antropoceen genoemd zou moeten worden: het tijdperk van de mens. Geologen debatteren nog over het uitroepen van dit nieuwe tijdperk, maar ondertussen heeft het Antropoceen in de Geesteswetenschappen aanleiding gegeven tot een heroverweging van de relatie tussen de mens en andere levensvormen op aarde. Hoe kunnen we in de context van de immense invloed van de mens het beste denken over de relatie tussen natuur en cultuur?